De landing der Britten
te Narvik
Japan en Ned. Indië
He (hifxpapetatied. Ut Mamutegen
Clafi apt de Jdafiaten Stutten antöeheept
Duitsche tegen
spraken
Quisling atgetreden
Balkanlanden
nemen maatregelen
LUCHTVAART
NED. OOST-INDIE
DINSDAG 16 AFRIL 1940
0E l.F.IDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
NARVIK IN ENGELSCHE HANDEN.
Hoewel officieele Britsche kringen
blijven weigeren inlichtingen te ver
strekken, is het toch zeker, dat de ha
ven en de stad Narvik thans in Engel-
sche handen zijn.
De „Temps" meldt nader, dat de
Lofoten een der punten vormen, waar
het Britsche expeditieleger aan land
is gegaan.
Reuter seinde gisteren uit Londen:
Nu Narvik in Engelsche handen is,
beschermd dooi vlooteenheden, is deze
plaats gereed om te dienen als punt
van vertrek voor eventueelt operaties
in het binnenland en ter zee. De nabij
heid van Narvik bij de ijzermijnen
vormt voor de geallieerden een waar
borg tegen icoere Duitsche interventie
in Zweden, aangezien de af te leggen
afstand in geval de Duitschers troe
pen op Zweeósch gebied aan land zou
den zetten onvergelijkelijk veel ge
ringer is voor de in het Noorden ge
ïnstalleerd e strijdkrachten dan voor
den vijand. Hoewel het communiqué
van admiraliteit en departement van
oorlog alleen verwijst naar „punten
op de Noorsche kust" en de laconieke
wijze van zeggen zelf verklaarbaar is
door het feit, dat de operaties voortge
zet worden, kan men toch reeds nu
van mcening zijn, dat behalve Narvik
zelf de stellingen, die de geallieerden
verworven hebben, reeds g ed gesteund
zijn en hun niet zullen ontsnappen.
LANDING HEEFT GEEN MILITAIR
BELANG, ZEGT BERLIJN.
De Duitschers beweren, dat Narvik nog
steeds in Duitsche handen is.
Een landing in de onherbergzame fjor
den is natuurlek op een of andere plaats
mogelijk, doch militair zinloos. Een der
gelijke landing zou geen enkel militair be
lang hebben, zegt men te Berlijn.
Tusschen Drontheim en Narvik strekt
zich een meer dan 600 km. lang woest
Noorsch hooggebergte uit. Tusschen Narvik
en Drontheim bestaat geen spoorwegver
binding.
Een operatie mogelijkheid in deze buurt
van eventueel gelande Engelsche troepen-
deelen tegen de basis der Duitsche oorlogs
voering in het Noorsche gebied, dus tegen
Midden- en Zuid-Noorwegen, dat vast in
Duitsche handen is, zou daardoor niet zijn
ontstaan.
BOODSCHAP AAN HET NOORSCHE
VOLK.
De Noorsche regeering heeft het Noor
sche volk gisteravond in een boodschap
opgedragen Engelsche en Fransche betaal
middelen in ontvangst te nemen, daar de
geallieerde troepen niet voldoende tijd
hebben gehad Noorsch geld te verkrijgen.
De officieele koers zal worden bekend ge
maakt na een tusschen de Noorsche Staats
bank en de Bank van Engeland te sluiten
overeenkomst.
De boodschap der Noorsche regeering
aan de Noren verklaart: de hulp aan Noor
wegen, waarom de Noorsche regeering aan
de Britsche en Fransche regeering heeft
gevraagd, wordt gegeven en neemt grooten
omvang aan. De eerste teekenen daarvan
zijn de herovering van Narvik en het rond
die stad liggende gebied.
Een aantal Noorsche loodsen heeft reeds
werkzaamheden bij de marine aangevan
gen. Noorsche officieren, die gedetacheerd
zijn bij het expeditieleger, zijn op 15 April
ir. Engeland aangekomen. Zij hebben het
contact met de militaire autoriteiten tot
stand gebracht.
Alle Noorsche militaire cn civiele auto
riteiten hebben opdracht gekregen met de
Britsche en Fransche bondgenootén een zoo
nauw mogelijk contact te onderhouden en
hun allen bijstand te verleenen, welken zij
kunnen geven.
REGEERING QUISLING AFGETREDEN.
De onder Duitsche controle staan
de radiozender van Oslo heeft gister
avond medegedeeld, dat de Noorsche
tegenregeering van majoor Quisling is
afgetreden.
Het beheer over de door de Duit
schers bezette streken van Noorwegen
is overgenomen door een „bestuurs
commissie" onder leiding van Chris-
tensen, het hoofd van den gemeente
raad van Oslo, aldus deelde de omroe
per verder mede.
DE KRIJGSBEDRIJVEN IN NOORWEGEN
Berichten uit Stockholm geven aan, dat
de Duitschers in Noorwegen aan het Zuid-
Oostelijk front aanzienlijke plaatselijke
successen boeken. Zij probeeren de Noor
sche troepen, die met een flank dicht te
gen de Zweedsche grens worden gerukt,
op te rollen. Het einddoel schijnt daarbij
te zijn noordwaarts op te rukken en de
Noren terug te dringen in de bergachtige
streken.
De toestand te Kongsvinger wordt cri-
tiek geacht.
Volgens „Social Democraten" hebben de
Duitschers er naar schatting minstens
'6 000 man. De val van de stad wordt spoe
dig verwacht ondanks den dapperen tegen
stand der Noren. Militaire kringen verkla
ren evenwel, dat deze snelle successen wei
nig tellen, tenzij voortdurend versterkin
gen worden gezonden. Voorts wordt uiteen
gezet, dat de Duitschers zware artillerie
er. andere voorraden moeten hebben, wel
ke niet door de lucht kunnen worden ver
voerd. Gezegd wordt, dat de Duitschers
reeds met eer benzine-tekort beginnen te
kampen en dat gisteren twee vliegtuigen
in Zweden wegens benzinegebrek noodlan
dingen hebben moeten maken.
Volgens den correspondent van Afton-
bladet te Kongsvinger gelooft men, dat de
Duitschers op zes mijl van Kongsvinger
zijn aan den spoorweg van Stockholm naar
Oslo. Zij werschen de spoorwegverbin
ding af te snijden. Gemeld wordt dat Duit-
rche troepen zich ook in de streek van
Skarnes op 12 mijl ten Westen van Kongs-
•;nPer onhouden
Bij Elverum wordt de strijd voortgezet,
Verklaard wordt, dat de Duitsche troepen
Kornsjoe, een grensstation in het uiterste
Zuid-Oosten van Noorwegen, dat zij gis
teren hadden bezet, hebben ontruimd.
De Duitschers zijn op Halden bij de kust
teruggetrokken. Zij vreezen een verras
sing van de zijde der Noorsche troepen.
DUITSCHE PARACHUTISTEN BIJ
DOMBAAS GEDAALD.
De zender van Stockholm heeft een be
richt van den radiozender der Noorsche
regeering bekend gemaakt, waarin wordt
verklaard, dat gisteren Duitsche parachute
troepen bij Dombaas, een knooppunt van
spoorwegen, zijn gedaald.
Volgens een bericht uit Berlijn is een
in het gebied van Christiansand gestation-
r.eerd duitsch bataljon gisteren bij den
opmarsch in den loop van den dag op
sterke Noorsche strijdkrachten gestooten.
Het betrof hier drie Noorsche bataljons,
welke door artillerie waren versterkt.
Ondanks de grootere getalsterkte heb
ben de Duitsche troepen aangevallen. Na
een kort gevecht hebben de Noren de wa
penen neergelegd. 150 officieren en 2000
man hebben zich overgegeven.
VLIEGVELD TE STAVANGER WEER
GEBOMBARDEERD.
Officieel wordt medegedeeld, dat het
door de Duitschers bezette vliegveld van
Stavanger gisteren opnieuw gebombar
deerd is.
Het Britsche ministerie van luchtvaart
deelt mede: „De verkenning van de Noor
sche kust is den geheelen dag voortgezet.
Den ongunstigen weersomstandigheden ten
spijt is het vliegveld van Stavanger weer
gebombardeerd. Aan deze actie werd deel
genomen door verscheidene af deelingen der
luchtmacht, die alle zonder verliezen te
rugkeerden."
Van Britsche zijde wordt vernomen, dat
minstens twee Duitsche watervliegtuigen
te Stavanger tot zinken zijn gebracht. De
watervliegtuigen lagen gemeerd, toen zij
door de Britsche vliegtuigen uit machine
geweren werden beschoten.
Kort daarna zagen Britsche vliegers de
ze watervliegtuigen ondergaan.
De aanval geschiedde tijdens een sneeuw
storm.
NOORSCHE VLIEGTUIGEN IN
KARELIë GELAND.
De Zweedsche regeeringspersdienst
deelt mede, dat zeven Noorsche militaire
vliegtuigen gistermiddag in Kgrelië zijn
geland. De toestellen zijn in beslag geno
men en de vliegers zijn geinterneerd.
ZEVEN DUITSCHERS OVER DE
ZWEEDSCHE GRENS.
Uit Narvik zyn volgens „Aftonbladet" ze
ven Duitschers, vier man van de marine en
drie matrozen ter koopvaardij, over de
Zweedsche grens gekomen.
DE DUITSCHERS MELDEN SUCCESSEN
TER ZEE.
De Duitsche duikbootafweer in de Noord
zee, welke in den laatsten tijd tot groote
activiteit is gekomen, heeft op 13 en 14
April zeven vijandelijke duikboiten vernie
tigd, meldt het Duitsche Nieuwsbureau.
Twee daarvan werden, toen zij boven
water waren, door Duitsche gevechts
vliegtuigen gebombardeerd en tot zinken
gebracht.
Een Britsche duikboot werd door Duit
sche zeestrijdkrachten tot zinken gebracht,
juist toen zij zich gereed maakten voor een
aanval op Duitsche transportschepen. De
duikboot werd onder water aangevallen en
tot zinken gebracht. Er zijn slechts eenige
wrakstukken te voorschijn gekomen. On
danks lang zoeken is het niet mogelijk ge
weest overlevenden van de vijandelijke
duikboot te redden.
DE DUITSCHE BERICHTEN OVER
VERLIEZEN DER BRITSCHE MARINE.
De Duitsche beweringen, dat de Britsche
verliezen bij de operaties in de Noordzee
sedert 8 April ten minste vier slagschepen,
acht kruisers en 11 torpedojagers hebben
bedragen, worden in gezaghebbende krin
gen te Londen belachelijk genoemd. Te
Londen wordt opnieuw verklaard, dat de
Britsche verliezen slechts vier torpedoja
gers betreffen.
TWEE DUITSCHE VRACHTSCHEPEN OP
MIJNEN GELOOPEN.
Twee Duitsche vrachtschepen zijn, naar
te Gotenburg verklaard wordt, ter hoogte
van Marstrand, in het smalste gedeelte van
het Kattegat, op mijnen geloopen. Beide
schepen werden zwaar beschadigd.
ANTI-DUITSCHE RADIOZENDER IN
NOORWEGEN VERNIETIGD.
Het Duitsche Nieuwsbureau meldt: De
Noorsche radiozender Notodden, die de
laatste dagen zijn anti-Duitsche uitzendin
gen heeft voortgezet, is door Duitsche troe
pen opgeblazen.
GEEN VERVOLGING VAN KONING
HAAKON
Het Duitsche Nieuwsbureau ontkent
voorts, dat de Duitsche luchtmacht op
dracht heeft, koning Kaakon van Noor
wegen persoonlijk te achtervolgen, zooals
gisteren werd beweerd. Ook is niet waar,
zooals in een onder den naam van koning
Haakon uitgegeven oproep aan het Noor
sche volk werd verklaard, dat de Duitsche
luchtmacht de burgerbevolking van Noor
wegen aanviel met mitrailleurvuur en
bommen.
Volgens het D.N.B. bewijst dit, dat ofwel
de naam van koning Haakon wordt mis
bruikt, ofwel, dat hij verkeerd voorgelicht
wordt door onverantwoordelijke raads
lieden. De Noorsche regeeringscamarilla,
welke ten Noorden van Oslo een strijd zon
der hoop op succes voert tegen de Duit
sche troepen, sleept koning Haakon als een
gevangene mee. Bij de vlucht door de
wouden in het Noorden kan de koning zich
geen juist beeld scheppen van den toestand
ir. Noorwegen. Overal waar de Duitsche
troepen zich bevinden is het rustig. De
Engelsch gezinde machthebbers doen een
laatste wanhopige poging. Zij maken mis
bruik van den naam van koning Haakon
om de Duitsche weermacht en in het bij
zonder de luchtmacht, welke zich streng
houdt aan de bepalingen van het volken
recht, te beschimpen en het eigen volk te
misleiden.
HET LEGGEN VAN MIJNEN IN DE
OOSTZEE
Het Duitsche Nieuwsbureau bericht, dat
de Britsche admiraliteit het geheele ge
bied ter zee .ten Oosten van een lijn van
de Nederlandsche territoriale wateren tot
Noorwegen tot mijnenveld heeft verklaard.
Van Duitsche deskundige zijde wordt ge
zegd, dat de mededeeling, dat het gebied in
de Noordzee ten Oosten van deze lijn ook
werkelijk met mijnen gevaarlijk is gemaakt
op vaklieden geen indruk maakt. Ook
wordt de Britsche verklaring, dat vanaf
Kiel tot ver in de Oostzee mijnen zijn ge
legd, „bluf" genoemd.
In Berlijn verklaart men, zoo meldt het
D.N.B., verder, dat de Britten zich slechts
belachelijk maken, wanneer zij beweren
mijnen in de Oostzee te kunnen leggen. Ten
einde een tegenwicht te hebber voor het
in Noorwegen geledien fiasco, pogen zij
thans een activiteit voor te spiegelen, wel
ke de schijn wekt, dat zij zich vrij kunnen
bewegen in Noord- en Oostzee. Wat hier
van waar is, hebben de jongste gebeurtenis
sen bewezen. De Engelschen waren niet
eens in staat de landing van de Duitsche
troepen tot benoorden den Poolcirkel te
verhinderen, hoe zou mien dan kunnen ge-
looven, dat zij eenigen invloed zouden heb
ben in de gebieden, waar zij thans hun pa
pieren mijnenvelden hebben gelegd.
Het doel van deze bluf is te pogen de
neutralen af te schrikken van den handel
in de Oostzee. Er is sprake van een zoo
groot gebied, dat de versperring in geen ge
val een kleinigheid is. Wat de Britsche ad
miraliteit ook poogt wijs te maken, aldus
besluit het D.N.B., er bestaat voor de
scheepvaart geen aanleiding zich door deze
beweringen van de wijs te laten brengen.
ROEMENIë VERBIEDT GRAANEXPORT.
De Roemeensche regeering heeft volgens
United Press den export van graan verbo
den.
Deze maatregel, die als een verrassing
komt', is genomen door een belangrijke
economische commissie, die door den pre
mier gepresideerd wordt.
In diplomatieke kringen legt men dezen
maatregel uit als een bescherming der
neutraliteit.
Dezelfde commissie heeft besloten, een
reserve aan benzine aan te leggen. Het
schijnt, dat men van plan is, ondergrond-
sohe reservoirs te maken.
De commissie was samengesteld uit den
minister van nationale economie, die van
luchtvaart en marine en den minister van
publieke werken.
DUITSCHE AGENTEN TE BELGRADO
GEARRESTEERD.
Op 15 April is te Belgrado een aantal
sensationeele arrestaties verricht, toen de
politie bezoeken bracht aan huizen van
personen, die er van verdacht worden Duit
sche agenten te zijn.
Men gelooft, dat deze arrestaties het be
gin vormen van een krachtige campagne
de activiteit van agenten der Gestapo in
Zuid-Slavië te betengelen.
DE LUCHTVERBINDINGEN MET
SCANDINAVIë.
Verbinding Amsterdam—Brussel tijdelijk
gestaakt.
Reeds onmiddellijk nadat de K.L.M. zich,
als gevolg van de ontwikkeling van de oor
logsgebeurtenissen in Scandinavië, genood
zaakt had gezien, de luchtverbindingen
tusschen Nederland en de Scandinavische
landen stil te leggen, zijn onderhandelin-
UITEENZETTING VAN ARITA.
Op een hem door vertegenwoordigers
van de pers gestelde vraag betreffende
het standpunt van Japan ten aanzien van
een eventueel betrokken raken van Neder
land in den Europeeschen oorlog en de ge
volgen daarvan voor Nederlandsch Oost-
Indië, heeft de Japansche minister van
buitenlandsohe -zaken, Arita, het volgende
antwoord gegeven:
„Met de Zuidzee-gebieden, in het bij
zonder Nederlandsch Oost Indië, is Japan
economisch verbonden door nauwe betrek
kingen van wederkeerigbeid in de bedie
ning van elkanders behoeften. Op soort
gelijke wij,ze handhaven andere landen in
Oost-Azië nauwe economische betrekkingen
met die streken. Dat wil zeggen, dat Japan,
deze landen en deze streken tezamen bij
dragen tot de welvaart van Oost-Azië door
wederzij dsohe hulp en onderlinge onafhan
kelijkheid. Mochten de vijandelijkheden in
Europa uitgebreid worden tot Nederland
en, zooals gij zegt, gevolgen hebben in Ne
derlandsch Oost-Indië, dan zou dat niet al
leen ingrijpen in de handhaving en bevor
dering van bovengenoemde betrekkingen
van economische onderlinge afhankelijk
heid, in het tezamen leven en in de geza
menlijke welvaart, maar ook aanleiding
geven tot een onwenschelijken toestand,
gezien van het standpunt van dan vrede
en de stabiliteit in Oost-Azië. Met het oog
op deze overwegingen kan de Japansche
regeering slechts diep bezorgd zijn over
iedere ontwikkeling van dan oorlog in
Europa, waarmede een agressie zou ge
paard gaan, die van invloed zou kunnen
zijn op den status quo van Nederlandsch
Oost Indië."
DE NEDERLANDSCHE GEZANT BIJ
ARITA.
Alvorens Arita de vertegenwoordigers
van de pers ontving, om hun vragen óver
de Japansche h-ouding in verband met een
mogelijk betrokken raken van Nederland
bij den Europeeschen oorlog te beantwoor
den, had de minister van buitenlandsohe
zaken den Nederlandschen gezant in Tokio,
generaal P. C. Pabst, uitgenoodigd een be
zoek te komen brengen aan zijn departe
ment. De Nederlandsche gezant verscheen,
om 16 uur 50 op het departement, waar
Arita hem een uiteenzetting gaf van Ja
pans werkelijke bedoeling ten aanzien van
deze kwestie en den gezant verzocht zijn
regeering hiervan op de hoogte te brengen.
Het onderhoud tusschen Arita enl Pabst
duurde 45 minuten.
DE MERAPI DREIGT.
Gevaar voor lava-afvloeiïngen.
Aneta seint uit Djokjakarta: De vulcano-
logische dienst zoowel als het binnen—
landsch bestuur zijn op het ergste voorbe
reid, in verband met de laatste waarnemin
gen omtrent de ontwikkeling van de Me-
rapi, welke werden verricht door dr.
Stehn, hoofd van den vulcanologischen
dienst.
Blijkens deze waarnemingen heeft zich
een nieuw groot lava-véld gevormd van 225
bij 175 meter oppervlakte, dat, blijkens de
waarnemingen van dr. Stehn, langs den
rand van dén krater nog dertig meter van
den rand is verwijderd. Het veld staat on
der hoogen druk, zoodat het in de week van
5 tot 11 April vijf meter per dag is geste
gen, tegen in de voorgande 14 dagen in to
taal twee meter. Sedert 10 April hadden
reeds regelmatig kleine afstortingen in den
krater plaats.
Verwacht wordt, dat de lava-prop spoe
dig den kraterrand zal bereiken, zoodat
dan de groote afstortingen zullen begin
nen.
De bevolking is reeds geruimen tijd ge
waarschuwd. Een belangrijk gebied is ont
ruimd, terwijl ook andere maatregelen
werden getroffen.
Verwacht wordt dat de afvloeiing van de
lava zal geschieden langs de kali Senowo
en de kali Sat.
gen geopend met de daarvoor in aanmer
king komende autoriteiten over de voor
waarden, waarop een heropening dezer
liuohtdiensten zou kunnen plaatsvinden.
Alhoewel uit den aard der zaak een be
slissing nog niet kon worden verkregen,
hebben deze onderhandelingen geregeld
voortgang.
Hangende het resultaat der besprekingen
heeft de directie der K.L.M. besloten, de
luchtverbinding tusschen Amsterdam en
Brussel met ingang van 18 April a.s. tijde
lijk te staken. Met dezen dienst werden
hoofdzakelijk uit Scandinavië komende
transito-passagiers vervoerd, een vervoer
dat nu ontbreekt.
De heropening van deze verbinding zal
plaats vinden tegelijkertijd met de her
opening van de luchtdiensten op Scandina
vië.
DE POSTVLUCHTEN OP NED.-INDIë.
De positie der K.L.M. postvliegtuigen op
de Indië-lijn was gisteravond als volgt:
Op de uitreis landde de „Pelikaan"
(gezagvoerder Kooper) te Rangoon; dit
vliegtuig wordt 17 April te Batavia ver
wacht.
Op de thuisreis landden de „Nan-
doe" (gezagvoerder Smirnoff) te Medan
en de „Oehoe" (gezagvoerder Hon dong) te
Alexandrië. Deze vliegtuigen worden on-
derscheidelijk op 20 en 16 April te Napels
verwacht.