De beschieting van
de LAZ 11
Land- en Tuinbouw
Ik hèb gekozen,
Arkadi...
r DONDERDAG 26 SEPTEMBER 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6'
Kapitein De Graal vertelt
Hier volgt een verhaal van een
Nederlandschen zeeman, een man uit
één stuk, een rondborstigen kerel,
zooals ons vaderland er reeds zoovelen
heeft voortgebracht.
Zijn naam is Meindert Cornelis de
Graaf, zijn leeftijd 50 jaren en hij woont
te Rotterdam. Kapitein De Graaf vaart
sinds eenigen tijd op een Nederlandsoh
Roode-Kruisschip. Men kent deze
schepen. Zij kruisen dag en nacht langs
de kusten en op de open zee op zoek
naar in nood verkeerende menschen,
naar verongelukte zeelieden en vlie
gers, onverschillig van welke nationa
liteit.
Hun bemanningen verrichten een mensch-
lievend werk, waaraan groote gevaren zijn
verbonden. Maar zij trotseeren deze ge
varen, wetende dat haar aanwezigheid
noodig is, dat dan hier, dan daar armzalige
schipbreukelingen hulpeloos ronddobberen
of verongelukte vliegers den horizon af
turen naar een reddingbrengend schip.
Kapitein De Graaf voer Zaterdag voor
de tweede maal met zoo'n reddingbrengend
schip het zeegat uit. Dit vaartuig is ge
doopt „Laz II" en is de vroegere zee-
sleeper van Smit en Co. „Indus". De be
manning bestond uit 18 personen. Zij was
vol goeden moed en verheugde zich bij
voorbaat op het goede werk, dat zij straks
wellicht zou kunnen doen. Het heeft niet
zoo mogen zijn.
Hier volgt dan het relaas van gezag
voerder De Graaf, zooals hij dat aan een
verslaggever van het A.N.P. vertelde.
In den nacht van 22 op 23 September
zoo begon kapitein De Graaf bevond ik
mij met de Laz 11 op 51 graden 55 minuten
Noorderbreedte en 3 graden 31 'minuten
Oosterlengte, d.i. ongeveer 15 zeemijlen be
westen Goeree.
De nacht was helder en het schip lag in
het licht van de maan. De windkracht was
6 en onze koers Oost-Noord-Oost.
Om drie uur 's nachts zagen wij oranje-
roode lichtkogels in de lucht. Zij werden
in de richting van ons schip afgevuurd.
Roode Kruisverlich'ting
helpt niet.
Hierop deed ik direct de Roode Kruis-
lichten ontsteken. Ook gaf ik signalen op
de stoomfluit. Natuurlijk dachten wij, dat
men aan boord van het andere schip nu
wel zou weten, dat wij volkomen onschul
dig waren en dat ons vaartuig een Roode'
Kruisschip was.
Tot onzen grooten schrik echter loste
de oorlogsbodem eenige seconden later
een salvo. De projectielen kwamen
voor ons schip in het water terecht.
Direct daarop volgde een tweede salvo
en dezen keer vielen de granaten
achter ons vaartuig in het water. Het
derde salvo, dat onmiddellijk na het
tweede werd afgevuurd, sloeg mid
scheeps in en beschadigde niet alleen
het dek, maar veroorzaakte een ketel
explosie, terwijl tot overmaat van
ramp het roer buiten werking werd ge
steld. Ook de scheepsverlichting viel
uit.
Onder deze omstandigheden besloot ik,
dat wij het schip onmiddellijk zouden ver
laten. Ik gaf opdracht de stuurboord-sloep
te strijken. Bij het vieren van de sloep,
dat in volslagen duisternis moest gebeuren,
is door onbekende oorzaak de voorste takel
uitgehikt, waardoor de geheele bemanning
het meerendeel der équipage was in
de sloep gegaan in het water viel. De
sloep sloeg vol water en het zag er voor
ons allen niet best uit.
Aan boord bevond zich echter nog de
eerste machinist Groeneveld. Deze dappere
behield zijn tegenwoordigheid van geest en
wierp ons een vanglijn toe, waardoor wij
de sloep, waaraan wij ons hadden vastge
grepen, langszij van het schip konden
brengen. Op deze wijze slaagden wij erin,
weer aan boord van het schip te komen.
Ik hield onmiddellijk appèl en nam den
toestand van het schip op.
De beschieting van het schip zoo ging
de kapitein verder had ongeveer 10
minuten geduurd. De aanvallende oorlogs
bodem was door niemand van ons verkend.
Alleen het mondingsvuur hadden we kun
nen Waarnemen. Een granaat was aan bak
boordzijde in het dek ingeslagen en had
groote schade in de kombuis en in de pro
viandkamer aangericht. Andere treffers
hadden een ketel vernietigd, waardoor
zich heete stoom over het geheele schip
verspreidde, terwijl verder door den eer
sten stoomdruk kolen en gruis aan dek
waren geslingerd. Een ander projectiel had
het stuurgerei volkomen onbruikbaar ge
maakt.
Tengevolge van de ravage in het ketel-
ruim had de tremmer C. Hermsen zware
brandwonden gekregen, waaraan hij, zooals
bekend is, eenige uren later is bezweken.
Ook de tweede machinist W. A. Cassee,
die zich tijdens den aanval in de machine
kamer bevond was met brandwonden over
dekt, evenals ten slotte de tweede stuur
man M. van Duyn, die in het logies, dat
naast het ketelruim is gelegen, uitrustte.
Bij het omslaan van de reddingboot wa
ren zes opvarenden in de diepte verdwe
nen. Het was hun althans niet gelukt de
vanglijn te grijpen of zich aan de sloep
vast te houden. Het waren de tweede ma
chinist J. Maarseveen, de matrozen D.
Rood, M. L. Grutterswijk en W. van Leeu
wen en de stokers J. W. Koster en A.
Sweers.
Pogingen om hen te redden werden zeer
bemoeilijk doordat het schip volkomen on-
manoeuvreerbaar was. Zij hadden dan ook
helaas geen resultaat.
s.o.s.
Direct heb ik verbinding met radio-
Scheveningen gezocht en spoedig gekre
gen. Ik vroeg onmiddellijk hulp.
Omstreeks 10 uur Maandagochtend ver
scheen boven het schip een land vliegtuig.
Het was geen Duitsch toestel. Dit vlieg
tuig cirkelde op een hoogte van circa 200
meter driemaal rond het schip. De vlieger
seinde met een morselamp de letter P,
waarop ik het internationale noodsein
N C heesch en bovendien een tweede
Roode Kruisvlag. Ook gaf ik eenige malen
met een Nedinscolamp „S.O.S." en ten
slotte het woord „Position" om te kennen
te geven, dat ik mijn positie wenschte te
bepalen. Hierop seinde de vlieger „Can 't
help you", waarna hij in Westelijke rioh-
ting verdween.
Later het was inmiddels 11 uur ge
worden naderden eenige Duitsche water
vliegtuigen, die voortdurend in onze nabij
heid zijn gebleven. Naar ik later hoorde
zoo vertelde kapitein De Graaf had een
dezer vliegtuigen een dokter aan boord,
maar vanwege den hoogen golfslag durfde
de piloot niet op het water neer strijken.
's Middags om 3 uur kwam het Laz-schip
46 langszij, dat een half uur later een
sleepverbinding tot stand bracht en ons in
de richting van Hoek van Holland ver
sleepte. Twee uren later naderde een
Duitsch marinevaartuig, dat een dokter en
een verpleger afgaf, die zich onmiddellijk
met de verzorging van de gewonden bezig
hielden. Het schip nam het sleepen van de
Laz 46 over en bracht ons om 8 uur
's avonds te Hoek van Holland binnen. Een
half uur eerder had de dokter het over
lijden van den tremmer Hermsen gemeld.
Een moedig machinist.
Kapitein De Graaf was vol lof over
het moedige gedrag en het beleidvol
optreden van den eerste-machinist D.
Groeneveld.
Onder levensgevaarlijke omstandig
heden en terwijl de anderen zich reeds
j in de reddingboot begaven, daalde hij
af in het ketelruim, waar Hermsen zich
bevond en dat vol heeten stoom stond.
Hy drong door tot de plaats, waar de
tremmer met zware brandwonden over
dekt lag en bracht hem aan dek. He
laas mocht deze dappere daad niet meer
helpen. Voorts was het Graeneveld,
die de verbinding met de omgeslagen
reddingboot tot stand bracht, waar
door vele opvarenden, die anders zeker
zouden zijn omgekomen, konden wor
den gered. Tenslotte was het weer
Groeneveld, die alle zorgen besteedde
aan de eerste hulp der gewonden. Op
bijzonder lofwaardige wijze heeft hij
deze slachtoffers bijgestaan.
Kapitein De Graaf was door het zeer be
treurenswaardig incident allerminst ver
slagen. Hij houdt van de zee, waarop hij
reeds 35 jaar heeft rondgezwalkt en van
het menschlievende werk, dat in deze oor
logsdagen op zee verricht kan worden. Hij
verzekerde dan ook oprecht dat hy, even
als zijn bemanning ook de drie gewon
den, die in het gemeenteziekenhuis te
's-Gravenhage zijn opgenomen en die het
gelukkig goed maken zoo spoelig mo
gelijk met de gerepareerde „Laz 11" of
met een ander Roode Kruisvaartuig op
nieuw zal gaan uitvaren.
VRACHTAUTO DOOR PERSONENAUTO
GERAMD.
Van de inzittende arbeiders zes gewond.
Vanochtend zeven uur is op den weg
MiddelburgVlissingen onder de gemeente
Koudekerke een vrachtauto door een per
sonenauto aangereden, waardoor eerstge
noemde wagen tegen een paal van het elec-
trische net reed. Zes personen werden hier
bij gewond, van wie twee ernstig.
De vrachtauto kwam uit Middelburg en
vervoerde werklieden naar Vlissingen. Drie
mannen zaten in de cabine, terwijl zich
twintig menschen in den bak bevonden. Op
den nieuwen Vlissingschen weg werd de
wagen door een personenauto, die uit een
zijweg kwam, aangereden. Door de bot
sing reed de vrachtwagen in volle vaart
tegen een paal van de electrische tram; dit
verhinderde, dat de auto in de watergang
terecht kwam. De schok was echter zoo he
vig, dat de twintig mannen uit den bak
werden geslingerd. Het bleek, dat zes per
sonen waren gewond, van wie twee ernstig.
Geneeskundige hulp werd verleend door
dokter Simons uit Koudekqrke, die de ge
wonden liet vervoeren naar het ziekenhuis
te Middelburg, waar zy zijn opgenomen.
Het zijn vijf werklieden uit Apeldoorn en
een uit Middelburg. De overige inzittenden
van de vrachtauto werden niet,gewond en
zijn met een andere auto naar hun werk
vervoerd.
IN DE DUISTERNIS TE WATER
GERAAKT EN VERDRONKEN.
De politie te Leeuwarden heeft uit den
Vliet opgehaald het lijk van een 61-jari-
gen man, die sinds eenige dagen werd ver
mist. Hij is vermoedelijk door de duister
nis misleid, te water geraakt.
IN DE DUISTERNIS VERDRONKEN
Dinsdagavond is de 21-jarige mej. v. d. W,.
wonende in Blokland onder de gemeente
Montfoort, tengevolge van de duisternis
Lmet haar fiets in een diepe sloot gereden.
^Daar zy niet zwemmen kon en niemand
het ongeluk bemerkt had, is zy verdronken.
DE DIEFSTAL VAN DISTRIBUTIE
BONNEN.
Nog een arrestatie.
Inzake den diefstal van distributiebon-
nen uit het kantoor Laanweg te Amster
dam heeft de politie van het bureau Ade-
laarsweg wederom een man gearresteerd,
die bij den handel in de bonnen betrok
ken is geweest. Deze man had bonnen van
den rijwielhandelaar, bij wien gisteren een
deel van den buit gevonden is, gekocht.
ONGEOORLOOFDE HANDEL IN ZEEP.
Gistermiddag ontdekten een paar Amster-
.damsche rechercheurs, dat uit een opslag
plaats aan het Waterlooplein een groote
partij zeep ongeveer 150 160 dozyn
stukken op een bakfiets werd geladen.
Toen de bakfiets vol was, gingen de re
chercheurs informeeren naar de bestem
ming van de zeep en de bonnen of de toe
wijzingen, welke voor den handel noodig
zijn. Deze waren er niet en toen boven
dien bleek, dat de zeep verkocht was voor
600 a 700, d.w.z. ongeveer 30 pet. onder
den normalen prijs, achtten zij het beter
in te grijpen. Tegen de handelaren is pro-
ces-verbaal opgemaakt inzake de overtre
ding van de zeepdistributiebeschikking.
OFFERBLOKKEN GEPLUNDERD.
Zes jongens gegrepen.
Den laatsten tijd werden herhaaldelijk in
R.-K. kerken te Boxtel en omstreken offer
blokken opengebroken en geledigd, zonder
dat men een spoor van de daders kon ont
dekken. Thans is de gemeentepolitie er, na
een uitgebreid onderzoek, in geslaagd de
bedryvers van deze wandaden in te reke
nen, aldus lezen we in de „Msbd." Het ble
ken zes jongens van 16 tot 18 jaar te zijn,
allen afkomstig uit Boxtel. De jongelui
werden danig aan den tand gevoeld en leg
den een volledige bekentenis af. De leider
van het complot bleek de 18-jarige J. v. K.
te zijn. In totaal hebben de jongens twaalf
offerblokken geledigd. Allen zullen op
transport worden gesteld naar Den Bosch,
waar zy ter beschikking van de justitie zul
len worden gesteld.
GROOTE PARTIJ HAVER IN BESLAG
GENOMEN.
Bij een dezer dagen ingesteld onderzoek
door controleurs van de afdeeling algemee-
ne controle van den centralen crisiscontro
ledienst bij een der grootste transportonder
nemingen te Amsterdam, werd op een der
zolders een partij van ongeveer 12.000 k.g.
haver aangetroffen. Daar het, in verband
met de huidige bepalingen, uitgesloten is,
dat een veehouder een dergelijk enkelvou
dig voer, waarvan het vervoederen even
eens verboden is, in voorraad kan hebben,
werd een verder onderzoek ingesteld. Hier-
by kwam vast te staan, dat na het tydstip,
van het in werking treden van het konink
lijk besluit van 2b Augustus 1939 Staats
blad 679 j, door diverse leveranciers tot
en met heden totaal ongeveer 70.000 k.g.
haver en ongeveer 5500 k.g. ander veevoe
der frauduleus werd afgeleverd.
Wegens het vervoederen van deze partij
haver werd de afnemer verbaliseerd, ter
wijl de nog aanwezige haver in beslag werd
genomen.
Het onderzoek wordt met spoed voortge
zet en naar het zich laat aanzien, zullen de
vele verdachten in deze zaak zich straks
niet alleen hebben te verantwoorden voor
deze frauduleuze leveringen, doch ook we
gens het misdrijf genoemd in de prysop-
drijvings- en hamsterwet van 1939, daar de
prijzen in sommige gevallen uitermate hoog
waren.
DE ONTSLAGVERORDENING IN DEN
LANDBOUW.
Regeling voor een minimum aantal
arbeidskrachten.
De ondervinding opgedaan met de ont
slagverordening in de agrarische bedrijven
is voor het centraal secretariaat voor land
en tuinbouw aanleiding geweest naar een
regeling te zoeken.
Na vele besprekingen, ook met de ver
tegenwoordigers van landbouworganisaties
en landarbeidersbonden in alle deelen des
lands, is het secretariaat thans met een re
geling gereed gekomen.
De normen, welke de landbouwers by de
Radio-programma
VRIJDAG 27 SEPTEMBER 1940. V
JAARSVELD, 414,4 M. VARA-uitzen-
ding. 8.00 Nieuwsberichten A.N.P., gra-
mofoonmuziek 10.00 Declamatie 10.20
Klarinet en piano 10.50 Declamatie
11.10 Esmeralda en solist 12.00 Berich
ten 12.05 Orgelspel en zang 12.45
Nieuws- en economische berichten A.N.P.
1.00 VARA-orkest en solist 1.45 Gra-
mofoonmuziek 2.15 VARA-orkest 2.45
Declamatie 3.15 Trio Hartvelt 3.45
Gramofoonmuziek 4.00 Gramofoonmu-
ziek (met toelichting) 4.30 Voor de kin
deren 5.00 Gramofoonmuziek 5.16
Nieuws- en economische berichten A.N.P.
5.30 Esmeralda en soliste 6.10 Cause
rie „Kunst en opvoeding" 6.30 VPRO.:
Cyclus „Bij de herdenking van Geert Groo
te" 6.45 Berichten 6.50 Felicitaties
6.55 Gramofoonmuziek 7.00 Vragen van
den dag (A.N.P.) 7.15 VARA-orkest en
solisten 7.45 Propaganda toespraak
7.50 Gramofoonmuziek 8.00 Nieuwsbe
richten A.N.P. 8.10 VARA-orkest, VARA
operettekoor en feolisten 8.559.00
Nieuwsberichten A.N.P., sluiting.
KOOTWIJK, 1875 M. NCRV-uitzending.
7.00 Berichten (Duitsch) 7.15 Berich
ten (Engelsch) 7.30 Gramofoonmuziek
8.00 Nieuwsberichten A.N.P. 8.10
Schriftlezing en meditatie 8.25 Gewijde
muziek (gr.pl.) 8.45 Gramofoonmuziek
9.45 Marcando-ensemble en gramofoon
muziek 11.15 Berichten (Engelsch)
11.30 Gramofoonmuziek 12.30 Berich
ten (Duitsch) 12.45 Nieuws- en econo
mische berichten A.N.P. 1.00 Celesta
ensemble en gramofoonmuziek 2.00 Be
richten (Duitsch) 2.15 Celesta-ensemble
2.45 Gramofoonmuziek 3.30 Berich
ten (Engelsch) 3.45 Zang met pianobe
geleiding en gramofoonmuziek 4.25 Gra
mofoonmuziek 5.00 Berichten (Duitsch)
5.15 Nieuws- en economische berichten
A.N.P. 5.30 Canzonetta-sextet en gramo
foonmuziek 6.15 Berichten (Engelsch)
6.30 Canzonetta-sextet 7.00 Vragen
van den dag (A.N.P.) 7.15 Berichten
7.30 Reportage of muziek 8.00 Berich
ten (Duitsch) 8.15 Nieuwsberichten
A.N.P., gramofoonmuziek 8.30 Berichten
(Engelsch) 8.45 Gramofoonmuziek
8.559.00 Nieuwsberichten A.N.P., slui
ting.
tewerkstelling van het aantal werkkrach
ten in acht moeten nemen, willen zij voor
het overige personeel vallen buiten de ont
slagverordening, zijn de volgende;
1. Voor het weidebedrijf gedurende het
geheele jaar één arbeider per 10 H.A.;
2. Voor het akkerbedrijf gedurende de
zomerperiode één arbeider per 8 H.A.;
3. Voor het akkerbouwbedrijf gedurende
de winterperiode één arbeider per 12 H.A.;
4. Voor gemengde bedrijven vinden de
normen voor weide- en akkerbouwbedrij-
ven verhoudingsgewijze toepassing.
Voor het geheele land, zoowel voor wei
de- als akkerbouwbedryven van alle groot
ten, wordt voor den arbeid van den onder
nemer een aftrek toegepast van 10 H.A.
Van de meewerkende inwonende zoons
geldt een zoon van 21 jaar als een volle
dige arbeidskracht en bedraagt de aftrek
eveneens 10 H.A. Voor jongere zoons is de
aftrek van 20 jaar 9 H.A., 19 jaar 8 H.A.
enz. tot een leeftijd van 14 jaar 3 H.A.
De winterperiode is gesteld op 4. de zo
merperiode op 8 maanden. Aangenomen
v. -^at de zomer als regel begint half
Maart en eindigt half November. Van deze
indeeling kan ook worden afgeweken, in
die zin, dat de landbouwers vergunning
kunnen vragen om de zomerperiode twee
weken langer te laten 4,4wen.
Na"!* ™en ons meldt, heeft de directeur-
generaal van den arbeid aan bovenstaande
regeling, welke algemeene normen stelt
voor het geheele land, reeds zijn goedkeu
ring gehecht.
G'werkt v/ordt aan een regeling voor de
tewerkstelling van een minimum aantal
aibeiders in het tuinbouwbedrijf.
FEUILLETON
Een roman uit het hooge Noorden.
Door AGATHE POGNER
37)
Ik was zelf bijzonder tevreden met dit
idéé, maar toen Pelka mij gisteren met haar
grootvader kwam bezoeken, bleek mijn
handelwijze in haar oog en geen onver
deelde instemming te kunnen vinden. Het
portret vond ze werkelijk prachtig, maar
de rozen daarboven wekten haar bevreem
ding.
Waarom heb je die bloemen aan mijn
uortret gestoken, Arkadi? vroeg ze, zonder
ling ernstig. Ik ben toch niet dood!
Maar Pelka!
Meer vermocht ik op dat oogenblik niet
over mijn lippen te brengen. De schrik
scheen myn tong te hebben verlamd.
Maar Pelka, hoe kom je daar nu by?
Ik dacht maar zoo. Mamoesje versiert
papoesja's portret ook altijd met bloemen.
Ik wilde de rozen van den wand scheu
ren, want mijn hart begon plotseling on
stuimig te kloppen en ik voelde mij ten
prooi aan even droeve als raadselachtige
voorgevoelens. Maar Pelka verzette zich
er tegen, de rozen zagen er zoo mooi uit;
ik moest het maar zoo laten als het was.
Daarna wild eze met me gaan wandelen,
maar daarvan kwam voorloopig niets, want
iit had nog een groote verrassing voor haar:
Maria's geschenken.
Met stralende oogen van opwinding keek
ze toe, hoe ik de eene doos na de andere
op tafel zette. Het waren er in het geheel
zes.
En is dat allemaal voor mij?
Allemaal.
En zit in elke doos hetzelfde?
Nee, in elke doos zit wat anders. Pak
ze maar uit.
Met bevende handjes, blozend van ver
bazing en bewondering, maakte Pelka de
doozen open. Daar lagen louter dingen die
zy tot dusver nog nooit gezien had. De eer
ste doos bevatte een groot aantal dingetjes
van goud papier, die met gekleurde zijde
moesten worden bestikt. In de tweede la
gen kleine stokjes en houtjes, waaruit meu
bels en huisjes konden worden opgebouwd,
de derde bevatte een groote hoeveelheid
riet voor het vlechten van mandjes en bord
jes, de vierde alle hulpmiddelen voor het
maken van kunstbloemen, de vijfde een
ark van Noach met ruim honderd dieren
en in de zesdeneen, bij de zesde wer
den Pel ka's oogen nog eens zoo groot en
kwamen er zelfs tranen. Want in de zesde
doos lagen kralen, Kralen in alle grootten
en kleuren. Pelka werd er stil van en zei
stamelend:
Dat kan toch niet alles voor my zijn.
Dat is veel te veel.
Maar zij liet zich graag en snel gerust
stellen. Er waren nog geen twintig minu
ten verloopen, of zij had reeds een halsket
ting en een armband geregen. My werden
minzaam deze sieraden aangeboden, maar
toen ik betoogde, dat ik mij als man toch
bezwaarlijk met een halsketting en een
armband kon tooien, viel Pelka's kaus op 'n
horlogeketting en daar kon ik niet onder
uit. Tot haar gTOote tevredenheid beves
tigde ik het geschenk onmiddellijk aan mijn
horloge en met een wijs gezichtje gaf Pel
ka als haar meening te kennen, dat de ket
ting mij bijzonder goed stond.
Toen mijn gasten vertrokken waren, liet
ik mijn nieuwe bezit direct aan mijn vier-
voetigen vriqnd zien. Hij besnuffelde den
ketting van alle zijden en wilde er op hon
denmanier ook dadelijk in bijten, maar dat
kon ik natuurlijk niet toestaan.
Niet waar, oude jongen, zei ik tegen
hem, de waarde van een of ander ding komt
er minder op' aan. Hoofdzaak is, dat het
ons bevalt.
Drie dagen geleden nam ik een dag rust
om naar de Walvischbaai te gaan. Daar de
zee volkomen stil was, koos ik den water
weg. De plechtige stemming, die over de
golven lag, beheerschte weldra ook mij.
Zoo geheel alleen te zijn tusschen hemel
en water een niets in een schommelenden
•notedop en daarnaast toch ook, krach
tens je gedachte en je wil, meester over al
les, dat is een verheffend bewustzijn en
het verzoent den mensch met den dood.
In de Walvischbaai had dézen dag een
opwinding geheerscht van belang. Een van
de bergen komende ijzige wind, iets verra
derlij kers dan deze op ons eiland plotseling
opstekende verschrikkelijke wind bestaat
er op de geheele wereld niet, had de boot,
waarin Pelka zat te visschen, van den oever
losgetrokken en binnen een paar minuten
ver van de groote baai ingedreven. Pelka
had geen kik gegeven en geen oogenblik
zelfs maar een spoor van angst getoond,
maar 'Rodion, die op den wal getuige was
geweest van het gebeurde en de mogelijke
verschrikkelijke gevolgen onmiddellijk had
I overzien, was gekleed en wel te water ge-
I sprongen en de boot achterna gezwommen.
Toen hij het vaartuigje bereikt had, had
hy het touw gegrepen en zwemmend de
boot naar den oever getrokken.
Toen grootvader mij bij het theedrinken
het gebeurde meedeelde, glimlachte Wen-
jamin op zijn gewone, goedmoedige wijze
en zei:
Rodion is van ijzer. Zulke menschen
als hij worden maar eens in de honderd jaar
geboren.
Waarop Rodion zijn schoonzoon op den
schouders sloeg en antwoordde:
En zulke als jij, Wenjamin, maar eens
in de duizend.
Toen er genoeg over het voorval ge
praat was, verlangde grootmoeder, dat Pel
ka een brief aan Maria zou schrijven om
haar, zooals dat behoorde, hartelijk et be
danken voor al die mooie dingen.
Pelka bedacht zich dan ook niet lang en
schreef:
Lieve Maria,
Die dingen zijn heel mooi, ik kon eerst
haast niet gelooven, dat alles voor mij was,
maar Arkadi zei, dat het allemaal voor mij
was. Grootmoeder zegt, dat je een heel goed
mensch moet zijn, omdat je me al die din
gen hebt gestuurd en me heelemaal niet
kent. Ik heb voor mezelf een halsketting
gemaakt en een armband en voor Ar
kadi een horlogeketting. Grootmoe is juist
bezig bloemen te maken en Arkadi maakt
ook bloemen. Arkadi en ik spelen wat fijn
met elkaar.
Ik heb hem mijn lievelingspop gegeven,
omdat hij zulke groote, droevige oogen
heeft net als Dobrez. Hij gaat heel veel op
jacht. Hier gaan alle mannen op jacht. Als
zij niet op jacht gaan, dan slapen ze. Groot
moe zegt, ik moet de groeten doen en Ar
kadi zegt ook, ik moet de groeten doen.
Kom ons toch eens opzoeken. Daar zouden
we blij om zyn. Gegroet van
PELKA.
Grootmoeder betuigde haar tevredenheid
over den brief en daarna schaarden wij ons
rond de tafel om een beetje „Ark van
Noach" te spelen. Volgens de spelregels
moest elke medespeler telkens dat dieren
geluid nabootsen, waarop zijn nummer
viel.
Mijn nummer viel op een hen en ik be
gon zoo opgewekt te kakelen, dat Rodion
en grootmoeder de tranen over de wan
gen liepen van het lachen.
Ja, er gebeuren nog wonderen. En het
grootste wonder is de mensch.
31 Augustus.,
De zee brult. De zee tiert. De zee raast.
Het is of hij millioenen stemmen heeft ge
leend en daarmede zijn ontembare woede
ten hemel slingert. Er ligt iets grootsch, iets
verschrikkelijks, iets adembenemends in
dit gebrul. Iets, dat den mensch weer te
rugwerpt in den oertijd, toen het water op
aarde nog alleenheerscher was en de geest
der eeuwigheid beschermend daarboven
zweefde.
De zee huilt. De zee brult. De toorn heeft
haar wateren zwart gekleurd. Als zij zich
verheffen en weer dalen, ontwaart men si
nistere, duistere diepten en als zij zich
openen, spuwen zij heele bergen in woede
geboren schuim.
(Wordt vervolgd).