DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Zondagsblad WOENSDAG 3 APRIL 1940 31ste Jaargang No. 9607 Bureaus Papengracht 32. Telefoon: Redactie 20015. Administratie 20935. Adv. en Abonn.-tarieven zie pag 2. Giro 103003. Postbus 11. Werkelijk neutraal is strikt neutraal Dat wij op rantsoen gesteld worden door minister Steenberghe is nog daar aan toe, maar als minister Chamberlain onze grond stoffen gaat rantsoeneeren naar de mate van welwillendheid, waarmede wij onze neutraliteitsregels zullen uittleggen ten voordeele van Engeland dan wordt het ons te bar. Chamberlain heeft gisteren in het'Lager huis een rede gehouden, waarin hy iets los liet over de houding, welke de geallieerden gaan aannemen tegenover de neutrale staten. Sprekende over den Britschen handel met ere neutrale naburen van Duitschland zeide hij, dat zij moeten inzien, dat Engeland er niet in kan toestemmen voor hen de pro ducten beschikbaar te stellen uit bronnen in het Britsche rijk, tenzij de neutralen m ruil de waarborg geven, dat zij hun toe- komstigen handel met Duitschland zullen beperken. Voorts zeide Chamberlain, dat de -ge allieerden vastbesloten waren het gebruik van het wapen der macht ter zee te inten- sifieeren. Eritsche oorlogsschepen hadden reeds zekere practische stappen gedaan om tusschenbeide te komen in den onbeletn- merden doorvaart van Duitsche vracht schepen uit Scandinavië. De Noorsche pers, die na de alarmeeren- de berichten en beschouwingen in de ge allieerde bladen, heel wat anders had ge vreesd (met name het spelen van politie agent door Britsche schepen in de Noorsche territoriale wateren), toont zich opgelucht. Engeland is dus niet van plan de neutrali- teits-rechten der territoriale wateren te schenden en daarmede de neutralen voor pijnlijke consequenties te plaatsen. Chamberlains woorden mogen misschien voor de Noren een geruststelling zijn, maar wij voor ons hebben dat gevoel niet. Wij zijn het eens met wat het Zweedsche blad „Stockholm Tidningen" constateert, wan neer het schrijft: „Wanneer Chamberlain verlangt, op straffe van beperking of zelfs stopzetting van hun invoer uit het Britsche rijk, dat de neutralen hun uitvoer naar Duitschland be perken, dan beteekent dit, aldus het blad, het uitoefenen van krachtigen en dreigen den druk." Men kan gedwongen worden door een pistool op de borst; men kan ook gedwon gen worden door honger; in beide gevallen is het dwang. Nu spreekt het vanzelf, dat de geallieer den bezwaar hebben tegen levering van grondstoffen, als die zonder meer naar Duitschland zouden worden doorgevoerd. Dat kan men hun niet kwalijk nemen. Maar geen land heeft het recht, neutrale staten te dwingen actief mede te werken tot het effectief maken van een blokkade, welke zonder die hulp niet zou kunnen slagen. Het gaat hier essentieel om het recht van neutraliteit zelf. Wanneer de oorlogvoerenden het begrip neutraliteit zóó uitleggen, dat deze uitsluitend verplichtin gen en geen rechten meebrengt, dan is het practisch gedaan met die neutraliteit. Dan kunnen zij de neutralen dwingen hun neu traliteit te regelen naar de oorlogstactiek der belligerenten. Wij brengen Chamberlains verklaringen in verband met een brief van lord Macmil- lan, den vroegeren Britschen minister van voorlichting; een brief, welke hij publi ceerde in de „Times", welk blad verklaart met den inhoud in te stemmen. Macmillan betoogt, dat het lot der neu tralen evenzeer van het resultaat van den oorlog afhangt als dat van de oorlogvoe renden zelf en dat, daar dus de overwegin gen, die geleid hebben tot het opstellen van de neutraliteitsregels in het onderha vige geval niet aanwezig zijn, deze regels zelfs niet toegepast kunnen worden of al thans niet juist zijn. Macmillan besluit: „Het gaat wellicht te ver, te zeggen, dat de omstandigheden van dezen oorlog de neutraliteitsregels buiten werking stellen; doch wanneer de zaak, waarvoor wij vechten, evenzeer de zaak der neutralen is als de onze, schynt het althans niet onredelijk te vragen, dat zy aan deze regels een welwillende en niet een strikte uitlegging geven". Wij begrijpen, dat de geallieerden dat in derdaad wel gaarne zouden willen, evenals V Wie moet de schade dragen Wij willen even de aandacht vragen voor het volgende bericht: Naar wij vernemen, zal het departe ment van defensie, op advies van den landsadvueaat, geen vergoeding van schade uitkeeren aan hen, wier bezit tingen dooi mijnexplosies schade, in welken vorm ook. hebben geleden. Men gaat hierbij uit van het stand punt, dat de Staat alles in het werk stelt om dergelijke explosies te voor komen. Wel is echter de regeering bereid zonder eenige verplichting, een tege moetkoming te verleenen aan hen, die door een dergelijke explosie oneven redig zwaar zijn getroffen in hun be- driif of anderszins. Het algemeene beginsel is echter, dat geen vergoeding behoeft te worden verleend. Als men de eerste alinea leest, voelt men zoo is 't althans óns gegaan onmid dellijk een krachtig verzet, gepaard met ernstige verontwaardiging, in zich krop pen! Waarom moeten enkelen de schade dragen, aangericht tengevolge van maat regelen, welke zijn genomen ten bate van allen? Dat is sehrijnend-o n b il 1 ij k, zoo 't al niet schrijnend-onrechtvaardig is. In het eene geval, natuurlijk, meer dan in het andere Als de getroffene tengevolge van een mijnontploffing of iets dergelijks een bedrijf, dat hij bezat, totaal ziet ten gronde gaan, zoodat hij geruïneerd is, dan is dat, natuurlijk, heel iets anders, dan wanneer iemand aan een bezit van een paar ton b.v. enkele honderden guldens schade lijdt Wij geven nu twee geval len, die eikaars uitersten zijn; in het twee de geval zouden ook wij er ten slotte wel over heen kunnen, als de getroffene de schade zelf zou moeten dragen! In het algemeen is het echter, naar onze besliste overtuiging, onaanvaardbaar, dat de gevolgen van maatregelen ten bate van de landsverdediging worden gedragen door enkelen, terwij 1 ze gedragen kun nen worden zooals in de bedoelde ge vallen, dcoi allen, door de gemeenschap. De eerste alinea van het hierboven af gedrukte bericht sloeg daarom, zooals wij zeiden, onze verontwaardiging los. Maar bij het lezen van de tweede alinea werden we, gelukkig, weer wat gekal meerd! De regeering is bereid „zonder eenige verplichting" (m o r e e 1 e verplichtingen zijn, naar christelijk begrip, ook ver plichtingen!) een „tegemoetkoming" (geen schadevergoeding in stricten en strin- genten zin dus) te verleenen aan hen, die door een explcsie „onevenredig zwaar" zijn getroffen (ten onzichte van niet-getroffe- nen zijn de getroffenen altijd oneven redig zwaar getroffen) .,in hun bedrijf of anderszins" (dat „of anderszins" is een zeer wijd begrip). Indien de regeering deze door haar ver klaarde bereidheid breed opvat en loyaal uitvoert dan kan men met het door haar ingenomen standpunt vrede nemen. Het heeft dan dit voordeel, dat er geen pro cessen gevoerd zullen worden met partijen, die vaak beiden de billijkheid vergeten om zich in een machtspositie te plaatsen. Het heeft dan dit voordeel, dat geen „ongeluk kige", wiens bezit door een explosie is ge troffen, doer die „ramp" beter of zelfs aan merkelijk beter wordt! Maar, wij herhalen 't, dan moet de re geering ook in dergelijke gevallen blijk geven te worden geleid door echte loyali teit! 5)e welóiand ut Heiden en Cimyeuing de Duitschers wel gaarne zouden willen dat die uitlegging voor hen welwillend zou zijn. Er is echter voor een land, dat metter daad onzijdig wil zijn, dat zich dus het recht voorbehoudt maar dan ook de plicht aanvaardt om geen partij te kie zen, slechts één houding; de absoluut cor recte houding en dat is rigoreus vasthou den aan de meest strikte uitlegging, naar beide zijden. Elke afwijking ter rechter of ter linker zijde is fataal en tast het wezen der neutraliteit zelf aan. Wij vertrouwen echter, dat de geallieer de regeeringen dat tenslotte ook zelf zullen inzien en dat er door wederzijdsche onder handelingen een bevredigende regeling zal zijn te treffen. OVERWEGEND HERSTEL In de kleine dorpen is de toestand nog ongunstig Opnieuw zijn wij in de gelegenheid om aan de hand van recente belastinggegevens een overzicht te publiceeren van de ver anderingen, die de welstand in Leiden en de omliggende gemeenten in het laatste be .astingjaar ten opzichte van het vóórlaat ste ondergaan heeft Het stemt tot verheu ging, dat de nieuwe gegevens overwegend gunstig zijn en in tal van gevallen zelfs een zeer belangrijke verbetering in den fi- nancieelen toestand der bevolking regis- treeren. De welstand in een gemeente vindt op de eerste plaats haar uitdrukking in het aan tal belastingplichtigen. Ons belastingstel sel laat een bepaald bedrag aan inkomen, varieerend naar de gezinsgrootte van elke heffing vrij omdat dit bedrag slechts toe reikend is voor het meest noodzakelijke le vensonderhoud. Tot aan deze grens kan van welstand, ook zelfs van betrekkelijken wel stand niet gesproken worden. Pas wanneer het inkomen boven deze grens uitgaat, is een zekere mate van welstand aanwezig, die het o.a. mogelijk maakt om in de ge meenschappelijke lasten van het geheele volk bij te dragen. Belastingplicht en be trekkelijke welstand loopen dientengevol ge parellel en hoe wijder de welstand over de bevolking is verbreid, des te hooger zal dus ook verhoudingsgewijze het aantal be lastingplichtigen zijn. Neemt over een bepaalde periode dit aantal toe, dan weerspiegelt dit mede een verbetering in de economische verhoudin gen ter plaatse. Eén voorbehoud is hierbij evenwel noo- dig. Geheel zuiver i- - et beeld, dat een stij ging, c.q. een daling van het aantal belas tingplichtigen van de toename, c.q. de be perking van den welstand geeft, nog niet omdat ook de veranderingen in het zielen tal hun invloed op de cijfers laten gelden. Om dezen storenden invloed uit te schake len geven wij hieronder niet de absolute aantallen' belastingplichtigen in elke ge meente maar de aantallen per duizend in woners. Teneinde voorts niet alleen de daling of stijging in het laatste belastingjaar te kun nen beoordeelen, maar tevens eenige onder linge vergelijking mogelijk te maken, rang schikken wij bovendien de gemeenten groepsgewijze naar het zielental. Het is namelijk zóó, dat onderscheidene plaatselijke omstandigheden, verschil in le vensstandaard, in prijsniveau, in huurpeil enz., een onderlinge vergelijking aan de hand van de aantallen belastingplichtigen per duizend zielen tusschen groote en klei ne plaatsen en soms ook tusschen steden en dorpen hoogst bezwaarlijk maakt. Méér grond biedt daarom een vergelijking tus schen gemeenten van ongeveer gelijk in wonertal. Overigens stellen wij in de onderstaande opgaven naast elkaar: het aantal belasting plichtigen per duizend zielen in het voor laatste belastingjaar (1938) en in het laatste (1939), terwijl wij in de derde cijferkolom aangeven hoeveel procent (van 1938) de stijging, c.q. de daling heeft bedragen. Belastingplichtigen per duizend inwoners 1938 1939 Leiden 169 172 1.8 pet. toename In onze stad ging dit verhoudingscijfer dus eenigermate vooruit, hetgeen te gunsti ger genoemd kan worden, omdat in de ste den met een zielental tusschen vijftig en honderdduizend gemiddeld slechts 163 be lastingplichtigen per duizend voorkomen. Ons stedelijk cijfer ligt dus beduidend .bo- het gemiddelde, hetgeen wijst op een rela tief sterk verbreiden welstand onder onze bevolking. De eenige gemeente in onzen omtrek, die een zielental heeft tusschen twintig en vyf tigduizend, is Haarlemmermeer. Hier was de procentueele vooruitgang in het laat ste jaar belangrijk grooter: Haarl'meer 129 138 7. pet. toename Een vergelijking van Haarlemmermeer met het gemiddelde valt oogenschijnlijk echter niet gunstig uit. Voor de gemeen ten tusschen twintig en vijftigduizend be draagt het gemiddelde aantal belasting plichtigen n.l. 166 per duizend. Hierbij dient echter bedacht te worden, dat bijna alle gemeenten van deze roep een stadskarak- ter hebben terwijl Haarlemmermeer een zuivere plattelandsgemeente is. In de gemeenten tusschen tien en twin tigduizend inwoners gaven de cijfers de volgende veranderingen te zien. Alphen a d R 115 121 5.2 pet toename Hillegom 129 134 3.9 pet toename Katwijk 97 112 15.4 pet toename Noord.wijk 108 109 pet toename Wassenaar 251 261 4. pet toename In Noordwijk onderging het verhoudings cijfer dus weinig verbetering; in Katwyk daarentegen was de toename zeer belang rijk. Opmerkelijk is het ook, dat in Wasse naar, waar het aantal belastingplichtigen al zoo uitzonderlijk hoog was, opnieuw een toename geboekt kon worden. Voor deze groep gemeenten bedraagt het gemiddelde 135. Wassenaar heeft ten naas tenbij het dubbele hiervan! Hillegom weet het gemiddelde thans vrijwel te bereiken, een feit, dat velen in een „bollendorp" niet verwacht zullen hebben. Noordwijk blijft in deze groep het meest bij het gemiddel de ten achter. De groep van vijf tot tienduizend inwo ners is grooter. De hiertoe behoorende plaatsen geven het volgende beeld te zien: Alkemade 66 71 7.6 pet toename Bodegraven 143 151 5.8 pet toename Boskoop 122 128 5. pet toename Leidschendam 119 Lisse 111 120 8.1 pet toename N'hout 76 85 11.8 pet toename Oegstgeest 203 217 6.9 pet toename Sassenheim 100 114 14. pet toename Voorschoten 153 156 2. pet toename Weerden 152 160 4.5 pet toename Zoetermeer 132 129 2.2 pet daling Eén dezer gemeenten zag dus in het laat ste jaar een beperking van den welstand piaats vinden: Zoetermeer. De overige gingen echter alle vooruit, en de meeste zelfs belangrijk. Van de betrekkelijk nog jonge gemeente Leidschendam zijn over de voorafgaande jaren geen goed-vergelijkbare cijfers be schikbaar. Gemiddeld komen in de ge meenten met vijf tot tienduizend inwoners 113 belastingplichtigen per duizend voor. In vergelijking tot dit gemiddelde geven dus alleen Alkemade en Noordwijkerhoüt een achterstand aan. Sassenheim, evenals Hillegom een bloembollen-gemeente heeft het gemiddelde alweer bereikt en Lisse heeft het zelfs overschreden. De meeste ge meenten van deze groep kunnen trouwens op een verhoudingscijfer bogen, dat vrij aanzienlijk boven het gemiddelde uitkomt. En ten slotte de plaatsen van kleineren omvang. De groep van twee tot vijfduizend inwoners geeft het volgende te zien: Ter Aar 56 Hazerswoude 88 Leiderdorp 129 Leimuiden 95 Nieuwkoop 79 Rijnsburg 71 Voorhout 68 Warmond 139 Woubrugge 91 Zoeterwoude 87 Zwammerd. 100 62 107 10.7 pet 6.9 pet pet 11.8 pet 15.1 pet 14.3 pet 22. pet 10.8 pet 6.6 pet 6.9 pet 7. pet toename toename toename toename toename toename toename toename toename toename toename In Leiderdorp was de verandering mini maal, maar in alle overige dorpen van deze groep ontwikkelde de toestand zich gunstig en in sommige gevallen kon zelfs een groo te vooruitgang waargenomen worden. Min der gunstig valt voor deze groep echter een vergelijking uit met het gemiddelde. De Nederlandsche gemeenten met een zielen tal tusschen twee en vijfduizend huisves ten n.l. gemiddeld 110 belastingplichtigen per duizend. Dit cijfer wordt alleen door Leiderdorp en Warmond overtroffen, de overige dorpen blijven er beneden en Ter Aar bijvoorbeeld heeft al een bijzonder slecht cijfer. In de dorpen met minder dan tweedui zend inwoners hadden de cyfers het vol gende verloop: Barw.waarder 78 Benthuizen 94 Koudekerk 95 Moercapelle 103 Nieuwveen 94 Rietveld 89 R'saterwoude 98 Valkenburg 81 Waarder 102 Zevenhoven 74 85 9. pet toename pet toename 6.3 pet daling 7.7 pet toename 4.2 pet daling 11.2 pet toename 3. pet toename 16. pet toename 5.4 pet toename 30. pet toename VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland CHAMBERLAIN OVER DE VERSCHER PING DER BLOKKADE EN DE ROL DER NEUTRALEN. (2de blad). WEER EEN DUITSCHE LUCHTAAN VAL OP SCAPA FLOW. (2de blad). Binnenland PROTEST VAN NEDERLAND TE BERLIJN. (Ie blad). BENOEMING HOOGLEERAREN AAN AMSTERDAMSCHE UNIVERSITEIT. (Ie blad). GERUCHTEN OMTRENT EEN ANDE REN SCHULDIGE INZAKE DEN MOORD TE STOMPWIJK. (3de blad). Weekabonné's welke ge abonneerd zijn op het Zon dagsblad moeten dit abonne ment heden betalen. Nederland protesteert tegen beschieting van treilers Maatregelen tegen de schul digen en schadevergoeding gevraagd „ONTOELAATBARE GEWELDDAAD" De Regeeringspersdienst meldt: Met betrekking tot de vliegtuigaanvallen op Nederlandsche vischtreilers, n.l. de „Protinus", de „Vikingbank" IJm. 183 en de „I. S. Groen" IJm. 130, heeft Harer Ma- jesteits gezant te Berlijn opdracht gekre gen een ernstig vertoog tot de Duitsche re geering te richten, waarin tegen deze be schietingen met den meesten nadruk opge komen wordt, met name tegen de volstrekt ontoelaatbaare gewelddaad jegens de „Pro tinus". Het officieele onderzoek naar den bij daglicht in volle zee geschieden aanval op dit schip heeft toch bevestigd dat, ter wijl de treiler van talrijke duidelijke Ne derlandsche nationaliteitskenmerken was voorzien, onder meer ook aan de bovenzij de met de kleuren van de Nederlandsche vlag was beschilderd, een Duitsch vlieg tuig het heeft gebombardeerd en bescho ten, als gevolg waarvan de kapitein en een schepeling aanstonds zijn gedood, het vaar tuig tot zinken is gebracht en van de in de sloep redding zoekende opvarenden twee door uitputting zyn gestorven. De Nederlandsche regeering verzoekt maatregelen tegen de schuldigen en be houdt zich een eisch tot schadevergoeding voor. DE AANVAL OP SCAPA FLOW. LONDEN, 3 April.. (A. N. P.). Volgens een niet-officieele raming hebben twintig Duitsche vliegtuigen deelgenomen aan den aanval op Scapa Flow van gisteravond. Zooals reeds officieel is meegedeeld, ge looft men, dat één Duitsch toestel is neer gehaald. Koudekerk en Nieuwveen ondergingen een verdere beperking van den plaatselij ken welstand; in Benthuizen bleef de toe stand ongewijzigd. In de overige dorpen echter was vooruitgang waar te nemen. In Zevenhoven was de relatieve toename al héél groot. In deze groep gemeenten be draagt het Nederlandsche gemiddelde 104 en ook hier zien wij dus weer een vrijwel "'"'""'•"""n achterstand ten opzichte van dit gemiddelde, ondanks de belangrijke verbeteringen die het laatste jaar bracht. In het algemeen kan dus gezegd worden, dat onze streek blijkens de jongste cijfers vrij krachtig in herstel is. In vergelijking met de Nederlandsche gemiddelden is de oogenblikkelijke toestand in de grootere ge meenten van de streek niet slecht, maar in de kleine dorpen blijkt de welstand minder verbreid te zijn dan elders in het land re gel is. In een volgend artikel zullen wij enhvl and-rre welstands-factorpn nader b1 -

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 1