Churchill doet beroep op
de neutralen
DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Ernstige vliegramp
in Indië
De periodieke verloven gaan
weer door
dtn zich iet den te öta'dea
De „Orazio" in
vlammen
MAANDAG 22 JANUARI 1940
31ste Jaargang No. 9546
S)e
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935.
Adv. en Abonm-tarieven zie pag 2.
Giro 103003. Postbus 11.
Dit nummer bestaat uil
vier bladen.
V De verwarde toestand
Onder de schijnbaar onontwarbare ver
houdingen, die de totstandkoming van den
vrede bemoeielijken, behoort ook de ver
houding tusschen het nationaal-socialis-
tisch Duitschland en het communistisch
Rusland.
In een artikel ever Rusland en de demo
cratieën schrijft de „Relazioni Internazio-
nali"na te hebben gewezen op het fa
beltje van de onweerstaanbare kracht van
het roode leger, hetwelk in Finland ineen
stort dat onder de vele vergissingen van
de democratieën ook een overdreven voor
stelling van de militaire macht van de Sov
jet Unie bestond. (Bestond die voorstelling
niet bij Duitschland?).
Het enthousiaste oordeel over het roode
leger is door Italië nooit gedeeld, hetgeen
wordt bewezen door het aanhalen van een
artikel van de „Popoio d'Italia" van 1937
over de „zuivering in het roode leger",
waarin wordt gezegd, dat het roode leger
buiten de grenzen niets beteekent con
stateert het genoemde blad.
Op het oogenblik beleedigen de democra
tische leiders het roode leger en veroor-
deelen zij het „monsterverbond" tusschen
Moskou en Berlijn, aldus het Italiaansche
blad, tusschen het fascisme (en men mag
veronderstellen, dat het blad met fascisme
ook bedoelt het nationaal-socialisme)" en
de democratieën bestaat het verschil, dat
het fascisme steeds vijandig is geweest
aan het communisme en ook in deze dagen
nog tegen het bolsjewisme strijdt. De de
mocratieën hebben steeds een nauwe
vriendschap met het blosjewisme onder
houden.
Zóó schrijft het Italiaansche blad, terwijl
het de cogen sluit, moedwillig sluit, voor
de werkelijkheid, die ons heeft ge
bracht een bondgenootschap tusschen Ber
lijn en Moscou en die ons heeft doen zien:
de resultaten, de successen, de vruchten
van dat bondgenootschap voer Rusland!..
Ook het feit, dat Duitschland, om
erger voor zichzelf te voorkomen, gedwon
gen zou zijn geweest, dit bondgenootschap
aan te gaan, neemt, natuurlijk, het feit, het
ontstellende feit, van het bondgenootschap
niet weg. Dat bondgenootschap is er, en:
hoe lang zal het blijven bestaan?
Dat bondgenootschap behoort zeker met
al zijn consequenties tot de schijn
baar onontwarbare verhoudingen, die de
totstandkoming van den vrede bemoeielij
ken.
Schijnbaar onontwarbare verhoudin
gen.... Een troostvolle gedachte is, dat,,
wat vandaag schijnbaar onontwarbaar is,
morgen een onverwachte ontwarring
krijgt. Misschien, om overmorgen weer op
nieuw verward te worden. Maar dat heeft
de geschiedenis van het laatste jaar vooral
ons toch wel geleerd, dat wat onmogelijk
schijnt plotseling werkelijkheid kan wor
den. (Bij voorbeeld het samengaan van
Berlijn en Moscou)!
ACHT DOODEN
Het vliegtuig van de K. N. I. L. M., PK
AFO, dat Zondag van Batavia op weg)
naar Australië is vertrokken, is na den»
start van Bali, in zee gestort en veronge
lukt.
Acht inzittenden zijn omgekomen, name
lijk de eerste piloot, J. J. Schott, de tweede
piloot, D. H. Janzee, de marconist A. von
Ende, alsmede vijf passagiers, te weten de
hceren Harper, Johnston, Kanji, Learayd
en de echtgenoote van den K. N. I. L. M.-
vertegenwoordiger te Sydney, mevr. Mijn-
lieff.
De mecanicien van 't Riet heeft vermoe
delijk een gebroken been en een rug-
fractuur.
De Regeeringspersdienst meldt:
DE REGEERING ACHT DEN TOESTAND THANS ZOO. DAT - AAN-
GENOMEN, DAT DAARIN GEEN ONVERWACHTE VERANDERIN
GEN TEN ONGUNSTE ONTSTAAN - MET INGANG VAN WOENS
DAG 24 JANUARI (VERTREK DINSDAG 23 JANUARI NA DEN DIENST)
OPNIEUW PERIODIEKE VERLOVEN KUNNEN WORDEN VERLEEND.
DEZE DATUM KAN NIET VROEGER WORDEN GESTELD OM VER
KEERSTECHNISCHE REDENEN.
„Neen, mijnheer Churchill"
HET GAAT ENGELAND GOED, MAAR
DEN NEUTRALEN SLECHT!
De eerste lord van de Britsche admirali
teit Winston Churchill, heeft Zaterdag
avond een radioredevoering gehouden over
den oorlogstoestand, waarin hij o.a. het
volgende zeide:
„Iedereen vraagt zich met verbazing af
wat er met den oorlog aan de hand is. Ge
durende verscheidene maanden hebben de
nazi's woedende dreigingen geuit ten aan
zien van hetgeen zij zullen doen met de
Westersche democratieën en met het Brit
sche en Fransche rijk, wanneer zij eenmaal
tot den aanval overgaan. Maar tot dusver
zijn het de kleine neutrale landen, die de
spits van de Duitsche kwaadaardigheid
en de Duitsche wreedheid moeten afbijten.
Neutrale schepen worden naar willekeur
tot zinken gebracht, niet alleen door mij
nen, maar ook door koelbloedig overwogen
en welbewust gericht torpedo's. De N e-
derlanders, de Belgen, de Denen, de
Zweden en vooral de Noren, zien hoe hun
schepen vernietigd worden, telkens wan
neer zij in open zee kunnen worden ge
pakt.
Alleen in Britsche en Fransche convooien
kan veiligheid gevonden worden.
Het schijnt thans vrijwel zeker te zijn,
dat de helft van de duikbooten waarmede
Duitschland den oorlog is begonnen, tot
zinken is gebracht. En dat de nieuwe Duit
sche aanbouw verre ten achter is gebleven
bij datgene, wat wij verwacht hadden.
De magnetische- en andere mijnen vor
men geen vraagstuk dat voor ons onop
losbaar is.
Ik ben er zeker van, dat ons volk vele
verliezen en tegenslagen te wachten staan
in den oorlog ter zee. Niettemin voel ik mij
in staat te verklaren, dat de zaken, alles
wel beschouwd, nog niet zoo slecht gaan.
Heel anders is het lot der onfortuinlijke
neutrale landen. Zoowel op zèe als te land
zijn zij de slachtoffers, waarop Hitiers
haat en kwaadaardigheid neerdaalt. Rich
ten wij het oog op de groep van kleine,
maar oude historische landen, gelegen in
het Noorden of de andere groep bezorgde
volkeren op den Balkan of in het Donau-
bekken, achter wie de vastberaden Turk
staat. Allen vragen zich heden af, wie het
volgende slachtoffer zal zijn tegen wie de
misdadige avonturiers van Berlijn een slag
willen slaan. Een Duitsch officier maakt
een noodlanding in België, met plannen
voor een invasie in dat land, welks neutra
liteit Duitschland nog onlangs beloofde te
zullen ontzien.
De Nederlanders wier diensten aan
de Europeesche vrijheid herinnerd zullen
worden, lang nadat de smet van Hitier zal
zijn weggevaagd van het pad der mensch-
heid, staan langs hun dijken, zooals zij dit
deden tegen de tyrannen van weleer.
Geheel Scandinavië staat onder de bedrei
ging van nazi's en bolsjewisten. De Finnen,
die zich in den greep van het gevaar be
vinden, laten zien, waartoe vrije mannen
in staat zijn. De diensten, welke Finland
het menschdom bereidt, zijn prachtig. Hier
mede wordt aan de geheele wereld ge
toond, de onbekwaamheid van het Roode
Leger en van de Roode Luchtmacht.
Maar wat zou er gebeuren, indien al
deze neutrale landen, die lk opnoem
de en eenige andere, die ik niet op
noemde, in een spontaan gebaar hun
plicht zouden doen overeenkomstig het
Volkenbondshandvest en zich aaneen
zouden sluiten met het Britsche en
Fransche Rijk tegen de agressie en te
gen het kwaad? Op het oogenblik is
hun toestand betreurenswaardig en
deze zal nog erger worden; zij buigen
nederig en vreesachtig voor het Duit
sche geweldregiment, zich troosten
de met de gedachte, dat Engeland en
Frankrijk den oorlog zullen winnen,
dat zij alle wetten en overeenkomsten
strict zullen naleven en dat inbreu
ken alleen van Duitsche zijde venvacht
kunnen worden.
Allen hopen, dat de storm zal voorbij
trekken voordat het hun beurt is verslon
den te worden. Maar ik vrees, dat de storm
niet zal voorbijtrekken. Hij zal steeds lui
der naar 't Zuiden woeden. Hij zal zich uit
breiden naar 't Zuiden, hij zal zich uitbrei
den naar het Noorden. Er bestaat geen
kans op een spoedig, einde, behalve door
een gezamenlijke actie, en indien ooit En
geland en Frankrijk den strijd moede zou
den worden en een schandelijke vrede zou
den sluiten, zal er voor de kleine landen
van Europa met hun scheepvaart en hun
bezittingen niets anders overblijven dan ver
deeld te worden tusschen de tegenoverge
stelde doch gelijkstaande barbaarschheden
van nationaal-socialisme en bolsjewisme.
Churchill besloot aldus: „In den feilen
strijd welke voor ons ligt, zijn wij vastbe
sloten ons niet te laten overtreffen in het
bewijzen van diensten aan de gemeen
schappelijke zaak. Laten de groote steden
als Warschau, Praag en Weenen, zelfs te
midden van hun ellende, niet wanhopen.
Hun bevrijding is zeker. De dag zal komen,
waarop de vreudeklokken weer door Euro
pa zullen klinken en waarop de overwin
nende landen, die dan niet alleen meester
z ijn over hun vijanden maar ook over zich
zelf, plannen zullen maken in gerechtig
heid, in traditie en in vrijheid, en uitvoe
ring zullen geven aan het bouwen van een
'huis, waarin plaats zal zijn voor iedereen.
ITALIAANSCH COMMENTAAR.
De „Popoio di Roma" publiceert de rede
van Churchill onder den kop: „De eerste
lord der admiraliteit tracht de neutralen
te terroriseeren, om ze ertoe te brengen
aan den kant van Frankrijk en Engeland
te gaan staan."
De „Regime Fascista" zegt in een op
schrift: „Churchill doet openlijk een beroep
op de neutralen en belooft hun een para
dijs op aarde."
In Italiaansche politieke kringen ziet
men in de rede een rechtvaardiging voor
Ic veelvuldig in de Italiaansche bladen ge
uite beschuldigingen, dat Engeland en
Frankrijk al eenigen tijd hun uiterste best
doen om het slachtveld uit te breiden tot
geheel Europa.
„NEEN, MTJNHEFR CHURCHILL",
ZEGT BELGIë.
In een commentaar op de redevoering
van Churchill zegt de „Nation Beige": „Bel
gië heeft nooit een vreemde stem noodig,
zelfs niet een vriendschappelijke, die met
de beste bedoelingen spreekt, om het tot
zijn plicht te roepen. Neen, mijnheer
Churchill, België geeft zich niet over aan
vrees. België voedt geen krokodil, het is
bereid zijn gebied te verdedigen tegen
iederen buitenlandschen aanval."
150 MENSCHEN IN AMERIKA DOOR
KOUDE OMGEKOMEN.
NEW YORK, 22 Jan. (A.N.P.). Het
aantal menschen, dat tijdens den koude
golf van de vorige week om het leven is
gekomen, bedraagt volgens ie jongste be
richten 150. De ongewoon scherpe vorst
heeft aan de boomgaarden in de Zuidelij
ke staten groote schade berokkend.
MET DUIZEND OPVARENDEN AAN
BOORD.
Het Italiaansche motorschip „Orazio"
(11.639 ton) met ongeveer 1000 opvaren
den aan boord, is Zondagochtend tusschen
Genua en Barcelino in brand gevlogen.
's Avonds zond het schip S.O.S.-seincn
uil met de medcdseling, dat de redding
booten met de passagiers waren gestreken.
Onmiddellijk zetten verschillende schepen,
o.a. twee Fransche torpedojagers, koers
naar het bedreigde schip. Een groot deel
van de opvarenden bevond zich 's avonds
laat in veiligheid aan boord van de beide
torpedojagers, van de Italiaansche pakket
boot „Conté Blancamano" en van het Fran
sche schip „Ville d'Ajaccio". Met het op
pikken van de overigen was men toen nog
bezig. Het aantal te hulp gesnelde sche
pen neemt steeds toe. Men mag dan ook
verwachten, dat eveneens de rest van de
schipbreukelingen gered zal worden.
Het schip staat in vlammen en wordt
verloren geacht. Het bevond zich op onge
veer 100 K.M. van Toulon, toen de brand
uitbrak. Blijkbaar zag de kapitein de situa
tie aanvankelijk niet zoo ernstig in en
dacht hij het vuur meester te kunnen wor
den, want pas des avonds liet hij S. O. S.-
seinen.
De twee Fransche torpedojagers (een er
van is de „Kersaint") waren het eerst ter
plaatse. Zij pikten de schipbreukelingen uit
eenige reddingbooten op en vroegen toen
per radio om instructie. Deze luidde, dat
zij zich naar Marseille moesten begeven,
waarheen zij thans onderweg zijn. De Ita
liaan „Conté Biancamano" arriveerde niet
lang daarna en nam eveneens een aantal
schipbreukelingen aan boord, gelijk ook
de „Ville d'Ajaccio" deed. Ook deze beide
vaartuigen zijn onderweg naar Marseille.
De „Ville d'Ajaccio" onderhoudt een dienst
tusschen Marseille en Corsica.
Ofschoon het, zoodra de ramp bekend
werd, onzeker was, waarheen de schepen,
die de redding zouden verrichten, zich met
de geredden zouden begeven, werden te
Toulon in alleryl maatregelen getroffen om
do ziekenhuizen en klinieken gereed te ma
ken, om de schipbreukelingen op te ne
men.
Aan hoofd bevonden zich o.a. de Italiaan
sche militaire luchtvaartmissie, met luite
nant-kolonel Francesco Minucci aan het
hoofd, die zich naar Bolivia begeeft. Ver
der de nieuwe Italiaansche gezant voor
Panama, Renato Silenci, en de Zwitsersche
consul-generaal voor Ecuador, Roberro
Osterwalder.
Naar ons werd medegedeeld, is onder de
passagiers ook een Nederlander, n.l. de
heer G. Witmondt uit Amsterdam.
De „Orazio" was op weg naar Zuid-Ame-
rikaansche havens.
109 PERSONEN VERMIST.
ROME, 22 Jan. (A. N. P.). Naar de
reedcrij „Italia", de eigenaresse van de
„Orazio" mededeelt, is dit 10.600 ton
metende schip, dat op de terugreis waa
van Zuid-Amerika naar Genua tus
schen Barcelona en Genua ten offer
gevallen aan een zwaren brand.
Het schip is verloren. Direct na het
uitbreken van den brand, Zondag, had
het schip noodseinen uitgezonden. De
700 passagiers konden door de Italiaan
sche stoomschepen „Bianca Mano" en
Sella" voor het overgroote deel wor
den gered.
Eenige reddingbooten schijnen even
wel bij de buitengewoon woelige zee te
zijn gekapseicd, zoodat 109 personen,
passagiers en leden der bemanning
worden vermist.
DE AANKOMST VAN 47 GEREDDEN
DER „ORAZIO" IN MARSEILLE.
MARSEILLE, 22 Jan. (A. N. P.). Bij aan
komst te Marseille van de „Ville Ajaccio"
;vas te Marseille alles in gereedheid om de
47 overlevenden van de „Orazio" te ont
vangen. De oflicieele personen werden aan
noord ontvangen door den commandant
Carli, die de omstandigheden verhaalde,
waaronder de hulpverleening aan de „Ora
zio" is geschied. Op de noodseinen had hij
zijn schip naar de aangewezen plek ge
stuurd, welke zich bevond op ongeveer 50
mijl ten Zuiden van Marseille en 160 mijl
van Barcelona Een der officieren van de
„Orazio" vertelde, dat Zondagmorgen te
gen 7 uur een hevige ontploffing het schip
deed schudden. In korten tijd stond het
vaartuig in vlammen. Er ontstond geen
VOORNAAMSTE NIEUWS
Buitenland
HET ITALIAANSCHE SCHIP „ORA
ZIO" IN BRAND.'MEER DAN 100 VER
MISTEN. OOK NEDERLANDERS AAN
BOORD. (1ste blad).
CHURCHILL HIELD EEN RADIOREDE,
WAARIN HIJ DE NEUTRALE STATEN
UITNOODIGDE MET ENGELAND MEE
TE VECHTEN. (1ste blad).
's PAUSEN VREDESARBEID. (2de
blad).
EEN BRITSCHE TORPEDOJAGER GE
ZONKEN. (2de blad).
GROOTE LUCHTACTIVITEIT BOVEN
FINLAND. (2de blad).
Binnenland
ER WORDEN WEER MILITAIRE VER
LOVEN GEGEVEN. (1ste blad).
NEDERLAND IN DEN GREEP VAN
SNEEUW EN US. (4de blad).
KOLENDAMPVERGIFTIGING IN HET
OPVOEDINGSGESTICHT TE ROERMOND;
EEN BROEDER EN EEN HUISKNECHT
OM HET LEVEN GEKOMEN. (1ste blad).
faniek en de passagiers namen ordelijk in
de sloepen plaats. Buiten het personeel,
dat zich op het oogenblik van de explosie
in de machinekamer bevond, zijn er, naar
men verneemt, geen slachtoffers te betreu
ren. Behalve de „Ville Ajaccio" waren nog
verscheidene andere schepen in de nabij
heid gekomen die de geredden uit de sloe
pen aan boord namen.
Wij vernemen uit 's Gravenhage: Naar
aanleiding van het eerste bericht over den
crand, waarin werd gemeld, dat zich
slechts één Nederlandsche passagier aan
boord zou bevinden, deelen Lissone-Linde-
man, agenten der scheepvaartmaatschappij
„Ttalia" ons mede, dat meerdere Neder
landers met dit schip onderweg waren. o.a.
raar Bogota, Arica, La Guira en Valpa
raiso.
Dadelijk na het bekend worden der ramp
Is telegrafisch om inlichtingen betreffende
de getroffen Nederlanders verzocht, zoo-
dat men hoopt de namen der geredden
spoedig te vernemen.
KOLENDAMPVERGIFTIGING
IN OPVOEDINGSGESTICHT
TE ROERMOND
Broeder en huisknecht om
het leven gekomen
Toestand van twee |onjjens
ernstig
In den nacht van Zaterdag op Zon
dag heeft zich in huize „Sint Joseph"
een opvoedingsgesticht voor jongens
te Roermond, een ernstig geval van
kolendamp-vergiftiging voorgedaan,
waardoor twee personen om het leven
zijn gekomen. De toestand van twee
jongens is ernstig.
De 57-jarige broeder Honorius verscheen
Zondagochtend niet in de H. Mis. Men ging
naar zijn kamer, doch kreeg na kloppen
geen gehoor. Toen men de deur opende,
vond men den broeder dood op bed. Eeni
gen tijd later vond men ook den huis
knecht, den 57-jarigen Fr. Arnoldussen uit
Oss, die in de kamer naast die van den
broeder sliep, dood op zijn bed.
Geneeskundige hulp werd ingeroepen en
uit het rapport van den dokter bleek, dat
men met kolendampvergiftiging te doen
had. Op een verdieping hooger zijn de
slaapzalen van de jongens gelegen. Ook
hier was de kolendamp doorgedrongen. Bij
twee jongens deden zich ernstige ziekte
verschijnselen voor. Ze zijn naar het Sint
Laurentius-ziekenhuis overgebracht. Hun
toestand is ernstig.
De oorzaak van de vergiftiging moet ge
zocht worden in een hapering van de cen
trale verwarmingsinstallatie. Deze instal
latie was korten tijd geleden omgebouwd
van olie- tot kolenstookinrichting en eenige
dagen geleden in gebruik genomen.
Broeder Honorius was afkomstig uit
Westfalen.