Ruwe Handen, Ruwe Huid Purol Kath. Tuinbouwschool te Roelofarendsveen geopend Meerdere ontwikkeling opene een nieuwe toekomst 5)e inaCaed aan het yezm WOENSDAG 31 JANUARI 1940 OE l.EIDSCHE CWRANT DERDE BLAD - PAG. 12 REDE VAN DEN DIRECTEUR-GENERAAL Goede wenschen groote verwachtingen De Kath. Tuinbouwschool te Roelof arendsveen is gisteren geopend, ofschoon zij reeds geopend was. Langen tijd heeft men in onzekerheid verkeert of de school er zou komen, of niet zou komen, en, als zij er zou komen, waar zij dan wel zou komen. Maar toen, om in oorlogs-trant te spreken, de kogel eenmaal door de kerk was, en het gebouw gereed en de leer lingen aangenomen waren, toen bleek de opening de groote moeilijkheid. Telkens werd in de krant een andere datum ge noemd en het waren géén drukfouten totdat eindelijk, gisteren deze plechtig heid kon doorgaan. Intusschen had men, zij 't niet officieel, (maar toch ook niet onofficieel) de school maar geopend en in gebruik genomen, zoo dat gisteren feitelijk een open deur werd ingetrapt.. Er kon echter niet langer gewacht worden met het geven van onderwijs. De eerste opening heeft Zondag plaats gehad, toen de Pastoor van Roelofarends veen, de zeereerw. heer J. G. Onel, ge assisteerd door de beide parochie-kape laans, de weleerw heeren Betjes en Von Fisenne, de school heeft ingezegend. Na deze kerkelijke plechtigheid heeft de burgemeester van Alkemade, mr. J. W. Peek, in een uitvoerige toespraak het nut van het tuinbouwonderwijs aangetoond, vervolgens heeft Pastoor Onel de gemeente gelukgewenscht met de stichting van deze onderwijs-inrichting; de directeur der school, de heer A. J. Verkley heeft eenige behartenswaardige woorden gesproken tot ouders en leerlingen. Het lid van de Com missie van Toezicht, de heer Jac. de Jong heeft onthullingen gedaan uit de prae- historie der school en tenslotte heeft kape laan Von Fisenne de hoop uitgesproken, dat de leden van zijn jeugdorganisaties ook goede leerlingen van deze school zouden z«n. Bij de tweede opening, welke gisteren middag plaats vond, zijn eveneens veel mooie wenschen uitgesproken. Door ijs en sneeuw waren vele autori teiten naar de Veen gekomen, meer glij dend dan rijdend.-Op het dak van de school stond onze driekleur te klappertanden van de kou, maar onder het dak van dit insti tuut prijkten vele schoone lente- en zomer bloemen, gelijk bij de opening van een tuinbouwschool betaamt. De bijeenkomst werd bijgewoond door den directeur-generaal, ir. A. L. H. Roe- broek, prof. A. Cleophas, voorzitter van de onderwijs-vereeniging van den L.T.B., bur gemeester en wethouders van Alkemade, de heeren mr. J. W. Peek, J. J. de Koning en H. P. van der Poel, de gemeente-secre taris, de heer W. A. van Harteveld, de inspecteur van het tuinbouw-onderwijs ir. Van der Plasse, het bestuur van de kring „De Veenen" van de L.T.B. en van de Coöp. Veiling, de heer S. van Spronsen, afge vaardigde van Chr. B. en T.B., de zeereerw. heer Saraber, pastoor te Oude-Wetering, de beide kapelaans van Roelofarendsveen, de weleerw. heeren Betjes en Von Fisenne, de weleerw. heer Van der Kley, kapelaan te Nieuwveen en de weleerw. heer Van Vliet kapelaan te Noorden, de burgemeester van Leimuiden enz., de heer J. A. Bak huizen, de burgemeester van Uithoorn, de heer Koot, de rijkstuinbouw-consulent, ir Van der Helm, de leden van de commissie van Toezicht. Historisch overzicht door burgemeester Peek De burgemeester van Alkemade, mr. J. W. Peek, sprak een inleidend woord, Ir. A. ROEBROEK, directeur-generaal van den landbouw. waarin de voorgeschiedenis der school werd ontvouwd. Het is een traditie, aldus spr., die ik ook thans niet wil negeeren om bij een officieele opening het ontstaan der inrichting zy het dan ook vluchtig te beschrijven. Weest mij echter dankbaar dat ik niet alle verwachtingen en teleurstellingen, die elkander afwisselen, memoreer, want zulks zou een lange en dorre opsomming wor den die in dit blijde uur te veel de sombere jaren die achter ons liggen op den voor grond zou plaatsen. Zijn de mij verstrekte inlichtingen juist dan hebben de eerst be sprekingen over de stichting van een lagere tuinbouwschool in Roelofarendsveen plaats gehad in den winter van 1930 op 1931. Zij hadden tot resultaat dat de Vereeniging op 7 Maart 1931 aan het gemeentebestuur kon berichten: dat dooi bespreking met de ver schillende tuinbouworganisaties is komen vast te staan dat Roelofarendsveen de meest geschikte plaats van vesti ging is. Zij verzoekt verder haar een school gebouw en schooltuin ter beschikking te willen stellen. Reeds een goede week later machtigt de gemeenteraad van Alkemade. B. en W. de bouwplannen te ontwerpen. Eerst na ruim 14 maanden op 26 Mei 1932 kan de vereeniging mede deelen dat de Minister van Economische Zaken en Arbeid bereid is ee Rijkssubsidie te bevorderen voor een lagere Tuinbouwschool in Roelof arendsveen. Helaas, er was in die 14 maanden te veel veranderd. Het gemeentebestuur moet eenige dagen later schrijven, dat zij zich in verband met den economischen toestand waarin de gemeente is komen te verkeeren niet verantwoord acht nog dit jaar aan de stichting mede te werken. Zij hoopt zoo- dra de omstandigheden zich maar even ten gunste wijzigen op deze aangelegenheid terug te komen. In verband hiermede zal zij gaarne vernemen dat Roelofarendsveen in de toekomst aangewezen blijft voor stichting der tuinbouwschool. De vereeniging kon hiermede accoord gaan en schrijft op 14 Juni 1932: „wij stel len ons voor in uwe gemeente een lagere tuinbouwschool te stichten zoodra de eco nomisch omstandigheden hiervoor weder om de gelegenheid bieden." En hiermede was de tuinbouwschool van een 7-tal jaren van de baan. De zeven magere jaren waren voor den tuinbouw aangebroken. In plaats van te werken aan nieuwe plannen eischte de zorg voor het instandhouden van het zoo moeizaam verworvene alle aandacht van organisaties en overheid, maar tevens alle beschikbare geldmiddelen. En wanneer ik nu zeg dat 1939 een kentering bracht dan bedoel ik hiermede, niet dat in het afgeloo- pen jaar wederom 7 vette jaren zijn aan gebroken maar we dat reeds te voren ver nomen stemmer* krachtiger gingen klinken, stemmen die op koers verandering ten op zichte van den tuinbouwcrisis aandrongen. Het is hier de plaats niet om op dit punt dieper in te gaan. Ik wil slechts memo- reeren dat in Maart van het vorig jaar be kend werd dat wederom de mogelijkheid zou zijn opengesteld tot verkrijging van subsidie voor een eventueel op te richten tuinbouwschool. Besprekingen tusschen prof. Cleophas, plaatselijk bestuur v. d. L.T.B. en gemeentebestuur volgden spoedig. Was er in de jaren 1931 en 1932 lang onderhandeld zonder tot het gewenschte resultaat te geraken, thans verliepen de onderhandelingen vlotter. Reeds op 25 Augustus ontving de vereeniging de ver heugende mededeeling dal zijn Excellentie de Minister van Economische Zaken bereid was te bevorderen dat een Rijkssubsidie zal worden verleend. Thans lieten vereeniging en gemeente zich niet meer indachtig de ervaring in het verleden door economi sche of politieke omstandigheden beinvloe- den. En al drongen in die dagen de donker ste wolken zich boven ons werelddeel sa men, zij konden niet verhinderen dat reeds een zestal weken later de voorbereidingen zoover waren gevorderd dat op 18 October de raad kon besluiten de gemaakte plannen te aanvaarden en een subsidie van ongeveer 800.per jaar toe te staan. De omstandigheid dat onder billyke voor waarden een geschikt pand voor school en woning voor het hoofd kon worden ver kregen deed het fiat op het raadsbesluit dezer, noodlijdende gemeente binnen enkele dagen afkomen. En zoo staan wij thans na een voorbe reiding véin een goed half jaar, daar zij voortvarendheid van architect en aannemer voor de officieele opening dezer inrichting. De burgemeester dankte vervolgens allen, die aan de totstandkoming der school hun medewerking hadden verleend: den direc teur-generaal en diens ambtenaren, de commissie van toezicht, tot de onderwijs- vereeniging van den L.T.B., in het bijzonder prof Cleophas. Tenslotte verzocht spr. den directeur-generaal de school te willen openen. Openingswoord van den directeur-generaal De directeur-generaal, ir Roebroek, zeide, dat het hem tot groote dankbaarheid stem de, in dezen oorlogstijd te mogen zyn bij de opening van een tuinbouwschool. Roelofarendsveenen de tuinbouw school! Reeds jarenlang leefde in deze streek het verlangen naar zulk een school. Daarin werd gezien een van de middelen om deze streek vooruit te brengen. Ook spr. volgde de pogingen tot oprichting met warme belangstelling. Roelofarendsveen is het onderwerp van regelmatig overleg geweest tusschen den Minister, den inspecteur en spr. Wij zagen de noodzaak in van steunverleening, doch ook waren wij overtuigd, dat de tuinbouw- steun door de regeering gegeven niet tot een krachtigen tuinbouw leiden kan. Niet de regeeringssteun moet het dagelyksch gesprek tusschen de tuinders zijn, maar de vooruitzichten, die nog resten. Er werd zooveel over Roelofarendsveen gesproken, gerapporteerd en geschreven, dat wij tot de conclusie kwamen: laat ons beginnen met een practische daad. Deze eerste daad was de benoeming van ir. Van der Helm tot consulent, omringd door goe de medewerkers en helpers. Het weten schappelijk onderzoek, eenmaal ingezet, vraagt telkens om oplossing van nieuwe moeilijkheden. Zoo hier de verwelkings- ziekte van augurken, het steengrauw in de snijboonen, de juiste verhouding in de voe dingstoffen voor de drie voornaamste pro ducten van deze streek. Spr. heeft met vreugde vernomen, dat de interesse voor meerdere ontwikkeling stij gende is. De avond-cursussen zijn goed be zet. Dat geeft moed, dat ook deze school aan haar roeping zal kunnen beantwoorden. De beteekenis van deze school is, aan den tuinder een breeder algemeene ontwikke ling en dieper vakkennis te geven, om aan de natuurlijke toewijding van dezen nij- veren stand nieuwe stuwkracht te geven. Spr. bracht hulde aan de onderwijs- vereeniging van den L.T.B. aan de ge meente, en had de beste verwachtingen van het onderwijs, dat op deze school zal wor den gegeven, omdat de antecedenten van den directeur deze verwachtingen recht vaardigen. Na een woord gericht te hebben tot de leerlingen, gaf spr. tenslotte de verzekering van zyn blijvende medewerking. TIJDENS DE OPENING: van Ln.r. prof. Cleophas, ourgemeester Peek, pas- ïoor Saraber, ir. Van der Plasse, de heer M. P. van der Weyden en ir. Van der Helm. Met den wensch: dat onder Gods zegen deze school aan de Venen tot welvaart moge stekken, verklaarde spr de inrichting geopend. Mededeeling werd gedaan, dat bericht van verhindering hadden gezonden notaris Lohman, pastoor J. Lips en de heeren D. J. de Kok en Zwartelée. Kamerlid Van der Weijden over emancipatie van boeren en tuinders. De volgende spreker was het lid der Tweede Kamer, de heer M. P. van der Weyden. Spr. noemde deze school eer nieuwe mijlpaal in de geschiedenis van Kath. land- en tuinbouwonderwijs, voor al in dit gewest. In de groote leemte aan dit enderwijs is de laatse jaren veel voorzien. Na de landbouwschool te Voorhout krijgt deze provincie thans een Kath. tuinbouw school. Spr. acht dit 'n voorrecht voor hen, die hier hun opleiding zullen ontvangen. Op neutrale scholen mist men de kath. grohdleggende gedachten. Maar bovendien moeten we zorgen, dat onze jongelui op geen enkel gebied, ook niet op technisch terrein, achter zouden staan bij anderen. By de bezetting van nieuwe gronden en be drijven, waar men in de practijk nu al reeds bepaalde eischen stelt, zouden onze menschen achter komen te staan. Mogelijk zal er ook een taak zijn weg gelegd, indien we weer eens rustiger tij den mogen beleven in verband met de emi gratie, omdat ondernemingsgeest en durf woraen aangekweekt. De school moet en kan ook een middel punt voor de geheele streek worden, voor nieuw en stimuleerend leven. Het is de verdienste van onze kath. land en tuinbouwscholen, dat zij medewerken aan de emancipatie van den boeren- en tuindersstand. Dat wij er aan medewerken om een kern van boeren en tuinders te krijgen die rechten en verplichtingen kent en die straks in de desbetreffende organi saties. de plaatsen in kunnen nemen van de cudere pioniers die de weg bereid hebben in zeer moeilijke omstandigheden. Zij zullen in de toekomst hun plaatsen moeten innemen met een gerechtvaardigde standsfierheid in de overtuiging, dat de agrarische bevolking het meest onmisbare deel vormt van ieder volk, zonder daar on- noodig prat op te gaan. Zij zullen er ook met recht op kunnen wijzen, dat de tuinbouw niet alleen met richtlijnen tot efficiente bedrijfsvoe ring gebaat is, doch ook reddingslijnen noodig heeft in den vorm van zoodanige prijzen dat daaruit een redelijke belooning van hun arbeid volgen kan. Want wij weten, dat de welvaart van de tuinbouwers, behalve van Gods zegen en de wisselvalligheden van de natuur nog van tal van andere factoren afhankelijk is dan van een grondige kennis van de landbouw wetenschap alleen en dat daarom deze be volking zich ook als staatsburgers moeten doen gelden by de beinvloeding van de openbare meening. Het is dus een breed veld waarop de leerlingen der school in de toekomst zullen moein arbeiden, veel breeder dan de ak kergrond, welke zij spitten en voor dit al les is ook een zekere algemeene ontwik keling noodig. Zij zullen by dit alles voorop moeten stellen, in toepassing te brengen de grond beginselen der kath sociologie zoowel voor hen zelf als wel ter zake van anderen. Welnu om dit alles tot verwezenlijking te krengen, hieraan kan de kath. land bouwschool een belangrijke bijdrage leve ren en daarom komt het my voor, dat de opening dezer school een gebeurtenis van groote beteekenis is voor ons gewest. De jonge tuinders moeten zóó bekwaam, zóó flink en karaktervast worden opge voed, dat ze voor niemand onder doen en de kath. levensovertuiging diep in him hart gegrift hebben. Don kunnen zij in volle gerustheid het leven aanvaarden. Daaraan mede te werken en een belang rijke bijdrage te leveren in samenwerking met de ouders is de schoone taak van de directie en leiding der nu geopend tuinbouw schooL Spr. voegde hieraan den hartgrondigen wensch toe, dat dit onderwijs rijke vruch ten moge dragen en de ouders de belang rijkheid hiervan van den aanvang af zullen inzien. Als twee honden vechten. Burgemeester Bakhuizen van Leimuiden, mede sprekend namens burgemeester Koot van Uithoorn, drukte zijn vreugde uit over de oprichting van de school in deze ge meente. Voor de beslissing was gevallen, is achter de schermen een buitengewoon felle strijd gestreden en Roelofarends veen heeft gezegevierd. Spr. heeft wel eens overwogen, gedachtig het spreekwoord: als twee honden vechten om een been, of hij niet zou trachten in het neutrale Lei muiden de school gevestigd te krijgen! Spr. uitte ten slotte zijn beste wenschen voor deze schooL Wat ouderen beseffen. I>e heer C. Huigsloot uit R'veen bracht dank voor de stichting van deze schooL Wy ouderen, aldus spr., beseften heel goed wat het beteekent, als men in zijn jonge jaren niet voldoende onderricht heeft ge kregen. Verschillende problemen doen zich voor, als moeheid van grond e.d., welke de tuinders zonder onderricht niet kunnen verhelpen. Spr. hoopte, dat de school in alle opzichten zou voldoen aan de ver wachtingen. Een stem uit Ter Aar. De heer Volgering, wethouder van de ge meente Ter Aar, verontschuldigde den bur gemeester, die verhinderd was. Spr. bood zyn oprechten geluk wenschen aan by de totstandkoming, dezer school. Er is gezin speeld op strijd. Spr. heeft buiten dien stryd gestaan, hoewel het hem bekend was welke gemeente mede in dien strijd was •betrokken! Spr. hoopt, dat de school zoo zal groeien en bloeien, dat Ter Aar er jaloersch op zal zijn en tot prikkel moge dienen, om ervoor te ijveren, dat ook Ter Aar een tuinbouwschool krijgt. Bij voor baat kan spr. de verzekering geven, dat het gemeentebestuur daarbij zijn volle medewerking zal geven. Ter Aar wenscht niets liever dan dat deze school moge groeien en bloeien. Toespraak prof. Cleophas. Een school Is geen deelbaar goed. Prof. Cleophas had van zyn voorganger spannende verhalen vernomen over de moeilijkheden van het oprichten van de ze soort scholen verbonden. Ofschoon spr. zijn voorganger niet van onwaarheid wilde betichten, toch moest hij bekennen geen spannende geschiedenissen te hebben •medegemaakt. De moeilijkheden bij de op richting dezer school waren zoo gering, dat het eigenlijk geen kunstje meer is een school te stichten, vooral als Den Haag „ja" heeft gezegd. Het is voldoende bekend, dat door de organisatie alles vor de Venen is gedaan wat mogelijk is. De stichting van deze school is een poging om deze streek op nog andere wijze te helpen, dan door steun op het gewas. Het is waar: deze streek is in tweeën te verdeelen, maar als er maar één sohool beschikbaar is, kan men die niet in tweeën verdeelen. Dat is de kern van de moeilijkheid: twee centra, één school. Door den burgemeester is reeds gememoreerd, dat RoelofaTends- vene eigenlijk reeds oude rechten had. Wat verder kan gebeuren, weten we na tuurlijk nog niet. Het is crisis. Goede wil is volledig aanwezig, maar als men staat voor onvermogen is er verder niets aan te doen. Het voornaamste is nu maar, dat de sohool rijke vruchten moge dragen. Spr. zeide, dat het verleden van den beer Ver kley waarborg is, dat hij zijn schouders onder deze school zal zetten en er een centrum van zal maken voor deze streek. Spr. vertrouwt, dat de eerste serie leer lingen, die van deze school zullen komen, een puike serie zal zijn. Want de goede naam van de school moet onmiddellijk ge vestigd worden. Spr. uit den goeden wensch: dat deze gangmakers de rykste vruchten mogen plukken. Wanneer zy de goede naam van deze school vestigen, zal de drang naar dit onderwijs sterk toene men. Leerlingen uit verschillende plaatsen zijn aanwezig. Dat ook uit die streken, waar men ook veel belangstelling voor dit on derwijs toont, vele leerlingen zullen komen. Doch laat het niet zoo'n wedloop worden, dat de jongens van Roelofarendsveen te laat komen! Spr. vertrouwt, dat de school binnen korten tijd te klein zal zyn. Spr. hoopt, dat, mede door deze school, de toe komst zooveel mogelijkheden opent, dat de mislukking van het eene weer nieuwe mo gelijkheden zal bieden. De directeur op zijn stokpaardje. De directeur der school, de heer A. J. Verkley vertelde, dat hij in Nieuwerkerk a. d. IJssel een geliefde betrekking achter liet, maar hij kon zich nu geheel wijden aan zijn „stokpaardje", het tuinbouwonderwijs. Spr. verklaarde van eenigen stryd niets af te weten. Alle leerlingen van de geheele streek zijn hier van harte welkom. Spr. zegde zijn volle kracht toe om de belan gen van de Venen te dienen. Burgemeester Peek sprak een kort slot woord, in 't bijzonder zich richtend tot de leerlingen. Hiermede was deze plechtigheid ten einde. KATHOLIEK COMITÉ VAN ACTIE „VOOR GOD" „Zoolang aan den huiselijken haard de heilige vlam nog straalt van het geloof in Christus en zoolang de ouders het leven van hun kinderen in overeenstemming brengen met dit geloof, zal de jeugd steeds bereid zijn den Verlosser te erkennen met zijn koninklijke voorrechten, en zal de jeugd zich verzetten tegen hen. die den Verlosser willen verbannen uit de maatschappij". Paus Pius XII. Encycliek „Summi Pontificatus"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1940 | | pagina 12