Het petroleum
front
Acac;inienieuws
RECHTZAKEN
Laatste berichten
BIOSCOPEN TE LEIDEN
DINSDAG 23 JANUARI 1940
DE LEIDSCHE COURANT
EERSTF BLAD - PAG. 3
Zie Stadsnieuws pag. 11
EEN BEZOEK AAN HET ROEMEENSCHE
PETROLEUMGEBIED.
Rond de petroleumgebieden schijnt
zich meer af te spelen dan rond het
Westfront. De factor .petroleum"
„speelt" inderdaad een groote rol, en
wanneer er geen petroleum bestond,
zou de kaart van Europa er wellicht
geheel anders uitzien.
En vanaf den dag, waarop men een
degelijk Ersatz-middel voor petroleum
zou bezitten, zou ook de diplomatie in
geheel andere banen worden geleid.
Het is niet geheel en al juist om van een
„petroleumkwestie" te spreken. Petroleum
is maar een product van de grondstof
aardolie; en daar gaat het om. Uit deze
aardolie worden namelijk benzine, stook
olie, petroleum, parafine, asphalt en nog
verschillende andere producten vervaar
digd, zoodat het bezit van de aardolie een
wereldmacht beteekent.
Toch werd het groote tijdperk van de
aardolie eerst in 1859 ingeleid bij de eer
ste aardolieboring in de Vereenigde Sta
ten.
Petroleum is bijna in alle landen te vin
den, maar niet voldoende om overal ge
ëxploiteerd te worden. De exploitatie is
feitelijk beperkt tot Noord-, Midden- en
Zuid-Amerika, Zuid-Rusland,, Roemenië,
Perzië en Nedcrlandsch-Indië, De voor-
namste uitvoerhavens zijn Richmond, Phi
ladelphia, Vera Cruz, Tampico, Odessa, Ba-
toem, Costanza en Rangodn. Door de ge
beurtenissen van den laatsten tijd en voor
al van de laatste dagen, is het petroleum-
gebiëd van Rcemenië weer in het middel
punt der belangstelling gekomen.
De Roemeensche petroleum.
De Roemeensche petroleumvelden strek
ken zich uit over een gebied van 120.000
Hectare, en zij liggen vanaf de Zuidelijke
en Oostelijke hellingen der Karpathen tot
aan de Boekowina.
Reeds eeuwen lang wist men, dat hier
petroleum te vinden was, maar zij werd
eerst aangeboord toen in Amerika succes
volle exploitatiepogingen waren onderno
men, en men tegen het einde van de ne
gentiende eeuw begon te beseffen, welke
een enorme macht de petroleum zou kun
nen worden. In 1908 stond Roemenië reeds
op de vierde plaats van de petroleumlan-
den.
Een reis van Boekarest naar Campina,
Moreni en Bustenari geeft ons onmiddellijk
een goede voorstelling van de enorme rijk
dom van het Roemeensche landschap. Uit
de vruchtbare akkerlanden rijzen de aard
olietorens omhoog. Hier en daar liggen de
boortorens zoo dicht naast elkaar, dat zij
haast niet meer te tellen zijn. Langs de to
rens loopen de railsen, waarop groote
tanks wachten, die met aardolie worden
volgeladen, Toch wordt slechts een ge
deelte van de aardolie per trein vervoerd.
Een zeer groot gedeelte namelijk wordt
met groote buizen rechtstreeks naar Giur-
giu geleid aan de Donau, vanwaar de tank
schepen de kostbare lading overbrengen
naar Costanza aan de Zwarte Zee
Als het geologisch onderzoek naar de
aanwezigheid van petroleum eenmaal voor
bij is, dan is het aanboren een tamelijk
eenvoudige technische aangelegenheid ge
worden.
In de boorgaten, die aan de Zuid-Oost
helling van de Karpathen soms 3000 Me
ter diep zijn, loopt een schepbuis, die en
kele honderden liters aardolie kan bevat
ten. De arbeiders zijn alleen noodig, om
de machines in de boortorenhuisjes op gang
te houden.
Er is alleen veel personeei' noodig, wan
neer zooals in het jaar 1910 een bron
zóó rijk blijkt te zijn, dat de petroleum-bo
ven de aarde opspuit en het omliggend ge
bied overstroomd. Dan moet in allerijl een
dam worden aangelegd, om de omgeving
te beschermen.
Over het Roemeensche petroleumgebied
ligt nog een sprankel van de goudgravers-
romantiek. Wie in Campina uit de trein
stapt en zich eerst verbaast over de kleine
vuile huizen, verwondert zich dan plotse
ling over verschillende patriciërswoningeri.
Het zijn de woningen van de petroleum-
magnaten, en deze woningen zijn even ka
rakteristiek voor het petroleumgebied als
de restaurants, waar de arbeiders zich na
het werk verzamelen Woorden in velerlei
talen verraden, dat avonturiers uit alle
landen naar Roemenië zijn samengestroomd
om de geheimzinnige macht van de pe
troleum te dienen.
Roemenië lost het probleem
alleen niet op.
Ondanks de rijke aanblik van de Roe
meensche petroleumvelden, ondanks de
prachtige statistieken over de productie,
ondanks het groot-kapitaal dat zich hier
voor interesseert, mag men niet uit het
oog verliezen: Roemenië kan de petroleum
kwestie voor Duitschland niet oplossen.
Duitschland heeft volgens schattingen ieder
jaar tien tot vijftien millioen ton petro
leum noodig. Dit kan gemakkelijk meer
worden, wanneer de strijd eenmaal goed is
ontbrand. Tanks en gemotoriseerde eenhe
den verslinden petroleum. Wanneer men
de Duitsche petroleumproductie samenvat
met de productie van de onlangs verover
de Poolsche gebieden, en daaraan de ver
schillende petroleum-Ersatzen aan toe
voegt, dan beschikt Duitschland elk jaar
over ten hoogste vier millioen ton.
Roemenië heeft een petroleumexport van
ongeveer vijf millioen ton per jaar, en hier
van gaat nog geen twee millioen ton per
jaar naar Duitschland. Zelfs in geval
Duitschland de Roemeensche petroleum-
gebieden zou veroveren, zou het nog niet
genoeg hebben, om in de behoeften van het
leger te voorzien.
Hoe moet dit deficit gedekt worden?
Er is maar een enkele mogelijkheid: Sov
jet-Rusland. Maar ook hier staat men voor
een raadsel. Niemand weet, wat Rusland
precies produceert en wat Rusland noodig
heeft. In Augustus roemde het Derde Rijk
over de economische steun van Sovjet-Rus
land, maar volgens indirecte aanwijzingen
heeft dit alle teleurstellingen.... overtrof
fen!
Volgens het Engelsche blad „Economist",
dat in pelroleurnkwesties een groot aan
zien heeft, is de Russische petroleumpro
ductie gestegen van 9 millioen ton in 1913
tot 14 millioen ton in 1929 en tot 30 mil
lioen ton in 1938.
Het merkwaardige van het geval is ech
ter, dat de Russische petroleum-uitvoer ge
daald is van 5 millioen ton in 1931 tot 1.2
millioen ton in 1938. Een verklaring hier
voor zoekt men in het feit, dat Sovjet-Rus
land 500.000 tractors voor de landbouw in
gebruik heeft genomen, en bovendien in
de toenemende behoeften van het Roode
Leger. Ook de strijd in Finland kost Sov
jet-Rusland enorm veel petroleum, en men-
is van Rusland nu eenmaal jiiet gewoon,
dat het datgene weggeeft, waaraan het zelf
behoefte heeft.
Het petroleumprobleem voor Duitsch
land is nog niet opgelost, nóch door de
houding van de Roemeensche regeering,
nóch door toezegging van de Sovjet-Rus
sische regeering.
LEIDEN. Geslaagd:
Doctoraal examen Wis- en Natuurkun
de, hoofdvak Pharmacie: mej. G. A. Lef-
fers, Leiden;
Doctoraal examen Geneeskunde: mej.
M. L. de Best, Oegstgeest; en de heer
H. Wijzenbeek, Rotterdam.
HAAGSCHE RECHTBANK
RIJWIELDIEFSTAL AAN DEN
LOOPENDEN BAND.
Een jaar gevangenisstraf geëischt.
Voor de Haagische rechtbank had zich
hedenmorgen te verantwoorden A. B. af
komstig uit Leiden zonder vaste
woon- of verblijfplaats en thans gedeti
neerd in het Huis van Bewaring, terzake
diefstal van diverse rijwielen.-
Zoo gaf hij thans volmondig toe een rij
wiel te Wassenaar en drie rijwielen In
Den Haag te hebben weggenomen.
Op een vraag van den Officier zeide hij
ook te Rotterdam nog vier rijwielen te heb
ben ontvreemd. Verder zeide hij nog, dat
hij geen verdediger had willen hebben,
want dat zou hem toch niet veel helpen,
temeer niet daar hij reeds diverse veroor
deelingen achter den rug heeft wegens
diefstallen o.a. te Utrecht, Amsterdam en
Den Haag.
De Officier van Justitie vond, dat ver-
diachte thans geheel op den verkeerden weg
is. De straffen, di3 hij reeds heeft onder
gaan, hebben blijkbaar geen indruk op
hem gemaakt. Men kan in armelijke om
standigheden verkeeren, maar dat is nog
geen reden om links en rechts rijwielen te
gaan stelen.
Een flinke straf is hier op zyn plaats en
rekening houdende met de veroordeeling
die verdachte nog wel te Rotterdam zal
krijigen wegens de vier gestolen rijwielen
daar ter plaatse, eischte spr. thans een ge
vangenisstraf voor den tijd van een jaar.
Verdachte had niets meer tot zijn ver
dediging aan te voeren, waarna de uit
spraak bepaald werd op over 14 dagen.
EEN HELER, DIE DEN STELER BESTAL
Een jaar gevangenisstraf geëischt.
Daarna had zich wegens heling te ver
antwoorden J. N. v. d. B. afkomstig uit
Leiden laatst wonend in Den Haag en
thans gedetineerd ir het Huis van Bewa
ring.
Hij had met de vorigen verdachte ken
nis gemaakt in een café. Daarbij had hij
uit doen komen, dat er met het stelen van
rijwielen wet wat te verdienen was. Als
B. het aandurfde, dan wist hij wel een
gaatje om ze van de hand te doen. Deze
influisteringen hadden B. er toe bewogen
om er op uit te gaan. Inderdaad was hij
toen met een gestolen rijwiel naar v. d. B.
gegaan, die het wel zou verkoopen, het
geen geschiedde. Toen B. hem later ergens
in een café aantrof was zijn „vertegen
woordiger" al aardig op weg om de ont
vangst van het verkochte gestolen rijwiel
in sterken drank om te zetten.
Op een vraag hoeveel het rijwiel opge
bracht had, zeide v. d. B. „niet meer dan
een knaak", en overhandigde de helft, zijn
de 1.25 aan B. Deze vertrouwde zijn maat
niet erg en ging eens hier en daar kijken
en informeeren met als resultaat, dat hij
er achter was gekomen, dat hij door zijn
collega bedroegen was.
Dit deed v. d. B. thans geen goed, want
B. legde een zeer verzwarende getuigenis
af tegen zijn collega, en verklaarde, in te
genstelling met v. d. B., die alles ontken
de, dat V. d. B. wel degelijk wist, dat het
rijwiel van diefstal afkomstig was', want hij
had het hem pertinent gezegd.
Bij den diefstal van een ander rijwiel
had v. d. B. op een afstand staan toekijken,
maar dit rijwiel wilde hij niet verkoopen
vanwege de minderwaardigheid ervan. Wel
wilde hij de dynamo met lantaarn hebben
om te verkoopen, welke hij ook inderdaad
verkocht heeft.
Mocht v. d. B. zijn „maat" dan niet pre
cies de helft gegeven hebben van de op
brengst van het rijwiel, de officier deed
zulks wel, want evenals tegen B. eischte
hij ook tegen dezen verdachte een gevan
genisstraf van een jaar.
Uitspraak over 14 dagen.
Binnenland
DE PRINS IN DEN RAAD VAN STATE.
Z. K. H. Prins Bernhard heeft vanmiddag
de vergadering van den Raad van State
bijgewoond.
DE BEMANNING VAN DE ARENDS-
KERK BEHOUDEN IN HET VADER
LAND TERUG.
Kapitein Wijker en zijn lotgenooten van
de „Arendskerk" zijn vandaag uit Brussel,
waar zij overnacht hebben, in ons land
teruggekeerd.
Vanochtend vroeg kwam het gezelschap
in Roosendaal aan. Hier voegde de heer
Trapman, de directie van de Vereenigde
Nederlandsche Scheepvaart Mij. vertegen
woordigende, zich bij hen. De meesten hun
ner stapten in Rotterdam uit den trein.
Ongeveer twintig man en kapitein Wijker
nooren daar thuis. De hoofdmachinist Zee
man reisde doör naar Amsterdam en in
Den Haag verlieten de heeren Oosterhuls,
eerste stuurman, Roodenrijs, tweede stuur
man en Vonk, de kok van de „Arendskerk"
den trein. De laatste woont in Den Haag,
de beide anderen stapten over in den trein
naar Haarlem; waar zij wonen.
De beide stuurlieden waren wel wat ver
baasd over de belangstelling, die men in
ons land voor hun avonturen had getooond.
Vooral in Parijs waren dj het' het voor
werp geworden van journalistieke belang
stelling. „Zij hebben ons nog gefotogra
feerd bij het graf van den Onbekenden
Soldaat", zeiden zij. „En vannacht om drie
uur in Brussel kwam er nog een foto
graaf ons opzoeken", vertelden zij nog.
Wij hebben het den heeren daarom maar
niet moeilijk gemaakt en met een „wel
thuis" afscheid van hen genomen.
MAN EN VROUW BEWUSTELOOS IN
HUN WONING TE WEESP
GEVONDEN.
Benzine-dampen de oorzaak?
Het parket uit Amsterdam, bestaande
uit den rechter-commissaris, mr. G. Lan-
gemeyer, den waarnemend substituut-offi
cier van justitie, mr. Deyserinck, verge
zeld van den politie-deskundigen, den heer
C. J. van Ledden Hulsebosch, hebben van
middag een onderzoek ingesteld naar een
mysterieus ongeluk, dat vanmorgen in een
woonhuis te Weesp is ontdekt.
Het woonhuis is gelegen naast de gara
ge van den heer -K. Vanmorgen vroeg
werden in het woonhuis een man en een
vrouw in diep bevusteloozen toestand
aangetroffen. Achter het huis strekt zich
het terrein uit van de garage en achter
de woning van de beide menschen, die
vanmorgen bewusteloos werden gevonden,
bevindt zich een kuil, waarin afgewerkte
resten benzine worden geloosd. Het is niet
onwaarschijnlijk, dat benzineldampen on
der den vloed door de woning zijn binnen
gedrongen, De beide slachtoffers zijn naar
het binnengasthuis te Amsterdam ver
voerd.
WEER EEN WADDENVLUCIIT VAN
DE K. L. M.
Vanochtend heeft wederom een K .L. M.-
vliegtuig bestuurd door Parmentier, post
.naar Schiermonnikoog gebracht. Het toe
stel landde om 10.45 uur en steeg om elf
uur weer op met post en twintig passa
giers, waarvan zeventien met bestemming
Ameland en drie voor Schiphol. Het weer
was mistig.
K.L.M.-VLIEGTUIG „XEMA" OP
AMELAND GELAND.
Het K.L.M.-vliegtuig „Xema", bestuurd
door Parmentier, is vanmiddag omstreeks
half een, komende van Schiemonnikoog op
Ameland geland.
Aan boord was post van vier dagen en
een zeventiental passagiers. De hoeveelheid
post was zoo groot, dat twéé boeren
wagens noodig waren om haar te ver
voeren.
Van het eiland werden op de terugreis
naar Schiphol drie passagiers mede ge
nomen.
Buitenland
LEGERBERICHTEN.
PARIJS, 23 Jan. (A. N. P.). Het Fran-
sche ochtendlegerbericht luidt:
„Ten Westen van de Vogezen is een
vijandelijke overval met verliezen voor
den vijand verijdeld."
BERLIJN, 23 Jan. (A. N. P.). Het opper
bevel van de weermacht maakt bekend:
In het grensgebied ten Zuid-Oosten van
Firmasens maakte een verkenningsafdee-
Jing zonder eigen verliezen eenige gevan
genen. De vijand had bovendien verschei
dene dooden.
De marine heeft ook de laatste weken in
de Noordzee, den Atlantischen Oceaan en
de Oostzee met succes handelsoorlog ge
voerd. De activiteit der mijnenvegers en
voorpostbooten werd eveneens stelselmatig
voortgezet.
DE OOGST VAN DE AFGELOOPEN
WEEK.
Vier Britsche en II neutrale schepen
tot zinken gebracht.
LONDEN, 23 Jan. (A.N.P.) Vandaag
wordt medegedeeld, dat in de week, ein
digende 21 Januari te middernacht, vier
Britsche schepen (met een totale tonnage
van 23.843) en 11 schepen (35.245 ton) als
gevolg van de actie van den vijand tot
gebracht.
Tot 17 Januari hebben in Britsche con-
vooien 6.872 Britsche geallieerde* en neu
trale schepen gevaren. Daarvan zijn slechts
14 schepen verloren gegaan.
In de week eindigende 21 Januari heeft
Duitschland drie koopvaardijschepen ver
loren, n.l. de „Albert Janus" (1598 ton),
die door een Fransch oorlogsschip op 15
Januari by Finistere was opgevangen en
door de eigen bemanning was tot zinken
gebracht de „August Thyssen" (2342 ton),
welk schip, naar gemeld is, ter hoogte van
Stockholm op een Zweedsche mijn is ge-
loopen en gezonken en de „Phaedra" (619
ton), welk schip door een Britsch oorlogs
schip is buitgemaakt en in een haven aan
de Zuidoostkust is binnengebracht.
DE LUCHTAANVALLEN IN FINLAND.
HELSINKI, 23 Jan. (A. N. P.). De be
drijvigheid der Russische luchtmacht was
gisteren vrij gering in verband met de
weersomstandigheden. Niettemin hebben
de russen in het Zuid-Westen het Noor
den van Finland luchtaanvallen gedaan.
Zij hebben ongeveer 401) bommen laten
vallen. In de verschillende aangevallen
plaatsen zijn 917 gebouwen verwoest of
beschadigd, terwijl drie personen ernstig
gewond werden.
DE MESSAGERO OVER DE
HULPVERLEENING AAN FINLAND.
ROME, 23 Januari. (A.N.P.) Erkend
moet worden, dat de solidariteit der we
reld door de Finsche zaak tot dusver nog
weinig practische resultaten heeft opgele
verd, schrijft de bijzondere correspondent
van de „Messagero" te Helsinki, Het is dui
delijk, dat leeningen en ambulance Fin
land niet in staat zullen stellen, het tegen
den formidabelen overweldiger uit te hou
den. Wij loopen nu naar het einde van de
tweede oorlogsmaand in Finland, maar
zelfs niet de meer rechtstreeks betrokken
landen -als Zweden en Noorwegen zij ertoe
gekomen positieve pogingen te doen. Wel
iswaar verschaffen Zweden en Noorwegen
aan Finland levensmiddelen en ander ma
teriaal, verstrekken zij het financieelen
steun en hebben zij eenige duizenden vrij
willigers naar Finland laten vertrekken,
maar dat alles is niet voldoende. De Fin
sche leiders zijn van meening, dat vooral
de Scandinavische landen, indien men het
Finsche volk wil redden, zonder tijd te
verliezen, zich veel grootere inspanningen
moeten getroosten. De Russische overval
op Finland betreft rechtstreeks ook geheel
Scandiravi", want de ambities van Moskou
blijven niet tot Finland beperkt.
DE RAMP VAN DE „ORAZIO".
Relaas van dc twee geredde Nederlanders.
GENUA, 23 Jan. (A.N.P.) Hedenmorgen
is de „Conté Viancha Mano" met een groot
aantal van de passagiers en opvarenden,
gered van de „Orazio" aan boord, tc Ge
nua aangekomen.
Een speciale verslaggever van het A.N.P.
heeft zich aan boord van do „Conté Vian
cha Mano", welk schip van Bombay
kwam en zijn koers heeft moeten wijzigen,
om in de Golf van Lyon aan de redding
der schipbreukelingen van de Orazio" deel
te nemen, begeven, waar de beide geredde
landgenooten, de heeren J. W. Garschagen
en G, Wilmonjit, beiden uit Amsterdam,
onmiddellijk bereid waren bijzonderheden
over den ramp mede te deelen.
Onze beide landgenooten hadden slechts
een bundeltje over, een droevig overschot
van de groote bagage, welke geheel verlo
ren is gegaan. Gelukkig verkeerden zij in
goeden welstand, dank zij ook de voor
treffelijke zorgen, welke zij aan boord van
de „Comte Viancha Mano" kregen.
De heer Garschagen, die in dienst is van
de K.L.M. en naar Trinidad terugkeerde,
vertelde, dat hij Zondagmorgen omstreeks
vier uur werd gewekt. Het licht ging uit,
doch gelukkig had hij een zaklantaarn bij
zich. Toen hij zijn hut verliet, bemerkte de
heer Garschagen door de rook, dat er
brand aan boord was. Hij keerde direct
naar zijn hut terug en met eenige moeite
kreeg onze landgenoot zijn reddingsgordel
te pakken. De heer Garschagen vond nog
gelegenheid andere passagiers attent te
maken op de reddingsgordels. Voorts
waarschuwde hij verschillende opvaren
den, die nog rustig In bed lagen, zich van
geen gevaar bewust. Gekleed in pyama en
badmantel spoedde de heer Garschagen
zich aan dek. Gelukkig was er van een
paniek geen sprake. De rook was echter
buitengewoon hinderlijk en natuurlijk was
er ook gedrang onder de talrijke passa
giers, van wie menigeen niet wist, wat hij
moest doen. Een paar booten werden uit
gezet, doch de zee was zóó onstuimig door
den sterken wind, dat enkele inzittenden
door verkeerde manipulaties te water ge
raakt zijn. Toch waren het maar weinigen,
die getracht hadden het schip met sloe
pen te verlaten, het grootste deel bleef aan
boord en zocht op de dekken zooveel mo
gelijk bescherming tegen de felle koude en
den scherpen rook.
Om twaalf uur kwam het eerste vlieg
tuig over en dit deed de hoop op spoedige
redding uit den benarden toestand herle
ven. Des middags vonden do heeren
Garschagen en Witmondt, die elkaar toe
vallig vóór het vertrek uit Genua bij dc
douane hadden leeren kennen, elkaar te
rug. Men kan begrijpen, dat dit weerzien
vreugdevol was. Gezamenlijk wachtte men
de verdere gebeurtenissen af. Prettig was
de toestand evenwel niet: spijzen en dran
ken waren niet te verkrijgen. Gelukkig
kon wel water verstrekt worden. Sigaret
ten raakten 'op en om er den moed in te
houden deed men tenslotte om de beurt
een trekje. Vele van de passagiers waren
zeeziek.
Tegen vier uur in den middag kwam er
een Fransch oorlogsschip opdagen en on
middellijk werden er sloepen uitgezet. Hpt
baarde eenige verwondering, dat er niet
meer hulp uit Toulon was gekomen. Ten
slotte daagde de „Comte Viancha Mano"
en enkele andere Italiaansche schepen op,
zoodat de redding kon beginnen. Eerst om
streeks middernacht zaten de beide landge
nooten in een sloep. De heer Witmondt
had zich tevoren van zijn zwemgordel moe
ten ontdoen daar deze half verbrand was.
Door vonken had hij ook een brandwondje
op het voorhoofd gekregen, doch deze bles
sure was van geen beteekenis.
17 GEWONDEN BIJ EEN
TREINBOTSING IN SPANJE.
MADRID, 23 Januari (A.N.P.) Bü een
botsing te Barcelona tusschen een ver-
trekkenden en een aankomenden trein zijn
zeventien reizigers gewond geraakt.
NA HET OVERLIJDEN VAN MOTTA.
BERN, 23 Januari. (A.N.P.) Vanochtend
is de Bondsraad bijeengekomen om den
toestand, ontstaan door het overlijden van
Motta, te bespreken en schikkingen voor
de plechtige uitvaart te treffen.
Van de openbare gebouwen, de gezant
schappen en de consulaten waait de vlag
halfstok. De bladen verschijnen met rouw
rand en wijden uitvoerige artikelen aan
het leven en den arbeid van den overle
dene.
MAISKY NIET NAAR MOSKOU.
LONDEN, 23 Januari. (A.N.P.) De diplo
matieke redacteur van Reuter verneemt in
officieele Sovjet-Russische kringen te Lon
den, dat het bericht, volgens hetwelk
Maisky binnenkort naar Moskou zou ver
trekken, niet juist is.
IN AMERIKA 257 MENSCHEN DOOR
KOUDE OMGEKOMEN.
NEW YORK, 23 Jan. (A. N. P.). De aan
houdende koudegolf in Amerika heeft tot
^usver aan 257 menschen het leven ge
kost. In verscheidene Zuidelijke staten
heeft men de scholen moeten sluiten.
WISSELNOTEERINGEN (AMSTERDAM)
Londen 7.461/3
Berlijn75.00
Pr rij s 4.28
Brussel 31.66
Zwitserland 42.20
Kopenhagen 36.35
Stockholm44.871/2
Oslo 42.771/2
New York1.888/jg
THEATER
HOOFDFILMS
INHOUD
AAN VANGSULR
KEURING
Luxor:
Robert Koch (Emil
Jannings).
Onverwacht vader
(Mischa Auer, Do
nald Briggs).
Levensarbeid
van Dr. Koch
Komisch
lederen avond 8 uur
Zondag van 2—7 uur
lederen middag ma-
tinée behalve Vrij
dag.
Goedgekeurd
Casino:
De passagier die ver
dween (Gustav
Diessl, René Delt-
gen).
De Oceaan-vlucht
(Dick Merrill).
Sensationeel
Vliegery
lederen avond 8 uur
7ondag 4 uur en
Zaterdag en Woens
dag half drie mati-
née
Goedgekeurd
Rex:
Wie is de Vader?
(Ginger Rogers, Da
vid Niven).
Vijf kwamen terug.
(Chester Morris,
Wendy Barry).
Vroolijk
Dramatisch
lederen avond 8 uur
Zondag van 27 uur
lederen werkdag 2
uur matinée.
Goedgekeurd
v. volwassenen
Trianon:
Afgekeurd
Lido:
Afgekeurd