NEZC
«FINNEN! .AND
Windhoos teistert
het Westland
Ongerustheid over
Scheveningsche
logger
VRIJDAG 19 APRIL 1940
DE I.EIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 10
SCHRIJFWIJZE VAN DE
NEDERLANDSCHE TAAL.
Omtrent het toegezegde wetsontwerp over
de schrijfwijze van de Nederlandsche taal,
deelt de minister van Onderwijs in zijn me
morie van antwoord aan de Eerste Kamer
mee, dat over het voor-ontwerp van wet de
adviezen Van den gouverneur-generaal van
Nederlandsch Indië en van de gouverneurs
van Suriname en Curasao onlangs zijn ont
vangen.
De kennisneming van deze adviezen en
van de vroeger door hem ontvangen advie
zen, o.a. van den onderwijsraad, gaven den
minister aanleiding het voorontwerp en de
memorie van toelichting eenige wijzigingen
te doen ondergaan.
Het is de bedoeling, dat de voorgenomen
regeling slechts een formeel karakter zal
dragen, in dien zin, dat zij een wettelijke
basis zal geven aan bij algemeene maat
regel van bestuur vast te stellen regels om
trent de schrijfwijze van de Nederlandsche
taal. De inhoud van dien algemeenen maat
regel van bestuur staat uiteraard nog in
geen enkel opzicht vast.
De minister meent onder deze omstandig
heden de beschouwingen over de verdien
sten en tekortkomingen van verschillende
spellingsregelingen te mogen laten rusten.
VERBETERING VAN DE LEERLINGEN-
SCHAAL NIET MOGELIJK.
Het is den minister van Onderwijs niet
mogelijk, eenig nieuw licht te werpen op de
kwestie van verbetering van de leerlingen-
schaal bij het lager onderwijs. Hij betreurt
het, dat ten gevolge van het uitbreken van
den oorlog de regeering haar voornemen
om iets te doen, niet heeft kunnen verwer
kelijken. Verder kan hij slechts herhalen,
dat hij in deze iets hoopt te bereiken.
Hy ziet het vraagstuk van verbetering
van de leerlingenschaal als een onderwijs
probleem van de eerste rang. Belangrijker
nog als men niet slechts het oog houdt ge
richt op de leerlingenschaal alleen, maar
ook op de daaraan onverbreekbaar verbon
den kwesties: de zelfstandige werkzaamheid
van den kweekeling-met-akte en de toe
passing van artikel 56, tweede lid der Lager
Onderwijswet 1920.
Aldus luidt een passage in de memorie
van antwoord van minister Bolkestein aan
de Eerste Kamer. De tegenwoordige om
standigheden zijn niet bevorderlijk voor het
totstandbrengen van een verlaging, zoo
vervolgt hij. Ook al zou terugkeer tot de
leerlingenschaal 1923 in het eerste jaar
slechts betrekkelijk geringe offers vergen,
het zou van een weinig vooruitziende blik
getuigen, indien alleen maar naar de kos
ten van het eerste jaar zou worden gezien.
Een verlaging van de leerlingénschaal
moet, ipdien zij eenmaal tot stand komt,
ook in de komende jaren kunnen worden
gehandhaafd.
Het denkbeeld om bij benoeming tot on
derwijzer de door kweekelingen-met-akte
doorgebrachte diensttijd voor periodieke
salarisverhooeing te doen meetellen, mits
een schriftelijke verklaring van de inspectie
van het lager onderwijs wordt overgelegd,
is niet voor verwezenlijking vatbaar, omdat
de inspectie niet in staat is zoo'n verklaring
af te geven.
Noch met het toelaten in de school van
de kweekelingen-met-akte noch met het
verlaten daarvan door de kweekelingen
heeft de inspecteur eenige bemoeienis en
de middelen om een schifting te maken
tusschen noodige en overbodige kweekelin
gen-met-akte mist de regeering.
Met nadruk wijst de bewindsman er ech
ter op, dat het getal van door de belangen
van de school niet geëischte, maar toch in
dienst genomen kwopkelingen-met-akte
geenszins onaanzienlijk is.
De kwestie van verlaging der leerlingen
schaal maakt hit geheel los van de werk
loosheid van de onderwijzers. Evenzeer
wenscht hij deze kwestie los te maken van
de vraag of de kweekelingen-met-akte aan
spraak kunnen maken op het verkrijgen
van een aanstelling. Naar zijn oordeel is dit
niet het geval.
GODSDIENSTONDERWIJS OP
DAGNIJVERHEIDSSCHOLEN
Uitbreiding van het leerplan der dag
nijverheidsscholen met de leervakken
godsdienstleer en lichamelijke oefening,
behoeft niet gepaard te gaan met ver
meerdering van het totale aantal lesuren
per leerling per week. Dit aantal is aan de
dagambachtsscholen reeds zeer hoog en is
op zich zelf reeds als een maximale .be
lasting te beschouwen voor leerlingen van
13 tot 1 jaar, n.L 3 1/2 uur onderwijs in
de voor- en in de namiddag behalve Zater
dagmiddag.
Bij de inspanning van het onderwijs en
de lange schooltijden komen voor de
buitenleerlingen nog de vermoeienissen
van het heen en weer trekken in weer en
wind, gewoonlijk per rijwiel, over dikwijls
vrij lange afstemden.
Op grond hiervan zou de minister nog
afgezien van bijv. financicele bezwaren,
verhooging van het totaal aantal lesuren
per leerling per week aan deze scholen niet
voor zijn verantwoording willen nemen.
Het staat uiteraard in eerste instaniie
aan de schoolbesturen om de voordeelen
van godsdienstonderwijs en onderwijs in
^lichamelijke oefening aan deze dagnijver
heidsscholen af te wegen tegen de nadeelen
van inkrimping van den tijd beschikbaar
voor het eigenlijke nijverheidsonderwijs.
REGELING ONDERWIJZERS
OPLEIDING
Minister heeft zijn standpunt nog
niet bepaald
Omtrent de regeling van de onderwij
zersopleiding deelt minister Bolkestein in
zijn memorie van antwoord aan de Eerste
Kamer mee, dat het hem zeer tot zijn leed
wezen tot dusver nog niet mogelijk is ge
weest om zijn standpunt hierover vol
komen te bepalen. Mocht hij tot de con
clusie komen, dat de verdere behandeling
van het bij de Tweede Kamer aanhangige
ontwerp wenschelijk is, dan zal hij aan een
spoedige totstandkoming dier regeling
gaarne zijn volle medewerking verlcenen.
REGELING COLLEGE-GELDEN AAN DE
UNIVERSITEITEN.
Minister Bolkestein deelt in zijn memo
rie van antwoord aan de Eerste Kamer mee,
dat hij spoedig het overleg hoopt voort te
zetten met de Staten-Generaal over een re
geling der college-gelden, die geen of slechts
geringe offers van de schatkist zal vergen
en toch de grootste bezwaren, welke aan de
tegenwoordige regeling kleven, zal kunnen
wegnemen.
PRINS BERNHARD LID VAN HET
BESTUUR DER CENTRALE
ORGANISATIE T. N. O.
In de gistermiddag gehouden vergade
ring van het bestuur van de Centrale Or
ganisatie voor Toegepast-Natuurwcten-
schappelijk Onderzoek (T. N. O.) is Z. K.
H. Prins Bernhard als lid van het bestuur
geïnstalleerd.
De installatie geschiedde door Z.Exc. den
Minister van Onderwijs, Kunsten en We
tenschappen.
De voorzitter van de centrale organisa
tie T. N. O., de heer dr. J. Alingh Prins,
sloot zich, namens het bestuur, aan bij den
dank, welken de minister den Prins bracht
voor zijne bereidwilligheid.
DE L.T.B. BESTAAT 25 JAREN
Naar wij vernemen zal de Katholieke
Land- en Tuinbouwbond te Haarlem, be
kend onder den naam L.T.B., op 16 Juni
a.s. zijn 25-jarig bestaan herdenken.
Ofschoon deze herdenking valt in min
der gunstige tijden van mobilisatie en
oorlogsgevaar, zal de officieele viering
daarvan plaats hebben op Dinsdag 18
Juni a.s.
Deze organisatie heeft 25 jaren ge
werkt in het Bisdom Haarlem (Noord-
Holland, Zuid-Holland en een deel van
Zeeland). Haar aantal leden telt 9.000,
verdeeld over 150 plaatselijke afdwalin
gen. Als standsorganisatie hield zij zich
bezig met godsdienstig-zedelijke en cul-
tureele acties. Zij schonk haar aandacht
aan onderwijs, bedrijfsvoorlichting en al
gemeene plattelandsaangelegenheden. Zij
behartigde door sociaal-economische acties
de belangen der veehouderij, akkerbouw,
tuinbouw en de kweekerij in al hun ge
ledingen.
HET LUCHTGEVECHT BIJ
BABBERICH.
Begrafenis der slachtoffers.
Onder groote belangstelling is gister
ochtend op de begraafplaats „Moscowa" te
Arnhem in een gemeenschappelijke kist en
een gemeenschappelijk graf ter aarde be
steld het stoffelijk overschot van de drie
vervoer en het raadslid van Leiden dr.
C Beekenkamp voor het beroepsgoederen-
vi rvoer. De installatie werd bijgewoond
door bestuursleden in vele bedrijfstakken
uit alle deelen van ons land.
De heer Bongaerts wenschte voor alles
samenwerking van bedrijfsgenooten en deze
kan pas bereikt worden, indien men eerst
het eigenlijke vervoerwezen analyseert en
differentieert, vandaar dat de B.B.N. geko
men is tot de drie pijlers: Autovervoer Per
sonen, Beroepsgoederenvervoer en Eigen
Vervoer en de onderverdeeling in groepen
en kringen. Bovenal achtte spreker noodza
kelijke samenwerking tusschen de bestaan
de bonden, zooals thans alreeds is bereikt
in het beroepsgoederenvervoei en het eigen
vervoer.
Ir. Bongaerts achtte voor den organisato-
rischen opbouw noodig de publiekrechtelijke
giondslagën volgens de drie wetten: de
Wet op de ondernemersovereenkomsten,
Bedrijfsvergunningswet en Vestigingswet-
kleinbedrijf.
De rede van ir. Bongaerts werd beant
woord door den heer Jan Schilthuis, die
vertrouwen, uitsprak in de leiding van den
heer Bongaerts en door dr. Beekei.kamp,
die de leiding van de afdeeiing beroepsgoe
derenvervoer in den B.B.N. op zich heeft
genomen en erop wees, hoe men alleen met
theoretische kennis er niet komt, doch deze
bevruchtend kan werken op de practijk.
HERPLAATSING WERKLOOZEN IN HET
BEDRIJFSLEVEN
Op uitnoodiging van den Minister van
Sociale Zaken heeft gisteren op zijn depar
tement een bespreking plaats gevonden met
de wethouders voor sociale aangelegenhe
den uit de gemeenten Amsterdam, Rotter
dam, Den Haag en Utrecht over de vraag
wat geschieden kan om te bevorderen dat
voor hen, die langdurig werkloos zijn, de
kans op hun plaatsing in het bedrijfsleven
wordt vergroot.
De besprekingen, welke mede werden
bijgewoond door enkele hoofdambtenaren
van het Departement van Sociale Zaken en
van de genoemde gemeenten hebben er toe
geleid, dat thans door de betrokken col
leges van burgemeesters en wethouders de
ter vergadering naar voren gebrachte denk
beelden onder oogen worden gezien, ten
einde na te gaan, wat in samenwerking met
het Departement van Sociale Zaken, voor-
loopig bij wijze van proef, op dit gebied
kan geschieden.
VERSCHERPTE GRENSCONTROLE
C 4 .trole-kaarten voor niet visumplichtige
vreemdelingen
Ondanks het feit, dat voor het vreemde
lingenverkeer in ons land'grensfaciliteiten
zeer gewenscht zijn, maken de tijdsomstan
digheden het noodzakelijk, dat het toezicht
op hier te lande verblijvende vreemdelin
gen zoo doeltreffend mogelijk is. De meeste
vreemdelingen, die ons land binnenkomen,
zijn visumplichtig, waardoor althans die
vreemdelingen niet aan de controle ont
snappen. Doch vooi vreemdelingen van Bel
gische en Italiaansche nationaliteit, Ameri
kanen en onderdanen van Luxemburg en
nt-g enkele landen is geen visum yereischt.
Met ingang van 1 Mei nu zal voor deze
vreemdelingen een verscherpte grenscon
trole worden ingevoerd, welke bestaat in
het invullen van een kostelooze con-
trolekaart. Hierdoor zal men inzicht ver
krijgen in de bedoelingen en de werkzaam
heden van de vreemdelingen.
hoekje, dat aan het waakzame oog van de
politiemannen ontsnapte.
Het doel van deze inval was te onderzoe
ken of in het kasteel ook wapens waren on
dergebracht. Het kasteel van Amstenrade
ligt een flink half uur van de Duitsche
grens.
Ongeveer drie uur zijn de marechaussees
en veldwachters met het onderzoek bezig
geweest. Men heeft echter geen wapens ge
vonden. Eenige maanden geleden waren
jachtgeweren en een revolver op het ge
meentehuis ingeleverd.
De positie van den graaf d'Ansembourg
in dit Limburgsche plaatsje is een zeer
aanzienlijke. Zijn vader was hier vele ja
ren burgemeester en genoot een groote po
pulariteit ter plaatse. De huidige graaf was
van 1926 tot 1934 burgemeester van Am
stenrade.
Toen om ongeveer half zes de politie ver
dween, verspreidde de groep discussiecren-
de Amstenraders zich weer over het
plaatsje.
BOTERHEFFING
Het bedrag van de heffing en steun-
uitkeering op boter is, behoudens tusschen-
tijdsche wijziging, voor de week van 18 tot
25 April vastgesteld op 80 cent per K.G.
(onveranderd).'
Qetneag.de ffiexic&ten
Vooral in de omgeving van
Kwin'sheul groote
schade veroorzaakt
Gisteravond te 7.20 uur trok een onge
kend sterke windhoos van het Zuiden in
Noordelijke richting over het Westland.
Vooral de omgeving van Kwintsheul werd
zwaar getroffen. Vele warenhuizen en
stands, waarin de jonge groente kort gele
den was uitgepoot, werden verwoest. Op
sommige bedrijven werden meer dan twee
duizend ramen vernield.
De ijzeren goten der warenhuizen werden
op enkele punten op omstreeks twintig me
ter afstand neergeworpen.
De schade bedraagt vele duizenden gul
dens.
Schip met acht opvarenden
over tifd
De Scheveningsche logger Sch. 15 „Bep",
schipper Klaas Pronk, is nog niet in de ha
ven teruggekeerd en aangezien het schip
Maandag j.l. verwacht werd, bestaat er eeni
ge ongerustheid over den logger en zijn be
manning, die uit 8 man bestaat.
Het schip behoort aan de reedery J. J.
van der Toorn en heeft 11 April nog in ra-
diographisphe verbinding gestaan met een
IIP mm
-#•?&ƒ
fc /A
Sfas i--
W m Mfmt M A A f m
m -
A/
'Pk
c/iLi
WMtk
wek
Engelsche vliegers, die boven Babberich by
een luchtgevecht den dood vonden. De be
grafenis geschiedde met militaire eer.
In den stoet gingen onder anderen mede
de vice-consul van Engeland te Amsterdam,
P. L. Carter en voorts een detachement in
fanterie
Aan den rouwwagen was een krans ge
hecht van den koning van Engeland, van
den Britschen gezant en van den staf van
de legatie.
De kist was bedekt met de Engelsche
vlag, waarover ten deele de Nederlandsche
vlag was gelegd.
Onder de velen, die op de begraafplaats
aanwezig waren, merkten wij op den bur
gemeester van Arnhem, H. P. Bloemers, en
vele militaire autoriteiten, o.w. de garni-
zoens-comm andant.
A.n de groeve werd het woord gevoerd
door den reserve-veldprediker ds. van
Wijngaarden, die de gebeurtenis in herin
nering bracht, waarna hij eenige passages
uit het Engelsche gebedenboek las. De vice-
consul strooie aarde op de kist, waarna hij
namens de Britsche legatie eenige woorden
van afscheid sprak.
Hierop lost het vuurpe.eton twaalf scho
ten. Een Nederlandsche vliegtuig cirkelde
boven de begraafplaats.
EENHEID IN HET AUTOVERVOER
Installatie van de drie afdeelings-
voorzitters.
De voorzitter van den Bond voor bedrijfs-
autoverkeer in Nederland, het Kamerlid
ir. M. C. E. Bongaerts, oud-minister van
Waterstaat, heeft in het B.B.N.-gebouw te
Den Haag geïnstalleerd de voorzitters der
3 afdeelingen van het autovervoer in ons
land de Kamerleden Jan Schilthuis en Tj.
Krol voor Autovervoer personen in eigen
HUISZOEKING BIJ DEN GRAAF
d'ANSEMBOURG.
Onderzoek dat ongeveer drie uur duurde.
De „Vooruit" weet o.m. het volgende te
vertellen over de huiszoeking bij graaf
d Ansembourg te Amstenrade.
Het stille Zuid-Limbursche plaatsje Am
stenrade heeft gistermiddag in groote span
ning verkeerd. Omstreeks 2 uur versche
nen 15 politiemannen, die oich naar het kas
teel van den bekenden N. S. B.-graaf Mar-
chant et d'Ansembourg begaven en daar
toegang verzochten. Het waren marechaus
sees van Hoensbroek en Brunssum en een
motorbrigade van de marechaussee te
Heerlen en verder rijk-s en gemeente-veld-
wachters.
Het gezelschap stond onder leiding van
den opper van Hoensbroek, Aersen.
De graaf d'Ansembourg was op dit
oogenblik niet in zijn kasteel aanwezig,
doch de opper van Hoensbroek, die in zijn
kwaliteit als hulp-officier van Justitie toe
gang kon eischen, werd onmiddellijk toe
gelaten. Daarop verdeelden de politieman
nen zich in twee ploegen, die elk 'n vleugel
van het kasteel voor hun rekening namen.
Eenige marechaussees bleven buiten op
wacht staan.
Wie de positie van het kasteel in Amsten
rade kent, zal begrijpen, dat dit overrom
pelende bezoek zeer de aandacht van de
bevolking trok. Het duurde dan ook niet
lang, of een vrij uitgebreide groep men
schen posteeerde zich eveneens voor de
hoofdooort, een menigte, die steeds aan
groeide. Allerlei gissingen werden geuit en
de sensationeelste verbalen deden de
ronde.
De huiszoekers hebben gen plekje van
het kasteel overgeslagen. Alle kasten en
koffers werden doorzocht. Het lijfgoed
werd van zijn plaats gehaald en er was geen
van de andere schepen van dezelfde reede
ry, die ook ter trawlervisscherij waren uit
gevaren. Sindsdien heeft men geen seinen
meer opgevangen.
Dereederij heeft zich tot het departement
van Buitenlandsche Zaken gewend, dat nu
een onderzoek instelt naar de mogelijke
verblijfplaats van de Sch. 15.
WEER TWEE TREILERS BESTOOKT
DOOR DUITSCHE VLIEGERS.
Aanval of waarschuwing?
Nauwelijks zijn de visschers bekomen van
het onverwachte optreden van de Engelsche
vliegers tegen de opvarenden van den trei-
ler „Prinses Beatrix" of opnieuw worden de
visschersgezinnen opgeschrikt door hard
nekkige geruchten, welke thans in IJmui-
den de ronde doen, dat de treilers „Erin",
van de reederij De Vem en de treiler „Ade
lante", door Duitsche vliegtuigen bescho
ten zijn, meldt de „Telegraaf".
Deze beide visschersschepen bevinden
zich nog op zee. De treiler „Adelante" zou
volgens opgevangen radioberichten Dins
dag door een Duitschen bommenwerper met
mitrailleurvuur bestookt zijn, toen zij zich
op de visschersgronden bevond ter hoogte
van de Noorsche kust. De schipper van den
treiler „Erin", de heer G. Plus, zou Woens
dagavond negen uur aan zijn collega van
den treiler „Gerberdina Johanna IJm. 38"
per radio hebben medegedeeld, dat hij dien
avond om halfzeven door een Duitsch
vliegtuig order vuur genomen was.
De „Erin" die geheel alleen was
haalde juist haar netten binnen. Men achtte
het veiliger. Zuidwaarts te stoomen. Negen
tig miil verder wierp zij wederom haar net
ten uit, daar in die buurt meerdere treilers
vischten.
Sommige insiders in het visscherijbedrijf
meenen, dat vliegtuigaanvallen op Neder
landsche visschersschepen niet steeds be
schouwd dienen te worden als een vijandige
daad van een der oorlogvoerende partijen,
want, aldus verklaarde men, indien het nu
werkelijk de bedoeling zou zijn deze sche
pen aan te vallen, dan zouden de mitrail
leurs niet in actie behoeven te komen.
Bommen waren dan genoeg.
Te dicht bij operatiebasis?
Deze aanvallen vat men eerder op als
een waarschuwing. Mogelijk willen de vlie
gers de schippers buiten een bepaald ge
bied houden om vrij te kunnen opereeren
of om te voorkomen, dat schippers kennis
nemen van duikbootvallen, enz., waarvan
zij dan bijvoorbeeld de andere party op de
hoogte kunnen stellen. Ook kunnen deze
visschersschepen zich te dicht in de buurt
bevinden van een operatiebasis.
Deze meening zou haar bevestiging kun
nen vinden in de beschieting van de trei
lers „Adelante", „I. S. Groen" en de „Prin
ses Beatrix". Maar daarentegen kan worden
aangevoerd, dat de treiler „Protinus" niet
alleen beschoten, maar ook gebombardeerd
werd, terwijl de tien overlevenden zonder
meer aan hun lot werden overgelaten. Bij
den treiler „Vikingbank" viel een der op
hem gerichte bommen slechts op één meter
afstand van het vaartuig in het water. En
dat was te danken aan een krachtigen
windstoot, die het schip zwaar deed over
hellen. Zonder dezen windstoot had deze
treiler thans ook op den bodem der zee ge
legen. In deze beide gevallen kan men dus
terecht.spreken van moedwillige aanvallen.
„Er. of de Duitsche vliegers nu opgescho
ten kwajongens zijn van twintig jaar en
jonger", ^aldus zeide ons een der schippers
van de beschoten treilers, „dat doet niets
ter zake, want wij hebben met de feiten re
kening te houden. En dan blijkt, dat de
theorie en de practijk over de positie van
neutrale visschersschepen soms lijnrecht
met elkaar in strijd zijn. Hoewel talrijke
visschers nog blijven varen, hebben deze
snel opeenvolgende gebeurtenissen vele
visschers doen besluiten, zoolang er nog
geen volledige zekerheid bestaat omtrent
het doel dezer gewelddaden, voorloop'g
niet uit te varen.
Dit is dan ook wel een der voornaamste
oorzaken, waarom men moeilijk volk kan
krijgen om deze visschersschepen te be
mannen. Zeelieden zijn er genoeg, maar dit
is voor de IJmuider visschersvloot niet vol
doende, want voor deze visschersschepen
kan men uitsluitend geschoolde krachten
gebruiken".
Het gebeurde met den treiler „Prinses
Beatrix" is voor enkele opvarenden van
den treiler „Vikingbank" mede aanleiding
geworden om niet meer naar zee te ver
trekken. Deze treiler had Donderdag naar
zee moeten vertrekken, doch daar men geen
volledige bemanning kon krijgen is het
schip blijven litfgen en hoopt men morgen
met een volledige bemanning weer ter vis-
scherij te kunnen uitvaren.
IN OVERSPANNEN TOESTAND
TE WATER GESPRONGEN.
Vannacht om kwart voor één hoorde een
jongmensch te Amsterdam dat in een por
tiek aan de Nieuwe Achtergracht afscheid
van zijn aanstaande wederhelft nam, een
plons. Hij keek in de gracht en zag daar
een 20-jarig meisje, dat in nachtgewaad te
water was gesprongen.
De jongeman sprong haar na om haar te
redden, doch ontmoette bij zijn reddings
pogingen sterk verzet van de overspannen
drenkelinge. Niettemin slaagde hij er in
haar op het droge te brengen. Zij was kor
ten tijd bewusteloos doch de geneeskundige
dienst slaagde er door kunstmatige adem
haling spoedig in het bewustzijn te doen
terugkeeren. De jongedame is daarna met
droge kleeren opnieuw onder de wol ge
stopt.
KIND VERDRONKEN.
Gistermiddag omstreeks half vijf is het
zevenjarig dochtertje van de familie G.
Brouwers te Breda, bij het spelen in de
Mark geraakt. Het kind werd door den
stroom meegesleurd en verdween in de
diepte, voordat men eenige hulp kon ver
leen en.
Na een uur dreggen heeft de politie het
lijkje opgehaald.
LIJK VAN ITALIAANSCHE ZEEMAN
AANGESPOELD OP TEXEL.
Ter hoogte van paal 28 is gistermiddag
aan het Texelsche strand het lijk aange
spoeld van een zeeman van omstreeks vijf
tig jaar. Men vermoedt hier te doen te heb
ben met een Italiaan, aangezien in een der
zakken ltaliaansch bankpapier werd gevon
den.
Op een papier werden de namen Marua-
nus Rovea, Via della Panteria aangetroffen
en bovendien de cijfers 19/2. Het stoffelijk
overschot is op last van de politie naar de
algemeene begraafplaats te Den Burg over
gebracht..
LOSGESLAGEN KABELBALLON.
Vanochtend is een groote kabelbalK
vermoedelijk een Engelsche, uit zee ko
mend Lemmer gepasseerd. De ballon is in
Zuid-Oostelijke richting verdwenen.
ONTPLOFFING AN BOORD VAN
VEERBOOT.
De radiozender '"an Stockholm heeft
medegedeeld, dat zich gisteren aan boord
van de veerboot, welke de verbinding on
derhoudt tusschen Nyborg en Korsaer, een
ontploffing heeft voorgedaan, de tweede
van deze week. Het verkeer tusschen Ny
borg en Korsoer en tusschen Aarhus en
Kalundborg is stopgezet.