DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN
QAamfaexlaitió, AUeuu^jaató tede.
Engeland zal zich offers moeten
getroosten
WOENSDAG 10 JANUARI 1940
31ste Jaargang No. 9536
3)e Gcid^cli^Soti^cmt
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935.
Adv. en Abonn.-tarlevcn zie pog 2.
Giro 103003. Postbus 11.
Dit nummer bestaat alt
drie bladen.
De bedreiging van het
communisme
Iedereen verheugt er zich over, dat de
geweldige overmacht van het groote
Rusland tegenover het zwakke Finland,
welke men zco had gevreesd, effec
tief véél zwakker blijkt, dan algemeen
werd verwacht.
Iedereen ter wereld verheugt zich daar
over maar niet iedereen kan van die
vreugde openlijk getuigen. Degenen, die
voor kort onder leiding van Hitier alles
wat communistisch is, vervloekten op de
meest krachtdadige wijze, mogen nu geen
kwaad meer van het communisme zeggen!
Iedereen verheugt zich over de be
trekkelijke zwakheid van Rusland, welke
nu, in den oorlog tegen Finland, in het
daglicht is getreden iedereen, die in
ziet de onmetelijk-groote ramp, welke een
overwinning van het communisme voor
de menscliheid beteekent, of die ook maar
iets van de beteekenis van zulk 'n ramp
begrijpt.
De wereld, die in den strijd van Rusland
tegen Finland met verstandelijke over
tuiging zoowel als met hartstochtelijke
sympathie de zijde kiest van Finland, laat
zich geenszins leiden door haat tegen de
Russen geenszins maar door af
keer van, door afschuw" voor het commu
nistisch stelsel.
Waarom heeft Stalin vriendschap ge
sloten met Hitier. Waarom? De diepste
grond voor de vriendschap is ons medege
deeld in een manifest, dat ter gelegen
heid. van den 22sten verjaardag van de
stichting der Sovjet-republiek in Novem
ber j.l. is uitgegeven door de Vereenigin-
gen van godlcozen. Daarin wordt ver
klaard naar aanleiding van het Duitsch-
Russische pact:
„Wie de politiek van Stalin ten aan
zien van Hitier niet begrepen heeft, is
een verrader van de revolutie en van
het atheïsmeDe Sovjet-Russische
godloozen hebben de vaan van het
atheïsme naar West- en Midden-Euro
pa overgebracht en bedreigen thans
bijna alle godsdiensten van Europa,
vooral het Katholicisme.
Russische overheersching wil practisch
zeggen: onverzoenlijke strijd tegen den
godsdienst. In het ongelukkige Polen is dat
■reeds aanstonds bewaarheid.
Pater dr. Gorris besluit in de heden ver
schenen aflevering van de „Studiën" een
artikel over „de dreiging van het Bolsje
wisme" aldus:
„Laat de schijnbaar puur-politieke cor
poraties van het tegenwoordige Rusland
ons niet de oogen doen sluiten voor iiet
immense gevaar: dat er een uitgebreide
bolsjewiseering van Europa dreigt en
daarmede een vernietigingskrijg tegen
alle godsdienst. Het is zaak, dat wij ons
door geloofsverdieping en een leven vol
gens het geloof daar zoo sterk mogelijk
tegen wapenen".
Wij vragen vóór alles aandacht voor den
laatsten zin.
De wapenen tegen het bolsjewisme zijn
geloofsverdieping en leven vol
gens het geloof.
De beste, hoewel onbezoldigde propa
gandisten voor het communisme zijn de
Christenen, die niet leven volgens, die le
ven in strijd met het Geloof.
In zijn encycliek "over het Goddelooze
Communisme" wijst Paus Pius XI op de
vele ergenissen, die den groei van het Com
munisme bevorderen.
De Heilige Vader schrijft o. m.:
„Het is jammerlijk genoeg maar al te
waar, dat de handelwijze van zekere katho
lieke kringen ertoe heeft bijgedragen, om
het vertrouwen der arbeiders op den gods
dienst van Jezus Christus te schokken. Wat
te zeggen van katholieke industrieelen, die
tot nu toe vijandig zijn blijven staan tegen
over een arbeidersbeweging, die Wij zelf
hebben aanbevolen? Is het niet betreurens
waardig, dat men misbruik maakt van het
eigendomsrecht, dat door de Kerk erkend
wordt, om den arbeider zijn rechtvaardig
loon te onthouden en de sociale rechten te
loochenen, die hem toekomen?"
DEN BUIKRIEM
AANHALEN
De Britsche minister-president Chamber
lain heeft gisteren een wat verlate Nieuw
jaarsrede gehouden.
Chamberlain heeft het oor van de we
reld; als hij iets zegt luistert men met op
merkzaamheid, want hij heeft altijd iets te
zeggen, dat de moeite waard is. Bovendien
is hij de leider van de politiek in Engeland,
het land dat de leiding heeft in den oorlog.
Volgens de meening van Chamberlain zal
het jaar 1940 waarschijnlijk een jaar van
van groote historische beslissing worden.
Het begint heel rustig, maar dat lijkt de
rust vóór den storm. Het is tot nu toe nog
tot geen algemeen gevecht gekomen. Men
weet niet hoe lang dat nog duren kan.
Op zee is de situatie na vier maanden
oorlog vrij duidelijk en Chamberlain meen
de, dat de Engelschen tevreden kunnen zijn
met den stand van zaken, zooals die zich
daar ontwikkelt.
De Finnen kunnen er van verzekerd zijn,
dat het besluit hen te helpen, niet zuiver
formeel zal blijven, verklaarde Chamber
lain, maar waaruit die hulp zal bestaan,
legde hij niet uit.
Wij kunnen niet voorspellen aldus spr.
hoe snel het kwaad zich zal verspreiden,
wanneer het niet wordt tegengehouden.
Thans is het de beurt van Finland om aan
gevallen te worden door het land, waar
mede Duitschland een onheilig pact heeft
gemaakt. Finland vecht thans net als En
geland tegen het gewetenlooze geweld.
Wij zijn intusschen benieuwd naar den
vorm, waarin Engeland denkt zijn kleinen
dapperen medestrijder te steunen.
Merkwaardig was vooral de passage,
waarin de Britsche premier de Engelschen
waarschuwt, om de offers, welke zij zouden
moeten brengen voor het winnen van den
oorlog, niet te licht op te vatten.
„Ik ben er van overtuigd, zeide hij, dat
ons volk eensgezind ir in den wil om dezen
oorlog te winnen, maar ik ben er niet zeker
van, dat men zich wel goed voorstelt wat
dit beteekent.
Wij zullen het een tijdlang zonder aller
lei dingen moeten doen, die wij niet graag
missen. Steeds meer arbeidskrachten zullen
in dienst van het leger moeten werken."
Hij waarschuwt het Engelsche volk er
dus voor, dat het een tijd lang op dieet zal
moeten leven en de tering naar de nering
zal moeten zetten. Bovendien zal het moe
ten betalen, van hoog tot laag.
„Wij kunnen ons doel niet bereiken door
alleen maar de rijken meer te doen betalen,
want hun rijkdom is al zeer sterk aangetast.
Ik meen niet dat alle loonsverhoogingen
moeten worden afgewezen, maar het is ver
keerd, het loon te houden aan den index
van 't levensonderhoud.
In dit laatste vooral ligt een waarschu
wing om het economische leven niet te ont
wrichten. De Engelsche arbeiders zullen dit
vernomen hebben met een zwaar hart,
want afzien van loonsverhooging by een
stijgend levensniveau beteekent voor hen
een zeer zwaar offer.
Gedachtig aan het spreekwoord, dat als
het bij onzen buurman regent, het bij ons
ook druppelt, vragen wij ons af, of wy ook
den buikriem strakker zullen moeten aan
halen.
BIJ SALLA WORDT NOG STEEDS
GEVOCHTEN.
HELSINKI, 10 Jan. (A. N. P.). Volgens
de jongste in Helsinki ontvangen berichten
wordt er by Salla nog steeds hevig gestre
den, hoewel er van het Salla-front geen
officieele berichten beschikbaar zijn. Ver
nomen wordt, dat de Russische troepen in
de stellingen ten Westen van de stad veel
hardnekkiger strijden dan htm collega's
te Suomussalmi. Zij zijn keurtroepen met
veel grooter beweeglijkheid dan de andere
Russische soldaten tot dusver aan den dag
nebben gelegd. Zelfs hebben zij patrouil
les uitgezonden om te trachten de Finsche
stellingen te omsingelen. In de jongste
Finsche legerberichten is op dezen zwaren
ttrijd nabij Salla gezinspeeld. De tempera
tuur is iets gestegen. De lucht is bedekt.
STILTE VOOR DEN STORM
ALLE KRACHTEN GECONCENTREERD
OP OORLOGSDOEL.
De Britsche minister-president Cham
berlain heeft gisteren het woord gevoerd
in Mansion House.
Chamberlain zeide: De last van 't pre
mierschap in oorlogstijd is zeer drukkend.
Ik had gehoopt, dat de oorlog vermeden
had kunnen worden, maar nu dit niet het
geval is, heb ik al mijn krachten gewijd
aan één ding: de succesrijke voering en
voltooiing van dien oorlog.
De stilje waarmee ook het nieuwe jaar
is ingegaan is slechts .de stilte voor den
storm.
Millioenen mannen beloeren elkaar ach
ter hun stellingen. Het kanon buldert af
en toe, maar verder is er slechts strijd in
de lucht en op zee. Er worden verkennings
vluchten gehouden, die een bewijs leveren
van den moed der uitvoerders maar het is
slechts de inleiding tot den grooten strijd.
Alleen op zee is reeds hevig gestreden en
als ik het resultaat van 4 maanden be
schouw is dat niet onvoldoende.
De Duitsche handelsvloot, die een kwart
deel van de onze bedroeg, is vernield of
geinterneerd of eigenhandig tot zinken ge
bracht. De duikbootoorlog heeft slechts ma
gere resultaten opgeleverd. Wij hebben van
onze marine, de nieuwe 5 gekochte en ver
meesterde schepen in aanmerking geno
men, netto 122.000 ton verloren, minder
dan één procent van ons totaal.
Niet minder dan elf millioen ton bevaren
de wereldzeeën. Wij hebben de Royal Oak
en de Courageous en een paar kleine sche
pen verloren. Smartelijk is het verlies van
zooveel menschenlevens, maar onze be-
heersching van de zee is onaangetast en het
gevecht met de Graf von Spee is een van
onze grootste wapenfeiten, die het presti
ge van de Duitsche marine een grooten
knak heeft gegeven.
HULP VOOR FINLAND.
Duitschland heeft bruut geweld jegens
Polen gebruikt en het land door Duit-
schers laten bezetten en bewonen.
Nu is het de beurt van Finland, dat ge
dwongen is te vechten tegen de krachten
van onbeheerscht geweld. Wij zijn ver
vuld van bewondering voor haar heldhaf
tigheid en haar nood dringt ons haar te
hulp te komen. (Applaus).
Vervolgens kwam spr. tot de alge-
meene houding van het Engelsche volk
jegens den oorlog. Geen volk is bereid
grootere offers te brengen, geen volk
is vaster overtuigd, dat de Duitsche
agressiepolitiek moet eindigen, maar
ik ben nog niet overtuigd dat iedereen
goed begrijpt dat alles op het spel staat.
Wij moeten niet denken, dat de oor
log, omdat hij niet den vorm van 1914
heeft aangenomen, minder ernstig is.
Als het juiste oogenblik gekomen is,
zullen wij ook aan het front moeten
vechten en wij hebben een groot deel
van onze produceerende mannen aan
hun gewone taak moeten onttrekken.
Wy hebben nog honderdduizenden noo-
dig in de machine- en vliegtuigfabrieken.
De vraag naar arbeiders voor de wapenfa-
bricage maakt het onmogelijk, dat aan alle
verlangens van de burgerbevolking kan
v/orden voldaan. Wij moeten onzen im
port nog verminderen.
Vooral omdat door het convooi-systeem
het scheepvaartverkeer thans veel beter
gaat. Bovendien moeten wij den import
betalen door gouddeviezen of diensten en
omdat deze alle drie vah beperkten om
vang zijn, moeten wij onzen export zooveel
mogelijk vergrooten.
Niemand zal over deze opofferingen kla
gen als hy een oogenblik denkt aan de
mannen die te land, op zee of in de lucht
het land beschermen.
Wij hebben onze belastingen moeten ver-
hoogen. Wij hebben gewaakt tegen oorlogs
winsten door de invoering van de belasting
op excess-profits.
Wy mógen de loonschaal echter niet aan
passen aan den levensstandaard van het
oogenblik, omdat wij dan in een vicieusen
cirkel zouden geraken, wa' iedere eco
noom met mij eens zal zyn.
We moeten dus rantsoeneeren en het zon
der veel dingen stellen die wij anders ge
wend zyn. Spoedig zal ook vleesch ge
rantsoeneerd worden en als het noodig zou
zyn ook nog andere artikelen.
Het Duitsche volk draagt de
verantwoordelijkheid.
Duitschland wenscht de vernietiging van
het Engelsche Rijk. Natuurlijk wenschen
zij ons te behandelen als hun andere slacht
offers. Wij van onzen kant hebben die be
doelingen niet. (Applaus).
Maar het Duitsche volk moet weten, dat
de verantwoordelijkheid van alle rampen
die op zijn schouders zullen vallen in dit
jaar, op zijn schouders rust. De politiek
van Hitler is een constante bedreiging van
alle kleine landen in Europa.
Nergens worden zijn methoden hevi
ger veracht dan in Amerika, zooals uit de
Nieuwjaarsboodschap van president Roo
sevelt aan den Paus duidelijk blijkt.
De Geallieerden streven naar een socia
le, humanitaire, rechtvaardige en christe
lijke samenleving. Die kan niet bestaan
zoolang het Hitlerdom 'n voortdurende be
dreiging is voor de veiligheid en onafhan
kelijkheid van de Europeesche staten, een
oortdurende bedreiging voor de grondsla
gen van de Westersche beschaving, even
als voor de Noord- en Zuid-Amerikaansche
Aan het begin van dit nieuwe jaar kun
nen wij de toekomst met de kracht van
onze wapenen en in het geloof aan de
rechtvaardigheid van onze zaak, gerust af
wachten."
Het type van een
veroveraar
In de laatste kwarteeuw heeft de we
reld opnieuw kennis gemaakt met het ty
pe van den Veroveraar, dat men den Fran-
schen keizer van 't begin der vorige eeuw
scheen uitgestorven. In welken tijd ze ook
leefden, steeds vertoonen dergelijke figu
ren een zelfde karakter. Meesterlijk is hun
aard geschetst in de volgende typeering:
„De veroveraar waant, dat alles hem
toekomt. Er is geen volk, dat hij niet
onderdrukt, en indien 't zijn juk afwyst,
voelt hij zich in zijn trots gekwetst. Hij
geeft niet toe, dat hij aanvalt: hij meent
op alles een wettig recht te hebben. Om
dat hij zich den sterkste voelt, ziet hy
zichzelven niet als aanrander: het recht
om de landen van vrije volken binnen
te vallen, noemt hij verdediging.
„Als ware 't een opstandige daad de
vrijheid te willen behouden tegen zyn
begeerten in, spreekt hij slechts van re
presailles, en de oorlogen, die hij onder
neemt, schijnen hem niet anders toe
dan een gerechte straf voor de oproer
lingen.
In zijn hoovaardij heeft gij geen behoef
ten aan beraadslagen; het bijeenroepen
van zijn raadslieden is slechts een ge
baar om plechtig kond te doen van het
geen door hem reeds besloten is, en om
alles op gang te brengen.
„En dan is er nog deze karaktertrek:
God noch de menschen worden ontzien,
geen heiligdom wordt gespaard, zelfs
niet dat van den waren God.Nu eens
kent hij zichzelven Goddelijke eerbewij
zen toe, zooals reeds nagenoeg alle ver
overaars uit het Heidendom deden, dan
weer schrijft hij in zijn opgeblazen trots
zijn overwinningen toe aan zichzelf, zijn
kracht en zyn doorzicht. In zyn hart
schijnt hij te zeggen: „Ik ben een god,
en ik heb myzelven gemaakt." Hij be
schouwt zijn versterkingen, zijn tuighui
zen, zyn scheepsmachten, zijn rijkdom
men en zegt: „Is dat niet het groote Ba
byion, dat ik gebouwd heb in de kracht
van my'n macht en ih den luister van
mijn roem, om als zetel van mijn Rijk
te dienen?" En hy bedenkt niet, dat er
een God bestaat, aan Wien men alles
verschuldigd is."
Wie is de moderne schrijver, die zoo
raak de psyche teekent van den Verove
raar?
Het is geen tijdgenoot, die zich aldus
uitte. De veder, die deze regelen schreef,
rustte zegt de „Limb. Koerier" in een sinds
lang ontvleesde hand. Het was Bossuet,
die in zijn werk „Politique tirée de l'Ecri-
ture" het type schetste.
Bossuet leefde 300 jaar geleden.
Nog is zijne karakteristiek woord voor
woord waar. Het bewijst, dat zijne ken
schetsing van dezen vorm van uitersten
hoogmoed een onveranderlijke figuur in de
wereldgeschiedenis teekent. Het „Nil novi
sub sole": Er is niets nieuws onder de zon,
vindt hier weder een treffende bevestiging.
VOORNAAMSTE NIEUWS
Bollenland
HET ENGELSCHE SCHIP „DUNBAR
CASTLE" OP EEN MIJN GELOOPEN EN
VERGAAN. (2de blad).
CHAMBERLAIN HOUDT EEN NIEUW
JAARSREDE. (1ste blad).
RUST AAN HET FINSCHE FRONT.
(2de blad).
Binnenland
OUDE VROUW TE OLDENZAAL IN
BRAND GERAAKT EN AAN VERWON
DINGEN OVERLEDEN. (1ste blad).
VIJFDE SLACHTOFFER VAN HET
SCHAATSENRIJDEN OP HET IJSSEL-
MEER. (1ste blad).
BIJ EEN KOLENDAMPVERGIFTIGING
IN HET WOONWAGENKAMP TE ROER
MOND ZIJN EEN MOEDER EN DOCHTER
l*M HET LEVEN GEKOMEN. (1ste blad).
Een brief van een
Finsch soldaat
„TOT DE LAATSTE DRUPPEL FINSCn
BLOED".
Een Fransch blad publiceert en
kele uittreksels uit een merkwaar-
doigen brief van een Finsch soldaat
aan zyn verloofde in Frankrijk. De
schrijver behoort tot een van de
groote industrieele families van
Finland.
„Het is mij onmogelijk, u eerder te schrij
ven; en ook nu moet ik veel moeite doen,
om u een teeken van leven te geven.
Na een rustperiode voor mijn gezond
heid heb ik gelukkig mijn kameraden te
ruggevonden aan het front, waar mijn
plaats is. Mijn beenen zijn nog niet heele-
maal in orde, maar al mijn dappere vrien
den hebben mij geholpen. Als men my
naar moeilijk begaanbare plaatsen droeg,
speelde ik voor hen op mijn harmonica, die
ik altijd bij me heb, allen waren tevreden
over deze musicale begeleiding, die hen
sterkte naar geest en gemoed.
Geen schrijver en geen dichter zal ooit
de verscheiden vormen van dapperheid en
standvastigheid kunnen beschrijven, die
men hier om zich een ontwaart. Deze on
derlinge en absolute vriendschap tegen
over het gemeenschappelijke gevaar is het
grootste sieraad van onzen strijd voor de
vrijheid van het Noorden.
En zoo zal het blijven tot den laatsten
druppel Finsch bloed.
Ik weet, dat uw dagbladen geschreven
hebben over de grootheid van deze alge-
meene zelfverloochening, maar wat zoudt
gij zeggen, als gy het zelf eens zoudt zien?
Iedereen tracht zooveel mogelijk zijn best
te doen. Wy mogen geen tijd verknoeien
en geen wapenen.
Dikwijls bekijk ik in critieke uren uw
foto, en dan denk ik, dat men eerst alles
moet redden, om daarna een goede toe
komst te kunnen opbouwen.
Ik ben God dankbaar, dat ik zoo dikwijls
aan moeder, aan u en aan mijn thuis kén
denken.
Als het kanon buldert, en als men lange
marschen moet maken welk een afstan
den hebben wij al niet afgelegd! dan ge
voel ik mij gelukkig en denk ik aan u.
Mijn kameraden, allen zijn zij mijn
broers, hebben allen hetzelfde ideaal en
dezelfde wil; zij zijn bescheiden in het
succes, verwoed in den strijd en onschok-
baar in critieke oogenblikken.
Gij zoudt hen moeten zien, en dan zoudt
gij bemerken, hoe ontroerend hun eett-
voud is. Zelfs de koude houdt ons niet af
van het werk. God v/eet, hoe koud het is!
Maar iedereen werkt hier voor de verde
diging, zoowel zy die aan het front vech
ten als zij, die achter het front zijn.
Als het des avonds niet al te rumoerig
is met den strijd, dan biedt het woud een
passende gelegenheid om te mediteeren.
Men dankt de natuur voor de voordeelen,
die wij van haar mogen ondervinden, men
denkt aan de afwezigen en aan alles, dat
men verdedigt. En het is een zeer troost
volle gedachte, dat al diegenen, die naast
u staan, hetzelfde denken en gevoelen
als gij.
Deze innerlijke rust is wonderbaar, want
bij de eerste alarmroep is men dadelijk
weer gereed. De orde ke >rt onmidde'lyk
terug.
Gij begrijpt, dat ik u niet vergeet en van
verre gevoel ik, dat gij daarvan overtuigd
zyt. God zegene en behoede u, en met u,
ons dierbaar Vaderland."