GENERAAL REYNDERS INSPECTEERT ZWEMSTERS. f)rie mannen en hun noodlot De opperbevelhebber van Land en Zeemacht, generaal I H Reynders en oud minister jhr. ir O C A van Lidth de Jeude inspecteeren een keurcorps vanzwemsters, die Maandagavond medewerkten aan het groot zwemfeest in Den Haag ten bate van de afdeeling O en O. voor militairen FEUILLETON door A. J. HUISMAN. (Nadruk verboden). HOOFDSTUK IX. Het eerste slachtoffer. Terwijl O' Malley in de lift omlaag daal de, merkte hij, dat de meeste kantoren in het gebouw reeds gesloten waren. Zijn hor loge vertelde hem, dat het bijna zes uur v/as en de mogelijkheid kwam bij hem op, dat Barrett langer dan gewoonlijk op kan toor was gebleven voor het geval, dat hij met den brief zou verschijnen. Maar ze ker wist hij dat natuurlijk niet en met een geprikkelde gewaarwording van gefaald te hebben verliet hij het gebouw en begaf zich Oostwaarts naar Fifth Avenue. Hy was niet bijzonder op zijn hoede, terwijl hij voort- wandelde, want hij was overtuigd, dat het gevaar voor hem ten minste - voorbij was, nu de brief aan Ward Barrett bezorgd was. Barrett had een sterken indruk op hem gemaakt Hij was zonder twijfel een zeer innemende persoonlijkheid, hy boezemde vertrouwen en sympathie in. Er school groote doelbewustheid en zelfbeheersching achter zijn bezadigde reserve. En toch.... Louise Chester had hem verteld, dat er verscheidene jaren geleden een groot on recht jegens Barrett's vader begaan was. Ze had gezinspeeld op wraak voor dit on recht als motief voor de diefstal. De man, dien O' Malley zooeven gesproken had, kon natuurlijk achter het masker van een rus tig en aantrekkelijk voorkomen, wraak zucht verbergen. Maar, als dit zoo mocht zijn, dan was O' Malley zeker dat hy de geslepenheid en de zelfbeheersching bezat om jaren te wachten en dan op het cri- tieke moment toe te slaan. O' Malley trachtte zich zijn eigen vader nu sedert vele jaren overleden, voor te stellen, geruineerd en het slachtoffer van verraad en tengevolge van angst en el lende door een hartverlamming getroffen, door toedoen van een man als Chester. En hij voelde hoe een dergelijke wetenschap een vernietigenden gloed van woede en haat in zijn eigen hart zou hebben doen op laaien. Niet gerechtvaardigd misschien, maar wel heel menschelijk, zulk een mo tief. Het gezicht van Claudia Hunt verrees voor zijn geest: het bracht den loop van zijn gedachten in verwarring en deed zijn polsen feller kloppen. Een gezicht van tan- taliseerende schoonheid was het, met de fijne trekken en de blanke, zachte huid, en meer nog, met de bevallige waardigheid, die haar van duizend anderen scheidde. Toch had ze voor haar broer gevochten. En tijdens hun kort telefoongesprek was het niet moeilijk geweest vast te stellen, dat ze op den besten voet waren, zy en Barrett O' Malley naderde nu het park en het stille restaurant, waar hij het meisje het eerst had gezien. Hy vroeg zich af of ze er vanavond misschien weer zou zyn. En hij merkte opeens dat hij honger had. Alle problemen van zich af zettend, trad hij binnen en liep naar de eetzaal, Natuur lijk. was ze er niet. De kans om haar te ont moeten was die van één op een millioen, zei zijn nuchter verstand hem. Maar zijn aderen brandden in een koorts van liefde. Hij dineerde langzaam en treuzeldg over zijn koffie. Het werd buiten donker. De kellner bleef bij hem in de buurt, ver baasd. En nog wachtte hij, hoopvol tegen beter weteh in. Maar toen het ten slotte acht uur was ge worden, betaalde hij zijn maaltijd en ging naar huis, onuitsprekelijk teleurgesteld. Miss Hippy kwam hem al in de hall te gemoet, toen ze de voordeur hoorde dicht slaan. „O mr. Malley!" begroette ze hem. „Ik dacht al dat u het was. Er is een telegram voor u. Ik heb het in uw kamer gelegd, omdat ik dacht dat u misschien laat zou zijn en het in de hall niet zop opmer ken." „Dank u, miss Hippy. Wanneer is het ge komen?" „Ongeveer een uur geleden." Met een angstig voorgevoel haastte hy zich naar boven, vond het telegram op zijn schrijftafel en scheurde het met zenuwach tige vingers open. „Vader overleden. Kun je overkomen? Louise". O' Malley was diep geschokt. Chester zelf beteekende rauwelijks iets voor hem, maar onmiddellijk stelde hij zich Louise voor, hulpeloos en gebroken onder dezen slag was. Chester vrij willig uit het leven gescheiden of was hij bezweken onder den last van vrees en zorg? In ieder geval, on der deze omstandigheden zou Louise iemand naast zich noodig hebben, nu da delijk, niet morgen, of den dag daarop. Hij pakte een paar reisbenoodigheden bij elkaar en stopte ze in een koffer, zijn ge dachten vervuld van medelijden met zijn ongelukkige vriendin. Na een paar minu ten verliet hij het hnis weer, riep een taxi aan en was op weg naar het station. Hij had het geluk, dat er bijna direct een trein vertrok. Gedurende de reis dwaalden zijn gedach ten her en der. Hij peinsde opnieuw over de mogelijke oorzaak van Chesters dood. Vervolgens hielden zij zich bezig met Bar rett en het trof hem, dat als de financier, van wien Louise nog altijd hield, indirect aansprakelijk zou zijn voor haar vaders plotseling overlijden, die een tragedie op zichzelf was. Maar een dergelijke wraakneming, in koelen bloede op touw gezet door een man van Barrett's positie, leek hem erg on waarschijnlijk. Bovendien, Schenk was óók in de zaak betrokken. Zijn verklaring voor zijn aanwezigheid in de bibliotheek dien nacht, klopte niet met de feiten en bevre digde O' Malley heelemaal niet. En dan die mysterieuze brief! Wanneer Barrett's aan deel in de inbraak onwaarschijnlijk was, op welke wijze stond de brief en de daar mee samenhangende gebeurtenissen er dan mee in verband? Maar een volgende vraag had de brief iets te maken met de inbraak? Er was niets dat daar op wees. Een taxi bracht hem van het station naar de villa van de Chesters. Het meisje, met roodbehuilde oogen, dat hem opendeed, deelde hem mee dat hij miss Chester in haar zitkamer kon vinden en dat zy hem wachtte. Toen hy de trap opging, kwam Bates, de butler, uit het achterhuis de hall in schieten. Verrast keek O' Malley op hem neer. Hij was zoo bleek als een doek, liep met het hoofd stijf rechtop als iemand in trance, en zijn handen spanden en ontspan den zich in krampachtige bewegingen. Hij merkte O' Malley op de trap niet op en de jongeman deed geen poging om zijn aan dacht te trekken. Hij prentte zich alleen 'smans uiterlijk in het geheugen voor het geval, dat het later van beteekenis mocht blijken te zijn en vervolgde zijn weg naar boven, naar de welbekende, behaaglijke, kleine zitkamer. In antwoord op zijn kloppen verzocht een rustige stem hem binnen te komen. De ka mer was vrijwel donker; alleen de groen- omkapte lamp op Louise's schrijfbureau brandde en wierp een vagen lichtcirkel om zich een. Maar in een oogenblik zag hij haar: ineengedoken op de diepe, met cre tonne kussens bedekte vensterbank, de oogen op hem gericht. Een onuitsprekelijk medelijden greep O' Malley aan. Met een paar passen was hij bij haar en pakte haar handen. „Louise! Arm kind! Wat kan ik doen om je te helpen?" Ze Jiet haar handen rusten in zijn ver troostende omvatting. „Terry!" klonk het byna fluisterend. „Ik dacht vel, dat je zou komen." Hij ging naast haar zitten, liet een van haar handen los, legde zijn arm om haar heen en trok haar naar zich toe. „Louise", drong hy zacht. „Vertel me alles.'..." (Wordt vervolgd). De hooldstad treit voorzorgsmaatregelen Op den Dam te Amsterdam werden Maandag door de brandweer proeven genomen met de brandputten, welke met de gi achten tn verbrndina s'aan De Noorsche dames, die te Oslo bezig zijn bij de vervaardiging van onderdeden der uitrusting voor de gemobiliseerden, werden dezer dagen vereerd met het be zoek" van kroonprinses Martha die zich van de werkzaamheden op de hoogte kw»m «tollen Terwijl talrijke Fransche oestervisschers onder de wapenen geroepen zijn tv verdediging van hun vader land, hebben de vrouwen hun werk overgenomen, want de vangst moet doorgaan, nu de R weer in de maand is Gecamoufleerd tegen een rotswand ergens aan het front in Frankrijk be vindt zich een der centrale posten van het Fransche leger, van waaruit de commando's naar de verschillende troepenafdeelingen gegeven worden Zes leden der Engelsche reddingbrigades voor mijnrampen werden aangewezen, om te helpen bij het bergen der lijken van de duikboot .Thetis" De kranige mannen ontvangen de laatste instructies Een' te'efoon-post in het open veld aan het Westelijk front m Frankrijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 12