Qettiengde fficdchten
KERKNIEUWS
Letteren en Kunst
Land- en Tuinbouw
Ik hèb gekozen,
Arkadi...
MAANDAG 26 AUGUSTUS 1940
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
DOOR AUTOBUS AANGEREDEN EN
GEDOOD.
Slachtoffer was hardhoorend.
Zaterdagmiddag is op den hoek van den
Weurtschenweg en de Borstalaan te Nij
megen de 63-jarige huiseigenaar S. door
een autobus aangereden.
Het slachtoffer sloeg tegen de straat en
bleef dood liggen. De heer van S. was hard
hoorend. Den chauffeur treft geen schuld.
AUTO SLIPTE.
Een der inzittenden aan de gevolgen
overleden.
Vrijdag slipte op den Rijksweg onder
Dronrijp een personenauto. De wagen bot
ste tegen een boom en kwam ten slotte
op de trambaan tot staan. De bestuurder,
de heer J. Bouwman, aardappelenkoopman
te Voorburg liep een kaakfractuur op. De
beide andere inzittenden, wier identiteit
eerst niet kon worden vastgesteld, daar .zij
bewusteloos waren en de chauffeur niet kon
sprelten, weiden naar het Diaconessenhuis
te Leeuwarden vervoerd. Later bleek, dat
het vader en zoon Luttmer, resp. uit Stads
kanaal en Harlingen waren. De heer Lutt
mer Sr. is gisteren aan zijn verwondingen
overleden.
BIJ LUCHTGEVAAR NIET VOOR HET
RAAM.
In Amsterdam-Noord moest Zaterdagmid
dag het afweergeschut in werking treden,
hetgeen ten gevolge had, dat op enkele
plaatsen lichte projectielen neerkwamen.
Een dezer ontplofte in de Leeuwerikstraat
op het plaveisel, waarbij twee voor het
raam kijkende personen door scherven wer
den geraakt, zoodat zij zich moesten laten
verbinden. De verwondingen bleken van
lichten aard te zijn. Een tweede projectiel
kwam in een perceel aan de Kanariestraat
(waarvan de bewoners niet thuis waren)
.tot explosie te richtte daar eenige bescha
diging aan het meubilair aan.
Men zij nogmaals gewaarschuwd rom bij
luchtgevaar niet op straat te vertoeven en
niet voor het raam te gaan kijken.
DOOR DUISTERNIS MISLEID
Twee personen verdronken
Zaterdagavond omstreeks half twaalf is
te Harlingen de 59-jarige ongehuwde tuin
man J. de Vries, komende uit de Nieuw-
straat, door de duisternis misleid. Hij ge
raakte in het vaarwater van het Franeker-
Eind en verdronk.
Als gevolg van de duisternis is Zater
dagavond te Schoonhoven de 75-jarige G.
Noorlander om het leven gekomen. De man,
die op den Hoogen Dijk te Bergambacht
woont, wilde zich van Schoonhoven naar
huis begeven. In het donker is hij, in plaats
van de steenen brug over de Voorhaven op
te loopen, aan de linkerzijde van het wa
ter den tol opgegaan. Hij is daar over den
opslag van zand van den kademuur in de
Voorhaven geloopen.
Twee agenten en een lid van den lucht
beschermingsdienst boden met een roeiboot
spoedig hulp en reeds na vijf minuten
hadden zij den ouden man op het droge
gebracht. Kunstmatige ademhaling mocht
echter niet meer maten.
LIJK AANGESPOELD
Op de Zuidwestpunt van Schokland is
een lijk aangespoeld, dat in verren staat
van ontbinding verkeerde. De identiteit
van het lijk kon niet worden vastgesteld.
MATROOS VERDRONKEN.
Zaterdag is de dertigjarige gehuwde ma
troos ten Katen, van het rijnschip „Asa-
ma" dat in de Vulcaanhaven te Vlaardin-
gen ligt, bij het overbrengen van een rij
wiel van 't achterschip naar het voorschip
vermoedelijk gestruikeld en over -boord
geslagen. Eerst later, toen men het rijwiel
buiten boord aan een staaldraadzag han
gen, kwam men tot deze ontdekking. Zon
dagavond is het lijk opgehaald.
KRAAN GEZONKEN.
Storm veroorzaakt schade aan de
Zuiderzeewerken.
Tengevolge van het ruwe, stormachtige
weer, is een kraan, welke teelaarde op het
dijkvak UrkLemmer werpt, van de an
kers geslagen en op drift geraakt. De wind
was zeer hevig en het water zoo woelig,
dat men eerst vreesde, dat de kraan met
de bemanning ten onder zou gaan. Daar de
wind echter van richting veranderde, werd
het gevaarte naar den dijk gedreven en was
men in staat de bemanning te redden. De
kraan is gezonken.
Twee bakken, waarmede kleileem wordt
vervoer geraakten op den dijk. Het is nog
niet bekend hoe groot de schade is.
FELLE BRAND TE HEESCH
Hulpbehoevende bewoner slechts met
groote moeite gered
In den nacht van Zaterdag op Zondag is
een felle brand ontstaan in de kapitale
boerderij van de wed. L. Verhoeven te
Heesch. Omstreeks 1 uur in den nacht be
merkte een der dochters, dat brand was
uitgebroken in het achterhuis, waarin een
groote voorraad hooi, stroo en graan was
geborgen. Zij wekte onmiddellijk de huis-
genooten, doch de brand greep met zulk
een snelheid om zich heen, dat het bijna
onmogelijk was .een invalide broer, die
geheel hulpbehoevend is, naar buiten te
brengen. Door het inslaan van een ruit
heeft men den zieke nog kunnen bereiken,
waarna men hem op het laatste oogenblik
nog heeft kunnen redden. Inmiddels had
het vuur zoo snel om zich heen gegrepen,
dat de boerderij met stalling en landbouw-
schuur geheel in lichterlaaie stond. We
gens gebrek aan bluschwater was de brand
weer niet uitgerukt, zoodat de vlammen vrij
spel hadden. Het geheele complex is dan
ook een prooi der vlammen geworden. Ook
de inboedel, de landbouwinventaris en de
juist binnengehaalde oogst zijn verloren
gegaan. Het in de stallen aanwezige vee
kon worden gered. De dbrzaak van den
brand is niet bekend. Het verbrande was
slechts voor een klein deel verzekerd.
BRAND DOOR HOOIBROEI.
Hooiberg en stalgebouwen gingen
verloren.
Gisteravond om acht uur ontstond, ver
moedelijk door hooibroei, brand in den
hooiberg vau den veehouder J. Vernooy, te
Werkhoven. Het vuur, dat spoedig hoog op
laaide, sloeg weldra over op de aangren
zende stalgebouwen. Men slaagde er nog in
deze in groote haast te ontruimen en óok
den inboedel van 't woonhuis in veiligheid
te brengen.
De brandweer van Werkhoven bestreed
het vuur met viei stralen. Het gelukte haar
het woonhuis te behouden. Hooiberg en
stalgebouwen gingen geheel in de vlam
men op.
De heer Vernooy was tegen brandscha
de verzekerd.
VERMISTE SIERDADEN UIT
I AANGETEEKEND PAKJE ZIJN TERECHT
Vriend des huizes de dief.
Het pakketje met sieraden, dat destijds
per aangeteekende zending naar Yokoha
ma zou worden gestuurd en daar niet is ge
arriveerd, is thans terecht. De sieradeil la
gen rustig'in de Stadsbank van Leening te
Amsterdam, waar de dief ze had beleend.
Zij zijn hier gevonden door rechercheur
Berends van het bureau Pieter Aertszstraat
die het onderzoek in deze zaak heeft gehad
en tot een goed einde wist-te brengen.
De sieraden behooren toe aan een dame
uit Zuid, dies destijds naar Yokohama ver
trok en voor alle zekerheid haar kost
baarheden aan haar broer in bewaring gaf.
Wanneer zij in Yokohama zou zijn gearri
veerd en gevestigd, zou de broer de siera
den opsturen.
De broer deed, wat hem was verzocht en
pakte de sieraden netjes in nadat hij een
bi;ief had ontvangen, waarin zijn zuster om
toezending had gevraagd. Hij maakte een
keurig pakketje, dat hij zelf naar het post
kantoor wilde brengen. Hij werd echter
plotseling ziek en verzocht een huisvriend,
die dikwijls bij hem thuis kwam, even het
pakje naar het postkantoor te brengen en
dit aangeteekend te verzenden. De zieke
man vertrouwde er op, dat zijn vriend deze
opdracht had uitgevoerd en dacht in het ge
heel niet meer aan de sieraden..
Niet weinig verbaasd was hij, toen hij
eenigen tijd later van zijn zuster een schrij
ven ontving, waarin zij wel is waar de ont
vangst bevestigde van een brief van haar
broer, waarin deze mededeelde, dat hij het
paketje had verzonden, doch dat zij het
pakketje zelf niet had ontvangen.
De broer begreep er niets van. De trou
we huisvriend had het pakje toch wegge
bracht? Hij vroeg er den vriend eens naar.
„Natuurlijk, het pakje was verzonden."
De vriend deed, alsof hij er ook niets van
begreep en ging bij het postkantoor
reclameeren. Het postkantoor stelde een uit
gebreid onderzoek in, hetgeen tot resul
taat had, dat men het leege doosje keurig
verpakt in een postbox te Yokohama te
rugvond.
Het lag nu voor de hand, wat er was ge
beurd. De huisvriend had de sieraden uit
het doosje gehaald en het daarna zoo goed
als leeg naar Yokohama gezonden met
een verkeerd postbusnummer er op, aldus
lezen we in de „De Courant".
De dief beleende de sieraden, verschil
lende gouden ringen met diamanten, gouden
kettingen, ,en horloge, enz., bij de bank van
leening en deed verder, toen er gerecla
meerd werd, heel verbaasd tegen zijn
vriendDe dader, die bekend is, be
vindt zich thans niet in het land. Hij zal
vermoedelijk spoedig worden gearresteerd
en zich te verantwoorden hebben. De sie
raden zijn voorloopig in beslag genomen.
MOORDAANSLAG TE SWARTBROEK
Vader van zeven kinderen het
slachtoffer
Gisteravond is nabij een café te Swart-
broek bij Weert een moord gepleegd, waar
van de landbouwer T. van der Kruys, wo
nende te Leuken, het slachtoffer is gewor
den. Er was van te voren oneenigheid ont
staan over een ontvreemd rijwiel. Deze
twist ging over in een handgemeen, waar
bij de 26-jarige van Veldhoven uit Weert
Van der Kruys in het duister een slag toe
bracht. Het bleek later, dat Van der Kruys
de halsslagader was doorgesneden. Hij
wist het café, dat in de buurt lag, nog te
bereiken. Hier is hij doodgebloed. Op aan-
wijzing van een getuige, die bij de twist te-
genwoordig was, werd van Veldhoven als
I verdacht van dezen moord gearresteerd.
I Van Veldhoven bekende wel te hebben ge-
i slagen, doch geen mes te hebben gebruikt.
Het parket uit Roermond heeft hedenmor
gen een nader onderzoek ingesteld.
Het slachtoffer is gehuwd en vader van
zeven 'kinderen.
VIJFTIEN MIJNEN AANGESPOELD.
Aan het strand te Ouddorp zijn, volgens
het A.N.P. Zaterdagmorgen 15 mijnen aan
gespoeld.
R.K.Ver. v. Kraamverzorging v. alle
gezindten te Leiden en Omstreken
Plaatsing-Bureau le Binnenvestgracht 30,
voorheen Boerhaavestr.
verleent hulp door gediplomeerde krachten
Geopend eiken DINSDAG- en DONDER
DAGMIDDAG van 24 uur tot het ver
strekken van de gewenschte inlichtingen,
aanmelden van contribueerende leden en
aanvragen voor kraamhulp - Telef. 23420.
b. g. g. Inlicht. K 08.
Aanvragen (schriftelijk) adres 1ste Bin
nenvestgracht 30.
BENOEMINGEN IN HET BISDOM
HAARLEM.
Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem
heeft benoemd:
tot Pastoor te Waarland den Weleerw.
heer N. M. A. Velzeboer, thans Kapelaan
te Schiedam (H. Liduina);
tot Kapelaan de volgende Weleerw. hee-
ren:
te Rotterdam (H.H. Martelaren van Gor-
cum): P. J. de Wit;
te Haarlem (H. Joës de Dooper): W. J.
F. de Lange;
te Bodegraven: G. W. Lemmers;
te Honselersdijk: J. W. van Went
(Neom.);
te Hillegom (H. Martinus): L. J.
Beugelsdijk;
te Buitenveldert: A. J. M. Spronk
(Neom.);
te Hillegom (H. Jozef): J. H. M. van
der Vliet;
te Assendelft: G. H. Lagerberg (Neom.);
te Vlaardingen: J. A. M. Schmidt;
te Sassenheim: J. Th. A. van Pol;
te Velsen-Driehuis: Th. G. Rosier
(Neom.);
te Amsterdam (O. L. Vrouw Kon. des
Vredes): K. E. Vosskühler;
te Amsterdam (H. Nicolaas binnen de
.Veste): J. de Nijs;
te Zwaag: N. J. Donkers (Neom.);
te den Hoorn (bij Delft): C. J. Hage-
man (Neom.);
te Rotterdam (H. Familie): C. Stet;
te IJmuiden: A. C. W. Berkhout;
te Haarlemmerliede: J. de Bouvère
(Neom.);
te Leiderdorp: J. A. M. Rohde
(Neom.);
te Zierikzee: A. Strooband (Neom.);
te Wieringerwerf: P. J. van Bakel
(Neom.);
te K a t w k a. d. R ij n: H. C. de Graaf
(Neom.);
te Overschie: E. A. S. M. Duym (Neom.).
alsmede tot Assistent: te 's Heerenhoek
den Weleerw. heer P. Remijn (Neom.), en
te Sassepheim den Weleerw. heer H.
J. Th. van Duin (Neom.), beiden met op
dracht hun studies voort te zetten aan de
R.K. Universiteit te Nijmegen.
MGR. W. v. DINTER O. S. CR.
Naar wij vernemen is mgr. W. v. Dinter,
magister-generaal van de Orde van het H.
Kruis, voor een observatie gedurende een
paar weken opgenomen in het Canisius Zie
kenhuis te Nijmegen.
„Msbd."
Voordachten van Roosje Driessen.
De Nederlandsche voordrachtskunstena
res Roosje Driessen zal in het komende sei
zoen in Amsterdam, den Haag en verschil
lende andere steden des lands ten gehoore
brengen: de droom van een belachelijk
mensch, van F. M. Dostojewski (vert. ir.
D. Kruytbosch).
Radio-programma
DINSDAG 27 AUGUSTUS
JAARSVELD 414,4 M. AVRO-uitzendlng.
8.00 Berichten ANP. Hierna: Gramofoon-
muziek 10.00 Morgenwijding 10.15
Gramofoonmuziek 10.30 Voor de vrouw
10.35 Pianovoordracht 11.00 Huishou
delijke wenken. 11.20 AVRO-Aeolian-or-
kest en soliste 12.00 Gramofoonmuziek
12.45 Berichten ANP en gramofoonmu
ziek 1.00 AVRO-Amusementsorkest en
soliste 2.00 Voor de vrouw 2.10 Om
roeporkest en soliste. (2.503.05 Cyclus:
„In den Schijnwerper". 3.404.00 Cau
serie over Charivarius. 4.30 Gevarieerd
concert (opn.) 5.15 Berichten ANP
5.30 De Vagebonden en solisten 6.30 VP
RO: Jeugduitzending 6.45 Gramofoon
muziek 7.00 Vragen van den dag (ANP)
7.15 Berichten 7.20 Gramofoonmu
ziek -r- 7.35 Causerie: De nieuwe diergaarde
in Rotterdam's en Ouwehand's Dierenpark
in Rhenen 8.00 Berichten ANP 8.15
AVRO-Amusements-orkest 8.30 Cabaret
programma 9.15 Causerie: „September
nadert" 9.35 Gramofoonmuziek 10.15
10.30 Berichten ANP. Sluiting.
KOOTWIJK 1875 M. KRO-uitzending.
7.00 Berichten (Duitsch) 7.15 Berich
ten (Engelsch) 7.30 Wij beginnen de dag.
8.00 Berichten ANP 8.15 Gramofoon
muziek 11.15 Berichten (Engelsch)
11.30 Gramofoonmuziek 12.00 Frans Wou
ters en zijn Caliente-orkest 12.30 Berich
ten (Duitsch) 12.45 Berichten ANP
I.00 Gramofoonmuziek 1.15 KRO-Melo-
disten en solist 2.00 Berichten (Duitsch)
2.15 Gramofoonmuziek 3.15 Berichten
(Engelsch) 3.30 Gramofoonmuziek
5.00 Berichten (Duitsch) 5.15 Berichten
ANP 5.30 KRO-Melodisten en solist
6.15 Berichten (Engelsch) 6.30 RVU:
Cyclus: „De Natuurkunde van het vrije
veld 700 Vragen van den dag (ANP)
7.15 Reportage 7.30 Gramofoonmuziek
8.00 Berichten (Duitsch) 8.15 Ber.
ANP 8.30 Berichten (Engelsch) 8.45
KRO-Kamerorkest 9.15 Berichten (En
gelsch) 9.30 KRO-Kamerokest 9.55
Wij sluiten den dag 10.00 Berichten
(Duitsch) 10.15 Berichten ANP 10.30
10.45 Berichten (Engelsch), sluiting.
II.15—11.30, 0.15—0.30 en 1.15—1.30 Berich
ten (Engelsch).
ZAAIKOOLZAAD.
Het rijksbureau voor de voedselvoorzie
ning in oorlogstijd deelt mede, dat de ge
troffen zaaizaadregeling voor granen en
peulvruchten, waarbij alleen door den Ne-
derlandschen algemeenen keuringsdienst
goedgekeurd zaaizaad mag worden ver
handeld, niet geldt voor koolzaad. Hiervan
mogen dus behalve de door dezen dienst
goedgekeurde zaaizaden, niet goedgekeur
de partijen als zaaizaad verhandeld wor
den.
De handel kan zich ter verkrijging van
zaaikoolzaad in verbinding stellen met den
provincialen voedselcorrfmissaris.
De teler kan zich voor bestelbonnen en
geleidebiljetten wenden tot den plaatse
lijken bureauhouder.
De teelt van koolzaad als groenvoeder-
gewas is toegestaan.
Katholiek Comité van actie
„Voor God"
Bij God is mijn heil en mijneer,
God is mijn sterkte en mijn stut.
Blijf altijd op God vertrouwen,
mijn volk,
Stort uw hart voor Hem uit!
onze toevlucht is God! (Ps. 61)
FEUILLETON
Een roman uit het hooge Noorden.
Door AGATHE POGNER
10)
Was ik in een slechte bui, dan voedde ik
het spaarzaam en dan kroop het armzalig
over het rooster en over de half verteerde
houtblokken. Maar er waren ook oogen-
blikken, waarin het door mijn heerschers-
willekeur werd aangestoken waarin het
ongebreideld alles verslond en vernielde
wat ik in mijn overmoed verkwistend in
zy'n nooit verzadigde gloed wierp.
Vaak ook bracht ik het een offer. Dan
veranderde het in de trotsche godheid, die
het eens geweest is, vóór menschenhanden
en menschenverstand zijn krachten in kete
nen sloegen. Dan laaiden de vlammen, sis
send en knetterend, hoog op, rossige gees
ten ontvloden de schouw, bedekten de mu
ren met flikkerenden gloed en teekenden
de vachten en vazen, de urnen en schilde
rijen met hun vurige wapens. En ik zat er
voor.... een geloovige heiden.
31 Juli.
Gistermorgen bracht Maria mij, overeen
komstig haar toezegging, den grooten St.
Bernhard. Hij scheen te begrijpen, dat hy
nu voor altijd bij mij zou blijven, want hij
ging stilletjes op de mat voor de deur lig
gen en hief nauwelijks zy'n kop op, als ik
tegèn hem sprak. Toen wij later den tuin
verlieten, keek hij ons bedroefd na. Ik
wilde het geschenk ongedaan maken, maar
reeds bij de eerste poging daartoe sneed
Maria mij het woord af.
Ik vind het prettig te weten, dat hij
later bij je zal zijn.. Misgun je me dat ge
noegen?
Ik gaf toe. Ik was er immers trotsch op,
dat Maria zich om mij bekommerde en
mij niet, zooals vroeger, steeds spottend
uitlachte. Zij leek mij trouwens over het
algemeen zeer veranderd. Als ik met haar
sprak, kwam er in haar stem een warmte,
die mij vreemd was. Of slechts medelijden
met mijn lot haar daartoe dreef? Af en toe
dacht ik: het zou heerlijk zijn nu niet be
hoeven weg te gaan, alleen om elk uur van
den dag deze welluidende, teer klinkende
stem te kunnen beluisteren. Maar dan zette
ik deze gedachte weer manmoedig van
mij af.
Toen wij bij de rivier kwamen, wacht
ten mijn drie metgezellen reeds op me. Wa-
dim stond in de boot, Tychon en Nikita lie
pen met groote stappen op den wal heen
en weer. Ik gaf Maria een hand en ging
aan boord.
Het was vloed. Het water stond hoog.
Machtig dreven de golven achter ons aan.
Maria's gestalte aan den oever werd zien-
deroogen kleiner, tot zij, nog slechts een
stip geworden, ten slotte geheel verdween.
Wadim liet den motor steeds sneller loo
pen. Als een pijl uit den boog doorkliefde
onze boot de blinkende rivier om alle voor
ons varende schepen in te halen.
Na verloop van een uur hoorden we de
sirene van het lichtschip en een kwartier
later zagen wij het schip zelf, welks kloeke
bemanning bij alle zeevarenden zoo hoog in
aanzien staat.
Nu bereikten wij weldra de open zee, mijn
geliefde Witte Zee, uit welker diepte de
zilveren spiegels bij duizenden flikkeren en
aan het water zijn droomerigen, witten
glans verleenen. In mijn stralende Witte
Zee, die zoo rijk is aan luchtspiegelingen
als geen andere zee ter wereld. Op de ver
rassende oogenblikken ziet men d/uidelijk
trotsche burchten op het water, vreemde
reuzenschepen met zware masten, huizen,
toren en grazige weiden met koeien en kal
veren. Van welke landen de brekende zon
nestralen deze v/onderen hierheen halen
en op het water werpen, is voor mij eeuwig
een raadsel gebleven.
Wadum keek mij aan en daarop liet hij
den motor nog sneller draaien. Dat was
bijna geen varen meer, dat kwam het vlie
gen nabij.
Van de oevers begroetten ons bosschen,
waarop de eeuwige strijd met wind en
storm, met ijs en sneeuw een eigenaardige
stempel had gedrukt en die hun takken nu
voorzichtigheidshalve nog slechts naar de
landzijde uitstrekten. De wouden werden
afgewisseld door rotsen, aan welker stei
le. ruw gekartelde punten hier en daar
eenige sneeuwresten hingen die hardnekkig
weerstand boden aan den gloeienderi adem
van de Julizon. Weldra echter geraakten
bosschen en rotsen steeds meer op den ach
tergrond, tot zij eindelijk geheel achter
den horizon verdwenen.
Ik had mij half liggend in de boot uit
gestrekt. De zon keek me onbeschermd in
het gezicht en ik beantwoordde haar blik
niet minder brutaal. Tot ze mij ten slotte
een weldadige vermoeidheid op de oogen
druppelde, zoodat ik ze moest sluiten.
Door mijn gesloten oogleden heen lichtte
rose-rood de dag. Het water ruischte in
diepe, donkere orgeltonen en de wind zong
een lied, als ware hij door alle eeuwigheid
gegaan. De motor loeide en daverde. Ik kon
mij niet meer herinneren naar welke me
lodie het stalen hert van mijn vroegere
motorboot had geslagen, maar nu hoorde
ik met onbedrieglijke duidelijkheid steeds
weer het zelfde rhythme. Nóg wenkt het
leven.nóg wenkt het geluk!Nóg
wenkt het levennóg wenkt het geluk!
Ik voelde plotseling hoe mijn hart en
mijn bloed begonnen te zingen, hoe het
warm door mijn aderen stroomde en mij tot
in de vingertoppen prikkelde. Op datzelf
de oogenblik drong zich onstuimig het be
sef aan mij op, dat ik jong was en gezond.
Ik weet niet, hoe lang wij reeds hadden
gevaren, toen Nikita zich onverwachts tot
my richtte met de vraag, of hijzou kee-
ren. Ik knikte toestemmend.
Zooals de heenreis verliep ook de terug
tocht, zonder dat iemand van ons een mond
open had gedaan of zelfs maar getracht
had een ander aan het praten te brengen.
Wederom genoot ik met volle teugen de
kostelijke vreugde, welke slechts de heer
lijke vereeniging van zon, lucht en water
weet op te wekken. Wederom voelde ik dien
zoeten, onverklaarbaren roes van gelukza
ligheid over mij komen en Wederom begon
mijn hart te zingen en mijn bloed blij te
lokken.
Toen ik aan het einde van onze tocht-
zaam aan den oever stond, wist ik aan
vankelijk niet, waarheen ik mijn schreden
zou richten. Het was me te moede, alsof ik
zwaren wijn had gedronken, alsof er vuur
in mijn aderen brandde.
Ik kocht bij een ruitvrouw die met haar
tentje langs het water stond,'een groot stuk
meloen en at dit haastig op. Hierna liep ik
naar den dichtstbijzynden steiger om mij
door de, op geregelde tijden afvarende
stoomboot naar een mooi eiland in de om
geving te laten brengen.
Daar dwaalde ik twee uur lang in het
jonge bosch rond om er tegelijkertijd af
scheid van te nemen. Waneer zou ik weer
een berk te zien krijgen? Over een jaar?
Over twee jaar? Of misschien nooit meer?
De boot gaf het sein voor vertrek. Ik
moest mij haasten om nog op tijd te komen.
Met moeite wist ik op het dek nog een vrij
plaatsje te bemachtigen. Rondom mij za
ten slechts vroolijke en opgewekt babbe
lende menschen, wien, bij de herinnering
aan de kostelijke uren in de vrije natuur,
de levenslust uit de oogen straalde.
Reeds vfaren wij op het midden van de
rivier, toen plotseling een hevige wind op
stak. De betrekkelijk kleine boot werd op
de witgekuifde golven danig heen en weer
geslingerd.
Eenige lichtelijk bang uitgevallen passa
giers begonnen te gillen en vluchtten naar
beneden in de kajuit. Het jonge volk echter
amuseerde zich kostelijk en viel elkaar bij
eiken nieuwen stoot van het schip onder
gejuich en gelach in de armen.
Een knap, jong meisje met twee dikke
blonde vlechten en lachende oogen viel
half over mij heen. Ik ving haar op en liet
haar voorzichtig naast mij op de bank glij^-
den, waarbij het mij opviel, dat ze mij met
glinsterende oogen aankeek. Onmiskenbaar
duidelijk lag in haar blik de bekentenis,
dat ik haar beviel. Haar oogen waren bruin
en bijna even sprekend als Maria's oogen.
Haar uitdagende mond herinnerde als hij
niet lachte, aan Maria's welgevormde lip
pen. Een oogenblik voelde ik den lust bij
mij opkomen dezen jongen, onschuldig! 1
mond te kussen, maar onmiddellijk daarop
schaamde ik me over deze opwelling. Toen
de boot aanlegde, was ik de eerste, die aan
wal ging.
(Wordt vervolgt.)