DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
Waar is de
„Exeter"?
BINNENLAND
De Eerste Kamer
belasting-politiek
DONDERDAG 11 JANUARI 1940
31ste Jaargang No. 9537
S)e £cld^eli^0oii^ant
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935.
Adv. en Abonn.-tarieven zie pog 2.
Giro 103003. Postbus 11.
Naam-chrlstenen
„Velen misschien, die het belang van de
opvoedende en herderlijke zending van de
Kerk niet hebben beseft, zullen nu beter
de waarheid inzien van de vermaningen
van de Kerk, welke vermaningen zij in de
valsche zelfverzekerdheid van vroegere
dagen hebben verwaarloosd". Aldus
Paus Pius XII in zijn Encycliek .Sufcimi
Pontificatus".
Het K. N. P. zendt ons den inhoud van
een brief gepubliceerd in de Fransche
pers dien Daladier heeft ontvangen, en
welke brief de boven-geciteerde meening
van den Paus op een wel merkwaardige
wijze bevestigt. De brief is geschreven na
mens een aantal leeraren.
„Wij erkennen allen, of bijna allen",
zegt het schrijven, „dat de school zon
der God op een failliet is uitgeloo-
pen en Frankrijk op den rand van den
afgrond heeft gebracht. Het is hoog
tijd, dat men weerkeere, dat men zijn
dwalingen erkenne, dat men God weer
brenge in onze scholen. Er mag geen
sprake meer zijn van onzijdigheid.
Het is juist het voorwendsel van on
zijdigheid, dat ons er toe gebracht
heeft, God te verloochenen en het
godsdienstige en zedelijke onderwijs te
vervangen door de meest verderfelij
ke theorieën. Geloovige onderwijzers
durven den naam van God in de klas
sen niet meer uitspreken uit schuchter
heid of vrees voor hun overhedenT
„Wij voelen nochtanss, in deze ver
schrikkelijke catastrophe, dat wij in
de hand van God zijn en dat wij de
hulp van den hemel noodig hebben.
Wij voelen, dat het onze plicht van op
voeders is, de zielen der kinderen aan
te moedigen, zich naar God te richten.
Wij zijn niet in staat, geachte Pre
sident van den Ministerraad, deze de
licate plicht, die ons opgelegd wordt,
naar behooren te vervullen, zoo wij
niet gesteund worden en aangemoe
digd door de openbare macht."
Dit moge de lichtzijde zijn van dezen
tijd: dat velen de oogen worden geopend
voor de beteekenis van den Godsdienst, van
de Kerk; dat velen helder gaan inzien, dat
zij van den naam christen een voorwerp van
bespotting maken, als zij er niet ernstig
naar streven, de consequentie van het
christendom toe te passen, uit te drukken
in het leven-van-iederen-dag.
Paus Pius XI wees op de hier-bedoelde
naam-christenen in zijn Encycliek „over
het goddelooze communisme", welke wij
ook gisteren citeerden. We laten hier Paus
Pius XI spreken:
„Zelfs in de katholieke landen is nog een
groot aantal personen, die slechts in naam
katholiek zijn. Er zijn er velen, die de
meest essentieele voorschriften van den
godsdienst op welks belijdenis zij zich be
roemen, min of meer getrouw nakomen,
maar geen zorg kennen om htm godsdienst
kennis te vervolmaken en om dieper en in
niger overtuigd te worden; nog minder
trachten zij zoo te leven, dat de uiterlijke
schijn waarlijk overeenkomst met de in
nerlijke schoonheid van een oprecht en
zuiver geweten, dat alle plichten onder
Gods oogen begrijpt en vervult. Deze ijde-
le en bedriegelijke schijn-godsdienst mis
haagt den Goddelijken Verlosser ten zeer
ste, want Hij wil dat allen den Vader aan
bidden „in geest en in waarheid". Hij
die zijn geloof niet waarlijk en oprecht be
leeft, zal niet lang kunnen weerstaan aan
den storm van strijd en vervolging, die in
dezen tijd over ons is losgebroken; hij zou
ellendig worden meegesleept door den
nieuwen zondvloed, die de wereld bedreigt,
en door zichzelf aldus aan den ondergang
prijs te geven, zal hij van den naam chris
ten een voorwerp van bespotting maken."
Dit moge de lichtzijde zijn van dezen
tijd, dat de naam-christenen belijdende en
belevende christenen worden!....
Dan is er ontzaglijk veel gewonnen!
PAUSELIJKE
VREDESACTIE
EEN BOODSCHAP VOOR
SCANDINAVIë?
Beveiliging tegen bolsjewisme.
Volgens een bericht van United Press,
zou Z. H. de Paus aan mgr. Theodore
Suhr, apostolisch vicaris van Denemarken,
de verzekering hebben gegeven, dat Zijne
Heiligheid - middelen overweegt om de
Scandinavische staten te beveiligen tegen
een doordringen van het bolsjewisme. Hij
verwacht hierin te kunnen samenwerken
met Roösevelt.
Men neemt in bevoegde kringen aan, dat
de H. Vader deze verklaringen aflegde tij-
dens de private audiëntie, waarin mgr.
Sühr door Zijne Heiligheid ontvangen werd
en waarbij hem een geheime boodschap
voor de Scandinavische staatshoofden is ter
hand gesteld.
Deze zelfde kringen verklaren, dat Z. H.
de Paus den apostolischen vicaris de taak
heeft toevertrouwd, om de medewerking
te verzoeken van de Noordelijke staten bij
het werken voor den vrede langs wegen,
die de Paus spoedig hoopt te vinden, met
medewerking van de Vereenigde Staten en
andere neutrale en nonbelligerent© mo
gendheden.
De poging van den Paus in deze richting
zou zijn het verleenen van zijn medewer
king bij het tot stand komen van een we
reldconferentie, die niet slechts den hui-
digen oorlog zou beëindigen, maar die te
vens eerlijk en rechtvaardig de problemen,
welke de naties verdeeld houden, zou op
lossen, hierdoor den vrede voor een langen
tijd verzekerend.
JAPANSCHE REGEERING ZAL
AFTREDEN.
TOKIO, 11 Januari. (A.N.P.) Minister
president Abe heeft besloten af te tre
den. Hij heeft de leden van het kabinet in
dividueel hiermede in kennis gesteld.
Het aftreden van het kabinet zal open
baar worden gemaakt, wanneer de nieuwe
regeering gevormd zal zijn.
DE KRUISER ZOU GEZONKEN ZIJN.
Mededeeling van Argentijnsch blad.
Het Argentijnsche avondblad „Pampero"
deelt mede, dat volgens „betrouwbare eigen
cerichten" de Engelsche kruiser „Exeter",
die bij het zeegevecht in het Zuidelijke
deel van den Atlantischen Oceaan door het
pantserschip „Admiral Graf Spee" volko
men onklaar geschoten was, en het ge
vecht moest staken, op tachtig mijl van
Bahia Blanca gezonken zou zijn. Het schip
bevond zich op weg naar de Malvinas
eilanden. De gewonden, dooden en over
gebleven leden der bemanning zouden zijn
overgenomen door den Franschen kruiser
„Dunkerque" en gebracht zijn naar de
Falkland eilanden.
Deze berichten, zoo vervolgt genoemd
blad, komen overeen met de mededeelin-
gen van artsen en verplegers, die ter hulp-
/erleening naar de Falkland eilanden ge
zonden waren, maar de aanwezigheid van
den kruiser „Exeter" niet hadden kunnen
vaststellen.
Volgens particuliere inlichtingen uit deze
kringen zou het aantal dooden en ge
wonden van den Britschen kruiser aanzien
lijk hooger zijn dan officieel werd toege
geven. Met het oog op de zwijgzaamheid
van de Britsche admiraliteit vraagt het
blad „Pampero": „Waar is de „Exeter"?"
Het Duitsche Nieuwsbureau, dat boven
genoemde berichten van het Argentijnsche
blad doorgeeft, zou wel graag hooren, dat
de Britsche admiraliteit precies de positie
van de „Exeter" opgaf!
HERDERLIJK SCHRIJVEN VAN EEN
HONGAARSCHE BISSCHOP.
Ter gelegenheid van de jaarwisseling
heeft mgr. Glattfelder een Herderlijk
Schrijven gericht tot de geestelijkheid,
waarin hij spreekt over de plichten der
priesters en o.m. het volgende zegt:
„Laten wij God danken, dat onzq lei
ders ons door hun wijs verantwoordelijk
heidsbesef voor den oorlog hebben ge
spaard. Wij weten niet, wat de toekomst
brengen zal, maar wij weten wel, dat de
wereldgebeurtenissen de geloovigen en
de vaderlandslievenden ernstig veront
rusten". Voorts schrijft mgr. Glattfelder,
wijbischop van Csanad:
„Laat ons met dezelfde vastberaden
heid, waarmede wij naar den vrede ver
langen, de zaak van het vaderland be
schermen, en laten Wij op de bres staan
voor de leerstellingen en de rechten van
ons H. Geloof. Wij moeten ons in acht
nemen voor hen, wier mond vol is van
God en die beweren te spreken in naam
van het Christendom, maar die feitelijk
het nieuw-heidendom willen verbreiden".
Twee opmerkingen over
den Vondelleerstoel
1) BIJZONDERE LEERSTOELEN.
Bij de woordenwisseling over den pas
gestichten Vondelleerstoel te Leiden is
ook met steenen gegooid naar het insti
tuut der bijzondere leerstoelen. Nu in
eens blijkt deze instelling funest te wer
ken. Toch lezen wij in len Gids der Rijks
universiteit te Leiden voer 1939 -'40, bl.
„Op dit oogenblik zijn er te Leiden acht
bijzondere leerstoelen, ingesteld en be
heerd door het Leidsch Universiteits
fonds". (Volgt specificatie). Nu kan men
toch moeilijk aannemen, dat dit fonds,
hetwelk o.a. als doel heeft „bevordering
van den bloei der Leidsche Universiteit
en van de studie aldaar", ook door gele
genheid te geven voor „onderwijs in bij
zondere vakken", niet goed weet, wat niet
en wat wel bevorderlijk is voor den bloei
der universiteit. Behalve het Universiteits
fonds zijn er ook particuliere instellingen,
die ook te Leiden hoogleeraren hebben
aangesteld in zake vakken, die van genoeg
algemeen Nederlandsch belang geacht
worden om door een professoraat verte
genwoordigd te zijn. Zulke instellingen
zijn b.v. de Nederl. Herv. Kerk en het
Seminarium der Remonstrantsche Broe
derschap. Deze zullen iedereen vindt
dit natuurlijk! dan ook aanwijzen, wien
zij geschikt achten, dit vak te doceeren.
Hetzelfde geldt voor stichtingen met een
ander karakter, dan de twee hier genoem
de zooals de Vondelstichting: ook deze
stichting heeft het*recht, voor een leer
stoel inzake den prins der Nederlandsche
dichters de aandacht te richten op een
wetenschappelijk man, dien zij geschikt
acht. Door de benoeming van Van Duinker
ken zal deze dichtervorst op wetenschap
pelijke wijze worden behandeld en niet het
gevaar loopen mishandeld te worden, zoo
als prof .van Eyck dit b.v. door zijn pan
theïstische interpretatie met Hadewych
beeft gedaan.
2) DE DOCENT.
Ook wij betreuren het, dat niet C. R. de
Klerk dezen post zal bezetten. Maar het
gaat o.i. niet aan, alleen uit het feit, dat
van Duinkerken niet ex-professo Vondel
kenner is hem te disqualificeeren. Juist
in de laatste jaren is het te Leiden her
haaldelijk voorgekomen, dat zeer jonge
hoogleeraren zijn benoemd, zoo jong, dat
men er meer een motie van vertrouwen in
moest zien, dan een erkenning van hun
wetenschappelijke prestaties, die uiteraard
van zeer geringen omvang (quantiteit)
moesten zijn: dit geldt b.v. voor de proff.
dr. P. A. H. de Boer, H. B. G. Casimir
en F. B. J. Kuiper.
Bovendien blijkt datgene, wat van Duin
kerken over Vondel heeft gezegd en ge
schreven, van uitstekende qualiteit te zijn.
LONDEN WEET NIETS VAN EEN
LUCHTGEVECHT.
Mededeelingen van het ministerie van
luchtvaart.
LONDEN, 11 Januari (ANP). Het
Britsche ministerie van luchtvaart dieelt
ten aanzien van de vele berichten over
een groot© activiteit in de lucht bij Sylt
mede, dat sedert den nacht van Dinsdag
op Woensdag één uur geen vliegtuigen van
de Britsche luchtmacht meer in dit gebied
zjjn geweest.
Zooals reeds werd gemeld, is een ge
vecht in de lucht geleverd boven de zee
ver uit de kust, doch het ministerie weet
niets van gebeurtenissen, als in bovenge
noemde mededeelingen vermeld.
Duitsche vliegtuigen boven de
Britsche kust.
Het Britsche ministerie van luchtvaart
deelt verder mede. dat vanochtend even
na 10 uur vijandelijke vliegtuigen boven
de kust bij Newcastle zijn gesignaleerd.
Er werden geen bommen geworpen. Brit
sche jachtvliegtuigen zijn opgestegen en de
luchtdoelartillerie heeft het vuur geopend.
De vijandelijke toestellen werden naar zee
teruggejaagd. Een huis werd licht bescha
digd door een splinter van een granaat van
de luchtdoelartillerie.
ITALIAANSCH PROTEST TE BERLIJN.
KOPENHAGEN, 11 Januari (ANP).
De correspondent van de „National Tiden-
de" te Berlijn bericht, dat gisteren de
Italiaanse he ambassadeur te Berlijn, Atto-
lico, officieele stappen heeft gedaan bij het
Duitsche ministerie van buitenlandsche
zaken inzake het aanhouden van Italiaan-
sche zendingen wapens en vliegtuigen, be
stemd voor Finland. Vermoedelijk zullen
deze zendingen, welke ten Noorden van
de Brenner werden aangehouden, naar
Italië teruggezonden worden.
Dezelfde correspondent bericht van wel
ingelichte zijde te nebben vernomen, dat
geen Duitsche officieren naar de Sovjet
Unie zijn gezonden. Duitschland wil in het
Finsch-Russische conflict neutraal blijven
en wil geen van beide oorlogvoerende op
eenigeriei wijze militaire hulp verleenen.
over de
Blijkens het voorloopig verslag over het
ontwerp van wet lot vaststelling van
hoofdstuk VII B (departement van Finan
ciën) der rijksbegrooting voor 1940 ducht
ten eenige leden der Eerste Kamer, naar
mate de oorlogtoestand voortduurt, een
verdere verarming en verlaging van den
levensstandaard in alle lagen der maat
schappij. Onder zoodanige omstandighe
den nu is het, dus betoogden zij, meer dan
ooit gewenscht, dat de financieele politiek
allereerst wordt gericht op vermindering
van de niet strikt noodzakelijke uitgaven.
In de tweede plaats bepleitten deze le
den, gelet op de sterke stijging van de vol
strekt noodzakelijke uitgaven en daar
tegenover op de sterke daling van
volksvermogen en volksinkomen, dat zoo
veel mogelijk de hand worde gehouden
aan dekking met belastinggelden van de
jaarlijks terugkeerende uitgaven, alsmede
van die uitgaven, voor welke een equiva
lente economische waarde niet wordt ver
kregen. Huns inziens wordt van dergelijke
uitgaven de laatste acht jaren reeds een te
hoog bedrag, namelijk 500 millioen, met
leengeld gedekt. Dit punt achtten zij van
te meer belang nu, als gevolg van de las
ten, welke mobilisatie en defensie gelij
kelijk vorderen, de financieele toestand
immer moeilijker dreigt te worden.
In de derde plaats zouden de leden, hier
aan het woord, indien aan verhooging van
belasting niet kon worden ontkomen, die
hij voorkeur willen zien toegepast ten aan
zien van de groep der directe belastingen.
Zij oordeelden het namelijk noodzakelijk,
dat het prijspeil hetwelk toch reeds ter
oorzake van duurderen aanvoer en, in ver
band met den oorlog toegenoemen vraag
naar tal van artikelen stijgende is zoo
laag mogelijk worde gehouden, zulks mede
ter voorkoming van een voor de sociale
rust gevaarlijke spiraalbeweging opwaarts
van prijzen, loonen en kosten.
Sommige leden waren van oordeel, dat
inzonderheid de druk, welke de indirecte
heffingen op de bevolking leggen, dient te
worden verlicht.
Ettelijke leden achtten, met het oog op
de aanstaande herziening van de wettelij
ke regeling van de inkomstenbelasting,
het huidige moment minder geschikt om te
treden in een uitvoerige bespreking van
de belastingpolitiek der regeering. Mits
dien bepaalden zij zich er toe, de hoop uit
te spreken, dat bij het ontwerpen van de
desbetreffende voorstellen meer dan tot
dusverre geschiedt rekening zou worden
gehouden met den ongelijken druk, dien
de persoonlijke belastingen, naar het inko
men en het verteerde geheven, leggen op
de schouders van jonggezellen, gehuwden
zonder kinderen en gehuwden met kin
deren.
Verscheidene leden achtten het noodza
kelijk. dat weldra bijzondere maatregelen
worden getroffen, ten einde den belasting
druk, waaraan de groote gezinnen bloot
staan, althans eenigermate te verlichten.
Verscheidene leden spraken hun leedwe
zen uit over de mislukking van de uitgifte
der laatste Staatsleening, al hadden ook zij
de leeningsvoorwaarden niet in alle opzich
ten gelukkig geacht.
Gaarne zouden zij vernemen, welke groo
te institutioneele beleggers niet hebben in
geschreven-
Andere leden spraken de hoop uit, dat de
inschrijvers op de 4 pet.-leening, in geval
eerlang mocht worden overgegaan tot een
gedwongen leening, het bedrag, waarvoor
zij hebben ingeschreven, in aftrek zullen
mogen brengen op hun verplicht quotum in
die gedwongen leening.
DE VERJAARDAG VAN PRINSES
BEATRIX.
In verband met den a.s. verjaardag van
H. K. H. Prinses Beatrix wordt ons van
officieele zijde verzocht mede te deelen, dat
het prinselijk paar het op prijs zal stellen,
indien eene feestelijke herdenking van de
zen dag, in verband met de tijdsomstandig
heden, dit jaar achterwege blijft
HET PRINSELIJK GEZIN WEDER IN DE
RESIDENTIE.
Het prinselijk gezin is gisteren van
Soestdijk teruggekeerd en heeft zijn intrek
genomen in het paleis Noordeinde.
CONTACT CENTRALE DER DRIE NED.
MIDDENSTANDSBONDEN.
De Vereeniging Contact Centrale der
Drie Ned. Middenstandshonden bericht, dat
Jiet secretariaat gedurende het jaar 1940
bij toerbeurt zal worden waargenomen
door het Bureau van den Nederlandschen
R.K. Middenstandsbond, Mauritskade 23 te
's-Gravenhage.
Dll nummer beslaat nil
vier bladen.
VOORNAAMSTE NIEUWS
Buitenland
DE PAUS ZOU EEN BOODSCHAP HEB
BEN GERICHT AAN SCANDINAVIë.
(lste blad).
IS DE „EXETER" GEZONKEN? (1st»
blad).
DE BRITSCHE LUCHTMACHT HEEFT
GEDURENDE EEN PATROUILLE-
VLUCHT OVER BASES VAN DUITSCHE
MARINE VAARTUIGEN HET EILAND
SYLT GEBOMBARDEERD. (2de blad).
Binnenland
MINIMUM-PRIJS BLOEMKWEEKERIJ-
PRODUCTEN, (lste blad).
MEDEWERKING VAN DE REGEERING
INZAKE KROTOPRUIMING, (lste blad).
INLIJVING DIENSTPLICHTIGEN LICH
TING 1939. (lste blad).
DUURTETOESLAG KASTREKKERS.
flste blad).
DE O VERHEIDS-SALARISSEN.
Geen besprekingen in den Ministerraad.
Naar wij van bevoegde zijde vernemen,
mist het bericht in een der bladen, dat
een bespreking in den Ministerraad is ge
houden over de overheids-salarissen, of al
thans een nota door den Minister van Bin-
nenlandsche Zaken is samengesteld, welke
dezer dagen in den Ministerraad ter sprake
komt, allen grond. Er is in den Minister
raad geheel niet over die zaak gesproken
en door den Minister van Binncnlandsche
Zaken is geen nota over die zaak samen
gesteld, laat staan bij den Raad ingediend.
ONTHEFFING VERVOERS- EN
AFLEVERINGSVERBOD VAN ZAAI
ZADEN, VAN BOONEN EN ERWTEN.
Van officieele zijde vernemen wij het
volgende:
Zooals bekend kan worden veronder
steld, werd bij Koninklijk Besluit van 28
Augustus 1939 het vervoeren en afleveren
van zaaizaden van stam-, stok-, snij-, sla-
en pronkboonen en van peulen, stam- en
rijsdoperwten, voor zoover deze in dien
tuinbouw voor versch verbruik woitien ge
teeld, verboden.
Van deze verbodsbepalingen is nu ont
heffing verleend aan zaadihandelaren, die
in 1939 als zoodanig gevestigd waren en
zijn georganiseerd bij de Nederlandsche
Groenten- en Fruitcentrale te 's-Graven
hage, onder voorwaarde, dat zy zich ten
aanzien van het vervoer houden aan door
deze centrale gegeven voorschriften.
Voor niet georganiseerde' handelaren
blyft het mitsdien verboden, de genoemde
zaden te vervoeren en af te leveren. Te
lers van deze zaden kunnen zich voor het
verkrijgen van ver voer vergunm i ngen wen
den tot den provincialen voedselconvmis-
saris in hun gebied.
In tegenstelling met de regeling voor de
genoemde zaden is het vervoeren en afle
veren van zaden van tuinboonen vrij.
DE GEESTELIJKE KRACHTEN, DIE IN
HET NEDERLANDSCHE VOLK LEVEN.
Een radlovoordrachten-recks.
Naar wij vernemen, zal, dank zij de sa
menwerking der radio-om roep vereenigin-
gen, in het raam van het algemeen pro
gramma een reeks radio-voordrachten ge
houden worden, waarin aan de hand van
ervaringen uit het verleden en uit het he
den, de geestelijke krachten welke in het
Nederlandsche volk leven, behandeld zul
len worden in het licht van den buidigan
oorlogstoestand in Europa en d© gevaren,
welke deze ook voor ons land kan inhou
den.
De eerste voordracht in deze reeks zal
morgenavond gehouden worden van 8.40
tot 9 uur door prof. jhr. mr. B. C. Savor-
nin Lohman voor de microfoon van de
N.C.R.V. over het onderwerp „Nederland
paraat."
Prof. de Savornin Lohman is sinds 1912
hoogleeraar in het Nederlandsch Staats
en Administratief recht en in de Wijsbe
geerte van het Recht aan de Utrechtsche
universtiteit, lid van de Eerste Kamer der
Sta ten-Generaal, lid van de legercommis-
sie en niet-militair lid van. den Raad van
Defensie.