Contrabande 3)e Een enorme brand, de hevigste ooit in Soerabaja voorgekomen, hlseft de haven Tandjong Perak geteisterd, waarbij zeer groote schade werd aangericht. Langs de kade, waar de .Gina" van de NISHM met 12 slangen meehielp aan het blusschingswerk Na afloop van den Elfstedentocht-1940 feliciteert de vroegere winnaar C. J. de Koning de rijders Jongert (midden) en Adema (rechts) met hun fraaie prestatie H. M. de Koningin maakte Dinsdag op de ijsbaan achter het Huis ten Bosch een tochtje op de schaats achter een slede Te Sassenheim Is Dinsdag een groote tulpen- en narcissententoonstelling ge opend Een gedeelte van de fraaie Inzendingen, welke te bewonderen vielen Aan prol mr dr G Verrijn S'uart is eervol ontslag verleend als hoogleeraar aan de Universiteit te Utrecht Tegen den vijand in de lucht Alweergescht in stelling op een der Fransche oorlogsbodems tijdens een patrouiilevaart op den Atlan»ischen Oceaan .Een overstapje* tijdens den Elfstedentocht Om van de eene baan op de andere te komen, moesten de deelnemers op enkele plaatsen van speciaal daartoe neergelegde plankiers gebruik maken FEUILLETON Uit het Engelsche van v. HEADON HILL. (Nadruk verboden) 31) Een oogenblik was Mapleton verbluft. Toen sloop langzaam een blik van begrij pen in zijn sluwe oogen. Het geheim van Lord Purbeck, her haalde hij. Wel, jij kleine lasteraarster, jij zou iemand doen gelooven, dat de edele Lord en zijn hooghartigen dochter een smokkelzaakje er op na hielden. Bessie,was zoo vol van het geheim van de Abbey, dat ze niet kon gelooven, dat lijn nachtelijke tochten een ander doel konden hebben dan het spionneeren naar dit geheim. En ze was overuigd, dat Mapleton maar deed alsof hij niets wist om haar te plagen en in haar verontwaardiigng verloor ze haar laatste restje voorzichtigheid. Alsof u dat niet zou weten! smaal de ze. Mapleton grinnike, terwijl hy het licht van zijn lantaarn over haar heen liet spe len. Natuurlijk weet ik het wel, zei hij op zyn irriteerende teemtoon. En het hangt nu af van de manier, waarop je je zult gedragen, welk gebruik ik zal maken van myn kennis. Ik vrees haast, juffrouw Bes sie, dat ik het zal zijn, die morgen iets te bepraten heb met den Lord! Maar mis schien kunnen we de zaak in der minne schikken als jij zoo vrienedlijk wilt zijn een klein eindje -nog door te loopen; dan ko men we aan de deur van een ruimte, waar we deze zaak beter kunnen bespreken dan in deze vochtige gang. Bessie begon bang te worden, maar be- heerscht door het verlangen iets voor Lady Madge te doen, en overtuigd, dat Mapleton haar den pas zou afsnijden als ze zou pro- beeren terug te gaan. gehoorzaamde ze en liep door. Een paar meter verder stond ze voor een opening, ze zag een drempel, en kozijnen, maar geen deur. Maar nauwelijks was ze de opening door gegaan en nog voor ze bij het licht van haar kaars iets had kunnen zien van het inwendige van de ruimte, was Mapleton achter haar binnen gegleden en had hij een zware met ijzer beslagen deur, die verscholen stond tegen den rotswand, ach ter haar dichtgegooid. In de val. Bessie had al haar zelfbeheersching noo- dig om geen angst te toonen. Op een tee- ken van Mapleton volgde ze hem door de onderaardsche ruimte; zoover zij kon zien, was die ledig. Het vertrek was in de rotsen uitgehouwen. Aan één kant zag het er uit, alsof er een soort grondverschuiving had plaats gehad, een hoop losse steenen ver vingen daar den massieven rotsmuur. Aan het verste eind was nog een zwaren hou ten deur, gesloten met een hangslot, dat Ma pleton opende. Nu miss Caloway, ga binnen, zei hij terzijde tredend om zijn aarzelende bezoek ster te laten passeeren. Ik zal je een beetje meer licht geven, dein zul je in staat zijn ten volle de nieuwsgierigheid te bevre digen, waaraan ik 't genoegen, om je gast heer te zijna te danken heb. Nadat hij de deur had gesloten en ge grendeld, stak hij een half dozijn lampen aan, welke aan haken in den muur hingen. Bessie keek verbijsterd rond. Deze kamer was eveneens in de rotsen uitgehouv/en, maar ze stond vol met allerlei vreemde dingen. In het midden stond een lange tafel op schragen en op deze tafel lag een collectie voorwerpen en gereedschappen, die Bessie nog nooit gezien had. Een fototoestel en een toestel voor Magnesiumlicht waren aan het eind van de tafel geplaatst. Rollen pa pier lagen bij stapels houten en metalen blokken. Ook een electrische batterij merk te ze op. Mapleton liet zyn sarcastische bik rusten op het angstige gezicht van het jonge meisje. Dit is mijn afdeeling van de smokkel- zaak, zei hij, aan zijn snor draaiend. Toen de hooggeboren graaf aan zyn smok- kelzaak begon, was hij wel gelukkig om een bondgnoot als mij te vinden, niet? Ik begrijp het niet, momplede Bessie. Ze begon te gelooven, dat haar antipathie tegen dezen man haar er toe had gedreven iets heel onbezonnens te doen, dat hij mis schien toch in dienst was van Lord Pur beck. Je begrijpt het niet? kwam het spot tende antwoord. Het is anders duidel- 1ijk genoeg, zou ik denken, dat ik ook tot de smokkelaarsbende van den graaf be hoor. Waar zouden anders al deze dingen voor dienen? Bessie zweeg. De duivelsche sluwheid van dezen man belette haar te denken. Zal ik je eens wat vertellen? Ik ge loof er niets van dat je in het vertrouwen van Lord Purbeck bent, vervolgde Maple ton. Ik geloof dat" je er een beetje naar geraden hebt en mij hebt bespionneerd, om de rest gewaar te worden. Voor ik je kan laten gaan, moet je eerst een paar vragen beantwoorden, waaruit ik zien kan, dat je werkelijk in het geheim bent. De eenvoudige Bessie was niet opge wassen tegen zooveel gemeene schrander heid. Ze was als in zijn handen. In haar verlangen om zich te rechtvaardigen, be antwoordde ze zoo volledig mogelijk al zijn slim overlegde vragen; geen oogenblik vermoedend, dar deze louter gebaseerd wa ren op veronderstellingen. Het resultaat was, dat Mapleton een kwartier later een vry nauwkeurig inzicht had gekregen in Lord Purbecks smokkelonderneming! Aan het einde van het verhoor deed hij alsof hij het meisje niet vertrouwde. Ja, zei hij, ja je hebt wel enkele dingen op gevangen. Maar er zyn een heeleboel leem ten in je mededeelingen, die het onmogelijk maken je bewering te gelooven, dat je in het geheim bent. Bovendien, als dat zoo was, zou zijn lordschap het mij wel hebben gezegd. Na wat je hier "annacht hebt ge zien kan ik je natuurlijk maar niet zoo la ten gaan! Niet laten gaan? bedoelt u dat ik hier moet blijven, hier beneden in de groeven? stotterde Bessie, schuw kijkend naar de ge grendelde deur. Dat is precies wat ik bedoel, ant woordde Mapleton wreed. Je weet er te weinig .van, om me te overtuigen, dat je aan onzen kant staat en te veel, om je vrij te laten rondloopen na wat je hier gezien hebt. Ik moet over deze zaak nadenken en het zal verder veel afhangen van wat Lord Purbeck morgen zal zeggen, als ik hem deze geschiedenis vertel. Dit laatste wekte weer haar wantrou wen. Ze geloofde niet, dat Lord Purbeck en Lady Madge hem vriendelijk zouden ont vangen, als hij hun zou komen vertellen, dat hij haar in dat hol had opgesloten. Wanhopig schatte haar oog haar tegen stander. Ze begreep, dat ze het in een worsteling tegen hem zou afleggen, maar als ze er in zou slagen de tunnel te berei ken, zouden haar vlugge voeten het onge twijfeld van hem winnen. Maar de deur was gegrendeld, met zwa re, roestige grendels. Het was echter haar eenige kans en ze vloog op de deur toe. Den bovenste grendel had ze los en toen ze zich bukte naar den ondersten, floot een kogel langs haar oor en bleef zitten in het ruwe, eiken paneel. Wild van angst begon ze te gillen. Dat gillen kun je gerust laten, lachte Mapleton cynisch. Weg van die deur daar! Anders schiet ik hooger! Een oogenblik later greep hij haar bij de pols en sleurdè haar naar het andere eind van het hol, waar weer een andere deur toegang gaf tot een kleinere ruimte. Hij duwde haar naar binnen en sloot de deur. Met een beetje duisternis en eenzaam heid zullen we haar wel klein krijgen, en anders moeten we maar eens zien wat de honger kan doen, mompelde hy. Hij ging terug in zijn „laboratorium" en wijdde enkele oogenblikken zijn aandacht aan een porceleinen bak, waarin draden liepen uit de electrische batterij. Hij haalde er een paar metalen platen uit en dompelde andere in de vloeistof, waarmede de bak gevuld was. Daarop nam hy zijn electrische lantaarn, doofde de olie-lampen en aan vaardde den terug door de tunnel. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 5