ZATERDAG 8 JUNI 1940 31ste Jaargang No. 9662
S)e GekJ&ch^Sou/fco/itt
Bureaus Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 1L,
V De Liturgie.
De liturgie van de Kerk is een bron van
kracht en troost. Wie ernstig poogt, de
liturgie te kennen, zal als onmiddellijk on
dervinden, dat wij hier niet neerschrijven
leege woorden, maar dat wij constateeren
een levende werkelijkheid!
De vaste gebeden van de H. Mis schen
ken ons telkens weer nieuwe, begeeste
rende gedachten en wekken telkens weer
op tot edele geestelijke gevoelens.
En in de wisselende gebeden van de H.
Mis zien wij, als door een prisma, in veel
kleurige schoonheid een zon van Godde
lijke waarheden schitteren.
Over de gebeden in de H. Mis van mor
gen vierde Zondag na Pinksteren
zegt Deken de Korte in zijn „Levenswij
ding door de Zondagsmis", dat zij vormen
een klaaglied, maar een klaaglied, door de
geloovige ziel uitgeschreid en daarom vol
geloof en vol vertrouwen.
En het epistel op dezen Zondag is ge
nomen uit een van Paulus' Brieven en be
vat vele troostredenen, die wij in uren van
lijden moeten overwegen:
Broeders: Ik houd het er voor, dat
het lijden dezer wereld niet opwegen
kan tegen de heerlijkheid, die ons ge
openbaard zal worden. Reikhalzend
toch smacht de schepping naar de open
baring der kinderen Gods. Want de
schepping is aan de vergankelijkheid
onderworpen, niet uit eigen wil, doch
door den wil van Hem, die ze daaraan
onderwierp; maar toch met de hoop,
dat ook de schepping zelf bevrijd zal
worden van de slavernij der verganke
lijkheid, om deelachtig te worden aan
de vrijheid der glorie van de kinderen
Gods. We weten toch, dat heel de schep
ping zucht en kreunt in barensweeën
tot heden toe. En zij niet alleen, maar
ook wij, die de eerstelingen des Gees-
tes bezitten, ook wij zuchten in ons bin
nenste naar de verlossing van ons
lichaam, in smachtend verlangen naar
het kindschap in Christus Jezus, onzen
Heer.
Het lijden dezer wereld kan niet opwe
gen tegen de heerlijkheid, die ons geopen
baard zal worden....
Toch is het redelijk, dat de mensch bidt
om van het op hem drukkende lijden, voor
al van lijden, dat bestaat in aanhoudende
kwelling en angst, te worden bevrijd.
In de „Collecta" bidt de Kerk morgen,
om een ontwikkeling van het wereldgebeu
ren. in vrede:
Geef ons, smeeken wij U, o Heer, dat
de loop van het wereldgebeuren zich
onder Uw bestuur voor ons voltrekke
in vrede, en dat Uw Kerk de vreugde
geniete, zich te kunnen geven aan Uw
dienst, ongestoord.
Met het gebed om verlossing van lijden
laat de geloovige echter altijd gepaard
gaan een bede om vergiffenis van zonden.
Zoo morgen in de „Secreta":
Wij bidden U, Heer, laat U verzoe
nen, door de offeranden, die wy U op
dragen, en neig onze harten op onweer
staanbare wijze genadig tot U, ook
dan, wanneer ze wederspannig moch
ten zijn.
En in de „Postcommunlo" besluit de
Kerk morgen haar troostrijke gebeden:
Wij bidden U, o Heer, dat de heilige
geheimen, die wij ontvangen hebben,
ons mogen reinigen en door hun gena
dekracht beschermen.
De viering van, het mee-leven met de
Zondagsmis schenkt wijding aan het leven.
V Vrede in eigen kring
Ieder verlangt naar den wereld-vrede.
Maar: niet ieder heeft steeds z'n best ge
daan, om vrede te hebben in eigen, klei
neren en grooteren, kring.
Deze tijd is een tijd vari bezinning.
En wij bezinnen ons ook hierop, dat
er in het intieme zoowel als in het open
bare leven zooveel ruzie is geweest, waar
ondanks verschillen vrede had kunnen
heerschen, zooveel tweedracht, waar op
een zekere eensgezindheid gegronde sa
menwerking activiteit had kunnen ont
wikkelen, zegen had kunnen verspreiden.
Zeker, onder ons, levende menschen,
kan en mag niet neerdalen een soort kerk-
hof-vrede.
Critiek kan gewenscht, nuttig, nood
zakelijk zijn.
Maar dan: critiek in positieven, opbou-
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
NEDERLANDSCHE LEVENSSTIJL.
In een brief, die opwekt tot vertrouwen,
alsmede tot arbeiden, zegt de Haagsche
briefschrijver van de T ij d o.m.:
„Het geloof in den arbeid, die den jongen
en den sterken in de naaste toekomst
wacht, heeft behoefte aan een zeker grim
mig optimisme. Welk bezwaar kan er zijn
om de lichtpunten te zoeken in de huidige
situaties?
Wie zich vroeger ergerde aan den
tragen gang van St. Bureaucratius, ver-
heuge zich er over, dat thans in één
dag resultaten kunnen worden bereikt,
waarvoor vroeger maanden noodig waren.
Klaagden wij voorheen meermalen over
een geest van perfectionisme in de staats
machine, wij mogen nu met reden verwach
ten, dat bij het opvoeren van het tempo
voor het nemen van eenig risico niet zal
worden teruggedeinsd.
En, al is het nooit verstandig den dag te
prijzen voordat de zon is ondergegaan, de
sombere voorspellingen omtrent de gevol
gen der bezetting voor ons volksleven zijn
toch zeer zeker niet in vervulling gegaan.
In dat opzicht zijn de proclamaties en
de redevoering van den Rijkscommissaris
zelfs hoopgevend te noemen, niet alleen
door haar geheele teneur maar ook door
haar positieven inhoud.
„Wij komen niet hier aldus de Rijks
commissaris Rijksminister Seys-Inquart
om een volkskarakter in het nauw te
brengen en te vernielen en om aan een
land de vrijheid te ontnemen."
„Wij willen dit land en zijn bevolking
noch imperialistisch in het nauw drijven
noch aan dit land en zijn volk onze poli
tieke overtuiging opdringen."
„Het is mijn wil, hierbij het tot dusver
geldende Nederlandsche recht in werking
te laten, tot uitoefening van het bestuur
de Nederlandsche autoriteiten er bij te be
trekken en de onafhankelijkheid van de
rechtspraak te garandeeTen."
Het beste middel om ons volkskarakter
gaaf en onze vrijheid hoog te houden is,
naar mijn overtuiging, geleger. in het on
misbaar vertrouwen dat ons dit ook ge
lukken zal.
De gevaarlijkste vijanden van ons volks
eigen zijn de geruchtmakers, dc kanke
raars, de défaitisten en de alarmisten.
Vertrouwen in het heden, in de toekomst
zij de bron van onzen arbeidslust.
Fides obligat fidem vertrouwen wekt
vertrouwen."
BENOEMINGEN
BUREAUX RIJKSCOMMISSARIAAT.
De Rijkscommissaris voor het bezette
Nederlandsche gebied heeft ingevolge zijn
decreet betreffende den organisatorischen
opbouw van de bureaux van het Rijks
commissariaat benoemd:
tot vertegenwoordiger van het ministe
rie van buitenlandsche zaken den gezant
Otto Bene:
tot gevolmachtigde vcor de Nederland
sche Bank den Ministerialdirektor voor
bijzondere aangelegenheden, Staatsrat H.
C .H Wohlthat;
tot chef van de hoofdafdeeling op het
bureau van den Rijkscommissaris den Mi-
nisterialrat dr. Hans Piesbergen.
REEDS DEZE WEEK KOLENVERVOER?
Naar wij vernemen, is de kans groot, dat
het kolenvervoer uit Zuid-Limburg naar
overig Nederland eind dezer week zal be
ginnen. Per spoor zullen de kolen tot Venlo
vervoerd worden en verder per schip.
Men hoopt het Julianakanaal over veer
tien dagen weer voor het kolenvervoer be
schikbaar te hebben.
wenden zin, waardig naar inhoud en vorm.
Maar dan: critiek, waarbij de goede
bedoeling van dengene, wiens beginse
len en meeningen en daden men becriti-
seert, niet verdacht wordt gemaakt; waar
bij het bestaan van die goede bedoeling,
zonder afdoend bewijs voor het tegendeel,
wordt verondersteld.
Wij hebben er in het verleden ook zoo
herhaaldelijk op gewezen: ook onder ons,
Katholieken, onderling, heeft op dit terrein
het allerbelangrijkste terrein van de on
derlinge liefde! nog al 'ns wat ontbroken.
Een van de lichtzijden van dezen tijd,
is, dat wij ons op de tekortkomingen van
het verleden bezinnen, om.... een ver
nieuwd leven in te treden.
En een van de typeerende kenmerken
van dat vernieuwde leven zal zijn: méér
same n-werking, in voorzoover dit een
redelijk mogelijke en waardige houding is
de oprechtheid van wederkeerige waar
deering.
Nationaal hulpcomité
1940 opgericht
GROOTE STRAATCOLLECTE IN HET
GEHEELE LAND OP 15 JUNI.
Presse-Dezernent W. Janke heeft giste
ren ter persconferentie te 's-Gravenhage
het volgende medegedeeld:
Met toestemming van de bevoegde Duit-
sche instanties, en wel speciaal van den
Rijkscommissaris persoonlijk, is opgericht
het Nationaal Hulpcomité 1940. Dit staat
onder leiding van personen uit verschei
dene kringen; als voorz. treedt mr. dr. K.
J. Frederiks, secretaris-generaal van liet
Departement van Binnenlandsche Zaken op.
..Dit „Nationaal Hulpcomité" zal ten
nauwste samenwerken met het Roode
Kruis en het Nationaal Fonds voor Bijzon
dere Nooden.
Het doel van het comité is, in den breede
gezegd, daar te helpen waar in de dagen
van den oorlog verlies is geleden.
Men hoopt de gelden, welke benoodigd
zijn voor de lenigng van den nood, bijeen
te brengen door:
l...Een inzameling, waaraan alle bank
instellingen en naar men hoopt ook alle
dagbladen zullen medewerken.
De heer Janke deed een dringend be
roep op de aanwezige vertegenwoordigers
van dagbladen om hun kolommen hiervoor
beschikbaar te stellen.
2. Er zal een groote straatcollecte wor
den gehouden door het geheele land, waar
voor de datum voorloopig is vastgesteld op
Zaterdag 15 Juni.
Aan alle burgemeesters zal worden ver
zocht zooveel mogelijk hun medewerking
aan deze collecten te verleenen. Verder
zullen maatregelen worden getroffen om
de jeugd zooveel mogelijk als collectanten
te organiseeren.
3. Door plaatselijke coraité's zal verder
een circulaire worden gezonden met ver
zoek om toezending van bijdragen.
De samenwerking met het Roode Kruis
en het Nationaal Fonds voor Bijzondere
Nooden beteekent, dat van de zijde van
deze beide instellingen geen afzonderlijke
collecte is te verwachten. Bij deze hulp
actie dient nL alle versplintering te wor
den voorkomen, zowdat de inzameling cen
traal kan geschieden.
De heer Janke wees er verder nog op,
dat een innige samenwerking bestaat tus-
schen Duitsche instanties, het Nationaal
Hulpcomité 1940 en den Commissaris voor
den Wederopbouw.
De Presse-Dezernent besloot zijn uiteen
zetting met een warm woord van aanbe
veling voor deze prijzenswaardige actie.
De verbetering in het
postverkeer
Naar de „Deutsche Zeitung in den Nie-
derlanden" meldt, heeft de Duitsche minis
terraad voor de verdediging van het Rijk
een nieuwe verordening over het bericht-
verkeer uitgevaardigd, welke ook voor de
ingeschakelde gebieden geldt. Zij wordt
morgen van kracht.
Onder de verandering vallen het post
verkeer, het telefoon- en telegraafverkeer
enz., he goederen- en vrachtverkeer, het
postduivenverkeer en alle andere verkeer
met acoustische en andere soorten midde
len tot verstandhouding met het doel om
berichten over te brengen.
Het rechtstreeksche en indirecte bericht-
verkeer met het vijandelijke buitenland is
verboden. Eventueele uitzonderingen wor
den toegestaan door het opperbevel van de
Duitsche weermacht, zoo noodig in overleg
met de betrokken hoogste Rijksautoritei
ten.
Het berichtverkeer met het ni§t-vijande-
lijke buitenland is in beginsel geoorloofd.
Er mogen echter geen berichten over den
militairen, oeconomischen of politieken toe
stand gegeven worden, die geschikt zijn
om het welzijn van het Duitsche Rijk of
de daarmee verbonden of bevriende staten
te schaden.
De met het toezicht op het berichtver
keer belaste autoriteiten hebben het recht
berichten of zendingen zonder opgave van
redenen geheel of gedeeltelijk uit te slui
ten van mededeeling of verveer.
Van den eersten uitvoeringsmaatregel
vermeldt de „Deutsche Zeitung" de volgen
de bijzonderheden:
Het post-, telefoon- en telegraafverkeer
met het niet-vijandelijke buitenland moet
tot het uiterste worden beperkt.
Van het postverkeer naar het niet-vijan-
delijke buitenland is uitgesloten de verzen
ding van prentkaarten van welken aard
ook, en van foto's en verder het gebruik
van geheime schriften, kunstmatige talen,
van alle systemen kortschrift enz.
Briefkaarten voor het niet-vijandelijke
.buitenland moeten duidelijk, liefst op de
schrijfmachine 'geschreven zijn. Brieven
van zakelijken inhoud mogen slechts op de
schrijfmachine geschreven of gedrukt zijn.
Particuliere brieven mogen ten hoogste
vier kantjes tellen.
Kranten en tijdschriften mogen slechts
door den uitgever of met de vervaardiging
belaste drukkerij verzonden worden.
Alle zendingen naar het niet-vijandelij
ke buitenland moeten op de rugzijde het
volledige adres van den afzender vermel
den.
Alle briefzendingen moeten ten postkan
tore worden bezorgd. De bezorger moet
zich met een officieel stuk legitimeeren.
Het telefoon- en telegraafverkeer naar
en uit het niet-vijandelijke buitenland is
slechts toegestaan aan autoriteiten, firma's
en particulieren, die toestemming hebben
van het opperbevel van de Duitsche weer
macht.
NOG ALTIJD BREDANAARS ZOEK.
Van ruim tweeduizend inensclien kan men
de verblijfplaats slechts gissen.
Onder de vele geruchten, die met betrek
king tot de verblijfplaats van de nog niet
teruggekeerde Bredasche vluchtelingen de
ronde doen, is er een volgens welke een
groep van enkele honderden ingezetenen
der agglomeratie het zou hier voorna
melijk menschen uit Ginneken betreffen
uit Brussel per trein naar Parijs zou
zijn vervoerd, waar zij zouden zijn inge
kwartierd in het Philipsgebouw.
Het A.N.P. heeft omtrent dit gerucht ge
tracht betrouwbare mededeelingen te krij
gen, doch te bevoegder plaatse beschikt
men over geen enkele aanwijzing, dat deze
menschen, indien zij er al in geslaagd zou
den zijn in Brussel een trein te nemen, in
derdaad Parijs bereikt hebben. Het is bij
voorbeeld met te Brugge aangekomen stad-
genooten voorgekomen, dat zij in den trein
werden gezet, doch deze na enkele kilo
meters alweer moesten verlaten.
Het is zeer goed mogelijk, en men acht
het zelfs waarschijnlijk, dat het met de
hier bedoelde groep evenzoo gegaan is.
Er ontbreken op het oogenblik uit
de gemeente Breda nog 1200 tot 1300
menschen. In de randgemeenten wor
den ook nog zekér duizend personen
vermist.
Gisteren heeft de heer A. van Nijnanten,
die met de registratie der nog niet terug
gekeerde stadgenooten belast is, met bur
gemeester B. W. Th. van Slobbe, de maat
regelen besproken, die genomen zouden
kunnen worden om inlichtingen te verkrij
gen omtrent de menschen, die nog in
Frankrijk of mogelijk in Engeland of Zwit
serland zouden vertoeven. O.m. is de mo
gelijkheid overwogen om te trachten via
de Amerikaansche consulaten in die lan
den een oproep te doen tot de achterge
bleven vluchtelingen, opdat dezen zich aan
een centraal punt zouden melden. Op deze
wijze zouden wellicht lijsten van de in
deze landen aanwezigen verkregen kunnen
worden.
HET BINNENREIZEN EN UITREIZEN
UIT HET BEZETTE NEDERLANDSCHE
GEBIED.
Het verordeningenblad van heden be
vat een verordening van den rijkscommis
saris betreffende het in- en uitreizen van
het bezette Nederlandsche gebied. De ver
ordening bepaalt:
1. Het binnenreizen in- en het uitreizen
uit het bezette Nederlandsche gebied is
verboden.
2. In bijzondere uitzonderingsgevallen
wordt de toestemming voor het binnen- en
uitreizen door den rijkscommissaris ver
leend.
3. (1) Alle tot nu toe door niet-militaire
autoriteiten verleende vergunningen voor
het binnen- en uitreizen verliezen met in
gang van 10 Juni hun geldigheid.
(2) De bezitters van zulke vergunnin
gen moeten terstond, uiterlijk echter tot 10
Juni 1940, een schriftelijk, ter zake ge
grond verzoek tot afgifte van een vergun
ning ingevolge paragraaf 2 indienen bij
het bureau van den rijkscommissaris voor
het bezette Nederlandsche gebied.
4. De voorschriften ter uitvoering van
deze verordening worden in opdracht van
den rijkscommissaris door den hoogeren
S.S.- en politieleider door middel van in
terne dienstaanwijzingen gegeven.
5. Deze verordening werkt niet ten aan
zien van door de bevoegde militaire auto
riteiten afgegeven vergunningen van het
in- en uitreizen.
6. Deze verordening treedt in werking
op den dag harer afkondiging.
DEVIEZENBESCHERMING.
Heden is in het verordeningenblad eeh
verordening verschenen van den rijkscom
missaris voor het bezette Nederlandsche
gebied betreffende overgangsmaatregelen
op het gebied van deviezenbescherming
van 5 Juni 1940.
Hierbij wordt bepaald:
De uitvoering van de bepalingen van
het koninklijk besluit betreffende devie-
zenncodmaatregelen van 10 Mei 1940
(staatsblad voor het koninkrijk der Ne
derlanden nr. 484, Nederlandsche staats
courant nr. 91) berust, behalve bij de Ne
derlandsche ambtenaren, ook bij de amb
tenaren van het Duitsche deviezenbescher-
mingscommando.
Deze verordening treedt in werking op
den dag van haar afkondiging.
Dit nummer beslaat uil vier
bladen, w.o. geïllustreerd
Zondagsblad.
ACTIE DER MIDDENSTANDSBONDEN, j
Hulp aan getroffen standgenooten.
Uit de drie Nederlandsche Middenstands
bonden is een klein centraal comité ge
vormd, dat zich belast met de inzameling
van gelden onder de leden van deze bon
den, bestemd voor hulpverleening aan da
door den oorlog getroffen middenstanders.
Het comité geeft aan alle leden die wil- j
len bijdragen, in overweging giften in te
zenden ten bedrage van 1 pet. van hun ge
spaard gebleven bezit, te betalen in zoo
veel termijnen als men zelf verkiest.
Dan zal het mogelijk blijken, den
zwaarst getroffenen onder de middenstand
althans eenigermate de zorgen te verlich- 1
ten bij den heropbouw van hun bedrijf, bij
hun worsteling om behoud of herstel van I
ih/un maatschappelijke zelfstandigheid.
De gelden voor deze actie kunnen wor
den gestort bij de Ned. Middenstandsbank
of op girorekening 60.000 van de Ned. Mid-
öenstandsbank te 's-Gravenhage, ten gun
ste van de rekening Contact-Centrale 3
Ned. Middenstandsbonden te 's-Graven-
hage, onder motto: Middenstandsoffer-
1940.
STEUN AAN SLAGERS IN DE DOOR
DEN OORLOG GETROFFEN STREKEN.
Het bestuur van den Nedorlandschen
Slagershond heeft speciale aandacht ge
wijd aan de belangen van de vakgenoo-
ten, die door den oorlog hun bezittingen
en bestaansmogelijkheid hebben verloren.
Het is begonnen met aanvankelijk voor
de getroffen bondsleden een bedrag van
5000.uit de bondskas beschikbaar te
stellen.
Bovendien worden in de pijn. 150 af-
deelingen van dezen bond voor dit doel in
zamelingen gehouden, welke reeds belang
rijke resultaten hebben opgeleverd. De
gelden zullen zoo spoedig mogelijk aan de
getroffenen worden uitgekeerd, opdat in
hun allereerste behoeften kan worden
voorzien en hun bedrijven weer op gang
worden geholpen.
Wanneer, ook van buiten den Neder-
landschep Slagershond staande personen
en groepen, genoegzame middelen binnen
komen, zal worden nagegaan in hoeverre
ook voor ongeorganiseerde slagers iets kan
worden gedaan.
Het bestuur van den Nederlandschen
Slagershond heeft voorts het initiatief ge
nomen tot een steunactie meer in het al
gemeen ten behoeve van de in de geteis
terde gebieden in nood verkeerende sla
gers, waarvoor eveneens regelingen in
voorbereiding zyn.
VERKOOP VAN LEGERPAARDEN
IN DEN HAAG
Dinsdag 11 en Vrijdag 14 Juni a.s. zal bU
het algemeene paardendepot op Houtrust
in Den Haag, te 11 uur een verkoop wor
den gehouden van circa 60, voor het Duit
sche leger ongeschikte paarden. Deze wor
den in de allereerste plaats ter beschikking
gesteld van landbouwers, die bij het begin
van de mobilisatie hun paard aan het Rijk
hebben afgestaan. De desbetreffende vorde-
ringsbewijzen dienen voor 10 uur ten staf-
bureele van het algemeene paardendepot op
Houtrust te worden overgelegd, wil men
van zijn voorkeursrecht bij den verkoop
gebruik kunnen maken.
PETROLEUMDISTRIBUTIE.
Het departement van handel, nijverheid
en scheepvaart vestigt nogmaals de aan
dacht op de in de avondbladen van 5 en 6
dezer voorkomende publicatie, waarin is
vastgelegd:
1. De wijze waarop de kleinhandelaren
moeten handelen met de door hen te ont
vangen zegels.
2. De wijze waarop degenen die petro
leum voor bedrijfsdoeleinden behoeven
moeten handelen om bestelbonnen te ver
krijgen, welke recht geven op het bezit
van petroleum.
In het bijzonder wordt de aandacht er
op gevestigd, dat aanvragen voor bedrijfs
doeleinden moeten worden ingediend door
bemiddeling van de plaatselijke distribu
tiediensten met uitzondering echter van
aanvragen op het gebied van landbouw,
tuinbouw en veeteelt. Deze laatste aanvra
gen moeten worden ingediend bij de plaat
selijke bureauhouders van den provincia
len voedselcommissaris.
VOLKSTELLING UITGESTELD.
Blijkens- een 6 Juni uitgegeven Staats
blad heeft de Opperbevelhebber van Land
en Zeemacht besloten tot uitstel van de
volks- en beroepstelling en van de be-
drijfstelling.