BINNENLAND
Verordening over
de pers
afgekondigd
Firma G VAN BRUSSEL
KLEINE ANNIE
DONDERDAG 25 APRIL 1940
DE LEIDSCHE COURANT
Twurnp RUJ) pag. J
INWERKINGTREDING OP 27 APRIL.
Overtreding van eenige bepaling wordt
gestraft met hechtenis of
geldboete.
Als algemeene bekendmaking No. 30
van den opperbevelhebber van land- en
zeemacht bevat de Staatscourant een ver
ordening voor de pers, geldende in het ge-
heèle grondgebied deS Rijks,
De voornaamste bepalingen Van dé ver
ordening luiden:
Het is verboden, een dagblad, periodiek,
vlugschrift of eenigerlei ander drukwerk,
geschrift of teekening te dfukken, uit te
geven of voorzoover zij in de Neder
landsche taal zijn gesteld dan Wel in het
Rijk zijn gedrukt of uitgegeven tê Ver
spreiden, aan te plakken óf ih den handel
te brengen.
ARTIKEL 5.
Ontheffing van hèt in artikel 1 gestelde
verbod wordt van rechtswege geacht te
zijn verleend ten aanzien van alle in arti
kei 1 bedoelde drukwerken, geschriften en
teekeningen, voor zoover er in déze alge
meene bekendmaking niet anders Is be
paald dan wel door het militair gezag of
den militairen censuurdienst indien de
ze is ingesteld bij algemeene bekendma
king of bijzondere aanzegging niet anders
zal worden bepaald.
ARTIKEL 7.
1. Geen ontheffing, als bedoeld in arti
kei 5 wordt geacht te Zijn verleend voor
zooverre het drukwerk, geschrift of de tee
kening naar inhoud en (of) strekking dan
wel naar den uiterlijken vorm:
a. in geval van een oörlog, waarin Ne
derland niet als oorlogvoerende mogend
heid betrokken is. uiting geeft aan ge
voelens van Vijandschap, haat of minach
ting tegenover eenige oorlogvoerende mo
gendheid; hare overheid of een harer over
heidsorganen of leidende figuren, dan wel
waarvan inhoud eh (of) strekking Van zoo
danige mogendheid, hare overheid of een
harer overheidsorganen of leidende figu
ren als beleedigend of noodeloós krenkend
moeten worden beschouwd;
b. een afbeelding, beschrijving of eeni
ge bijzonderheid inhoudt met betrekking
tot 's lands defensie in het algemeen, dan
wel bijzonderlijk met betrekking tot func
ties en standplaatsen van militairen, eenig
militair werk, militairen bij de uitoefening
van den' dienst; militair materieel, bij, al
thans ten behoeve van de weermacht in
gebruik, gebouwen en getimmerten, waar
in militairen zijn ondergebracht, voor welk
doeleind eook, of waarin zich militaire bu-
reelen, strafkwartieren of commandopos
ten bevinden, of waarin militaire paarden
of militair materieel zijn ondergebracht,
militaire vliegvelden, vliegparben en lan
dingsterreinen met hun roerend en onroe
rend toebehoo'-en, bivaks, militaire auto- en
wagenparken, en in het algemeen alle der
gelijke of andere gegevens omtrent land
en zeemacht, haar taak, bevoorrading, uitl
rusting en verrichtingen;
c. mededeelingen inhoudt inzake maat
regelen, de evacuatie betreffende of de
voorbereiding daarvan door het militair
en of) burgerlijk gezag -* waaronder te
dezen wordt verstaan het noemen van na
men van gerr eenten, buurten of streken,
welke voor afvoer der bevolking in aan
merking komen, van namen van vlucht
oorden, het vermelden van dé wijze, waar
op en de land- en waterwegen, waarlangs
de eventueele afvoer der bevolking zal ge
schieden, het vermelden van gedragsre
gels voor de bevolking bij evacuatie, tenzij
de gegevens daartoe zijn verstrekt door den
minister van Defensie, den minister van
Binnenlandsche Zaken, den opperbevel
hebber van land- en zeemacht of de com
missie burgeroevolking.
d. bestemd en (of) geschikt is om de
krijgstucht bij en het zelfvertrouwen in
de weermacht of eenig onder- of bestand
deel daarvan te ondermijnen, en in het al
gemeen moet worden geacht gevaar op te
leveren voor den geest van de weermacht
of voor de veiligheid des lands;
e. beleedigend, dan wel noodeloos kren
kend moet worden geacht voor het open
baar gezag, eenig openbaar lichaam of
eenige openbare instelling;
f. afbreuk kan doen aan de weerbaar
heid en het zelfvertrouwen van de bevol
king;
g. blijkens mededeeling van de regee
ring of van den opeprbevelhebber van
land- en zeemacht op eenigerlei andere wij
ze afbreuk doet aan de belangen en (of) dr
veiligheid van den staat.
2. Onder de uitdrukking „naar der»
uiterlijken vorm", gebezigd in lid 1 van dit
artikel, worden o.m. verstaan:
a. het gebruik van sensationeele kop
pen en sensationeele slagzinnen, welke
geen voldoende verantwoording vinden in
den inhoud van de berichten, waarop ze
betrekking hebben;
b. het zoodanig weergeven van officiee-
le berichten, dat de oorspronkelijke strek
king niet tot haar recht komt;
c. het opnemen van gruwel-propagan-
da-berichten;
d. liet door leterkeuze, opmaak op plaat
sing in de pagina verleenen van extra
v/aarde en aandacht aan berichten, uit
gaande van een oorlogvoerende mogend
heid.
ARTIKEL 8.
1. Geen ontheffing, als bedoeld ln ar
tikel 5, wordt geacht te zijn verleend voor
zooverre het drukwerk, geschrift of de tee
kening hetzij naar inhoud en (of) strek
king, dan wel naar den uiterlijken vorm:
le. aandringt en (of) aanstuurt op het
verlaten door Nederland van het beginsel
en (of) het standpunt der neutraliteit;
2e. eenige mededeeling bevat zonder
toestemming van de bevoegde militaire
autoriteiten met betrekking tot het
eventüeele bedreigen, in gevaar brengen
of schenden van de Nederlandsche neu
traliteit door eenigè oorolgvoerehde mo
gendheid dan wel met betrekking tot eeni
ge poging daartoe;
3e. twijfel kan doen wekken aangaan
de, dan wel betwist de neutrale houding
der Nederlandsche regeering, het Neder
landsche volk, Of de Nederlandsche pers in
haar geheel;
4e. de neutrale houding van eenig Ne
derlandsch persorgaan, dagblad of perio
diek zonder ernstige, aan het landsbelang
ontleende redenen verdacht maakt, be
twist of in twijfel stelt.
5e. blijkens mededeeling van de regee
ring of van den opperbevelhebber van land
en zeemacht op eenigerlei andere wijze af
breuk doet aan de belangen en (of) de vei
ligheid van den Staat.
2. Het bepaalde ih alinea 2 Van artikel
1 Is met betrekking tot den inhoud van lid
1 van dit artikel op overeenkomstige Wijze
van toepassing.
ARTIKEL 10.
Overtreding van eenige bepaling dezer
verordening wordt overeenkomstig het be
paalde in art. 47 van de wet van 23 Mei
1899 (Staatsblad no. 128) gestraft met
hechtenis van ten hoogste één jaar of geld
boete van ten hoogste duizend gulden.
NIEUWE REGELING COLLEGE
GELDEN
Minstens drie, hoogstens vijf jaar.
Minister Bolkestein heeft de ontworpen
regeling inzake de betaling van college
gelden door studenten aan de universitei
ten en de Technische Hoogeschool, waarbij
voorgesteld werd het aantal jaren, geduren
de welke collegegeld zou moeten worden
betaald, vast te stellen op vijf en tegelijk
kertijd het jaarlijksche collegegeld te ver-
hoogen van 300 tot f 350, vervangen door
een regeling, waarbij rekening wordt ge
houden met de verschillen in studieduur,
welke zich in de onderscheidene studierich
tingen voordoen.
De minister stelt thans voor, dat minstens
gedurende drie en hoogstens gedurende vijf
achtereenvolgende jaren collegegeld be
taald moet worden. Bij Koninklijk Besluit
zal binnen deze grenzen voor iedere facul
teit en studierichting het aantal jaren wor
den vastgesteld. Het collegegeld zal f 325
per jaar bedragen, welk bedrag in bijzon
dere gevallen in twee termijnen mag wor
den voldaan.
Zonder te willen vooruitloopën op het be
doelde Koninklijk Besluit, geeft de minis
ter bij wijze van voorbeeld aan, hoe de aan
tallen jaren, waarover betaling verschul
digd zal zijn, zouden kunnen worden be
paald:
faculteit der Rechtsgeleerdheid drie jaren;
vereenigde faculteiten der Rechten
en Letteren:
a Nederlandsch-Indisch recht.drie jaren;
b Indologie vijf jaren;
faculteit der Godgeleerdheid viel jaren;
vereenigde faculteit der Wiskunde
en Letteren vijf jaren;
faculteit der Wis- en Nat.kunde vijf jaren;
facult. der Lett, en Wijsbegeerte vijf jaren;
faculteit der Geneeskunde vijf jaren:
Tandheelkunde vijf jaren;
faculteit der Veeartsenijkunde vijf jaren;
Technische Wetenschappen vijf jaren.
De minister meent, dat het de voorkeur
vprdient een dergelijk schema niet in de
wet zelf op te nemen, daar in dit geval tel
kens een wetswijziging noodig zou zijn,
wanneer een nieuwe studierichting zou op
komen of zich een verandering in den nor
malen duur der studie in een der faculteiten
zou voordoen.
De minister vreest niet, dat het aannemen
van het gewijzigde ontwerp tot vermeerde
ring van het aantal studenten zal leiden.
Van vertraging of van verhooging van be
lang der in totaal verschuldigde college
gelden Is immers geen. sprake.
Het bezwaar van het geldende systeem
van betaling is, dat het de studenten als
het ware uitlokt zich zoo weinig mogelijk
te laten inschrijven. De omvang, welken
dit kwaad heeft aangenomen is groot.
De nieuwe regeling worat voorgesteld bij
ncta van wijziging op het ontwerp tot wij
ziging van de Hooger Onderwijswet.
DE VEREENVOUDIGING ONZER
SPELLING.
Belgische minister van Onderwijs ln Mei
naar ons land.
Tijdens de behandeling van de begroo-
ing van zijn ministerie heeft de Belgische
ninister van Onderwijs, Soudan o.m. ge-
I proken over de vereenvoudiging der Ne-
lerlandsohe spelling.
Hij verklaarde, dat hij over dit probleem
zal confereeren met den Nederlandscben
minister van Onderwijs bij gelegenheid van
de reis, die hij in de eerste helft van Mei
naar Nederland zal maken.
KONINKLIJKE NEDERL. ACADEMIE
VAN WETENSCHAPPEN.
H. M. de Koningin heeft bekrachtigd de
navolgende benoemingen der Koninklijke
Nederlandsche Academie van wetenschap
pen, afdeciing letterkunde.
a. tot gewoon lid van de heeren: Prof.
Ür. G. Br^m te Nijmegen en Prof. Dr. W.
E. J Kuiper te Amsterdam.
b. Tot correspondent van de heeren:
Prof. Dr. J. Ph. Duyvendak te Batavia en
Prof. Mr. F. D. Holleman te Stellenbosch
(Zuid-Afrika
OMGEKOMEN DUITSCHE VLIEGER
BEGRAVEN
Woensdagmiddag is met Nederlandsch
militair eerbetoon op de algemeene be
graafplaats te Maastricht in hei Duitsche
Ehrehgrab ter aard- besteld .iet stoffelijk
overschot van den Duitschen luitehant-
vlitgèr-waarnemei Fritz Stem.
Deze was tijdens een luchtgevecht boven
Fransch grondgebied gewond en is, na de
ïoodlanding van dert Dultschei. bommen
werper Zaterdagmorgen onder Geulle over-
lei eil.
De belangstelling voor den stoet was te
Me astricht enurm groot. Het militair mu
ziekcorps opende den stoèt, waarna een
vuurpeleton volgde. Achter den lijkwagen
d begeleid werd door êen escorte van Ne
derlandsche officieren, Volgden dè Vier
Du;tsche militaire vliegers, die deel uit
maakten van de bemanning van het veron
gelukte vliegtuig. Daarna volgden een de
putatie van Nederlandsche onderofficieren
én eèn eere-compagnie.
Op het kerkhof waren deputatis v n alle
üi itsche kolonies uit geheel LimbUrg aan
wezig.
Troordat de met de Duitsche rijksvlag ge
dekte kist in de groeve werd neergelaten,
heeft ds. J. Kirchner uit Heerlen do kerke
lijk gebeden gezégd. Terwijl de 1st in de
g oeve neerdaalde, loste het Nederlandsche
vuurpeleton een eere-salvo. De Duitsche
luchtvaart-attaché, de Duitsche consul, de
territoriaal bevelhebber legdei. kransen en
bitemstukken op het graf. Nadat het tnu-
zi' ""nt een treurmarsch had gespeeld
heeft de officier, dié hêt bevel voerde over
het Nederlandsch militair eerègilèlde, een
dankwoord gesproken tot allen, die vah
hun belangstelling by de2e plechtigheid
blijk gaveh.
INDISCHE AMBTENAREN
MET VERLOF
Geen wijzigingen in de regeling in zicht.
In de laatste maanden van het vorige
jaar trad, naar men weet, een stagnatie op
in het met Europeesch verlof gaan van
ambtenaren, hetgeen op den duur aanlei
ding zou kunnen zijn tot het treffen van
speciale maatregelen, voor een wijziging
in den koers der personeelspolitiek van het
gouvernement.
Ir. het begin van dit jaar echter is hierin
vc betering ge..omen, in dier voege dat
thtns weer velen van de gelegenheid ge-
biuik maken om met verlof naar Holland te
gaan, waartoe de regelmaat in de scheeps
verbinding uiteraard het hare bij
duagt.
Het ligt, naar de Java-bode verneemt,
voorshands dan ook niet in de bedoeling om
op het stuk der Eurupeesche verloven bij
zo) dere bepalingen in het leven te roepen,
zooals het uitoefenen van verlofsdwang of
wel het toestaan om dit verlof ergen anders
dror te brengen.
Dit laatste wordt ook onder de huidige
on standigheden slechts ln bijzondere ge
vallen toegestaan: gouvernementsambtena
ren kunnen hun verlof slechts dan in an
dere werelddeelen doorbrengen, indien zij
daarvoor speciale redenen kunnen doen
gelden.
Bovendien zijn tot dusver slechts spora
disch verzoeken gedaan om verloven in
Amerika of Australië door te brengen, aan
gezien dan de mogelljkheic om de betrek
ke gen met familie in Europa te verleven
digen nogmaals een bepaald aantal wordt
uitgesteld, zoodat de vourkeur wordt gege
ven aan een uitstel van Europeesch verlof.
Zoolang de verbindingen met het moeder
land nog goed zyn, ligt het niet in de be
doeling wyzigingen te brengen in de Euro-
peesche verlofregeling.
SPERTIJD TERRAZZO-BEDRIJF.
In die Nederlandsche Staatscourant van
beden is een beschikking van den Minis
ter van Economisohe Zaken gepubliceerd,
waarbij wordt overgegaan tot het instellen
van een zoogenaamden spertyd op grond
van Vestigingswet Kleinbèdryf 1037 voor
het Terrazzo-bedryf. Met ingang van 26
April 1940 is het derhalve verboden een
inrichting, bestemd of mede bestemd voor
de uitoefening van dezen bedrilfstak te
vestigen 2onder vergunning van den Mi
nister van Economische Zaken.
Deze vergunning is evenzeer vereisoht
ten aanzien van de uitbreiding van het in
een inrichting uitgeoefende bedrijf met de
uitoefening van dezen bedrijfstak, zoomede
ten aanzien van de voortzetting van het in
een inrichting uitgeoefende Terrazzo-lbe-
drijf, ingeval van wyziging ln de personen
van ondernemers of beheerders. Onder de
uitoefening van het Terrazzo-bedrijf wordt
verstaan: het ten. behoeve van het publiek
vervaardigen of doen vervaardigen van
terrazzo, kunstgraniet, kunstzandsteen of
soortgelijke producten, verkregen door
menging van grof of gemalen steenslag
met cement, al dan niet onder toevoeging
van andere stoffen.
VERZWARING VAN STRAFFEN TEGEN
SPIONNAGE EN LANDVERRAAD
BEPLEIT.
Request aan den Minister van Justitie.
De volgende personen; G. J. D. Baudaiin,
generaal b. d. oud inspecteur der Konink
lijke Marechaussee te 's-GraVenhage; pro
fessor dr. H. P. Blok, hoogleeraar van Wè-
ge de academie van beeldende kunsten aan
die Rijksuniversiteit te Utrecht, te Oegist-
geest; mr. A. J. Fokker, advovaat eh pröcii-
reur te Amsterdam; professor Jr. W. J. de
Haas, hoogléeraar aan de ryksur.iversiteit
te leiden; mr. A. J. A. A. baron van Heem
stra, oud advocaat-generaal bij het ge
rechtshof te Arnhem, oud-gouvefneur van
Suriname, te Arnhem; prof. mr. P. W.
Kamphüisen, hoogleeraar aan de Roomsch-
Katholieke Universiteit te Nijmegen; dr.
E. Moresco, oud vice-president van den
Raad van Nederlandsch-Indië, oud buiten
gewoon hoogleeraar aan de Nederlandsche
Economische Hoogeschool te 's-Graveftha-
ge; professor dr. W. F. J. Pompe, hoogleer
aar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht, te
Utrêcht; Jhr. W. Roëll, luitenant-generaal
b. d., oud commandrtit van het veldleger
te 's-Gravenhage en dr. W. C. A. baron
van Vredenburch, oud lid der Algemeen;
Rekenkamer te 's-Gravenhage, hebben een
request gericht tot den Minister van Jui
stitie, waarin zij te kennen geven, dat zi.
op initiatief van den tweeden ondergetei
kende zich voorstander hebben verklaar
van een verzwaring tot de doodstraf ge
durende den huidigen Staat van oorlog vat
de straffen, bedreigd tegen spionnage en
landverraad.
Op grond van het grootè aantal adhae-
siê-betuigingen op het eerste perscommu
niqué ten deze ontvangen, Zijn zij over
tuigd zioh hiermede Uit naam van een
groot aantal Nederlanders te hebben uitge
sproken.
Verder verklaren zij met groote Voldoe
ning te hebben kennis genomen van de
door den minister aanhangig gemaakte
Wetswijzigingen, welke deze materie be
treffen, al gevoelen zy zioh nog niet ten
volle bevredigd ten aanzien van de doel
treffendheid Van dezelve.
Derhalve zouden zy het op hoogen prUs
stellen, indien de Minister alsnog een weg
zoude willen zoeken, waardoor een scher
pere reactie op deze, in het huidig tydsge-
wricht voor den Staat too uiterst gevaarlijk
gebleken misdrijven, mogeiyk wane.
NEDERLANDSCHE GEZANT TE
ANKARA.
Naar wij vernemen ls binnenkort de be
noeming te verwachten Van mr. C. G, W.
H. baron van Boetzelaer van Oosterhout,
tot nu toe gezantschapsraBd by Hr. Ma. ge
zantschap te Berlijn tot Hr. Ms buitenge
woon gezant en gevolmachtigd minister te
Ankara.
JHR. DE GEER ANTWOORDT
GR \AF D'ANSEMBOURG
„Justitie kent geen discriminatie".
Op de Dinsdag ingezonden schriftelijke
vragen van het lid der Tweede Kamer, den
heer De Marchant et d'Ansembourg aan
der voorzitter Van den minibterraad in
verband met huiszoekingen by leden van
de N. S. B., heeft minister De Geer reeds
gitteren geantwoord.
Het is den minister gebleken zoo luidt
d't antwoord dat inderdaad op last van
den procureur-generaal bij het gerechtshof
to 's Hertogenbusch huiszoekingi i hebben
p'pats gehad bij leden van de N. S. B., on-
iei wie steller der vragen.
De vraag, of de minis.ei zich er reken
schap van heeft gegeven, dat de bedoelde
Huiszoekingen wyzen op een discriminatie
va» de N. S. die niet in o/e-eenstem-
ming kan worden geacfit met de door den
minister in September j.h en ook later nog
hr rhaaldelijk aangegeven richtiynen voor
her algemeen regeeringsbeleid, beantwoordt
de minister ontkennend, wijl de justitie
geen discriminatie kent
ROTTERDAM ALS STAD
Viering ven het 600-jarig bestaan
Fen voorloopig comité heeft, na overleg
met het college van B. en W., het initia
tief tot de viering van het 600 jarig bestaan
de stad Rotterdam genomen, die op 7 Juni
1340 haar volledige stadsrechten verkreeg.
De burgemeester verklaarde zich bereid
voorzitter van het eere-comité te worden.
Een garantiefonds werd byeen gebracht en
eer programma Werd ontworpen dat, met
inachtneming van den ernst van dezen tijd,
voor de verschillende bevolkir.gsgioepen
der gemeente een waardige herdenking van
di: belangrijke jubileum zal bieden.
WAT ANDERE BLADEN
SCHRIJVEN
OVER: BINNENLANDSCH
GEVAAR.
De volgende, geestige beschouwing is ont
leend aan een Haagschén brief van de
T«d:
„Eerlijk gezegd heb ik toch een tikje be-
Wohdering gekregen voor den heer Musseft
als scribent. Wie als ik, zy het als tydpas-
Sftring, elke week een hoofdartikel voor
de krant moet maken, kan reeds een arbeid
schatten, benoodigd om ln één blad niet
minder dan vier artikelen te schaven;
maar laat lk er aanstonds aan toevoegen,
dat mijn bewonderlhg zich niet alleen uit-
Sttékt over de productiviteit van de vul
pen van den „leider", maar niet minder
over zijn vernuft en zyn politieleen flair.
Neem als voorbeeld den „kop" van het eer
ste hoofdartikel. „Blnnenlöndsch gevaar"
sttat er boven; dan volgt in chocoladelet
ters: „Een vraag aan onze Regeering":
(dat „onze" is niet kwaad bedacht) en dan
tenslotte de clou: „Wie brengen de Neder
landsche onzijdigheid in gevaar?''
Voor de beantwoording van die vraag
Ir at de heer Musëert aah de Regeering een
ruime keuze: „Wie bedoelt de Regeering?
"?yn het de tienduizenden joden, die hier
binnengelaten zyn" (bedoeld worden zeker
le stakkerds in de kampen van Sluis en in
L ente) „en die vervuld zijn van een wilden
haat tegen Duitschland?" (Hoe is het mo
gelijk, dat zy zoo ondankbaar zijn!). „Is
het de R.K. Staatsparty, die in doorloopen-
dc internationale verbinding staat met de
kopstukken van het politiek Katholicisme,
die eens de lakens hebben uitgedeeld ln
Oostenrijk en Tjsechië?" (Wie met de kop
stukken Van het politiek katholicisme in
Tsjechië worden bedoeld, weet ik niet!
maar is het mogelijk, dat de laatste Bonds
kanselier, dr. von Schuschnlgg, de hem 200
grootmoedig gegeven vrijheid misbruikt om
te kuipen met mr. Verschuur en dr.
Deckers?) „Is het de S.D.A.P., die een on-
dtideel is van de Internationale, die wordt
gecommandeerd uit Parijs en Londen?" (In
alle bescheidenheid zou ik by dit deel van
de interpellatie de opmerking willen plaat
sen, dat er toch meer reden zou geweest
zyn om de „Communistische Partij Hol
land" als onderdeel van de Bolsjewistische
Internationale in de beklaagdenbank te
plaatsen. Ik herinner my t og uit de dagen
der Kamerverkiezingen, dat de heer Mus-
sert ons de keus liet tussehen hemzelf en
Moskou. Ik moet wel aannemen, dat een
verklaarbare geheugenzwakte zich tydens
de inspanning op vier doorwrochte hoofd
artikelen van den heer Mussert heeft mees-
ter gemaakt). „Is het dr. ColUn, die dag en
nacht in verbinding staat met zijn Engel-
sche en Fransche vrienden7" (Hier wordt
dc heer Mussert, zooals men dat by een
zoekspelletje noemt, „warm". Noem mij uw
v.ienden en ik zal u zeggen wie gij zijt.
Vandaar dat de bij uitstek neutrale opper
hoofden der N S.B. met zooveel zorg en
tact de aanraking met buitenlanders schu
wen: gij zult de heeren Mussert en Rost v.
Tonningen niet aan de andere zijde onzer
grenzen vinden, op partijdagen te Neuren
berg of zoo iets; zij vermijden zelfs elke
corresnondentk- met het buitenland). „Of
bedoelt gij, mijne heeren regeerders, wel
licht de N.S.B., die aan het consoireefen
tegen Duitschland niet mee doet? WU vra
gen (vet gedrukt) opheldering."
Ook mij dunkt, dat de heer Mussert recht
heeft op een antwoord.
Overigens schijnt dc schrijver van het
viervoudig hoofdartikel zelf niet in twyfel
te verkeeren omtrent het antwoord, dat het
Nederlandsche volk zelf op zijn klemmende
vraag geeft. Ik leeB immers op de voor
pagina: ..Algemeen ls echter de opvatting,
dat de Regeeringe met die binnenlandsche
bedreiging de N.S.B. bedoelt".
Hoe is het mogelijk, vraag ik mij af, dat
zno'n dwaalbegrip algemeen ingang heeft
kunnen vinden' Wanneer er toch één groep
onder onze bevolking is, die oer-Neder-
landsch kan genoemd worden, vrij van elk
bultenlandseh politiek accent, los van iedere
ideologie naar buitenlandsch patroon, ver
st; .ken van elke verdachte vreemde relatie
of vriendschap, dan toch de N.S.B.".
HAARLEAHM4ffl£TR. 267
Vlugge levering
Lage prijzen
j- H f-ijiy i/c M~' r """t
iUii<eRi>invfe<jiFT m B'jriA
«1 Of tft/er><,M/PD£L£W IliOFZf
vh()v/6/eka->t aecokk'o dai f i
Hf I OfnOfkT Hf/37. An/lfRi zu/-\
OfH Juu/t Aiifft of iTORVfnz/jri\
MAAR IK nfcanpmti, DAI IE-
MAHO ER HfLAHCi lilJ fff FT, !UL\
Lie hier iriHui'. re vfROiFTiceH\
HU MACK WA! AAN'JHOOFD VAI7\
\T VFIUl/HFIDi COMtrF. Il< 2AL ER 1
FM nADeu/k oHER