FELLE BRAND TE ROTTERDAM BINNENLAND WOENSDAG 21 FEBRUARI 1940 OE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 8 Meubelfabriek van de ilrma Breedveld In vlammen Meer dan een ton schade In den afgeloopen nacht omstreeks half vier is een felle brand uitgebro ken in de fabriek van winkelbetimme ringen en aanverwante artikelen „St. Laurens" van de firma C. Breedveld, aan de Rochussenstraat te Rotterdam. Deze fabriek omvat drie .naast elkaar gelegen panden, elk van drie verdiepingen, waarvan de benedenverdiepingen als fa briek en de hooger gelegen verdiepingen als kantoren en teekenkamers zijn inge richt. De brandweer is onmiddellijk met groot materiaal uitgerukt, omdat snelle uitbrei ding van dezen brand gevreesd werd. Niet minder dan vijf motorspuiten, alsmede een groot aantal slangenwagens werden in dienst gesteld om het vuur te bestrijden. Het liet zich al dadelijk aanzien, dat van ie fabriek niet veel te behouden zou zijn. De eerste etage van een der percee- len diende als woonhuis voor een be jaard echtpaar, dat in allerijl in veilig heid is gebracht. Met het oog op het uitbreidingsge vaar heeft de politie spoedig de om liggende panden, gelegen in de Rochus senstraat, de Breitnerstraat, de Saft- le venstraat en de Ochtenveldstraat doen ontruimen. De brand werd omstreeks half vier door een nachtwaker ontdekt. Deze zag uit een kelder van het pand rook opstijgen. Hij waarschuwde direct de politie, die de brandweer alarmeerde. Inmiddels had een agent van politie den directeur van de fabriek, den heer Breed veld, die boven de zaak woont, gewekt. Het gezin van den heer Breedveld, bestaan de uit diens echtgenoote, dochter en be jaarde ouders en schoonmoeder, moesten ir. nachtgewaad vluchten en werden voor- loopig bij buren ondergebracht. De brand was in den kelder in het rech tergedeelte van het gebouw ontstaan, ver moedelijk door de oververhitting van de centrale verwarming en breidde zich met razende snelheid door het gebouw uit. Toen de eerste slangenwagens arriveer den, hadden de vlammen de eerste etage reeds bereikt en binnen enkele minuten de verdieping aangetast. Ook in de breedte en diepte verbreidde het vuur zich snel, zoodat toen de eerste motorspuit gereed was om water te geven, de geweldige hout- voorraad, welke in het gebouw was opge slagen, reeds fel brandde. Daarom werd meer materiaal gehaald en korten tijd la ter arriveerden nog drie motorspuiten en een automatische Metsladder. Deze ladder, die van het allernieuwste type is, werd nog nimmer gebruikt en heeft voortreffelijke diensten gedaan. Om vier uur werd met een zestal stralen water gegeven. Deson danks bleef het vuur zich met groote snel heid uitbreiden. De vlammen sloegen hoog boven de fabriek uit en waren ver in den omtrek zichtbaar. Tot ver in den omtrek was aan den rossigen gloed merkbaar, dat er een geweldige brand heerschte. Inmiddels waren op het terrein van den brand aangekomen de substituut-officier van justitie mr. R. A. Andringa, de direc teur van den gemeentelijken vervoer- en mctordienst dr. ir. M. F. de Bruyne, de heer P. J. E. Snippe commissaris van poli tie, verscheidene inspecteurs, wethhouder A. P. de Zeeuw en vele hoofdlieden van de brandweer. Omstreeks half vijf stond de geheele fa briek, die een lengte heeft van twintig me ter en een breedte van veertig meter, in lichter laaie. Ondanks de geweldige wa termassa's, die in het vuur werden gewor pen, bleven de vlammen fel uitslaan en be stond er groot gevaar voor de belendende perceelen. Na alle krachten op het vuur gecon centreerd te hebben, gelukte het de brandweer echter tegen zes uur het ge vaar voor uitbreiding te bezweren. Toen laaiden de vlammen echter nog op achter in de fabriek, waar de houtopslag plaats was. Om zes uur stortte een deel van de vloer van de eerste etage in, een aantal machines met zich meesleepende. Omstreeks half zeven kon men zeggen, dat de brandweer de vlammen meester was, ten minste in de fabrieksgebouwen. Gevaar voor uitbreiding was er niet meer en de brandweer kon zich bepalen met de veertien stralen, waarmede men werkte, groote watermassa's in het gebouw te wer pen. De fabriek is in 1917 gebouwd en werd later uitgebreid met een linkervleugel, ter wijl aan de achterzijde ook een stuk werd aangebouwd. De schade is nog niet bekend, maar be loopt ver over de honderd duizend gulden. Alles wordt door verzekering gedekt. Vanochtend omstreeks acht uur kon men wel aannemen, dat de brand zich zou be palen tot de meubelfabriek en kantoor- bouwen, zoodat geen gevaar meer voor de naburige woningen meer bestond. Het blusschingwerk bepaalde zich er dan ook hoofdzakelijk toe om het vuur binnen in de gebouwen te bedwingen. De schade. Over het juist bedrag van de schade, kon men ons nog geen mededeelingen doen. Vast staat echter, dat praktisch niet alle schade door verzekering kan worden ge dekt. Groot is n.L ook de immaterieele en moreele schade van dezen brand. Er zijn immers behalve materiaal ook zeer veel teekeningen, ontwerpen, dossiers en ar chieven vernietigd. Of de inhoud van de brandkast gespaard is gebleven, staat nog niet vast. Hedenochtend kon men daar nog niet bij. Bovendien waren de opgeslagen goede ren in de fabriek zeer groot in aantal. De fabriek legt zich n.L toe op het vervaar digen van winkel- en scheepsbetimmerin- gen. Door de aanhoudende vorst konden zeer veel winkelbetimmeringen niet afge leverd worden, daar men geen voortgang had met bouwen, zoodat zij in de fabriek opgeslagen bleven. Die groote voorraad is geheel vernietigd. Ook de betimmering van de beide voor de Holland-Amerikalijn te bouwen schepen, de „Zuiderdam" en de „Westerdam" is verloren gegaan. Dit is daarom zoo te betreuren, omdat het materiaal van deze betimmeringen in middels veel en veel duurder is geworden en sommige benoodigde metaal- en hout soorten zelfs in het geheel niet meer te krijgen zijn. Ook voor en directeur van de fabriek, den heer C. Breedveld, is de brand een groote ramp. Van begin af aan heeft hij moeizaam en hard gewerkt om de fabriek te maken tot wat zij thans was en met één slag is bijna al dit werk verloren gegaan. De heer Breedveld, die voorloopig bij fa milie in de Safslevenstraat vertoeft, was door het gebeurde geheel overstuur en weigerde ons verdere inlichtingen, welke wij vToegen, te verstrekken. Voor het personeel, in totaal ongeveer een vetrtig man, was het vanochtend een ontstellende verrassing te zien, dat de fa briek, waar zij zooveel jaren had gewerkt, vernield te zien. Tusschen Oudevvater en Woei den liep Dinsdag een dieseltrein uit de rails, waardoor groote stagnatie in het spoorwegverkeer ontstond. De situatie ter -4*e ONZE HANDELSBETREKKINGEN MET DE GEALLIEERDE MOGENDHEDEN. De Nederlandsche handelsdelegatie, die naar men verneemt, practisch hare bespre kingen te Londen ten einde heeft ge bracht, is gisteren naar Parijs vertrokken, teneinde overleg te plegen met de Fran- sche regeering alsmede met de Nederland sche handelsdelegatie, die op het oogen- blik in de Fransche hoofdstad vertoeft. DE ECONOMISCHE VERDEDIGING VAN ONS LAND. De Minister van Economische Zaken heeft aan de Staten-Generaal een tweede nota aangeboden de eerste werd 11 De cember j.l. uitgebracht over de econo mische verdediging van ons land. De nota behelst mededeelingen over den loop der handelspolitieke onderhandelin gen, de hanteering van het contingentee- ringsapparaat, de rechtstreeksche regee-, ringsaankoopen, de inschakeling van de A.N.I.C., de bevordering van het contact met de overzeesche gebiedsdeelen, en de verzekeringsmaatregelen ter bescherming van het transport. DE DURE BRUINE BOONEN Ministerieele motiveering in antwoord op vragen van het Tweede Kamerlid Amelink Op vragen van het Tweede Kamerlid Amelink, luidende: Is het juist, dat de Nederlandsche Akkerbouwcentrale Zeeuwsche bruine ■boonen en Mansholt capucijners, van de producenten koopt voor den prijs van respectievelijk 17 en 18.50 per 100 K.G. en deze beide producten aan den handel levert voor 23.30 per 100 K.G., zoodat een bruto winst gemaakt wordt van respectievelijk 6.30 en 4.80 per 100 K.G.? Is het voorts juist dat de brutowinst, die de Akkerbouwcentrale maakt op het artikel witteboonen 7.80 per 100 K.G. bedraagt? Indien dit juist is, wil de minister dan maatregelen nemen, teneinde deze sterke prijsverhooging tegen te gaan? heeft de minister van economische zaken als volgt geantwoord: Het is juist dat de Nederlandsche Akker bouwcentrale Zeeuwsche bruine boonen en Mansholt-capucijners' van de producenten koopt voor den prijs Van respectievelijk 17 voor a-qualiteit en 18.50 per 100 K.G. voor superqualiteit; deze beide producten worden aan den handel geleverd voor 23.30 per 100 K.G. Het is eveneens juist, dat het verschil tusschen den overnemings- prijs voor het artikel witte boonen en den verkoopsprijs daarvan f 7.80 per 100 K.G. bedraagt. Het komt den minister echter niet juist voor het verschil tusschen den aan den teler betaalden prijs en den verkoopprijs als bruto winst te beschouwen. De Neder- landerlandsche Akkerbouwcentrale im mers krijgt voor haar rekening d> kosten van opslag en bewaren van de ingenomen partijen, den afslag daarvan, zoomede de algemeene aan den opslaghouder te betalen kosten, de bewerkingskosten, de mindere opbrengst van het bij die bewerking ont stane afval en uitschoonsel, het gewichts verlies. Bovendien is in de bovenbedoelde ver schillen tusschen de overneming- en ver koopprijzen begreipen een bedrag ter be strijding van de distributiekosten. Men moge in dit verband bedenken, dat de distributiekosten niet slechts betrekking hebben op het centrale distributiekantoor van het departement van den minister, doch dat aan de gemeentebesturen een tele- moetkoming wordt verleend van 85 pet. der werkelijk door hen gemaakte distri butiekosten. Gelet op bovenstaande omstandigheden kan de minister geen vrijheid vinden maat regelen te nemen ten einde de verkoop prijzen te verlagen. HOOIPRIJZEN EN DE HAMSTERWET. Op grond van de prijsopdrijvings- en hamsterwet, heeft de minister van Econo mische Zaken verboden: Het binnen het rijk in Europa uit de eerste hand te koop aanbieden en ver- koopen van weidehooi voor een prijs per 1000 kg., welke meer bedraagt dan 53 voor weidehooi van de eerste kwaliteit, 49 voor weidehooi van de tweede kwali teit en 45 voor weidehooi van de derde kwaliteit, bij levering franco binnen 10 km. van het bedrijf van den verkooper, of een daarmede overeenstemmenden prijs bij andere leveringscondities. Het binnen het rijk in Europa uit de eerste hand te koop aanbieden en ver- koopen van lucernehooi en roodklaverhooi voor een prijs per 1000 kg., welke meer bedraagt dan 58 voor de eerste kwali teit, 54 voor de tweede kwaliteit en 50 voor de derde kwaliteit, bij levering franci binnen 10 km. van het bedrijf van den ver kooper, of een daarmede overeenstemmen den prijs bij andere leveringscondities. Het binnen het rijk in Europa uit de latere hand te koop aanbieden en verkoo- pen van weidehooi, lucernehooi en rood klaverhooi voor een prijs, welke meer be draagt dan boven genoemde prijzen, ver hoogd met een redelijk bedrag voor kosten en winst. ST. FRANCISCUS-GASTHUIS TE ROTTERDAM. Arts J. B. Deelen tot geneesheer-directeur benoemd. J Het college van regenten van Sint Fran- ciscusgasthuis te Rotterdam heeft met in gang van 1 Mei tot geneesheer-directeur van deze inrichting benoemd den heer J. B. Deelen, arts te Vught (N.-Br.). De heer Deelen is geboren in 1892 te Lochem en studeerde aan de universiteit te Utrecht in de medicijnen. Hij vestigde zich te Vught, waar hij een groote practijk heeft. De heer Deelen is redacteur van het Maandblad voor R.-Ka vroedvrouwen en is kolonie-arts geweest van het koloniehuis St. Antonius te Boxtel, voorts was hij se cretaris van de commissie voor huwelijks voorlichting van het diocees 's-Hertogen- bosch en leider van een consultatiebureau. Hij heeft enkele boeken geschreven over het sexueele vraagstuk. GEMEENTELIJKE ARBEIDSBEURS TE 's-GRAVENHAGE. De heer G. J. Bakker benoemd tot directeur. De Gemeenteraad van 's-Gravenhage heeft gistermiddag benoemd tot directeur van de Gemeentelijke Arbeidsbeurs ter voorziening in de vacature ontstaan door het aan den heer J. Boezer verleende ont slag, den heer C. J. Bakker, plaatsvervan gend directeur van de Gemeentelijke Ar beidsbeurs te Rotterdam. De benoeming geschiedde met 28 van de 43 stemmen. De overige 15 stemmen werden uitgebracht op No. 2 van de voordracht, den heer C. van Wijk, leider van de Gemeentelijke Vak cursussen voor Werkloozen te 's-Graven hage. HOOFDAMBTENAAR IN HET GELIJK GESTELD. Scheidsgerecht deelt niet het oordeel van B. en W. van Den Helder. Gisteravond heeft het scheidsgerecht voor ambtenaren ten tweeden male vergaderd ter behandeling van het klaagschrift van den heer M. tegen zijn schorsing door B. en W. als directeur van de gemeente-reini ging en plantsoendienst. B. en W. van Den Helder hadden name lijk den heer M. op 8 December 1939 uit zijn functie geschorst met behoud van sa laris en sedert 15 December zonder behoud van salaris. Het scheidsgerecht verklaarde de door klager ingestelde beroepen tegen de beslui ten van B. en W. van Den Helder van 8 en 15 December gegrond én verietigde der halve beide besluiten, bepalende, dat aan klager alsnog moet worden uitbetaald Zijn salaris van 15 December 1939 af. B. en W. hebben een termijn van dertig dagen om tegen dit besluit in beroep te ko men bij het Centrale Ambtenaren Gerecht te Utrecht. Zooals bekend heeft de officier van Jus titie bij de Rechtbank te Alkmaar geen ter men aanwezig gevonden, een vervolging in te stellen tegen den directeur, tegen wien een gerechtelijk onderzoek was ge opend wegens verdenking van malversa ties. DE OFFICIERSOPLEIDING Niet voor onderwrfcers Op vragen van het lid der Tweede Kamer, den heer Van Sleen, betreffende de officiersopleiding heeft de Minister van Defensie als volgt geantwoord: Evenals zulks voor het afkondigen van de algemeene mobilisatie het geval was, kunnen ook gedurende de mobilisatie slechts die gegadigden voor de officiers opleiding voor plaatsing in aanmerking komen, die de eerste oefening nog niet héb ben volbracht. Menige onderwijzer, die vroegtijdig de studie voor de hoofdacte opneemt, vraagt en verkrijgt uitstel van eerste oefening tot hij zijn studie beëindigd heeft. Gedurende de mobilisatietijd wordt echter voor deze studie geen uitstel verleend en zullen er inderdaad slechts weinig dienst plichtigen, behoorende tot de jongste lich ting, zijn, die reeds op zoo jeugdigen leef tijd de hoofdakte hebben verworven. De IMinister vindt in een en ander geen aanleiding om den hoofdakte-eisch te doen vervallen en derhalve opleiding tot onder wijzer, met betrekking tot plaatsing bij de officiersopleiding gelijk te stellen met die aan de H.B.S. Het voldoen aan dien wensch zou neer komen op het genoegen nemen met lagere eischen waartoe te minder aanleiding is, aangezien er een overvloed is aan gegadig den, die in alle opzichten aan de gestelde eischen voldoen. De Minister acht het gewenscht aan de voorwaarde, dat de eerste oefening nog niet is volbracht, strikt vast te houden, aange zien er zich een ruim voldoende aantal jonge mannen, die aan genoemde voor waarde voldoen, voor officiersopleiding aanmelden. KOSTWINNERSVERGOEDING. De Minister van Defensie vestigt de aandacht van de Burgemeesters op één der bepalingen van de Mobilisatie- vergoedings-beschikking, waarin ge zegd wordt, dat, wanneer belangheb benden aantoonen of aannemelijk ma ken, dat gedurende het verblijf in wer- kelijken dienst de inkomsten van den dienstplichtige hooger zouden zijn ge weest, dan bij de opkomst het geval was, deze hoogere inkomsten bij de vaststelling van de vergoeding in aan merking worden genomen. In verband hiermede wordt de speciale eandacht gevestigd op enkele circulaires van den Minister van Sociale Zaken, waar bij aanwijzingen worden gegèven omtrent het toekennen van duurtebijslagen aan steunhebbenden enz. Door die maatregelen worden aan in werkelijken dienst zijnden meer inkomsten onttrokken dan toen zij opkwamen. De Burgemeesters worden daarom ver zocht na te gaan, welke vergoedingen in verband met die duurtebijslagen herzien dienen te worden. Hoogere vergoeding moet dan worden toegekend, ook al vragen be langhebbenden dat niet uit eigen bewe ging. Voor mogelijk nog volgende toeslagen moet de Burgemeester ook zoo handelen, met uitzondering van eventueele verhoo ging van brandstoffentoeslag, omdat deze reeds ruim op 1.25 per week is gesteld. Mocht dit wijzigen, dan zal de Minister dat mededeelen. Met betrekking tot de verhooging van de kostwinnersvergoeding als gevolg van door werkgevers toegekende duurtebijsla gen of loonsverhoogingen moet in acht worden genomen, dat een algemeene me- dedeeling van een vakvereeniging over loonsverhooging geen reden behoeft te zijn, om de vergoeding te verhoogen. Belang hebbende moet het zelf verzoeken. Er moet dan worden aangetoond of aan nemelijk gemaakt, dat de soldaat, als hij nog in zijn burgerberoep werkzaam was, de toeslag of de verhooging zou ontvangen. Een werkgeversverklaring is niet altijd noodig, een mededeeling der vakorgani satie is ook voldoende. (In de bouwbedrijven geschiedt dit se dert 1 Januari j.l., en uit de praktijk is bekend, dat vergoedingen zijn verhoogd in verband met de in die bedrijven toege- kende duurtetoeslagen met een maximum j van 90 cent per week). Ten aanzien van de kostwinnersvergoe- l ding tot dusver vastgesteld naar het laat- stelijk genoten loon in de werkverschaf- fing, is er op aangedrongen bij den Minis- ter, die vergoeding te verhoogen met de geldelijke waarde van de aan dat loon ver- j bonden steun in natura. (goedkoope boter, J vet, blikvleesch enz.). In verband met de zoo uiteenloopende werkverschaffingsloo- nen acht de Minister een verhooging in alle gevallen niet noodig. Daarom is be- j paald, dat in de gevallen, waarin het werk- verschaffingsloon beneden 19.per week lag, de vergoeding met ingang .van 11 Fe bruari 1940 tot nader order mag worden verhoogd met de geldelijke waarde van den steun-in-natura (brandstoffentoeslag er ->nder begrepen), alles inbegrepen tot ten noogste 18.per week. DE VERDEFF ELECTRIFICATIE DER SPOORWEGEN. Invoering van gezinstarief onwaarschijnlijk. Naar wij vernemen, zijn de werkzaam heden aan de electrificatie van de lijn Arn hemNijmegen en BreukelenHarmeien tengevolge van de strenge vorst in de af- geloopen weken geruimen tijd belangrijk vertraagd. In verband hiermede werd reeds mede gedeeld, dat de ingebruikneming van de lijn ArnhemNijmegen niet eerder zal ge schieden dan einde Maart, dus anderhalve maand later dan verwacht werd. De inschakeling van de lijn Breukelen— Harmeien zal pas geschieden bij de invoe ring van den nieuwen zomerdienst, op 15 Mei a.s. Het staat thans vast, in tegenstel ling met elders gepubliceerde berichten, dat de huidige dienstregeling niet zal wor den gewijzigd en gehandhaafd blijft tot d® invoering van den zomerdienst op 15 Mei. Deze zomerdienst zal, vooral wat betreft de frequenties op de verschillende baan vakken, tal van verbeteringen bevatten. Ook ten opzichte van de tarieven zijn verschillende verbeteringen nog dit jaar te verwachten. Een uitzondering moet even wel worden gemaakt ten aanzien van de doorvoering van het gezinstarief. De ministerieele goedkeuring moet nog worden afgewacht. Bovendien zijn de voor uitzichten betreffende de doorvoering van dit tarief niet bijster gunstig. De gewijzig de tijdsomstandigheden schijnen een der gelijke ingrijpende tariefswijziging niet geheel te verantwoorden. Het is daarom niet onwaarschijnlijk, dat hiervan zal moe ten worden afgestapt, alhoewel men wel ernstig overweegt aan enkele partieel® wijzigingen de voorkeur te geven. n Driehoekig bord (punt naar boven) met rooden rand is de waarschu- wing voor mogelijk a; gevaar. Rond zijn verkeer»- borden, die een verbod k of een gebod inhouden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 8