STADS NIEUWS Weerbericht FAILLISSEMENTEN DONDERDAG 11 JULI 1940 DE LE1DSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 2 ZONS OP- EN ONDERGANG Zon onder 9.59 uur. Zon op 5.32 uur. Maan onder 0.45 uur Vrijdagnacht. Maan op 2.31 uur Vrijdagmiddag. (Vrijdag eerste kwartier). HOOG WATER. Te Katwijk aan Zee op Vrijdag 12 Juli voorm. 9.20 en nam. 9.45 uur. WATERTEMPERATUUR. Zweminrichting „De Zijl" 20 gr. C. Zweminrichting „Poelmeer": 20 gr. C. ^iiiiiiiiiiiiiiimiiiiimiiiiiMiimiiimiiiimiih. Verduisteringstijden r Er is bepaald, dat er verduisterd S moet worden tusschen zonsonder- 2 2 ?ang en zonsopkomst. 2 Deze tijden zijn voor hedenavond 2 2 en morgenochtend: E E E ZONSONDERGANG E 5 9.59 uur. E S E E ZONSOPKOMST 5.32 uur. 2 Tusschen deze beide tijden dient 2 2 er dus verduisterd te worden. 2 EiiiiiiiiEiDitiuuuiunitiiiiiuujiiiiiiiiiiiiiniF DE EVACUATIE EN DE KOMENDE VACANTIE DER ROTTERDAMSCHE JEUGD. In tegenwoordigheid van den wethouder van onderwijs, den heer L. de Groot, heeft het 'bestuur van de afdeeling kinder-eva- cuatie van het Centraal Evacuatiebureau te Rotterdam een uiteenzetting gegeven over het probleem van de evacuatie en de komende vacantie der Rotterdamsche jeugd. In een kort woord heeft de heer De Groot er de aandacht op gevestigd, dat de gewone wijze, waarop aan menig Rotter damsch kind enkele dagen een prettige vacantie geschonken werd, thans is verval len. Het kamp van de Rotterdamsche va- cantieschool in Hoek van Holland kan met gebruikt worden, het vacantiekin derf eest, dat anders elk jaar honderden kinderen enkele dagen naar buiten zond, ziet zich voor een zeer beperkte vervoersgelegen- •heid geplaatst en bovendien kan ook het kamp te Gilze Rijen niet voor haar oor spronkelijk doel gebruikt worden. Er moet naar andere middelen worden uitgezien om iets voor het kind te kunnen doen. Twee vöornaime middelen staan reeds voorop en dat zijn het aanbod dat Rijks commissaris rijks-minister Seyss-Imquart namens den gouwleider van de Ostmark heeft gedaan, en het aanbod van zeer velen uit den lande om kinderen uit Rotterdam voor eenigen tijd in bun gezinnen op te Het bestuur heeft in de eerste plaats haar aandacht geschonken aan het royale aanbod van den Rijkscommissaris; daartoe werden aan 75.000 schoolkinderen formu lieren verstrekt, met als resultaat dat reeds op den daarop volgenden dag 300 aanvra gen binnenkwamen. De animo van de ouders, die hun kinderen gaarne enkele maanden vacantie gunnen in de fraaie om geving van het Salzkammergut, bleek zoo groot, dat het bestuur tot nu toe een dikke vierduizend aanvragen te verwerken kreeg. De heer H. S. van der Waals, gedele geerde voor de kinderevacuatie, zette daar na uiteen, hoe den anderen Rotterdam- schen kinderen, die het noodig hebben, ge legenheid voor vacantie wordt geschonken. De vijftien vereenigingen, welke zich be zig houden met het naar buiten zenden van het zwakke kind in Rotterdam, heb ben alle hun werkzaamheden voortgezet. Na het ongeluk, dat Rotterdam op 14 Mei heeft getroffen, is er direct en spontaan uit alle deelen van het land om kinderen gevraagd. Typisch was het, dat ongeveer tweehonderd aanvragers vroegen om kin deren, die door de gebeurtenissen wees ge worden waren en die men als eigen kind wilde aannemen. Gelukkig heeft men deze aanvragers moeten teleurstellen, want „oorlogsweesjes" heeft Rotterdam nage noeg niet. Het totaal der aanvragen was zóó groot, dat elk kind, dat daarvoor in aanmerking zou komen, vijftien tot twintig maal zou uitgezonden kunnen worden, wilden alle aanvragers tevreden worden gesteld. Aanvankelijk voelden de ouders van de getroffen gezinnen er weinig voor hun kin deren enkele maanden of weken af te staan, doch de bereidheid neemt nu toe. Voor elk kind, dat uitgezonden wordt, wordt nagegaan of het in een omgeving terecht komt, waar het in past. Een apart comité, het „Comité vacantie 1940", zorgt voorts voor de kinderen, die niet geevacueerd behoeven te worden, doch alleen voor vacantie naar buiten moeten. Uit een en ander blijkt, dat men thans te Rotterdam met den symipathieken steun van velen daarbuiten, alles doet wat in het vermogen ligt om in de komende va- cantiemaanden het Rotterdamsche kind, dat zooveel van de gebeurtenissen te lij den heeft gehad, afwisseling en nieuwe gezondheid te schenken. Opgeheven: J. M. Brouwer, bloembollenkweeker, Sassenheim. DE DUITSCHE KRIJGSRAAD Een geval van begunstiging van den vijand Pensionhouder overeenkomstig art. 91 van het Duiische W. v. St. tot 5 jaar tuchthuisstraf veroordeeld. Zooals gisteren reeds in een gedeelte enzer op.aag kort gemeld, heeft ae Duit- sche krygjraad gisteren de zaax tegen een pensionnouder uit Scneveningen Dehan- aetd, die in de laatste dagen van Mei pogin gen had aangewend om Nederiandsche militairen te vinden, die bereid zoucen zijn tot vertrek naar Engeland om in het Brit- sche leger dienst te nemen. De hier bedoelde pensionhouder was de 3C-jarige J. C. V. De uuitsche justitie had als verdediger van den verdaente aangewezen mr. Fran- gois Pauwels uit Amsterdam. Als getuigen werden gehoord de 51-ja- rige J. B. Ton, een gepensionneerde, die in deze oorlogsdagen als reserve-adjudant onderofficier in het Nederiandsche leger diende, en de 49-jarige fourier C. van der Maden. Als tolk fungeerde een officier voor spe ciale diensten bij het Duitsche leger. Het verhoor van verdachte. Nadat de president den verdachte om trent diens scnoolopeiding, vroegere en tegenwoordige weiaczaamneid, unancieeie onistanaigiieuen enz. had onuervraagd, werd geconstateerd, dat verdacnie geen ernstige vergrijpen uit vroegeren tijd op zyn geweten nad. Verd., die, na de lagere school te heoben doonoopen en een cursus van 14 maanden voor machine-scnrjjver te neoben gevoigd, een groot deel van zijn maatscnappenjKe werKzaamheid ais - chauxieux nad gediend, had na een tijd van werxioosneid een pen sion overgenomen, waarvooi hij een geld- ieening van J 1300 had moeten sluiten. Hij zeide hiervan maandelijKs een zeker uearag te moeien terugbetalen en in finan- cieele moeilijkheden te zijn genomen om dat zijn pension en zijn bijverdiensten als autoverkooper niet voldoende winst ople verden. Op de vraag van den president of hij wel eerder dan eind Mei met Nederiandsche militairen in verbinding was getreden, ant woordde verd., dat hij meermalen koftle en tnee had geschonken aan onderofiicieren en soldaten, die bij de mitrailleurnesten langs het strand in zijn omgeving te Sche- veningen hun plicht vervulden in de dagen v/eike aan den lOen Mei waren vooraige- gaan. Hij was hiermede ook na de capi tulatie van het Nederiandsche leger voort gegaan, voorai met de bedoeling onze mi litairen wat op te monteren. Een enkele maal had hij zelfs port aan hen verschaft. Een tiental huizen van zijn pension bevond Zich het bureau van den adjudant onder officier Ton. Deze kwam op een van de laatste dagen van Mei een kopje koffie bij verdachte drinken en vroeg toen of deze uit de Engelsche radio gehoord had, dat Prinses Juliana een baby had gekregen. Verd. had ontkennend geantwoord, daar hij distributie-radio had en hij alleen naar Nederiandsche of Duitsche zenders kan luisteren. Verder vertelde verd., dat er tweemaal Inkwartiering van Duitsche militairen in zyin pension was geweest en wel van 17 2'/ Mei met verpleging en van 22 Mei3 Juni zonder verpleging. Door de hieraan aanvankelijk verbonden voedingszorgen en onvoldoende bekendheid hoe hij de „Be- scheinungen" moest verzilveren, zou hij zijn leveranciers niet tijdig hebben kun nen betalen en moest hij trachten voor schot te krijgen. Intusschen had de huis eigenaar met uitzetting gedreigd, indien verd. niet voor 24 Mei de verschuldigde huur zou hebben betaald. Zijn meubels (die hij nog grootendeels moest afbeta len) zouden dan tevens op straat worden gezet. Toen kwam verd. naar hij verder ver telde te hooren, dat volgens de Engelsche radio het Nederiandsche vorstenhuis op 2b of 29 Mei zou hebben aanbevolen, dat Nederiandsche militairen zich zouden aan melden voor dienstneming om met de En gelsche en de Fransche weermacht tegen Duitschland te vechten. Den dag tevoren zouden drie man (een kelner, een portier en een chauffeur) bij verd. zijn gekomen met de mededeeling, dat zij f 345 van hem moesten hebben. Indien hij niet betaalde, zouden zij hem willen vermoorden. Een hunner zou den verd. toen reeds bij de keel hebben gegrepen. Toen heeft verd. de po litie gewaarschuwd. Op 30 Mei was verd. 's morgens op het bureau van adjudant Ton geweest, die toen echter niet aanwezig was. Verd. liet daar op een briefje achter, waarbij adjudant Ton werd verzocht bij hem te komen. In derdaad kwam eenige uren daarna Ton bij hem en daarop werd gesproken over den oproep van Nederiandsche militairen voor Engeland. Verd. zou toen tot den adjudant hebben gezegd: Hebt u gedacht, dat nu nog men- schen zoo dwaas zijn, na de capitulatie, om voor Engelsche dienstneming van hier te gaan? Volgens verd. had T. geantwoord: Jam mer, dat ik gehuwd ben, maar ik weet misschien wel anderen, doch hoe moeten zij er komen? De mogelijkheid zou toen zijn besproken om per schip te gaan op de wijze als in den tijd ten aanzien van Spanje geschiedde. Verd. meende wel iemand te weten, die door dik en dun naar Fngeland zou wenschen te gaan om in het leger daar te lande dienst te nemen. De president vermaande den verdachte geen leugens te vertellen, want daarmee zou deze zijn eigen zaak slechts erger kun nen maken. Verder vroeg de president of verd. zich tot de Amerikaansche legatie had gewend om inlichtingen over de bedoelde dienst neming. Verd.: Daarover heb iik in mijn zenuw achtigheid misschien wel gesproken, maar ik. ben in geen geval op de legatie ge weest. De president: Er zijn bij u twee brieven van de vroegere Engelsche legatie gevon den. Verd.: Die dateeren van September of October, 1939, toen nonteurs, autobestuur ders e.d. tegen hooge belooning door En geland werden gevraagd. Op een desbetref fende advertentie had verd. in de Neder iandsche taal geschreven, en had hij ant woord in de Engelsche taal gekregen, doch zooveel tijd later, dat hij zich er niet meer voor interesseerde. Hij had het antwoord niet eens gelezen, daar hij geen Engelsch kent. Als militair zou verd. totaal onge schikt zijn, wegens halve verlamming. Hij had toen de zaak maar laten loopen. Men heeft hem echter, doordat hij geen werk kon krijgen en geen geld had, het hoofd op hol gemaakt. President: U hadt andere methoden be- hooren toe te passen dan hetgeen u hebt gepoogd te ondernemen. De verklaringen van de getuigen. Getuige Ton, hierna binnengelaten, ver telde dat V. hem had gevraagd eens bij hem te komen. Dat was op 27 of 28 Mei. Het verhaal van den Engelschen zender omtrent dienstneming bij de Engelsche en Fransche legers werd toen door V. ter sprake gebracht. V. vertelde hem toen dat hij op de Amerikaansche legatie had ver nomen, dat men wel een schip ter be schikking kon stellen indien er voldoende deelnemers waren. Hij vroeg of getuige geen menschen wist, die zich daarvoor wilden aanmelden. Get. had toen gezegd, dat hij wel eens wilde informeeren. Hij heeft daarop met fourier van der Maden er over gesproken en het verzoek van verdachte overge bracht. Pres.: Wat was uw meening daaromtrent? Get.: Aanvankelijk achtte ik het wel mogelijk, maar later kwam ik tot de con clusie, dat het een fantastisch plan was. Pres.: Wat zeide van de- Maden? Get.: Dat wij ons er verder niet mee zouden bemoeien. Daarop heb ik V. ge antwoord dat er geen liefhebbers te vin den waren. Pres.: Wat zei V. toen? Getuige: Niets. We hebben er verder r.iet meer over gesproken. Pres.: Was V. zenuwachtig? Get.: Altijd. Pres.: Heeft V. niets verteld van men schen, die hem bedreigd zouden hebben? Get.: Neen, ik kan me dat althans niet herinneren. Pres.: Verdachte zegt iets anders. Hij zou tot u gekomen zijn om hulp van u te hebben, daar hij bedreigd was door bur gers. Ook zou verd. gezegd hebben, niet te gelooven, dat er nog zulke gekke men schen waren, die naar Engeland wenschten te gaan. Get.: Indien hij dat gezegd had, zou ik net verzoek van V. niet aan van der Ma den hebben doorgegeven. Ik had tot V. gezegd er niets voor te gevoelen, maar wel ie weten, dat er soldaten waren, die tegen Duitschland wilden vechten. Dat was toen vrij logisch, maar thans is alles geheel an ders. Get. van der Maden vertelde daarna, dat de administrateur van de compagnie, Ton, hem op een ochtend in het laatst van de Meimaand vroeg of hij menschen bij de compagnie wist, die bereid zouden zijn per schip naar Engeland te gaan om tegen Duitschland te vechten. Get. gaf voor, dat hij deze aangelegenheid vel bij eenige mi- l'tairen, wier gezindheid hij voldoende kende, ter sprake zou brengen. Hij vroeg tevens bij wie de menschen zich konden aanmelden en kreeg toen den naam en het adres van den pensionhouder V. te hooren. Get. gevoelde, dat daarmee een mis greep tegenover den overwinnaar zou wor den gedaan en dat deze gevaarlijk voor onze Hollandsche soldaten zou' zijn. Hij heeft toen het heele geval bi.i de militaire politie aangebracht. Bovendien heeft hij de Hollandsche soldaten gewaarschuwd, ii. een dergelijke aanvraag niet te treden. Pres.: Hebt u den indruk, dat Ton te goe den trouw het verzoek had overgebracht? Get. van der Maden: Ik ken hem als een zeer goed kameraad, die zeker geen steek penningen zou aannemen. Pres.: Hij zou ook uit „idealistische" overwegingen hebben kunnen handelen. Get.: Neen, dat geloof ik niet. Eerder gevoelde ik, dat er een soort vriendschaps band tusschen Ton en den pensionhouder bestond en dat Ton tegenover V. geen ver rader wilde «spelen. Bovendien kreeg ik den indruk, dat Ton er niet mee te maken wil de hebbgn en dat hij het verzoek van V. up mij wilde overhevelen, hoewel Ton er aanvankelijk wel wat voor gevoeld zou hebben. De president besloot, nadat nog enkele vragen waren gesteld en beantwoord, af te zien van beëediging van getuige Ton. Get. van der Maden legde den eed af, dat hij uitsluitend de waarheid had ge sproken. Requisitoir. Het woord was hierna aan den aankla ger/ Deze gaf een opsomming van de ge tuigenverklaringen en van de mededeelin- gen van den verdachte. Spr. achtte de tenlastelegging voldoen de bewezen en wenschte bij de strafme- ting rekening te houden met het vrij gun stig verleden van den verd. die slechts eenmaal door een rechtbank werd ge straft, voor een niet-ernstig vergrijp doch wiens optreden in de onderhavige zaak wordt verzwaard door de omstandigheid, dat hij met anderen over dienstneming in het Engelsche leger heeft gesproken, in een tijd toen Nederland door Duitschland was bezet, welke dienstneming zou heb ben beteekend, dat een strijd tegen Duitsch land zou worden aangegaan. Op zulk een feit staat de doodstraf. Wij kunnen ons -- aldus de officier niet indenken, dat Nederiandsche soldaten, die door de groot heid van den Fuehrer vrij mogen loopen waar zij willen, ervoor te vinden zouden zyn, den strijd tegen het Duitsche leger we der op te nemen. In ieder geval moeten eventueele pogingen daartoe met ijzeren kracht worden tegengegaan. Dit kan sieschts door onherroepelijke bestraffing van daaraan schuldigen geschieden. Spreker wilde, nu geen ernstig nadeel voor de Duitsche weermacht is ontstaan en geen énkele Nederiandsche soldaat voor het plan gevonden werd, het eischen van de doodstraf achterwege laten en zich be perken tot het tweede lid var art. 91b .door het eischen van een tuchthuisstraf van acht jaren. Pleidooi. Mr. Frangois Pauwels, vervolgens aan het woord komend, stelde de vraag of het bewijs toereikend is voor een zoodanige* strafoplegging als de officier heeft ge- eischt. De rechter zal met de grootst mo gelijke voorzichtigheid hebben te onder zoeken of inderdaad voldoende bewijsma teriaal is aangevoerd. Bovendien meende pl. te moeten twijfelen aan de volkomen betrouwbaarheid der getuigenverklaringen. Getuige van der Maden heeft zelf nooit met verd. gesproken en ten aanzien van laatstgenoemde moet de krijgsraad dus afgaan op de verklaringen van getuige Ton, die voor zichzplf de zaak zoo gunstig mogelijk tracht voor te stellen. Er zijn hier feitelijk twee lezingen en in zulle een ge val van twijfel schrijft het ongeschreven recht voor, dat men ten gunste van den verdachte beslist. Aangenomen mag wor den, dat V. alleen bedoelde, eenig geld te verdienen, doch zijn plan was fantastisch en derhalve' geenszins serieus. Pl. vroeg zich af of we hier niet veeleer met een ge val van opsnijding te doen hebben. Indien net gesprek tusscher Tpn en verd. over het zenden van een schip naar Engeland als ernstig wa« bedoeld, dan ware het de plicht van Ton geweest, het direct aan te geven. Rekening moet ook worden gehou- aen met de bewogenheid waarin men hier UITZENDING VAN KINDEREN NAAR DE OOSTMARK Dr. M. D. Horst, directeur van den Gem. Geneeskundigen Dienst deelt ons mede, dat zich tot dusverre aan zijn bureau on geveer zeventig gegadigden hebben aange meld voor een verblijf van enkele maan den in de Oostmark (Salzkammergut). Onder dit aantal bevinden zich ook eenige kinderen uit de omliggende ge meenten, wier aanmelding ten onrechte in Leiden is geschied. De directeur voor noemd verzocht ons mede te deelen, dat de verzoeken om uitzending uitsluitend schriftelijk bij hem moeten worden ingediend, waarna de gegadigden een op roep zullen ontvangen tot het ondergaan van een geneeskundig onderzoek. Het bo venstaande geldt evenwel alleen voor kin deren uit de gemeente Leiden. Voor kinderen uit de buitengemeenten moeten de aanmeldingen geschieden bij de burgemeesters dier gemeenten, die dan verder voor het geneeskundig onderzoek zullen zorg dragen. Is dit niet mogelijk dan is de genees kundige dienst in Leiden bereid het ge neeskundig onderzoek te verrichten. LEIDSCHE UNIVERSITEIT. Tentamens candidaaisexamen I Geneeskunde. In verband met de bijzondere omstandig heden zullen Ze bovengenoemde tentamens eerder worden afgenomen dan andere jaren gewoonte was. In verband hiermee zijn de volgende data vastgesteld. 1. De aanmelding voor deze tentamens sluit 24 Augustus. Zij moet geschieden bij het Bureau van Inschrijving enz. in het Academiegebouw aan het Rapenburg, Lei den. 2. De tentamens vallen in de periode van 9 September tot en met 28 September. 3. De uitslag is bepaald op Woensdag middag 2 October. Nadere inlichtingen verstrekt de voor zitter van de examen-commissie voor het cand. ex. I Geneeskunde, prof. dr. C. J. v. d. Klaauw, Zoölogisch Laboratorium, Kai- serstraat 63. DIPLOMA KERKZANGER. Gisteren slaagden voor het Zangersdi ploma van dp St. Gregoriusvereeniging de heeren: W. Develing, J. van Harteveld, J. P. Meijer, P. Schamper en J. J. Rozier, die daartoe werden opgeleid door den heer H. Rijnbeek, directeur-organist van het St. Petruszangkoor alhier. De examencommis sie bestond uit den zeereerw. heer pastoor Th. Beukers en de heeren H. Rijnbeek en A. Devilee. GemeenSel. Aankondiging EXTRA BROODRANTSOEN In aansluiting op vroegere kennisgeve- vingen deel ik mede, dat nog in aanmer king komen voor extra broodrantsoenen: Zoutzieders 50 Heiers 50 Mar mersslijpers 50 Klein-industrie, pannen- en buizen fabrieken. Kleidelvers-sjouwera 100 Sjouwers, buizenstampers, oven- vullers, oveninzetters, sjouwers bij ovens 50 Asbest en Kurkwerkindustrie 50 P.T.T.-personeel. Arbeiders bij technischen dienst die grondwerk verrichten 50 Landarbeiders. Zelfstandig werkenden, die zelf voortdurend zwaren land arbeid verrichten, gedurende den hooitijd 10 Aug. 100 daarna 50 Stucadoors, Uit sluitend in den nieuwbouw 50 Leiden, 11 Juli 1940. 3671 De Burgemeester A. v. d. SANDE BAKHUYZEN kort na de bezetting leefde, en met de groote nervositeit van dezen verdachte. Pl. drong tenslotte aan op vrijspraak, subsidiair een lichte bestraffing van deze reeds sedert 1 Juni in preventieve hechte nis gehouden verdachte, die bekend staat als een fatsonlijk mensch en die bovendien eenigszins invalide is. De officier, repliceerend, handhaafde den eisch. Nadat verdachte het laatste woord had gehad en gezegd had een gebroken en be rouwvol man te zijn, die gaarne wil arbei den, begaf de krijgsraad zich in raadkamer. De uitspraak. Na ongeveer drie kwartier werd de zit ting heropend. De president deelde hierna mede, dat de krijgsraad den verdachte tot vijf jaren tuchthuisstraf veroordeelde. De president gaf een uitvoerige motivee ring van deze uitspraak. Aan het getuige nis van Ton heeft de krijgsraad niet ge twijfeld, doch wel heeft Ton zich hierdoor zelf mede schuldig gemaakt, zoodat de aan houding van dezen getuige werd bevolen. De krijgsraad was overigens van oordeel, dat een feit, 14 dagen na de bezetting ge pleegd op de wijze als hier is geschied, zoodanig behoort te worden bestraft, dat er een afschrikwekkende werking van uit gaat. Het oordeel van den krijgsraad wordt van kracht na goedkeuring door den mili tairen bevelhebber hier te lande. DENKT ER AAN: UW RIJWIELLAMPEN VERDUISTEREN! Gisteravond zijn in totaal 41 rijwielen in beslaggenomen, die niet of niet voldoende van verduisterde lampen waren voorzien! Cijfers die spreken en ter waarschuwing voor anderen dienen. EINDEXAMEN GEM. H.B.S. Aan de Gem. H.B.S. met 5-j. cursus zijn geslaagd voor eindexamen afd. B: F. van der Blij, D. W. C. Boom, J. W. Broek huizen, R. Fransen, Noord wij kerh out, J. Geertsma, Gondho Pratomo (R.M.), J. M. Goudswaard, Wassenaar, D. ten Hagen, Wassenaar, J. Hoogeveen, A. van Kooy, Voorschoten, J. Lammens, Zoetermeer, A. Lindenbergh, K. N. Nieuwzwaag, M. G. Senn van Basel Wagemans, Oegstgeest, O. A. Steenpoorte, Voorburg, J. C. Vlaardin- gerbroek, E. van der Wal, A. Wessels, Voor burg, P. Westendorp, Voorschoten, Annie Berkhout, L. H. Krol, S. Lammers, E. H. van Leeuwen, J. F. Minnée, Noordwijk aan Zee, J. C. Nell, Voorschoten, P. Otto, C. J. H. Oudshoorn, E. de Roo, J. A. Roosdorp, Katwijk Binnen, J. C. Schouten, A. M. H. Straatman, Gerda H. van der Sijde, Voor burg, D. W. van den Tak, Voorburg, M. F. Verdoes, Katwijk a. Zee, J. M. Versteeg, Arja Vosselman, Co J. Wagemans, "J. J. C. Weynmann, Wassenaar, P. van 't Zelfde, Voorburg. Afgewezen: 3. KINDERWAGEN MET BABY TE WATER. Gisteravond omstreeks half acht reed het 12-jarige meisje E. N. met een baby van drie maanden, het meisje G. v. d. S. uit de Groenesteeg, op de Mare. Bij de fontein wilde het meisje, dat den wagen reed, gaan drinken en zette daarom den kinderwagen stil. Deze stond echter op de helling van de straat en reed te water. Dit werd gezien door een expediteur K., wonend Mare 72. Deze sprong gekleed te water en mocht het genoegen smaken het Kind met den wagen op het droge te bren gen. Naar bij onderzoek in het Acad. Zie kenhuis bleek, had de baby geen letsel opgeloopen. Handelsregister K. van K. Wijzigingen: 7189. De Heer en Guldemond. Leiden, Aloëlaan 49. Fabriek van brilmonturen. Wijz. handelsn. in: ElbL (Eerste Leidsche Brilmonturen Industrie). 6715. Firma Ysselmuiden Zonen. Sassenheim, Hoofdstraat 204. Lood- en zinkwerken, aanleg van gas, water sanitair, centr. verwarming, electr. leidingen enz. Overl. Venn.: J. C. Ysselmuiden, Sassen heim, d.d. 13 Apr. 1940. Nieuwe inschrijving: 7488. Expe ditie-Onderneming Seinen de Weys. (B. P.) Alphen aan den Rijn, Hoofdstraat 254. Venn.: C. J. de Weys en B. Seinen, Alphen aan den Rijn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 2