Qemeng.de Sieüchten
De „Nigerstroom"
niet getorpedeerd?
Ik hèb gekozen,
Arkadi
VRIJDAG 20 SEPTEMBER 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 7
KRUIS UIT UTRECHT'S
KATHEDRAAL ONTVREEMD,
DOCH TERUGGEVONDEN
Maar zonder corpus
Woensdagavond, toen het reeds donker
was, viel het den heer drs. J. Houtgast,
hoofdassistent van de Sterrenwacht „Zon-
nenburg" te Utrecht op, dat een man zich
plotseling op verdachte wijze trachtte te
verwijderen van het terrein van genoem
de Sterrenwacht.
Niet wetend en niet vermoedend, welke
de reden kon geweest zijn, waarom de man
zich op het Sterrenwacht-terrein had op
gehouden, ging de heer Houtgast direct
op onderzoek uit en zag na eenig rondzoe-
ken, dat er iets onder de aarde moest ge
stopt zijn, aldus lezen we in „De Tijd".
Het duurde niet lang, of bij verwijde
ring van eenige omgewoelde aarde deed
hij een ontstellende ontdekking.
In den grond lag n.l. weggestopt een
groot verguld altaarkruis, waarvan het
corpus verwijderd was.
Pogingen om den onbekenden man, die
zich uit de voeten gemaakt had, te achter
halen, konden geen succes meer hebben.
De heer Houtgast stelde daarom aanstonds
alles in het werk om zelf eenige aanwijzin
gen te vinden, welke eventueel van dienst
zouden kunnen zijn bij een nader in te
stellen onderzoek.
Gelukkig kon tamelijk spoedig resultaat
geboekt worden.
In de achterzijde van het kruis ontdekte
de heer Houtgast n.l., dat daar de naam
G. D. Brom ingegraveerd was, hetgeen
den vinder van het kruis aanleiding gaf,
zich oogenblikkelijk om inlichtingen te
wenden tot de edelsmeden Brom.
Een der heeren Brom begaf zich direct
naar de Sterrenwacht en nam het gevon
den kruis in oogenschouw.
Waar de heer Brom kon constateeren,
dat het niet een werkstuk was, dat hij per
soonlijk had vervaardigd, moesten ten hui
ze en op het atelier van de heeren Brom
pogingen worden ingesteld, om de her
komst van het kruis vast te stellen. Daar
men intusschen met zekerheid wist, door
de gravure, dat het stuk uit de eigen ate
liers afkomstig moest zijn, kon men er,
aan de hand van archivarische gegevens,
tamelijk spoedig in slagen, de herkomst te
ontdekken.
Technische bijzonderheden.
Daaruit bleek, dat het kruis een werk
stuk was uit het jaar 1860, vervaardigd
door den heer Gerard Bartel Brom, groot
vader van de huidige eigenaars der edel-
smidse, die in 1856 de Utrechtsche kunst
werkplaatsen Brom gesticht heeft.
Het kruis is van verguld brons, bezet
met half-edelsteenen, versierd met vijf
emaille-plaquettes.
Een dezer email-plaquettes was echter
bij het terugvinden op de Sterrenwacht
niet meer aanwezig, evenmin als het geci
seleerd bronzen corpus.
Toen de heer Brom deze gegevens had
geverifieerd, wist hij ook, dat het kruis
afkomstig moest zijn uit de Kathedrale
Kerk te Utrecht.
Het stond daar, tot Dinsdagavond j.l.,
geplaatst in de midden-nis van het Sacra
mentsaltaarhet rustte in een gegoten
bronzen voet, boven het Tabernakel; deze
voet echter was niet medegenomen.
Onderzoek ter plaatse.
Voorzien van deze gegevens begaf een
der heeren Brom zich naar den koster .van
de Kathedrale Kerk, den heer Buijl, en in
formeerde daar of er in de kerk niets ge
mist werd.
Toen de koster hierop bevestigend ant
woordde en mededeelde, dat het kruis van
het Sacramentsaltaar vermist werd, kon
de heer Brom het geruststellende ant
woord geven, dat het kruis reeds terug
gevonden en herkend was.
Een groote teleurstelling bleef echter het
feit, dat het corpus van het kruis verwij
derd was en dat men nog niet kon zeggen,
wat daarmede was gebeurd of waar zich
dat bevond.
Tijdens het onderhoud toonde de koster
den heer Brom o.m. den voet, waarin het
kruis gestaan had.
Na dit onderzoek stelde de heer Brom
den heer Houtgast met het resultaat van
zijn onderzoek in kennis.
Eenige aanwijzingen.
Besloten werd de politie van de vermis
sing en terugvinding op de hoogte te stel
len.
Reeds toen waren er eenige aanwijzin
gen, wie de vermoedelijke dader kan zijn
van dezen diefstal-met-vernleling.
Het is te hopen, dat het de politie geluk
ken zal, ten spoedigste volledige klaarheid
te brengen in deze zaak.
KINDERWAGEN DOOR AUTO
VERPLETTERD EN KIND GEDOOD.
Gistermiddag reed een vrachtauto te
Drachten achteruit. De bestuurder zag
niet, dat achter de auto een juffrouw met
een kinderwagen stond, waarin een twee
jarig kind zat. De kinderwagen werd onder
de auto plat gedrukt, waarbij het kind om
het leven kwam.
TUINMAN DOOR AUTOBUS AANGERE
DEN EN GEDOOD.
Gisterochtend omstreeks zeven uur is bij
de Hoeksterpoortbrug te Leeuwarden een
verkeersongeval gebeurd, waarbij de 44-
jarige tuinman J. Nauta, werd gedood. N.
kwam per rijwiel van den kant van den
Groningerstraatweg. Achter hem aan reed
een autobus uit Murmerwoude met arbei
ders, die te Leeuwarden werkzaam zijn. De
wielrijder veranderde van richting zonder
een teeken te geven. Het gevolg was, dat
hjj werd aangereden en op slag dood
was.
De bestuurder van de autobus remde uit
alle macht, tengevolge waarvan de bus slip
te, kantelde en nog eenige meters op het
wegdek voortschuurde. De inzittenden kwa
men er nog al goed af. Eenige werklieden
werden door glasscherven gewond.
JONGEN VERDRONKEN.
Gistermorgen is te Nijmegen de zesjarige
P. Verhoeven bij het spelen in de nieuwe
haven geraakt. Men bemerkte dit te laat,
zoodat hij niet meer kon worden gered.
JONGEN GEDOOD BU „OORLOGJE
SPELEN."
Melkbus werd als kanon gebruikt.
Te Raard bij Dokkum waren enkele jon
gens Woensdagmiddag bezig met het spel
van den dag: „Oorlogje-spelen".
Hierbij werden melkbussen gebruikt als
kanonnen. In de melkbussen werd wat
carbid en water gedaan, waarna het dek
sel op de bus werd gedrukt. Wanneer er
voldoende gas in de bus aanwezig was
werd een brandende lucifer door een klein
gaatje in den bodem, in de bus gebracht,
hetwelk een explosie tengevolge had waar
door het deksel met een luiden knal door
het luchtruim vloog.
Op een gegeven oogenblik liep het 5-jarig
zoontje Rindert, van den heer P. Meinderts-
ma te Raard op enkele meters afstand
voor de bus langs, juist op het oogenblik
dat het deksel er met een luiden knal af
sprong Het ventje kreeg het zware dek
sel tegen het hoofd en bleef met een ver
brijzelden schedel liggen Dr Blanksma van
Dokkum, die ijlings werd geroepen en
spoedig aanwezig was, kon slechts den
dood constateeren. „Msb."
OOK DAAR NOG ONVOORZICHTIG
HEID!
Marechaussee gewond bij demonteeren
van granaat.
Terwijl een marechaussee van de brigade
te Helden-Panningen in de smederij van
den heer Gommans te Maasbree bezig was
met het demonteeren van een gevonden
granaat, is het projectiel tot ontploffing
gekomen. De marechaussee liep ernstige
verwondingen in het aangezicht op, ter
wijl hem duim en wijsvinger van de lin
kerhand werden afgerukt. De smid, die
bij dit gevaarlijke karweitje tegenwoordig
was, kreeg lichte kwetsuren.
BRAND IN EEN OPSLAGRUIMTE
TE BUSSEM.
Gistermiddag om vijf uur wilde de bloe
menhandelaar de Jager, te Bussum, in de
groote opslagplaats van bloemen, onder
zijn winkel aan den Huizerweg een ge
deeltelijk gedemonteerd motorrijwiel ver
plaatsen. De loshangende draden van de
accu maakten daarbij met elkaar contact
en plots sloeg uit den motor een groote
vlam. De heer de Jager liet van schrik den
motor vallen, met het gevolg, dat in een
oogwenk het geheele motorrijwiel in
brand stond.
Toen hij met zand de vlammen wilde doo-
ven, stond de groote opslagruimte in lich
terlaai en vonden de vlammen hun weg
reeds naar buiten, waar zij winkel en
woonhuis bedreigden.
De brandweer wist evenwel uitbreiding
te voorkomen. De opslagruimte brandde
geheel uit. Winkel en woonhuis kregen be
halve eenige brandschade belangrijke wa
terschade.
POLITIE TE VENLO DOET GOEDE
VANGST.
Verduisteraars van tandems gearresteerd.
Dank zij het ingrijpen van de recherche
te Venlo heeft men de hand kunnen leg
gen op een drietal zwervers, die zich te
Haarlem, Amsterdam, Utrecht, Eindhoven
en Maastricht aan verduistering van tan
dems hebben schuldig gemaakt.
De politie wist de hand te leggen op ze
keren v. W.
'Bij zijn verhoor bleek, dat hij met zijn
twee vrienden B. en H. j.l. Zaterdag te
Maastricht twee tandems had gehuurd.
Met deze vehikels was het drietal naar
Venlo gereden Een der tandems was reeds
bij een rijwielhandelaar verkocht. Met de
andere waren B. en H. doorgefietst in de
richting Nijmegen.
De politie stelde Nijmegen van een en
ander in kennis en daar slaagden men er
in de beide verdachten met de zoo goed
als nieuwe tandem aan te houden. Beiden
zijn overgebracht naar Venlo en voorloo-
pig op het politiebureau ingesloten.
Bij het voortgezet onderzoek is nog ge
bleken, dat b; en H. ook tandems hebben
gehuurd te Haarlem, Amsterdam, Utrecht
en Eindhoven, om deze resp, te Amster
dam, Soest en Weert te verkoopen. De te
Maastricht gehuurde tandems zijn opge
spoord en door de politie in beslag geno
men.
Het onderzoek tegen B. en H. wordt nog
voortgezet, aangezien deze zich bij herha
ling aan gemelde praktijken hebben schul
dig gemaakt. De zwerver v. W., die alleen
bij de te Maastricht gepleegde verduiste
ring betrokken was, is op transport gesteld
naar Roermond, ten einde ter beschikking
van den officier van Justitie te worden ge
steld. „Tel."
GEHAMSTERDE GOEDEREN IN BESLAG
GENOMEN.
Reeds eenigen tijd had de politie van
Beverwijk het vermoeden, dat daar ter
plaatse een hamster-complot moest be
staan, dat er zijn werk van maakte, le-
FEITEN, DIE DAAR OP WIJZEN.
Den dag na de capitulatie van Frankrijk,
18 Juni, zijn, naar „De Telegraaf"
verneemt, nog omstreeks 300 burgers van
Nederlandsche nationaliteit in de omge
ving van Bordeaux ingescheept naar Enge
land. Op het s.s. „Orpheus" bevonden er
zich 15, op de „Berenice" (die inmiddels is
getorpedeerd) 17, terwijl de overigen zich
aan boord bevonden van de „Reggestroom"
en de „Nigerstroom".
Er is alle reden om aan te nemen, meldt
het blad, dat de „Nigerstroom" niet, zooals
aanvankelijk gemeld, in de nabijheid van
de Fransche kust tot zinken is gebracht.
Het vernam van uit Frankrijk terugge
keerde reizigers, dat ongeveer 300 Neder
landers zich omstreeks midden Juni te Bor
deaux ophielden, in afwachting van een
gelegenheid om naar Groot-Brittannië over
te steken. Op dat tijdstip lag de „Niger
stroom" voor anker tegenover Pauillac aan
de monding van de Gironde, terwijl de
„Reggestroom" zich te Bordeaux bevond.
Op 16 Juni ontvingde Needrlandsche con
sul aldaar, de heer Maehler, bezoek van
den Engelschen kapitein Cameron. Deze
deelde mede, van de Britsche admiraliteit
opdracht te hebben gekregen, alle Neder
landsche schepen in Frankrijk, waarop hü
de hand kon leggen, in beslag te nemen.
Dit was voor den consul aanleiding, zich
den daarop volgenden dag per auto naar
de vier Nederlandsche schepen te begeven
en den kapiteins opdracht te geven, slechts
dan buitenlanders aan boord toe te laten,
indien alle aanwezige Nederlanders een
plaats op deze schepen gevonden zouden
hebben. Dat dit geen ijdele maatregel is
geweest, moge blijken uit hetgeen hier
volgt.
Behalve de 300 Nederlanders toch wa
ren er ook nog circa 3000 Britsche burgers
en een 1200 Polen, die op inscheping naar
Engeland wachtten. Kapitein Cameron
wenschte voorrang aan de Engelschen te
doen verleenen. Dat dit niet geschied is,
kan voor een groot deel aan de interven
tie van den heer Maehler worden toege
schreven.
Op 19 Juni vertrok een trein met Ne
derlandsche vluchtelingen uit Bordeaux
naar Le Verdon, eveneens aan de monding
van de Gironde gelegen. Door de Fransche
marine was daar een groote en moderne
aanlegpier gebouwd, die evenwel niet ge
bruikt kon worden, aangezien de Duitsche
luchtmacht er kort te voren magnetische
mijnen omheen gestrooid had. Dit was ook
reden, dat de Nederlandsche schepen deze
omgeving gemeden hadden en te Pointe de
Grave, op den uidelijken oever van de Gi
ronde aan den Atlantischen Oceaan voor
anker waren gegaan.
Met een veerpont, die gewoonlijk den
dienst tusschen Point de Grave en Royan
(aan de Noordpunt van de Gironde) on
derhield, werden de vluchtelingen vervol
gens naar de schepen gebracht.
Aan boord van deze veerpont speelden
zich hartverscheurende tooneelen af, want
het is te begrijpen, dat er om een plaats
op deze pont letterlijk gevochten werd en
vensmiddelen buiten de distributie om te
verkoopen.
Na een nauwkeurig onderzoek is de Be
verwij ksche politie er in geslaagd, deze
goederen op te sporen en de personen, die
er bij betrokken waren, aan te houden.
Dinsdagmiddag werd een inval gedaan
in een pakhuis aan den Slangenweg te Be
verwijk, waar, verborgen, een groote par
tij koffie, thee, meel, boter, vet, cacao en
rijst werd aangetroffen. Met twee vracht
auto's werden de goederen naar het politie
bureau vervoerd en daar voorloopig opge
slagen. Tegen de betrokkenen, den eige
naar van het pakhuis en twee ingezetenen
van Velsen, is proces-verbaal opgemaakt.
Radio-programma
ZATERDAG 21 SEPTEMBER 1940.
JAARSVELD, 414,4 M. NCRV-uitzending.
8.00 Nieuwsberichten ANP. 8.10
Schriftlezing, Meditatie 8.25 Gewijde
muziek (gr.pl.) 8.35 Gramofoonmuziek
9.15 Apolle-ensemble en gramofoonmu
ziek 10.20 Arnhemsehe orkest vereen iging
(opn.) 10.30 Morgendienst 11.00 Gra
mofoonmuziek 11.25 Fluit, piano en
gramofoonmuziek 12.00 Berichten
12.15 Gramofoonmuziek 12.45 Nieuws-
en economische berichten ANP. 1.00
Postillons en gramofoonmuziek 2.15 Or
gelconcert 3.00 Christ, lectuur 3.30
Piano. 2 violen en gramofoonmuziek
4.15 Gramofoonmuziek 4.35 Zang met
pianobegeleiding en gramofoonmuziek
5.15 Nieuws- en economische berichten
ANP. 5.30 Voor de jeugd 6.15 Gramo
foonmuziek 6.30 VPRO.: Bij bel vertellin
gen 6.45 Berichten 7.00 Vragen van
den dag ANP. 7.15 Reportage of muziek
7.45 Orgelspel 8.00 Nieuwsberichten
ANP. 8.10 Causerie: de kleine zelfstan
dige 8.30 Gewijde muziek (opn.) 8.50
Schriftlezing 8.559.00 Nieuwsberich
ten ANP.
KOOTWIJK, 1875 M. VARA-uitzending.
7.00 Berichten (Duitsch) 7.15 Berich
ten (Engelsch) 7.30 Gramofoonmuziek
(8.00 Nieuwsberichten ANP.) 10.00 Or
gelspel 10.30 Zang, piano en gramofoon
muziek 11.00 Gramofoonmuziek 11.15
Berichten (Engelsch) 11.30 Esmeralda
en solist 12.30 Berichten (Duitsch)
12.45 Nieuws- en economische berichten
ANP. 1.00 VARA-orkest (1.45—2.00 Gra-
mofoonmuz. 2.002.15 Berichten Duitsch)
3.00 Gramofoonmuziek 3.30 Berich
ten (Engelsch) 3.45 Tuinbouwpraatje
4.15 Orgelspel (met gramofoonmuziek)
5.00 Berichten (Duitsch-) 5 15 Nieuws-
en economische berichten ANP. 5.30
Esmeralda 6.15 Berichten (Engelsch)
6.30 Viool en piano 7.00 Vragen van den
dag (ANP.) 7.15 VARA-orkest 7.40
Reportage 8.00 Berichten (Duitsch)
8.15 Nieuwsberichten ANP., eventueel gra
mofoonmuziek 8.30 Berichten (Engelsch)
8.45 Gramofoonmuziek 8.559.00
Nieuwsberichten ANP.
dat vooral de zwaksten het meerendeel
der uitgewekenen bestond uit vrouwen en
kinderen het hard te verduren hadden.
Vooral toen bleek, dat de „Orpheus" en
de „Berenice" absoluut vol waren, zoodat
de overblyvenden, wilden zij mee, beslist
op de „Reggestroom" of de „Nigerstroom"
een plaats zouden moeten vinden, werd het
een wild gedrang. Het behoeft dan ook geen
verwondering te baren, dat beide laatstge
noemde schepen ten slotte ver en ver over
belast koers zetten naar de Engelsche
wkestkust.
Wat nu de „Nigerstroom" betreft, het is
gelukt, met aan zekerheid grenzende waar
schijnlijkheid vast te stellen, dat het schip,
dat in de nabijheid van de Fransche kust
getorpedeerd is en dat men aanvankelijk
voor een Nederlandsche boot had gehou
den, een Engelsch vaartuig moet zijn ge
weest. Omstreeks denzelfden dag, waarop
de Nederlandsche schepen zee kozen, was
namelijk een Engelsch vaartuig van 6000
br. reg. ton uit St. Nazaire vertrokken met
Engelsche militairen aan boord. Dit schip
nu is dicht onder de Fransche kust veron
gelukt, getuige het feit, dat in de daaraan
volgende dagen honderden lijken zijn aan
gespoeld. Hierbij was echter, naar de uit
de getuigenissen van zeker wel twintig
kustbewoners is gebleken, geen vrouw of
kind. En aangezien het gezelschap Neder
landers voor het allergrootste deel uit vrou
wen en kinderen bestond, mag men wel
aannemen, dat de aangespoelde lijken niet
van de „Nigerstroom" afkomstig zijn.
FEUILLETON
Een roman uit het hooge Noorden.
Door AGATHE POGNER
32)
Buiten wachtte reeds de door de hon
den bespannen slee. Nadat de kist hierop
was vastgebonden, zette de droeve stoet
zich in beweging. Ik liep hand in hand met
Pelka. We spraken zeer vyeinig, maar het
was mij genoeg, dat zij naast me ljep en
dat ik haar kleine, stevige hand in de
mijne voelde. Hoe langer ik naast dit zeld
zame kind voortschreed, des te meer be
sefte ik, welk een groote plaats het in mijn
hart had weten te veroveren.
De weg naar de begraafplaats was niet
lang, slechts een paar kilometer. Maar de
tocht was zeer vermoeiend. Wij slaakten
een zucht van verlichting, toen wij den
grooten heuvel met de vele kruisen voor
ons zagen opdoemen.... voor deze kleine
nederzetting eigenlijk verschrikkelijk veel
kruisen.
Langzaam kwamen wy naderbij.
De kist werd van de slede genomen en
in het graf neergelaten. Daar dit zich ech
ter intusschen met helder dooiwater had
gevuld, spatte het klaterend naar alle zij
den, waarbij de druppels zich op onze
kleeren en gezicht vastzetten.
Het was de droevigste begrafenis, die ik
ooit had meegemaakt. Meer met de oogen
dan met de lippen, riep men den overlede
ne een laatste „Rust zacht!" toe.
Daarna werden de schoppen ter hand
genomen. Weldra was het graf met zand en
steenen opgevuld en het binnen gedron
gen water verdwenen. Naast het graf werd
vervolgens nog het gebruikelijke houten
kruis zonder naam in den grond geslagen.
Tot tweemaal toe viel het om. De derde
maal bleef het staan.
Zoo langzaam als wij den heuvel opge
gaan waren, zoo haastig liepen wij er af.
Ieder onzer wist, dat hij dezen heuvel pas
dan weer zou bezoeken, wanneer de dood
opnieuw een offer zou eischen. Wie echter
dit volgende offer zou zijn.... ja, dat lag
in God's hand.
Hoeveel heb ik er in de vijf en twin
tig jaar, dat ik hier op het eiland woon,
reeds de laatste eer moeten bewijzen, zei
Rodion, toen wij den heuvel achter ons
hadden. En van velen staat zelfs vandaag
aan den dag het kruis er niet meer. De
wind en de koude hebben het totaal opge
vreten. Vooral de wind. Die zuigt des
noods het merg uit je botten.
De mannen spraken over den gestorven
kameraad. Hij had op heel de wijde wereld
geen enkel familielid. Hij was naar het
hooge Noorden gekomen, omdat hij geld
wilde verdienen, teneinde zich later in zyn
geboorteland een stuk land te kunnen koo-
pen.
De honden mochten hem allen zoo
graag, vertelde Pelka. Hy sprak altijd te
gen hen. alsof het menschen waren; dan
gingen ze voor hem op den grond zitten
om naar hem te luisteren. Semjon heeft
hem vaak uitgelaohen. Lees ze liever een
verhaaltje voor, zei hij dan, dat zullen ze
nog aardiger vinden.
Ja, meende Rodion, ik vrees, dat Sem
jon ons ook weldra een verhaaltje zal voor
lezen, maar dan een verhaaltje met een
zeer droevig slot.
Zal hij ook sterven? vroeg Pelka haas
tig. In haar groote oogen lagen angst en
ontzetting.
Natuurlijk zal hij sterven, antwoordde
Rodion barsch. Hij en ik en wij allemaal.
Daarvoor worden we immers voornamelijk
geboren!
Pelka vlijde zich heel dicht tegen me aan.
/Ik wil niet sterven, Arkadi, zei ze ern
stig; Sterven is zoo vreeselijk! Omdat je je
dan heelemaal niet meer kunt bewegen en
niets meer ziet. Maar vooral, omdat je dan
in zoo'n leelijke kist wordt gelegd. Groot
moe zegt, dat je dat dan niet meer voelt,
maar ik geloof van wel.
Toen wij in de nederzetting terugkeer
den, stond het begrafenismaal reeds op ta
fel. Er werd weer evenveel gegeten als on
langs bij den doop van het kind. Alleen
werd er ditmaal bijna niet gedronken en ook
de scherts bleef achterwege. Desondanks
ging het er vrij levendig toe. Het was, als
of hier elk zijn eigen feest vierde: uit blijd
schap, dat hij nog in leven was.
Iets later ging ik met Pelka naar Ste-
panida. Toen wij de woning wilden binnen
gaan, kwam Katja op my toe om my voor
den wijn te bedanken.
Sinds hij er van gedronken heeft, zei
ze, is hij plotseling een ander mensch ge
worden. Al zijn angst is verdwenen. Hij
heeft een stuk papier genomen en uitge
rekend hoeveel dagen het nog duurt voor
het eerste, schip van het vasteland hier aan
loopt. Hij meent dat hij de boot alleen maar
behoeft te zien', om weer geheel gezond te
worden.
Wacht maar, troostte ik, misschien
wordt hij nog wel veel eerder gezond.
Maar daarop verkeerde Katja's hoopvol
le stemming plotseling in het tegendeel. In
machtelooze woede balde ze haar vuisten.
Waarom zijn we ook hier naar dit el
lendige eiland gekomen. Daarvoor hebben
we alles in den steek gelaten. De duivel
zelf moet ons deze gedachte hebben ingege
ven.
Je mag niet onrechtvaardig zijn, Kat
ja Je hebt temidden van goede en dappe
re menschen gewoond. Werp geen blaam
op het land, dat hen herbergt!
Moet ik het dan misschien ook nog
prijzen, omdat het me zooveel leed en ver
driet heeft gebracht? Voor mijn part mag
de zee het verzwelgen! Ik zou lachen als
dat nog eens gebeurde! Werkelijk, ik zou
me doodlachen
Op dit oogenblik echter lachte Katja al
lerminst. Zy staarde slechts met bedroefde
oogen voor .zich uit en wrong wanhopig
haar handen.
Ach, alles wil ik ten slotte verdragen,
als hy maar in leven blijft.
Daarop keerde zij zich met hoogroode
kleur abrupt om en haastte zich in de rich
ting van haar woning. Tegelijkertijd kwam
ook Pelka uit het huis van haar moeder.
Broertje slaapt. Mamoesja zit voor zijn
bedje en is ook in slaap gevallen.
Ik keek op myn horloge. Het was acht
uur in den ochtend. Hand in hand liep ik
met Pelka door de kleine nederzetting.
Toen wij voorbij de woning van Katja kwa
men, hoorden wij den kleinen Fedja met
een glashelder stemmetje een oud volks
lied zingen.
Waarom heb ik jou toch nooit hooren
zingen, Pelka?
Zingen?
Pelka schudde verbaasd het blonde
hoofd.
Ik heb nog nooit in mijn leven gezon
gen, antwoordde ze ernstig. Zingen is ze
ker wel heel moeilijk?
Byzonder moeilijk, antwoordde ik.
Daarom heb ook ik het vandaag pas ge
leerd.
Pelka's grootmoeder tikte ongeduldig te
gen het raam, want de thee stond reeds op
tafel. Ze maakte mij een complimentje, dat
ik er zoo goed uitzag.
Als je met den herfst weer naar het
vasteland terugkeert, Arkadi, zullen de
meisjes haar oogen naar je uitkijken.
Ik ga nog niet terug, grootmoeder. Ik
voel, dat ik nog een jaartje langer hier moet
blyven.
De vrouw keek me lang en ernstig aan.
Daarop zei ze:
Ik geloof, dat je daarmee een ver
standig besluit hebt genomen. Je zult er
stellig geen spijt van hebben.
Toen later nog Rodion en Wenjamin zich
bij ons voegden, kwam het gesprek op on
ze jachtresultaten en daarby bleek, dat ik
over mijn vangst in dezen eersten winter
alleszins tevreden kon zijn.
Ik heb het immers al honderd maal
gezegd, riep Rodion lachend, dat je van
schieten geen steek verstand behoeft te heb
ben om toch de mooiste beren te kunnen
treffen. Alles, wat daar voor noodig is, is
een gelukkige hand.
(Wordt vervolgt.)