De geruchten over
Duitsche plannen
Hernieuwde verzekering van de
eerbiediging van onze neutraliteit
DINSDAG 14 NOVEMBER 1939 3 iie Jaargang No. 9490
S)e CcicbcHeSou^nt
Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN ZZ
Bijzondere
regeeringsmaatregelen
Toen op 10 Nov. de periodieke verloven
werden ingetrokken, schreven wij bij het
desbetreffend bericht:
„Dit bericht zal duizenden een pijnlijke
teleurstelling brengen. En dengenen, wien
door deze bepaling verlof wordt onthou
den, en talrijken gezina en, waarin de ver
lofgangers periodiek terugkeeren.
Wij houden ons er van overtuigd, dat
de regeering zoo spoedig als maar eenigs-
zins mogelijk is weer zal laten doorgaan
het stelsel van de periodieke verloven,
waarin een der doeltreffendste middelen
ligt, om de lasten van het gemobiliseerd-
zijn dragelijk te maken, en dat daarom
ook door alle daarbij belanghebbenden
zoozeer wordt gewaardeerd."
Wij moeten er van overtuigd zijn, dat
de regeering bij het nemen van dergelijke
maatregelen als de intrekking van de pe
riodieke verloven met den grootsten ernst
het contra plaatst tegenover het pro.
Ongetwijfeld, is er een contra, dat niet
alléén bestaat in de onaangename en na-
deelige gevolgen, die bedoelde maatregelen
hebben voor de direct-betrokkenen, maar
óók in een zekeren terugslag op héél
het binnenlandsch leven.
Nu of later, achteraf beschouwend,
kan een criticus gemakkelijk beweren, dat
de regeering met de jongste ingrijpende
maatregelen ongemotiveerde onrust
heeft verwekt.
Dat is dezelfde „logica" als van iemand,
die zijn buurman uitlacht, omdat hij,, bij
dreigende wolken, op z'n wandeling een pa-
rapluie heeft meegenomen, terwijl er, als
hij weer thuiskomt, geen druppel regen is
gevallen. De spotter vergeet echter, dat
hij te voren niet zou hebben kunnen en
mogen garandeeren, dat het niet zou gaan
regenen!
Nu is er in de pers van zekere zijde de
regeering een advies gegeven in deze
woorden:
„Elke bijzondere actie doet de menschen
opschrikken en maakt ze zenuwachtig,
daarom is het beter de militaire voorzor
gen zoo in te richten, dat ze onder alle
omstandigheden geacht kunnen worder vol
doende te zijn. Of althans zoo, dat de wij
zigingen, die men noodig oordeelt, om zoo
te zeggen binnenshuis kunnen blijven."
Het is, naar onze besliste overtuiging,
niet gewenscht, dit advies op te volgen'.
Wij verwijzen naar wat wij hierboven
opmerkten over het groote, "zeer groo-
te nut van de periodieke verloven.
Wel zal de regeering steeds, zoo
eenigszins mogelijk, bij ingrijpen
de, verontrustende maatregelen, die zij
neemt, gelijktijdig een zekeren uitleg aan
het publiek moeten geven.
En wel zal de regeering steeds zulke
maatregelen zoo min mogelijk ostenta
tief moeten doen zijn. Voor het uiten
van dezen laatsten wensoh is er o.i. met het
oog op eenige der in de laatste dagen geno
men maatregelen zeker aanleiding.
Op Zondag weer
auto's.
De regeeringspersdienst meldt:
De Minister van Economische Zaken
brengt ter algemcene kennis, dat de
aanvoer van benzine in de laatste we
ken niet onbevredigend is geweest. De
regeering meent daarom het risico te
mogen aanvaarden om den maatregel
van het niet-rijden van motorrijtuigen
op Zon- en feestdagen met ingang van
19 November a.s. op te heffen.
Hierbij heeft tevens gewogen het feit,
dat de voorbereiding van de distribu
tieregeling van benzine thans zoover is
gevorderd, dat deze regeling indien
dit onverhoopt noodig mocht zijn op
korten termijn kan worden ingevoerd.
Met nadruk voegt de regeering hieraan
toe, dat het van groote beteekenis is, dat
de automobilisten hun medewerking blij
ven verleenen door zuinigheid te betrach
ten bij het benzineverbruik. Dit kan ge
schieden door het achterwege laten van
niet noodzakelijke ritten, door het combi
neeren van vervoer in één auto en boven-
DE STORM LUWT
De storm, welke dezer dagen was opge
stoken in de internationale pers rondom
Nederland en België en welke ook in ons
land allerlei oncontroleerbare en dwaze
geruchten heeft doen opwaaien, is weer
gaan liggen.
Ook in het buitenland heeft het rustige
woord van onzen minister-president een
kalmeerende uitwerking gehad. Allerwe
gen wordt een ontspanning ten opzichte
van de neutrale positie van onze beide
kleine landen geconstateerd.
In Duitschland wordt opnieuw ver
klaard, dat Duitschland, volgens zijn dui
delijke verklaringen, de neutraliteit van
Nederland en België zoolang zal eerbiedi
gen, als Engeland en Frankrijk deze neu
traliteit respecteeren en als Nederland en
België zich zelf in staat toonen hun neu
traliteit strikt te bewaren.
Te Berlijn schrijft men de alarmeeren-
de geruchten toe aan het „onscrupuleuse
propagandawerk, in de eerste plaats van
Reuter en Havas, die in een toegenomen
onrust van Europa een van hun oorlogs
doeleinden zien".
Het is ontegenzeggelijk juist, dat de
wilde geruchten hun oorsprong hebben in
Engeland en Frankrijk, doch of ze opzet
telijk door de geallieerde propaganda zijn
verspreid voor bepaalde doeleinden, wa
gen wij te betwijfelen De oorlog kweekt
een vruchtbare bodem voor allerlei ver
halen en geruchten; het zijn welig opschie-
-tende woekerplanten, wier zaden van
overal vandaan komen aanwaaien.
Volgens den Londenschen correspon
dent van de „Telegraaf" betreurt men in
gezaghebbende Britsche kringen de wilde
geruchten ten zeerste en spreekt men die
pe waardeering uit voor het standpunt door
den Nederlandschen premier ingenomen.
Men eerbiedigt te Londen niet alleen Ne
derlands status van neutraliteit, doch ook
het tactisch standpunt van volstrekte on
zijdigheid naar alle zijden; dat zulke in
houdt en men heeft niet de minste neiging
om Nederlands positie moeilijker te maken
dan zij reeds is. De Britsche autoriteiten
doen dan ook al het mogelijke om de En-
gelsche pers binnen de perken van het
voegzame te houden en men betreurt te
Londen evenzeer als ten onzent, dat be
richten verspreid zijn, die niet met de
werkelijkheid strookten.
De „Osservatore Romano" schrijft o.a.,
dat een inval in Nederland de verontwaar
diging van de geheele wereld tengevolge
zou hebben en dat de consequenties daar
van wellicht beslissend zouden zijn voor
den uitslag van het conflict.
In dit verband is het wel typeerend, dat
de audiëntie, die den Amerikaanschen ge
zant te 's-Gravenhage door H. M. de Ko
ningin is verleend zeer de aandacht heeft
getrokken. Men heeft te Londen den in
druk, dat de Ver. Staten geenszins onver
schillig zouden staan tegenover een poli
tiek van intimidatie van een der oorlog
voerenden jegens Nederland.
Zoo kan men als eindconclusie van een
week \tm onrust concludeeren, dat de
heele geschiedenis toch zijn goede zyde
heeft gehad.
Vooreerst kunnen de minder evenwichti-
gen onder ons eruit leeren, dat onze Ne-
derlandsche neutraliteit een anderen geest
eischt dan zenuwachtigheid. De beste
eigenschappen van onzen Hollandschen
aard komen hier te pas en wij moeten ze
toonen.
Vervolgens is opnieuw komen vast te
staan, dat wij bereid zijn, onze neutrali
teit te verdedigen, koste wat het kost.
En ten slotte is weer gebleken, welke
gevaarlijke internationale spanningen
iedere poging om onze rivieren-delta te be
zetten, onmiddellijk zou opwekken, span
ningen, die zich zouden ontladen op het
hoofd van den aanvaller.
al door niet te rijden met een te groote
snelheid, wat zoowel op het benzinever
bruik als op de bandenslijtage van grooten
invloed is.
Zou alsdan tot distributie worden be
sloten, dan onderschatte men niet de be
zwaren van dezen maatregel, welke in de
practijk onvermijdelijk stroef werkt. Van
daar dat het aanbeveling verdient, dat
door vrijwillige samenwerking der belang
hebbenden het in werking treden eener
distributie zoo lang mogelijk wordt uitge
steld.
Een officieuse Duitsche
uiteenzetting
„HET WAS ALLES BRITSCHE
PROPAGANDA"
Officieus wordt gemeld, aldus het D.N.B.:
„Een hoofdthema in de internatiaonale
pers was in de laatste dagen het aan
Duitschland toegedichte voornemen, om
Nederland en België binnen te marcheeren.
Van Duitsche zijde bestond er, naar men
in politieke kringen te Berlijn met nadruk
verklaart, geen aanleiding ten aanzien van
deze houding der Engelsche, Fransche en
een deel der neutrale pers stelling te ne
men. De houding van Duitschland immers
tegenover de neutrale staten is ondubbel
zinnig vastgelegd en bekend. Zooals men
weet, zal Duitschland, naar het duidelijk
verklaard heeft, de neutraliteit van Neder
land en België zoolang iespecteeren als En
geland en Frankrijk deze neutraliteit-res
pecteeren en zoolang als Nederland en Bel
gië zichzelf in staat toonen hun neutrali
teit strikt te bewaren.
Wanneer niettemin in breeden kring in
Nederland zoowel als in België ongewone
opwinding ontstaan is, gepaard gaande met
zeer nadeelige gevolgen voor het binnen-
landsche leven dezer staten, en er tevens in
andere staten ernstige bezorgdheid ontstaan
is, dan zijn deze staten het slachtoffer ge
worden van de gewetenlooze propaganda-
actie van met name'Reuter en Havas, die
als een van hun oorlogsdoeleinden een stij
gende onrust in Europa beschouwen.
Tenslotte is ook bekend, met welke me
thode de Engelsche propaganda gedurende
den wereldoorlog gewerkt heeft, dezelfde
methode, waarmede zij ook thans weer
werkt".
Tot zoover de verklaring van D.NB.
GUNSTIG ONTHAAL.
United Press meldt voorts, dat de rede
van minister De Geer in Berlijnsche poli
tieke kringen gunstig ontvangen is. Wij
juichen het toe, gaf men daar te verstaan,
dat een bevoegde instantie thans deon
juistheid van de geruchten, die Duitschland
agressieve bedoelingen toeschrijven jegens
neutrale landen, aantoont. Deze valsche ge
ruchten kunnen slechts uit één bron ko
men: Londen. Want wij hebben slechts één
werkelijken vijand.
In officieele kringen weigerde men voor
loc pig een oordeel over de rede te geven,
omdat men nog niet de beschikking had over
den officieelen tekst.
De Duitsche pers heeft overigens nog
steeds geen eigen artikelen gepubliceerd
over de geruchten, dat Duitschland Neder
land of België zou willen aanvallen. Wel
nemen sommige bladen dergelijke geruch
ten van de buiteulandsche pers over en zij
plaatsen daaronder een commentaar, waar
in er op gewezen wordt, dat de geruchten
verspreid worden, om de betrekkingen tus-
schen het Duitsche rijk en de neutrale lan
den te vergiftigen.
Als naar gewoonte hebben de Duitsche
troepen in en om Berlijn in het weekeinde
verlof gekregen, zoodat de straten, restau
rants en café's van de Duitsche hoofdstad
Zaterdagavond vol militairen zaten.
DE OSSERVATORE ROMANO OVER
NEDERLAND
Het pauselijke orgaan, de Osservatore
Rcmano, wijdt aai Nederland opnieuw zijn
hoofdartikel, aldus meldt de Romeinsche
correspondent van het „Vaderland". In de
eerste plaats wijst het blai erop, hoe het
vredesinitiatief van de beide vorsten groo
ten weerklank heeft gevonden bij tal van
neutrale mogendheden en ook bij den Paus,
die een telegram van adhaesie aan den ko
ning van België (welk land met het Vati-
caan diplomatieke betrekkingen onder
houdt) heeft doen geworden. Doch ook de
oorlogvoerende partijen hebben de edele
gevoelens waaruit het vredes-initiatief ge
boren werd, ten zeerste gewaardeerd, al zal
het initiatief denkelijk, blijkens de reeds
ingekomen antwoorden van Engeland en
Frankrijk, zeer waarschijnlijk geen onmid
dellijke gevolgen hebben. Toch is het van
groot nut geweest. Want, zoo schrijft het
Pauselijke orgaan, hier is nogmaals het ver-
lar gen van de beschaafde wereld naar vre
de onder woorden gebracht en bovendien
is er voor de oorlogvoerende partijen de
mogelijkheid geweest hun standpunt nog
eens duidelijk te omschrijven en bij die
omschrijving zullen zich alle partijen wel
bewust geworden zijn, dat de toekomst ge
boren moet worden uit de samenwerking
var allen. De machten, die thans tegenover
elkaar staan, zijn zoo groot, dat ook al zou
er op den duur een eindoverwinnaar en
overwonnene zyn, deze laat-te toch onmo
gelijk uitgesloten kan worden van den we-
det opbouw van Europa. Zou een overwin
naar trachten aan de andere partij zijn wil
op te leggen, dan zou de nieuwe vrede niet
minder onzeker zijn dan de vrede van Ver
sailles gebleken is.
Nog even terugkomende op de alar-
meerende berichten, omtrent de Neder-
landschBelgische neutraliteit, geeft
de Osservatore Romano met krachtige
woorden te kennen, dat het hier twee
landen betreft, die in Europa een zeer
groote rol spelen en die men zeker niet
zonder meer onder den voet zou kunnen
loopen. De Belgi;che weerstand van
1914, die van Polen in de afgeloopen
Septembermaand, zouden niets zijn te
genover de middelen en organisatie van
die twee staten. Indien een der strijden
de partijen zou willen probeeren de Ma-
ginot- of de Siegfriedlinie om te trekken
door het schenden der neutraliteit van
de beide kleine landen van Noordwest-
Europa, zou weldra blijken, dat het ge
voel van onafhankelijkheid, van eer en
van souvereiniteit bestand zou zijn te
gen de allerlaatste snufjes van inge
nieurskunst en de onverschrokken har
ten, die hun goed recht zouden verdedi
gen, niet minder sterk zouden zijn dan
het gewapend beton.
Het blad stelt dan met voldoening vast,
dat. Duitschland nogmaals de verzekering
heeft gegeven, dat het de neutraliteit der
beide landen zal respecteorer en terecht,
zoo eindigt het blad, hebben de woordvoer
ders van het Duitsche rijk de geruchten,
alc zou men te Beilijn met vijandige voor
nemens tegen Nederland en België rondloo-
pen, als een beleediging voor Duitschland
gekenschetst.
VRAGEN AAN DEN MINISTER
VAN JUSTITIE.
Betreffende een vergadering van de N. S. B.
Het Tweede Kamerlid Van der Goes
var Naters (S.D.A.P.) heeft aan den mi
nister van justitie de volgende vragen ge
steld:
1. Is het juist, dat op een „werkersbij
eenkomst" der nationaai-socialistische De-
weging, op Vrijdag 10 November 1939 te
's-Gravenhage gehouden, drie leiders dier
beweging de navolgende uitdrukkingen
hebben gebezigd of gevoelens tot uitdruk
king netuen gebracht:
a. De eerste spreker:
1 „Wij zuilen het machtige Dietschland
vestigen". „Dietschland moet weer één
worden, van Duinkerken tot Emden".
2. „Wij nationaal-socialisten weten niet,
wie onzer het eerst zijn leven zal moeten
geven, wanneer hij voor de consequenties
van het nationaal-socialisme zal worden
gesteld",
waarna de spreker herinnerde aan een
onderdaan van de Zuid-Afrikaansche Unie,
die 25 jaar geleden in oorlogstijd aan de
bevelen zijner overheid niet voldeed en
deswege zou zijn gefusilleerd, waarop de
spreker uitriep: „Zoo stierf eenDietscher,
trouw aan de tradities van het Dietsche
volk".
b. De tweede spreker:
Het na de herdenking van de slachtof
fers in de Bürgerbraükeller te München
voordragen van een gedicht ter eere van
Hitier en het Duitsche leger, waarop aan
sluitend de muziek speelde: ik had een
wapenbroeder, en alle aanwezigen den na-
tionaal-socialistischen groet brachten.
c. De .laatste spreker:
1. „De haat is alleen by de democraten.
Zij zijn het, die zeggen, dat alle Duitschers
moeten worden afgemaakt".
2. „Het groot-Dietschland, Nederland,
Vlaanderen, Zuid-Afrika, met Indië, en
den Congo zal.... een machtig imperium
vormen".
2. Is de minister van meening, dat, in
dien het boven geciteerde en gerelateerde
juist is, daardoor de Nederlandsche neu-
Dit nummer beslaat uit
drie bladen.
VOORNAAMSTE NIEUWS
Buitenland
DUITSCHLAND VERZEKERT OFFI
CIEUS NOGMAALS, DAT HET GEEN
PLANNEN HEEFT TEGEN DE NEUTRA
LITEIT VAN NEDERLAND. (1ste blad).
COMMENTAAR OP DE FRANSCHE EN
BRITSCHE ANTWOORDEN OP HET VRE
DES-INITIATIEF VAN NEDERLAND EN
BELGIë. (2de blad).
DE FINSCHE ONDERHANDELAARS
HEBBEN MOSKOU VERLATEN. (2de
blad).
Binnenland
OPHEFFING ZONDAGRIJVERBOD
VOOR AUTO'S. (1ste blad).
VOEDER VOOR PLUIMVEE. (Ie blad).
VERGOEDING VOOR GEMOBILISEER
DEN TIJDENS VERLOFDAGEN. (Ie bi
DUURTE-TOESLAG VOOR ARBEIDERS
IN DE TEXTIEL-INDUSTRIE. (1ste blad).
traliteit wordt in gevaar gebracht, als
mede wordt opgeruid tot desertie en re
bellie, en, zoo ja, wil de minister dan mee-
deelen, of het bovengemelde hem tot het
bevorderen eener strafvervolging en/of
andere maatregelen aanleiding heeft ge
geven, en is hij bereid, van die maatrege
len mededeeling te doen?
VRAAG AAN DEN MINISTER
VAN DEFENSIE.
Geruchten betreffende arrestatie van
een Overste.
Het Tweede Kamerlid De Marchant et
d'Ansembourgh (N.S.B.) heeft aan den
Minister van Defensie de volgenoe vragen
gesteld:
Is het waar, dat een Overste onder ver
denking van spionnage in arrest is ge
steld?
Incuen dit inderdaad het geval is. is de
minister dan bereid den naam of althans
de aanvangsletters van den naam van den
in arrest gestelden hoofdofficier mede te
declen, opdat een eind wordt gemaakt aan
de verdenking, die door een persbericht
over een arrestatie van dezen aard op alle
Oversten van het Nederlandsche leger is
gelegd?
Het antwoord van den heer Dykxhoorn,
minister van defensie, op deze gisteren ge
stelde vragen is reeds heden ingekomen en
luidt:
1. Er is geen officier, van welken rang
ook, onder verdenking van spionnage of
soortgelijk misdrijf in arrest gesteld.
2. In verbandlost het vorenstaande be
hoeft vraag 2 geen beantwoording.
VERGOEDING VOOR
GEMOBILISEERDEN.
Tijdens verlofdagen.
Op vragen van het Tweede Kamerlid
van Sleen betreffende vergoeding van
voedingskosten voor gemobiliseerden niet-
kostwinners tijdens verlofdagen, heeft de
minister van Defensie als volgt geant
woord:
Volgens de bestaande regeling wordt bij
verlof geen vergoeding wegens gemis van
levensmiddelen toegekend.
Echter is reeds geruimen tijd een
regeling in overweging, waarbij zoo
wei aan kostwinners als aen niet-
kostwinners gedurende de gewone
verlofdagen een dergelijke vergoeding
wordt toegekend. Bedoelde regeling
zal binnenkort worden vastgesteld en
bekend gemaakt.
In afwachting daarvan is afgezien van
het aanvankelijk voornemen om bij het
bepalen der kostwinnersvergoeding reke
ning te houden met de kosten van voe
ding gedurende de verlofdagen.
GESCHUTVUUR BIJ PARUS.
PARIJS, 14 November. (A.N.P.) Kort na
het middaguur werd in het gebied van Pa
rijs geschutvuur gehoord. Er hebben geen
sirenes gelceid.