WEK UW LEVER-GALOP VRIJDAG 29 SEPTEMBER 1939 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 12 De militaire vliegtuigen van de Kon. Marine en de Kon. Landmacht worden thans van nieuwe herkenningsteekens voorzien. O.m. wordt op beide zijden van den romp vcm het vliegtuig een oranjekleurige gelijk zijdige driehoek met zwarten rand aangebracht. Het opspuiten der merkteekens. (Bovenstaande foto is gemaakt met toestemming der betrokken militaire autoriteiten). RECHTZAKEN EEN INTERNATIONAAL FINANCIER VOOR HET AMSTERDAMSCH GERECHTSHOF. BEHANDELING UITGESTELD VOOR ONBEPAALDEN TIJD. Mr. van Nierop achtte zijn verblijf in Nederland een groot zakenbelang. Het Amsterdamsche Gerechtshof behan delde Donderdag onder groote belangstel ling, vooral van de zijde van de balie, de strafzaak tegen den internationalen finan cier Wreszynski, die door den officier van justitie een internationale misdadiger was genoemd, wiens practijken niet voor die van Stavisky onderdoen. Bij de bèhandeling voor de rechtbank op 13 April j.l. vorderde het O.M. de maxi mumstraf voor oplichting, n.l. vier jaar ge vangenisstraf. De rechtbank wees conform dezen hoogen eisch vonnis, doch bracht twee maanden voorloopige hechtenis in minde ring. Wreszynski, een Pool van geboorte, stond terecht, wegens twee gevallen van oplich ting. Tot voor korten tijd was nij woonach tig te Los Angeles, doch sedert November van het vorige jaar bevindt hij zich in het Huis van Bewaring te Amsterdam. Zijn arrestatie in een der deftigste Am sterdamsche hotels deed indertijd veel stof opwaaien, niet omdat de beide oplichtingen waarvoor hij thans in beroep terecht staat, zoo bijzonder belangrijk zijn, maar omdat Wreszynski in de financieele wereld vele jaren een zekere rol heeft gespeeld, niet altijd tot genoegen van de regeeringen der landen, waar hij vertoefde, zoodat hij her haaldelijk uitgewezen werd. Hij verrichtte als compagnon van kolonel Norris, een Engelsch financier, of als diens lasthebber bankzaken, die voornamelijk bestonden uit deblokkeeren van vorderingen op crediteu ren in landen met een beperkt betalingsver keer. Een paar jaar geleden was Norris een fi guur om welke een geheimzinnig waas hangt, gewikkeld in een geruchtmakende procedure met het Unilever-concern over 't deblokkeeren van vorderingen Het pro ces werd te Parijs gevoerd en eindigde door een schikking. De Unilever maakte deel uit van een pool, een combinatie van crediteu ren, waarin ook de Amsterdamsche Bank was vertegenwoordigd. De Unilever trad uit de pool, waarvoor Norris en Wreszyns ki bleven optreden, zeer tot nadeel van de Amsterdamsche Bank, die voor millioenen schade leed. Een vervolging van W. voor deze benadeeling van de Amsterdamsche Bank was uit technisch-juridische overwe gingen niet mogelijk. De twee gevallen van oplichting zijn van het soort, dat in de strafkamers van recht banken en gerechtshoven in den lande her haaldelijk wordt behandeld: „kleingoed". Het eerste geval betreft de oplichting ten- nadeele van juffrouw Toni M., een Oosten- rijksche dame, die echter reeds geruimen tijd in Nederland vertoefde. Zij had kennis-gemaakt met Wreszynski en hem verteld, dat drie harer naaste fami lieleden die te Weenen woonden, gaarne naar Amerika wilden emigreeren. Wreszynski, die in den breede over zijn relaties had verteld en zich bovendien voor Argentijnsch consul uitgaf, zou dit wel even in orde maken. Maar er was veel geld voor noodigen zoo wist hij haar te be wegen hem 4.000 te geven. In de tweede plaats zou hij den koopman P. F. H. hebben opgelicht voor 6.000. Deze man was bij W. in dienst getreden als secretaris. Wreszynski deed een verhaal over een tip uit Zweden. Hij zou 150 pro cent winst kunnen maken. Ook vertelde hij van zijn relaties met de Amsterdamsche Bank. Als bewijs toonde hij een stuk, waarin hem 120.000 pond sterling werd be loofd, wanneer hij zou slagen in het deblok keeren van een groot aantal vorderingen op Duitsche e.a. crediteuren. De koopman secretaris liet zich bepraten en nam in de „Zweedsche affaire" deel met 6.000. In eerste instantie ontkende W. beide op lichtingen. President van het gerechtshof was mr. Joh. M. Jolles, procureur-generaal mr. J. Versteeg. Als verdedigers traden op mr. Muller Massis en mr.- F. Mannheimer. Het O. M. had acht getuigen a charge op geroepen. Het bleek echter dat de hoofd getuige M. niet was verschenen, omdat zij in een sanatorium vertoeft. Als eerste getuige hoorde het Hof hoofd inspecteur R. Stoett, chef van de vreem delingenpolitie. Deze verklaarde, dat ver dachte eenige malen op zijn bureau was geweest voor de verlenging van de verblijf- vergunning. Den eersten keer was de heer mr. Van Nierop, directeur van de Amster damsche Bank, meegekomen, die had ge zegd, dat het een zakenbelang was, dat verd. in het land bleef. Vervolgens kwamen de getuigen a char ge aan de beurt. De eerste die voor het hekje kwam was de koopman-secretaris. Hij vertelde hoe hij zich had laten bepraten om 6.000 af te geven. Deze getuige had verdachte leeren kennen in een groot hotel in de binnenstad. Daar bracht hij Toni M. in aanraking met Wreszynski. Toni had hem verteld dat zij Amerikaansche visa voor de passen van haar familieleden wilde hebben. Wreszyns ki had tegen getuige gezegd, dat hij den Amerikaanschen consul goed kende. Pres.: En wie was die Amerikaansche con sul, die vriend van u? Verd. wilde een langdradig antwoord geven, maar de president stond op naam en adres. Verdachte: Ik ben zijn naam en adres vergeten. Pres.: En bent u consul van Argentinië? Kunt u dat bewijzen? Verd.: Ja zeker, maar papieren om dat te bewijzen heb ik niet. Ik was consul van Argentinië voor de stad Dresden, 't Was meer een eeretitel. Tenslotte vertelde deze getuige onder groote belangstelling van het Gerechtshof, dat hij schadeloos was gesteld. Hij had de zesduizend gulden teruggekregen van de Amsterdamsche Bank. De directeur van een groot hotel ver klaarde, dat verdachte hem in October 1938 500.ter leen had gevraagd om de reke ning van een ander groot hoofdstedelijk hotel te kunnen betalen. Verdachte: Enkele dagen later zou ik een belangrijk bedrag uit Engeland krijgen. Mr. Muller Massis; Verdachte heeft inder daad een belangrijk bedrag in Engeland tegoed. We hebben de afrekening zelfs ge- Het getuigenverhoor was hiermede ten einde en de griffier las de verklaringen van Toni M. voor. Bij het slotverhoor wilde de president nog weten, hoe verd. aan het geld is gekomen om zijn schulden te betalen. Verd.: Van „Melan". Pres.: Waarmede kunt u dat bewijzen. Verdachte legde een uitvoerige memorie over aan het hof, maar bewijsstukken waren er niet bij. Het hof ging, naar aanleiding van deze kwestie en om te bespreken of de niet ver schenen getuigen alsnog moeten worden gehoord, in raadkamer. Na heropening der zitting werd eerst een Amsterdamsche juwelier gehoord, die in middels was -komen opdagen. „Consul Wreszynski" had in October 1937 een ring bij hem gekocht. Een paar jaar later kwam ^erd. opnieuw bij hem om een platina armband te verkoopen, om.naar hij zeide zijn hotelrekening te kunnen betalen. Op den armiband had hij Wreszynski 250 ter leen gegeven. Eenige dagen later had hij het geld teruggegeven, waarbij hij een bankbiljet van 1000 ter wisseling aan bood aan den hotelportier. Pres.: Was dat geld van Toni M. of van uw secretaris afkomstig. Verd.: Neen, dat was mijn eigen geld. President: En wat heb.t u met de f 4000 van juffrouw M. gedaan? Dat geld wilde ik aan Melan geven. Die zou de kwestie van de visa in orde maken. Pres.; U was toch zelf de man met den vriend op het Amerikaansche consulaat. Tenslotte bekende verd. dat hij het geld van Toni M. voor privé-doeleinden had ge bruikt. Pres.: Dat is een stap vooruit. De ver duistering geeft u nu tenminste toe. Verd.: Maar de visa zouden in orde komen. Pres.: Ja, dat zal wel, maar de passen van de familie M. lagen in uw nachttafeltje en daar bleven ze. Verdachte beweerde vervolgens, dat hij eenige dagen later aan Toni M. de 4000 had teruggegeven maar even later had ze hem het geheele bedrag weer ter hand ge steld tegen een kwitantie, waarop stond, dat ze het geld terug zou krijgen, als de visa niet in orde kwamen. De procureur-generaal mr. Versteeg ver zocht voorlezing van een stuk, dat zich in het dossier bevindt. Dit stuk heeft niet di rect betrekking op de tenlaste gelegde op lichtingen, doch op verd.'s relatie met de Amsterdamsche Bank. Inmiddels was weer een getuige versche nen, die verklaringen aflegde over groote verteringen door verdachte. Op verzoek van de verdediging werd de zaak geschorst om eenige vraagpunten voor te leggen aan Toni M., die wegens ernstige ziekte niet ter zitting kan ver schijnen. De verdachte had een heele lijst vragen om via den rechter-commissaris aan juf frouw M. voor te leggen. De zaak werd voor onbepaalden tijd uit gesteld. HELER VAN JUWEELEN TOT DRIE JAAR VEROORDEELD. De vader vrijgesproken. De Haagsche rechtbank heeft vonnis ge wezen in de zaken tegen de beide kooplie den M. D. en J. D., resp. 58 en 36 jaar oud, vader en zoon, die veertien dagen geleden terecht hebben gestaan als verdacht van heling van de groote partij sieraden, die de z.g. „peperstrooiers" aan het eind van het vorige en het begin van het loopend jaar in juwelierszaken hebben gestolen. De officier van justitie had tegen M. D. twee jaar en tegen J. D. vier jaar gevange nisstraf geëischt. Ten aanzien van den laat- sten verdachte, had de rechtbank op ver zoek van de beide verdedigers mr. M. H. Huygens en P. van 't Hoff Stolk de voor loopige hechtenis opgeheven. Gisteren heeft de rechtbank vonnis wij zende, M. D. vrijgesproken en J. D. drie jaar gevangenisstraf opgelegd, tevens be velende, dat de in beslag genomen sieraden aan de rechthebbenden moeten worden teruggegeven. EEN PROCES-VERBAAL VERSCHEURD. Tegen een veldwachter 100 boete geëischt. De gemeente-veldwachter E. S. te Pyn- acker moest zich. gisteren voor de Haag sche rechtbank 'verantwoorden terzake van het feit, dat hij een door hem opgemaakt proces-verbaal zou h-bben verscheurd en aldus het in art. 361 wetboek van straf recht gemelde misdrijf (het wegmaken door een ambtenaar van stukken, die als bewijs moeten dienen) zou hebben gepleegd. Uit het getuigenverhoor van een collega van verdachte en uit het verhoor van ver dachte zelf bleek, dat de zaak zich als volgt had toegedragen: De beide veldwachters hadden een pro ces-verbaal tegen een inwoner van Pijn- acker opgemaakt terzake van overtreding van de Vuurwapen wet en een geweer werd in beslag genomen. Het geweer werd naar het parket opgestuurd, doch het proces-ver baal bleef uit. Toen hiernaar geïnformeerd werd, heeft de veldwachter aan den bur gemeester medegedeeld, dat hij het proces verbaal had verscheurd. Hierna werd het afschrift naar het O.M. opgezonden en de zaak had verder het normale verloop. De officier van justitie, mr. N. S. Hoek stra, achtte het ten laste gelegde bewezen, doch nam in aanmerking, dat verdachte geen enkel voordeel bij zijn daad op het oog heeft gehad. Hij vorderde een geldboete van 100 subs. 50 dagen hechtenis. Mr. de Laqwerse, de verdediging voerend, gaf in zijn pleidooi een verklaring voor het zonderlinge gedrag van den veldwachter. Deze had het in den tijd, waarin hij het ten laste gelegde feit zou gepleegd hebben, bui tengewoon druk. Er was in Pijnacker veel te weinig personeel en toevallig waren er allerlei gebeurtenissen, welke aan de toch al zwakke bezetting de zwaarste eischen stelde. Het gevolg hiervan was, dal de veld wachter overwerkt raakte en ziekteverlof moest aanvragen. Om zijn werk te regelen, heeft hij op een avond al zijn papieren ge sorteerd. Zeer goed mogelijk is, dat daarbij het bedoelde procesverbaal in het onge- reede is geraakt. Hij heeft toen in zijn ze nuwachtigheid maar gezegd, dat hij het proces-verbaal heeft verscheurd. Pleiter achtte verdachte niet strafbaar, omdat van opzet niet is gebleken. Bovendien is wel het origineele proces-verbaal verscheurd, doch niet het afschrift en dat is toch ook bestemd om als bewijs te dienen, zoodat er geen sprake is van wegmaken van bewijs. Met klem drong pleiter op vrijspraak aan. Een veroordeeling, zelfs tot een geldboete, zou verdachte zijn positie kosten. „N.R.Crt." I KANTONGERECHT TE HAARLEM. Overtreding der Arbeidswet. Terecht stond de 30-jarige directeur der N.V. „Ringvaart" C. S. uit H i 1 1 e g o m, wien ten laste was gelegd, dat hij als hoofd en bestuurder van een onderneming tot het vervaardigen van diverse betonmaterialen op Zaterdag 26 Augustus j.l. zes personen na 1 uur arbeid heeft laten verrichten door het storten van beton in vormen en het buigen van betonijzer. Nog geen twee jaar waren verloopen sinds een vorige veroor deeling. De ambtenaar wees verdachte er op, dat bij een volgende veroordeeling principieel© hechtenisstraf zal volgen. Spr. eisch te tegen verdachte 6 maal 2.subsidiair 6 maal 2 dagen hechtenis. Overeenkomstig de eisch werd verdachte veroordeeld. Drijvende mijnen voor de kust GEVAARLIJKE GASTEN, DIE ZOODRA MOGELIJK ONSCHADELIJK WORDEN GEMAAKT. Een verschijnsel, dat nog algemeen be kend is uit den wereldoorlog van 1914 tot 1918, doet zich ook nu weer voor. De oor log was nauwelijks verklaard of reeds wer den voor onze kust zeemijnen geconsta teerd. Werden deze gevaarlijke apparaten in den aanvang voornamelijk bij de zeegaten van Texel en Wadden waargenomen, ook het Zeeuwsche gebied kreeg \ijn deel, ter wijl de Belgische visschers niet minder over dit gevaar klaagden. De laatste dagen is de stroom ietwat ver legd en mag de kust van Zuid-Holland zich verheugen in de verschijning van deze hel- sche machines, van welke er enkele ook aanspoelden. Zoo vond men er o.a. een bij Noordwijk, een bij het Wassenaarsche Slag en een op het zoogenaamde stille Strand tusschen Scheveningen en Kijkduin. Verder is er nog een mijn ongeveer twee mijl uit de kust tegenover den Schevening- schen vuurtoren door onze militairen in den grond geschoten. Sedert gisteren echter de wind weer in den Oosthoek is gaan zitten, zijn we van een vervolg op deze ongewenschte bezoekers verschoond gebleven. Waar die mijnen vandaan komen? In veel gevallen is het een moeilijke vraag, omdat de nationaliteit van de aangespoelde mijnen lang niet altijd gemakkelijk is vast te stel len. Bij ruw weer raken vaak mijnen los van de kabels, waaraan ze verankerd liggen. Dit gebeurt natuurlijk zoowel bij onze eigen mijnen als in vreemde mijnenvelden. En in het laatste geval worden ze dikwijls honderden kilometers ver door wind- en strooming meegevoerd, zoodat het bij de veel voorkomende Westelijke winden en stormen hier te lande heelemaal geen vreemd verschijnsel is, als er mijnen op onze kust worden gedreven, die heelemaal uit Engelsche velden, die de Britsche kus ten moeten beveiligen, zijn losgeslagen. De vorige oorlog heeft ons in dat opzicht wel wat geleerd. En evengoed is het mo gelijk dat een of meer Nederlandsche mij nen in omgekeerde richting drijven en het Engelsche kustgebied onveilig gaan maken. Wanneer aan onze kust Nederlandsche mijnen aanspoelen, worden die, wanneer ze nog onbeschadigd zijn, door de bevoegde en u zult 's morgens uit bed springen, gereed om bergen te verzetten. lederen dag moet uw lever een liter lever-gal In uw ingewanden doen vloeien. Wanneer deze stroom van lever-gal onvoldoende is. verteert uw voedsel niet, het bederft. U voelt u opgeblazen, u raakt verstopt. Uw lichaam is /erglftigd, u voelt u beroerd en ellendig, u ziet lies zwart. De meeste laxeermiddelen zijn slechts lapmidde len. U moet CARTER'S LEVER-PILLETJES nemen om deze liter lever-gal vrij te doen vloeien en u zult u een geheel ander mensch voelen. Onschade lijk, plantaardig, zacht, onovertroffen om de lever- gal te doen vloeien. Eischt Carter's Lever-Pilletjes bij apothekers en drogisten, f. 0.75. instanties gedemonteerd en naar een der magazijnen vervoerd. Het demonteeren echter van vreemde mijnen, waarvan de voelhorens, dat zijn de uitstekende nokken, van andere constructie zijn dan bij ons, wordt veelal te gevaarlijk geacht. In dat geval worden ze ter plaatse, waar ze zijn aangespoeld tot ontploffing ge bracht, hetzij door geweerschoten, hetzij met behulp van een dynamietpatroon met lont. Dat zoo'n mijn doorgaans groote belang stelling geniet van het publiek spreekt van zelf. Voor zijn eigen veiligheid wordt het echter op behoorlijken afstand daarvan ge houden door militaire wachtposten, welke terstond in de omgeving worden uitgezet zoodra voor de kust een mijn wordt gerap porteerd. En deze wacht blijft gehandhaafd tot het ronde gevaar onschadelijk is ge maakt. Zoolang de oorlog duurt en ook nog wel heel lang daarna zullen we wel van deze ongewenschte bezoekers op onze stranden krijgen, nu eens wat frequenter, dan weer in geruimen tijd niet. Laten we hopen, dat hun visite steeds zonder schadelijke gevol gen, vooral voor onze visscherij, zal verloo- Pen. „Msb." Buitenlandsche Berichten ONTPLOFFING IN ENGELSCHE SPRINGSTOFFENFABRIEK. Minstens vijftien dooden. Gistermiddag heeft zich in een van de springstoffenfabrieken in het Noorden des lands een ontploffing voorgedaan, tenge volge waarvan, voor zoover tot dusverre kon worden vastgesteld, vijftien personen werd gedood. Er werden ook vier perso nen gewond. De materieele schade, zoo deelt het mi nisterie van voorlichting mede, zal geen ernstige belemmeringen vormen voor de productie. Ontzaglijke rookkolommen stegen op, toen Zondag 24 September Warschau andermaal ten prooi was aan hevige bombardementen. De uitwerking van een voltreffer

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 12