RECHTZAKEN
Ik hèb gekozen,
Arkadi...
DONDERDAG 3 OCTOBER 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
HAAGSCH GERECHSHOF
Proefwerk en de gevolgen.
Mej. v. d. S. uit Leidschendam had
in de krant een advertentie gelezen, waar
in een confectie-atelier meisjes vroeg.
Men zou een aanstelling krijgen na ge
leverd proefwerk.
Mej. S. was er met een ander meisje op
af gegaan en had een dag gewerkt als proef.
De dames waren niet aangenomen en kre
gen ook geen geld voor den gedanen ar
beid. Toen zij op hun standpunt bleven
staan, dat zij dien dag, zooals beloofd was,
betaald zouden krijgen, waren er strubbe
lingen ontstaan. Het begon met een woor
denwisseling en eindigde met een klap, die
een der meisjes ontving van den eigenaar
van het confectie-atelier.
De Politierechter had den „werkgever"
deswege veroordeeld tot een geldboete van
5 subs. 5 dagen, van welk vonnis de
werkgever in hooger beroep was gekomen
bij het Haagsche Hof, omdat hij vond, dat
de meisjes onheusch waren opgetreden en
zijn atelier niet wilden verlaten.
De Procureur-Generaal achtte verdachte
evenwel schuldig, want hij had de klap op
straat gegeven.
De eisch werd dan ook bevestiging van
het vonnis, waarna de uitspraak werd
bepaald op over 14 dagen.
KANTONGERECHT TE HAARLEM.
Overtreding Crisis Zuivelbesluit.
Voor den Kantonrechter stond terecht
de 43-jarige slager P. S. M. B. uit Lis se
terzake dat hij op of omstreeks 28 Juni jl.
in de gemeente Lisse aan perceel Heere-
weg een hoeveelheid gesmolten rundvet
zijnde spijsvet in den zin van het gewijzigd
Crisis-Zuivelbesluit 1935 heeft afgeleverd,
althans door een persoon heeft doen afle
veren zonder dat aan een der in artikel 27
lid van voormeld besluit gestelde voor
waarden was voldaan.
Verdachte deelde ter terechtzitting mede,
dat hij er niets van wist, daar hij niet thuis
was. Hij was echter aansprakelijk voor zijn
personeel. De Ambtenaar van het O. M.
deelde echter nog mede, dat verdachte ten
Kantongerecht te Haarlem geen nieuweling
is. Reeds eerder is hij verbaliseerd voor
een dergelijk feit.
De ambtenaar eischte tegen verdachte
een geldboete van f 25.subsidiair 10 da
gen hechtenis en tevens met verbeurdver
klaring van het in beslag genomen vet.
Verdachte kreeg nog de boodschap mede,
dat indien hij weer terecht moet staan, hij
hechtenisstraf zal krijgen.
De Kantonrechter veroordeelde ver
dachte overeenkomstig de eisch.
Ontslag personeel.
Vervolgens stond terecht de 37-jarige
tuinder H. L. J. v. d. L. uit Lisse, wien
ten laste was gelegd, dat hij op of omstreeks
27 Juli j.l. als leider van een aldaar geves
tigde tuinderonderneming P. H. uit L i s s e,
die als tuinbouwarbeider sedrt Maart 1940
in die onderneming werkzaam was, heeft
ontslagen. Verdachte bekende het feit en
deelde echter mede, dat hij H. ontslagen
had omdat hij te lui was. Getuige legde een
tweetal gunstige getuigschriften van an
dere patroons over, die juist zeer tevreden
over hem waren. Volgens getuige H. zou
een familielid die zonder werk was, in zijn
plaats komen werken. De schoen wrong
ergens anders volgens den ambtenaar van
het O, M. Verdachte had aan de arbeids
inspectie een verzoek moeten richten voor
het ontslag. Verdachte had dit wel gedaan,
maar nog geen antwoord ontvangen.
De ambtenaar eischte tegen verdachte
een geldboete van 25.subsidiair 15 da
gen hechtenis.
De Kantonrechter veroordeelde ver
dachte tot een geldboete van 25 subs. 10
dagen hechtenis.
Radio-programma
VRIJDAG 4 OCTOBER.
JAARSVELD, 414,4 RL KRO-Uitzending.
8.00 Nieuwsberichten ANP 8.15 Wij
beginnen den dag 8.30 Gramofoonmu-
ziek 11.30 Godsdienstige causerie
12.00 Berichten 12.05 Gramofoonmuziek
12.15 Husiquette 12.45 Nieuws- en
economische berichten ANP en gramo
foonmuziek 1.15 KRO-orkest 2.00
Orgelconcert en zang 2.45 KRO-orkest
3.30 Gramofoonmuziek 4.45 KRO-Me-
lodisten en solist 5.15 Nieuws- en eco
nomische berichten ANP 5.30 Zieken-
praatje 5.45 Gramofoonmuziek 6.15
Cyclus „Uitingen van nationale cultuur"
6.30 VPRO: Cyclus "„Bij de herdenking van
Geert Groote" 6.45 Berichten 6.50 Ro-
coco-octet (7.007.15 Vragen van den dag
ANP) 7.40 KRO-orkest 8.00
Nieuwsberichten ANP 8.10 Gramofoon
muziek 8.25 KRO-symphonie-orkest,
KRO-koor, solisten en spreker 8.50 Wij
sluiten den dag 8.559.00 Nieuwsberich
ten ANP.
KOOTWIJK, 1875 RI. AVRO-Uitzending.
7.00 Berichten (Duitsch) 7.15 Berich
ten (Engelsch) 7.30 Gramofoonmuziek
(Om 8.00 Nieuwsberichten ANP) 10.00
Morgenwijding 10.15 Gramofoonmu
ziek 10.30 Kinderzang (opn.) 10.55
Orgelspel - 11.15 Berichten (Engelsch)
11.30 Ensemble Amende 12.30 Berichten
(Duitsch) 12.45 Nieuws- en economische
berichten ANP 1.00 De Jonge Acht en
solist 1.30 Omroeporkest (2.002.15 Be
richten Duitsch) 2.45 Philharmonisch
kwartet 3.30 Berichten (Engelsch)
3.45 Gramofoonmuziek 4.15 AVRO-
Amusementsorkest 5.00 Berichten
(Duitsch) 5.15 Nieuws- en economische
berichten ANP 5.30 AVRO-Aeolianor-
kest 6.15 Berichten (Engelsch) 6.30
Gramofoonmuziek 7.00 Vragen van den
dag (ANP) 7.15 Zang en piano (7.30—
7.45 Berichten Engelsch) 8.00 Be
richten (Duitsch) --8.15 Nieuwsberichten
ANP 8.25 Gramofoonmuziek 8.30 Be
richten (Engelsch) 8.45 Gramofoonmu
ziek 8.559.00 Nieuwsberichten ANP en
sluiting.
Baldadigheid.
Terecht stonden de schippers G. C. M.
uit Leimuide n, F. J. B. uit Oude We
tering, J. D. eveneens uit Leimui-
d e n en als laatste verdachte J. P. H. uit
Noordwijk-Binnen, terzake dat zij
te zamen en in vereeniging op 30 Juni j.l.
vanaf een met zand beladen vaartuig lig
gende in de Ringvaart van de Haarlemmer-
meerpolder ieder voor zich een schop zand
hadden gegooid naar een voorbij varend
schip genaamd „Prinses-Juliana", tenge
volge waarvan dat zand op althans tegen
laatstgenoemd vaartuig terecht kwam,
waardoor gevaar of nadeel kon korden te-
week gebracht. Als getuige werd gehoord
de kapitein van bovengenoemde salonboot
de heer G. E. Rietkerk uit Leiden. Getuige
deelde mede, dat door dit gooien van zand
de electrische installatie onbruikbaar was
geworden en eveneens een dynamo en een
motor. Het bedroeg een schadepost van
ongeveer 30.De ambtenaar van het
O. M. vroeg of zij reeds de schade hadden
betaald, waarop door allen een ontkennend
antwoord werd gegeven. Spr. ried hen
aan, om verdere onaangenaamheden te
voorkomen hiermede spoedig een begin te
maken, en zich met den heer R. in verbin
ding te stellen. De ambtenaar van het O.M.
noemde de houding der verdachten zeer
onsympathiek.
Spr. eischte tegen ieder der verdachten
een geldboete van 15.subsidiair 10
dagen hechtenis.
De Kantonrechter veroordeelde ieder der
verdachten tot een geldboete van 10.
subsidiair 5 dagen hechtenis.
Qemmgdeffi&dchtm
CHAUFFEUR REED LINKS IN DEN
BOCHT
Wielrijdster aangereden; 3-jarig kindje,
dat achter op de fiets zat, gedood
Gistermiddag is in de Terletstraat te
's-Gravenhage een doodelijk gebeurd.
De 29-jarige J. W. S., uitHazerswou-
de, reed daar met zijn vrachtschip bij het
maken van een bocht aan de linkerzijde
van den weg. Tengevolge van te groote
snelheid kwam de wagen echter op het
Imkertrottoir terecht, waarbij de 35-jarige
wielrijdster mevr. M. H., uit de Hulsthorst-
straat, werd aangereden.
Mevr. H. vervoerde in een mandje
achter op de fiets haar 3-jarig dochter
tje Francisca, dat ten gevolge van de
aanrijding uit het mandje werd ge
slingerd en onder het achterwiel van
den auto geraakte. De daarbij beko-
men verwondingen waren van zoo era-
stigen aard, dat het kind nog ter plaat
se is overleden.
Het lijkje is naar het ziekenhuis aan den
Zuidwal overgebracht.
De politie heeft de vrachtauto in beslag
genomen, terwijl op grond van verklarin
gen van getuigen inzake het links van den
weg rijden de chauffeur voorloopig in be
waring is gesteld.
DE ONBEWAAKTE OVERWEG
Wagenbestuurder gedood
De 26-jarige v. d. G., wonende te Lage
Vuursche, is gisterochtend op den onbe-
waakten overweg bij Hollandsche Rading
met zijn melkwagen door een passeerenden
sneltrein gegrepen. De man werd op slag
gedood, het paard bleef ongedeerd, de wa
gen werd volkomen vernield.
Door dit ongeluk ondervond het trein-
yerkeer belangrijke vertraging.
SLACHTOFFER VAN DE DUISTERNIS
Woensdag heeft de politie uit het Peke-
lerdiep te Oude Pekela het lijk van* den 50-
jarïgen gehuwden loodgieter W. E\, wonen
de te Vlagtwedde, opgehaald.
De man werd sedert Maandag j i. ver
mist. Vermoed wordt, dat hij in de duister
nis te water is geraakt.
Ook zijn fiets werd opgehaald.
BRAND TE VLAARDINGEN
Pand van drie verdiepingen uitgebrand
Gistermiddag te'ruim drie uur is te Vlaar-
dingen brand uitgebroken in het pand Wil
lem Beukelszoonstraat no. 9. In de beneden
verdieping van dit pand was de haring-
inleggerij „De Volharding" gevestigd, ter
wijl op de eerste en tweede etage de pa-
piervernietigingsdienst „De Opbouw" was
ondergebracht.
De heer Huyser, eigenaar van de haring-
inleggerij, had juist de kachel aangemaakt,
zonder echter de huurders boven te waar
schuwen. Door de warmte van den schoor
steen, die door het geheele pand loopt, is
vermoedelijk het papier op de bovenver
diepingen in brand geraakt. Het vuur greep
hier zoo snel om zich heen, dat spoedig het
geheele pand in een vuurzee was herscha
pen. Meters hoog sloegen de vlammen uit
alle ramen, wat een fantastisch schouwspel
opleverde, dat door velen werd gadegesla
gen.
De brandweer, die spoedig met twee mo
torspuiten en twee z.g. „vuurvreters" ter
plaatse was, pakte het vuur onder leiding
van commandant Spuybroek, met vijf stra
len aan en wist zoodoende uitbreiding te
FEUILLETON
Een roman uit het hooge Noorden.
Door AGATHE POGNER
43)
Den 17den April probeerden de drie man
nen het opnieuw. Zij wilden ditmaal naar
de oostzijde van het eiland gaan. Er werd
proviand meegenomen voor drie of vier da
gen, hoewel zij, naar zij verzekerden, niet
zander zeehond zouden terugkomen, al
zou het ook tot Kerstmis duren voor zij er
één in het oog kregen.
Op den daarvoor vastgestelden tijd voe
derde ik onze vijf kleine beren, de tien
-achtergebleven honden en de kat. Fedja ver
gezelde my overal. Toen alle dieren voor
zien waren, zei hij:
Fedja ook eten.
Ik gaf hem een stuk rauw, gezouten ren-
diervleesch, dat at onze kleine wilde nog
het liefst. Als hij geweldigen honger had,
stelde hij zich ook tevreden met brood,
maar zoodra hij dan eenigszins verzadigd
was, gaf hij de rest aan zijn beide viervoe
tige vrienden.
Katja sliep. Fedja stoeide wat met de
honden. Er heerschte een weldadige ruSt
in het geheele huis. Lachend wierp de zon
haar gouden stralen over de besneeuwde
baai.
Deze stilte was echter van korten duur,
want plotseling begon Caesar van zijn aan
wezigheid blijk te geven. Hij schreeuwde
voorkomen. Het pand zelf echter is geheel
uitgebrand.
Het was eigendom van den heer Van der
Schalk uit Schiedam en tegen brandschade
verzekerd. De inventaris, eigendom van de
beide huurders, echter niet.
Bij den brand waren o.a. aanwezig bur
gemeester M. C. Siezen en de wethouders
Don en Buis.
BRAND IN EEN BOERDERIJ
Gistermiddag is door onbekenden oor
zaak brand ontstaan in een hooiberg van
een boerderij aan den IJweg in de Haar
lemmermeer. Aangewakkerd door een fei
len wind, sloegen de vlammen over op den,
aan het woonhuis vastgebouwden schuur.
Deze ging in vlammen op. De brandweer,
welke met drie spuiten aanwezig was, wist
het woonhuis te behouden. Een groep Duit-
sche soldaten heeft een goed werk gedaan
door tijdig het vee en het meubilair in vei
ligheid te brengen, zoodat de materieele
schade betrekkelijk gering is.
RIJWIELDIEVEN EN BERUCHTE
OPKOOPER GEKNIPT.
De Haagsche politie is er dezer dagen in
geslaagd eenige rijwieldie ven en een ge
vaarlijken opkooper te arresteeren.
Verleden week Donderdag surveilleer
den een paar rechercheurs van den cen-
tralen opsporingsdienst van de Haagsche
politie des avonds in de FransHalsstraat.
Bij een rijwielopkooper zagen zij iemand
naar buiten komen met een rijwiel aan de
hand, die later in gezelschap van een an
deren jongeman vèrdween. De rechercheurs
kregen argwaan en hielden de beide man
nen aan. Zij werden overgebracht naar het
hoofdbureau van politie en bleken te zijn
de 17-jarige banketbakker B. F. en de 22-
jarige slager A. S. Men vermoedde, dat het
rijwiel van diefstal afkomstig was en na
een onderzoek, dat eenige dagen in beslag
nam, bleek dat F. in de laatste zes weken
13 rijwielen in Den Haag had ontvreemd.
S. was in zooverre medeplichtig, dat hij
eenige malen op den uitkijk had gestaan.
Bij het verdere verhoor bleek, dat zij ze
ven rijwielen verkocht hadden aan den 38-
jarigen opkooper N. J. S., wonende in de
Maasstraat. De prijzen, welke zij voor de
rijwielen ontvingen, waren betrekelijk ge
ring en varieerden tusschen 5.50 en 6.50.
De opkooper, die wel bemerkte, dat hij nog
met beginnelingen in het vak te doen had,
beloofde voor elk drietal fietsen, dat zij bij
hem brachten, voortaan 7.50 te betalen.
Na deze verklaringen is de politie Maan
dag j.l. overgegaan tot de arrestatie van den
opkooper, die aanvankelijk ontkende iets
met deze zaak uitstaande te hebben. Bij
een onderzoek in zijn winkel echter, vond
men een splinternieuw heerenrijwiel. Op de
vraag, hoe hij hieraan kwam, antwoordde
de opkooper, dat dit rijwiel bij hem door
een onbekende gestald was. De politie ge
loofde hier echter niet veel van en nam het
rijwiel in beslag. Al spoedig bleek, dat ook
deze fiets ontvreemd was. Bij fouilleering
van N. J. S. kwamen eenige belastingmer-
ken te voorschijn en op een van deze
plaatjes was flauw een naam te onderschei
den, welke was uitgeveild. F. bekende dit
rijwielmerk te hebben gestolen uit een
stuurtasch van een damesrijwiel en dit
voor ƒ0.50 aan den opkooper verkocht te
hebben. Dit laatste was zoo bezwarend voor
S. dat hij door de mand viel. Voorts ver
telde F. nog, dat S. voor elk opgekocht rij
wiel een streep op de muur zette in zijn
werkplaats. Dit bleken er veel meer dan 13
te zijn.
De politie vond voorts nog een collectie
sledteltjes in de werkplaath van S. voor het
openen van rijwielsloten. Deze sleuteltjes
waren zeer vernuftig gefabriceerd en pas
ten bijpa op elk rijwielslot. Hij leende deze
„loopers" ook wel uit aan zijn cliënten",
indien zij moeite hadden met het openen
van sloten.
De rijwieldieven en de opkooper zijn
voorgeleid en ingesloten.
uit alle macht en dit schreeuwen werd
steeds luider en dringender. Het was, alsof
hij om hulp roep. Dobrez legde zijn kop op
mijn knie en keek mij vragend aan; blijk
baar verwachtte hij van me, dat ik een on
derzoek zou instellen naar de oorzaak van
Ceasar's ontstemming.
Ik stond op en ging naar Katja's kamer.
Zij lag met stralendë, wijd geopende oogeii.
Ze glimlachte mij toe, toen ik de deur open
de, maar het kind, dat naast haar lag,
scheen ze geheel te hebben vergeten.
Caesar moet gevoed worden, zei ik.
Hoor je niet, hoe hij huilt?
Ik streek haar zachtjes over het dunne,
maar mooie haar.
Met een schok scheen zij uit een andere
wereld tot de werkelijkheid terug te kee-
ren. De stralende glans in haar oogen maak
te plaats voor een stomme, vraag. Toen
schenen mijn woorden tot haar door te
dringen.
Ik ben zoo blo, dat hij in leven is ge
bleven, zei ze, met een aandoenlijk lachje.
Ja, hij is heel wat flinker geworden en zoo
lang ik nogZij viel zichzelf in de rede
en vroeg: Vindt u ook niet, dat hij er best
uitziet?
Als zij over Caesar sprak, noemde ze hem
altijd „hij". Het woord „Caesar" wilde haar
als iets volkomen vreemds, niet over de
lippen. Den eersten tijd vond ze zelfs, dat
dat heelemaal geen naam was.
Ik antwoordde:
Ongetwijfeld. Hij kan zich nu gerust
laten zien.
In stilte dacht ik: Je kunt hem nu ten
minste aanzien, zonder dat je daarbij een
rilling over den rug loopt.
Wat schijnt de zon vandaag mooi....
Heel mooi! Wil je misschien een poos
je naar buiten?
RIACHINENAALDEN ONTVREERID
Postbode en zoon in arrest
De centrale recherohe te Amsterdam is
dezer dagen op het spoor gekomen van een
diefstal van machinenaalden, welke ge
pleegd is in het centrale kleedingmagazijn,
aan de Sarphatistraat. In verband hier-
zijn twee personen, een postbode en diens
zoon, gearresteerd en in het hoofdbureau
van politie opgesloten.
De zoon van den postbode, die aan het
centraal kleedingmagazijn werkte, heeft
kans gezien over zeer langen tijd, telkens
groote partijen machinqnaalden te stelen.
Hij gaf deze naalden dan aan zijn vader,
die er wel koopers voor wist te vinden, en
die een groot deel van de gestolen naalden
heeft verkocht aan verschillende zaken,
grossiers en andere handelaren. Vermoede
lijk zijn duizenden dozijnen naalden door
den jongeman ontvreemd en dit moet hem
een zeer groot bedrag hebben opgebracht,
wanneer men bedenkt, dat één machine
naald normaal een dubbeltje per stuk kost.
De naalden werden aan de verschillende
zakenlieden verkocht voor drie a vier cent
per stuk.
Het is de centrale recherche gelukt, een
deel van de duizenden naalden weer bij
verschillende zaken in beslag te nemen.
Men vermoedt, dat de jongen ook leeren
zittingen voor broeken uit het centraal
kleedingmagazijn heeft ontvreemd. Het on
derzoek is nog in vollen gang en het is
niet onwaarschijnlijk, dat er meerdere ar
restaties zullen volgen. De postbode is gis
teren op het postkantoor aangehouden,
nadat de zoon kort te voren reeds was ge
arresteerd.
„Tel."
VIJF-EN-VEERTIG HONDERD GULDEN
GEVONDEN
In een van Dordrechts winkels is Maan
dag een tasch met een inhoud van f 4500
gevonden. Door de bemiddeling van de poli
tie, tot wie hij zich had gewend, kon gis
teren de vondst den rechtmatigen eigenaar
ter hand worden geteld. Deze was natuur
lijk zeer dankbaar en schonk de winkel
juffrouw, die het geld gevonden had
een fleschje eau de cologne, ter waarde van
95 cents.
„N. R. Crt."
MEISJES IN RIANSKLEEREN
Dinsdagmiddag heeft de Dordtsche poli
tie op den Rijksstraatweg aangehouden de
19-jarige Gerardina G. en det18-jarige An
na G., die in manskieeren waren gestoken,
terwijl de haren behoorlijk in een muts
waren weggewerkt. Zij beweerden op weg
te zijn naar Breda.
De meisjes bleken daags te voren uit
een gesticht te Overschie te zijn wegge-
loopen en meenden door de verandering
van kleeding beter aan de aandacht van
de politie te kunnen ontsnappen.
Zij zijn naar genoemd gesticht op trans
port gesteld.
AVONTUREN VAN EEN VERRUST
KIND
Het zes-jarig meisje Maria Theresia Slijt
te Heerlen, is terecht. Het kind was ver
moedelijk verdwaald en op Duitsch grond
gebied terecht gekomen. Daar is het door
iemand naar een klooster gebracht. Dit
klooster heeft de Akensche politie gewaar
schuwd, die, doordat het bericht in de Duit-
sche kranten vermeld stond, direct de
Heerlensche politie waarschuwde, waarna
het kind is opgehaald en gezond en wel
bij de famiile is thuisgebracht
VOETGANGERS,
schuin een kruispunt over? Neen!
Daar loopt men altijd haaks
omheen.
Vereeniging voor Veilig Verkeer.
Ach nee. Ik dacht maar zooToen
Semjon stierf, was het ook zulk mooi weer.
Hij zei toen nog: Alleen om me te ergeren,
schijnt de zon zoo verleidelijk....
Waarom spreek je over sterven? Als
de eerste boot er maar eenmaal is....
Zij glimlachte vermoeid.
De eerste boot? Niemand, die hier ziek
is geworden, heeft haar ooit gezien.
Zou jij dan geen uitzondering kunnen
zijn?
Zij scheen mijn vraag niet gehoord te
hebben.
Als hij maar in leven blijft, zei ze met
een liefdevollen blik op het kleine kind.
Tychon zal ook voor Fedja een goed va
der zijn. Dat heeft hij me beloofd.... Hij
is zoo goed. Veel beter dan Semjon....
Zou je niet een beetje in de zon willen
zitten? vroeg ik nog eens, om het gesprek
een andere wending te geven. Ik zal je wel
naar buiten dragen.
Hè ja, in de zon.
Doch direct hierop glimlachte ze.
Nu niet, straksNu wil ik slapen.
Ik zat aan haar bed en hield haar hand
in de mijne. Het was zoo stil in het ver
trek, dat ik het tikken van mijn horloge
kon hooren. Caesar had zich in slaap ge
dronken en af en toe knorde hjj van behaag
lykheid.
Fedja scheen zich moe te hebben ge
stoeid. Hij zat nu op het bankje voor het
raam en onderhield zich met „de rat".
Zal ik je wat voorzingen? vroeg hij het
dier, dat aandachtig naar hem scheen te
luisteren. Iets hejel moois? Ik zal je een
liedje leeren. Dat heb ik van oom Arkadi
geleerd en nu leer ik het jou. Pas dus
goed op.
Met een helder stemmetje zong hij het
liedje van den wolf en het grijsgrauwe
geitje. Met zeldzaam welgevallen aan- 1
schouwde ik het taf reel tje bij het raam, tot
plotseling een zonderlinge rochelend geluid
mij tot de werkelijkheid terug riep.
Ontsteld keek ik naar Katja. Zij had zoo
iets vreemds in haar oogen, iets
Katja!. riep ik luid. Katja, versta je
me?
Maar neen, ze hoorde me niet meer. Noch
mij, noch iemand anders. Haar ziel was in
de eeuwigheid opgegaan en had haar glans
op Katja's gelaat achter gelaten. Haar een
voudige trekken waren nu fijn en edel.
Katja! riep ik nog eens, want ik kon
mij immers ook vergist hebben. Maar
Katja's ooren bleven doof. Slechts haar
hand, die nog steeds in de mijne rustte,
werd kouder en kouder.
Eerst nu begon ik te begrijpen, dat Kat
ja werkelijk dood was. Toen ik haar de
oogen wilde toedrukken, bemerkte ik tot
mijn ontstelenis het slapende kind aan haar
borst. Het was wel het moeilijkste, dat ik
ooit in mijn leven heb volbracht en ik beet
dan ook van machteloze woede mijn lippen
stuk, toen ik de baby van haar wegnam.
Voor ik haar handen vouwde, riep ik
Fedja. Hij kwam, lachend als steeds, maar
mijn ernstig gezicht verdreef den lach van
zijn lippen. Angstig en niet begrijpend keek
hij naar mij op.
Ik nam de koude hand van de doode en
legde deze op zijn voorhoofd.
Mamotschka wil je zegenen, zei ik.
Fedja bleef onbeweeglijk staan. Eerst
toen ik de handen van zijn moeder ineen
vouwde, werden zijn oogen grooter.
Hij vroeg niet: Is Mamotschka dood? Hij
voelde het en plotseling barstte hij in een
hartstochtelijk snikken uit. Nooit heeft het
leed van anderen mij zoo aangegrepen. Hij
ging voor de doode staan en bedelde met
een stemmetje, dat mij door het hart sneed:
Mamotschka, hier is Fedja. Mamotsch
ka, Fedja zal zoet zijn.
Caesar's gillend huilen snerpte door het
stille huis. Ceasar's huilen bracht mij aan
den rand der vertwijfeling. Er bleef mij
niets anders over dan de woning te slui
ten en het schreiende kind naar de Wal-
vischbaai te brengen, want vóór mijn drie
metgezellen terugkeerden, zou het jongetje
reeds lang verhongerd kunnen zijn.
Ik spande een slede in, wikkelde beide
kinderen in zachte vachten en begaf mij op
weg.
Toen ik den eersten heuvel bereikt had,
keek ik nog eenmaal om. Het was, alsof
ik de doode aan het venster zag staan en
of zij mij toewuifde. Als een waanzinnige
dreef ik de honden tot meerderen spoed
aan, ten prooi aan een onverklaarbaren
angst, die mij een huivering over den rug
joeg.
Stepanida ontfermde zich onmiddellijk
over den kleine en gaf hem ruimschoots,
wat zijn eigen, zieke moeder hem had moe
ten onthouden. En daarbij smakte hij van
genot.
Zoodra de honden slechts eenigszins wa
ren uitgerust, aanvaardde ik met Fedja den
terugtocht.
Wenjamin en Pelka volgden mij op den
voet.
Zonder my den tijd te gunnen de honden
uit te spannen, ging ik het huis binnen,
maar nauwelijks had ik de deur, die toe
gang gaf tot Katja's kamer, geopend, of
krijschend en sissend vloog er tot twee
driemaal toe iets rond mijn beenen om
daarna pijlsnel naar buiten te schieten
(Wordt vervolgd).