- JKflk HET LICHTEN VAN DE „O. 11". Avontuur Venezuela. President Kooseveit op inspectie Bij den mgang van het Panamakanaal verlaat de president den Amerikaanschen kruiser .Tuscaloosa", om de verdedigingswerken te bezichtigen, welke aan de zijde van den Atlantischen oceaan zijn gebouwd He» lichten van de .U 11 den Helder. De toren en de achtersteven van de duikboot, zooals het vaartuig in de takels hing tijdens de bergingswerkzaamhed? De drijvende bokken zijn er na hard werken Donderdag in geslaagd de gezonken duikboot .O 11" boven water te brengen en naar het achtergedeelte der haven van den Helder te s'eepen Na vele dienstiaren worden de rails van de .Gooische" langs den Rijksweg van Diemen naar Muiden opgebroken. Met de werkzaamheden is nabij de Hartveldsche brug een aanvang gemaakt •v.c aainuaai Jones woonde aan ooord van, een der marine- vaartuigen in de haven van den Helder de bergingswerkzaam heden van de gezonken duikboot .O. 11" bij Door het stooten op een rots nabij de Japansche kust zonk de .President Manuel Quezon". 12 passagiers en 114 leden der be manning konden gered worden FEUILLETON in Naar het Ameribaansch van R. HARDING DAVIS. (Nadruk verboden). 20) Hij besefte dat tot nu toe Generaal Ro- jas voor hem nooit een mensch van vleesch en bloed was geweest en dat hij nooit had ingezien, dat zijn bevrijding werkelijk en tastbaar leven en geluk beteekende. Hij had hem meer beschouwd als één van de stuk ken van een spel schaak, dat Peter en hü stilletjes bezig waren tegen den comman dant van de gevangenis te spelen. En nu stond tegenover hem een menschenkind, dat leefde vóór, reed óm den gevangen man, en den vreemdeling vroeg, waarom hij zichzelf had opgeworpen als haar va- der's voorvechter, waarom hij zich had ge mengd in de tragedie van de familie Ro- jas. In zijn verwarring besloot Roddy maar om bij het begin te beginnen, precies de waarheid te vertellen en niets dan de waarheid en zich daarna over te geven aan de genade van zijn charmante rechter. Met de teugels over zijn arm, zijn som brero in zijn hand en zijn gezicht opgehe ven naar het meisje, stond Roddy op den weg, als een cavallerist, die zijn comman dant rapport uitbrengt We waren in het Theehuis van de Hon derd en Een Treden, klonk de zonderlinge aanvang van zijn verhaal. En hij gaf een getrouw verslag van de gebeurtenissen tot het huidig oogenfclik. Toen hij klaar was met vertellen, richtte Inez, die zich naar hem over gebogen had, zich op. Haar lip pen en wenkbrauwen waren samengetrok ken en haar stem klonk of zij van een on- metelijken afstand kwam. Dus het is en grap? Absoluut niet! Als u ons uw toe stemming geeft, zullen we u bewijzen, dat het geen grap is. Misschien klonk mijn ver haal niet ernstig genoeg; ik heb het slecht verteld. Maar wij hebben groot medelijden met uw vader. Sinds Peter het voorstelde, smds ik uw vader heb gezien Het meisje boog zich bevend voor over. Haar oogen gingen wijd open. Hebt u vader gezien? Vertel u me, smeekte ze, hoe zag hij er uit? Zei hij iets tegen u? Wanneer....; Ze hield plotseling op en legde haar hand voor haar oogen, terwijl ze haar ge zichtje van hem afwendde. Het is vier maanden geleden, zei Rod dy. Iw mocht niets tegen hem zeggen. We hebben elkaar gegroet. Dat is alles. Ik moet het hun vertellen, riep het meisje. Ze moeten weten dat ik iemand ge zien heb, die hem gezien heeft. Maar als ze weten dat ik u gezien heb.... Ze zweeg en keek naar Roddy, alsof ze hem om raad vroeg. Hij schudde zijn hoofd. Ik begrijp niet wat u bedoelt, zei hy. Mijn moeder en mijn zuster weten niet dat ik hier ben, vertelde Inez. Als ze dat wisten, zouden ze heel boos zijn, voeg de ze er waarschuwend aan toe. Niemand mag het weten. Ze zijn bang voor u; ze begrijpen niet waarom u ons wilt helpen. En dus wantrouwen ze u. Daarom moet ik u hier op zoo'n manier ontmoeten. Met een gebaar van afkeer keek het meisje om zich heen. Gelukkig begrijpt u het. Ja, bevestigde Roddy een beetje wei felend. Ik begrijp u wel, maar de anderen niet. Wie wantrouwt mij? Mijn moeder en uw consul, Kapitein Codman en Kolonel Vega en Roddy lachte verbaasd en trok zijn wenk brauwen op. Vega! riep hij uit. Waarom wan trouwt Vega me? Het meisje begreep waaraan hij dacht. Niet omdat u zijn leven gered hebt. En verlegen voegde ze er aan toe: Het is om dat u niet i nuw vaders vertrouwen bent. Kolonel Vega begrijpt dat niet goed. Roddy staarde har verbaasd aan en lach te weer. En wat voor verband bestaat er tus- schen mijn vader en Kolonel Vega? Het meisje keek hem even verwijtend en met een wantrouwende uitdrukking in haar oogen aan. Toen vroeg ze koel: Verlangt u heusch van me, dat ik ge loof, dat u dat niet weet? Tot nu toe had Roddy met een glimlach naar Inez geluisterd en had zijn goed hu meur onverwoestbaar geleken. Maar nu kwam er een glans van verontwaardiging in zijn oogen: Ik verzeker uit dat ik niets weet. Hij wierp de teugels over de nek van het paard en dreef het dier met een tik op zijn flank tot vlak bij den wachtenden Pedro. Toen nam hy yn hoed af en sloeg de rich- j ting van Willemtsad in. Inez staarde hem aan, te verbluft om een woord te kunnen spreken. Maar voor Roddy tien stappen had gedaan, stond hij weer stil en kwam terug alsof ze hem had teruggeroepen en hem om een uitleg had gevraagd. Hij had zijn goed humeur al weer terug, maar zijn woorden klonken nog niet erg verzoenings gezind. De kwestie is, zei hij dat uw vrien den samenzweringen zóó iets doodnatuur- lijks vinden dat ze zich niet kunnen voor stellen dat een ander daar volkomen bui ten staat. En terwijl zij van wantrouwen en achterdocht en wederzijdsche spionna- ge aan elkaar hangen, laten ze een goed mensch sterven. Dat is alles waarmee i k te maken heb. Het was heel vriendelijk van u me de gelegenheid te geven om u o n z e manier van doen duidelijk te maken. Maar ik zien (en iedereen heeft er eèn gewel dige moeite voor over gehad om 't ons aan 't verstand te brengen) dat we in den weg staan bij het oplossen van de kwestie op Venezolaansche manier. Z- zweeg en glimlachte even om te la ten blijken, dat hij geen verwijt bedoelde. Op vertrouwelijken en luchtigen toon ver volgde hij: Ik heb altijd sympathie ge had voor de idioten, die doorhollen waar zelfs engelen bang voor zyn om een voet neer te zetten. Ik weet nog, dat ik eens zoo'n idioot een brandend huis heb zien binnenrennen en een kind redden, terwijl ilc-en een paar andere engelen om ladders stonden te roepen. Hij knikte, nam nog eens zijn hoed af en liep weer weg, terwyl zij zwygenw in het zadel blefe zitten. Dezen keer was hy de bocht van den weg al om en had zich al een paar hon derd meter verwilderd, toen hij achter zich het geklepper van hoefslagen hoorde. Inez, gevolgd door Pedro, galoppeerde hem na er toen ze de ponny inhield sprong ze met een zwaai op den weg en kwam vlak voor hem neer. Als hij haar niet bij de schou ders gegrepen had, zou ze in zijn armen zijn gevallen. Een losgewaaide lok krulde over haar gezicht, m haar oogen was een glans van verlangen en opwinding. Impulsief klemde ze haar handen in elkaar. Toe, smeekte ze. gaat u alstublief niet weg. Het is waar wat u van ons zegt. Ik was het alleen maar vergeten. Het is drie jaar geleden, dat ik iemand iemand uit uw land gesproken heb. Ik loop ook ge vaar om door de Venezolaansche bril te gaan kijken. Het is waar: we zijn niet zoo ronduit als u, zooals iedereen in Amerika. Maar daar mag ïu ons niet voor straffen. En mij ook niet! Haar fijne lippen trilden als van een kind dat op het punt staat in snikken uit te barsten en haar oogen stonden vol tranen. U moet me raad geven. U moet me helpen. Wilt u?, smeekte het meisje. Roddy was door het ontroerend-hulpeloo- ze in haar stem en in haar blik. in haar hou ding en gebaar, volkomen ontwapend. De manier, waarop hij haar aankeek, toen hij antwoordde: Maar, beste miss Rojas.was méér dan weisprekend. Dus u wilt me helpen?, vroeg Inez lief. Een rechtgeaard Spanjaard zou zeg gen: Ik lig aan uw voeten! was het ant woord. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 5