Aanklacht van een aartsbisschop 5)e nieuwe Jheóident uxuiWxvimond Franco voor herstel der monarchie? WOENSDAG 26 JULI 1939 30ste Jaargang No. 9397 Ste Ccld^ctieSoii^aAit Bureaux Papengracht 32. Adv. en Abonn.-tarieven zie pag 2. Telefoon: Redactie 20015, Administratie 20935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 11. Olt nummer besiaal alt drie bladen. Terugkeer naar tijdperk van felste godsdienst vervolging WAT IN PADERBORN GESCHIEDDE. Wij laten hieronder den volledi- igen tekst volgen van een brief die door den Aartsbisschop van Pader- Iborn Mgr. Dr. Kaspar Klein ge schreven is aan den Gouwleider en Opper-President van Westfalen Dr. Alfred Mayer. Uit dit document blijikt dluidelijk met welk een sa tanische baat en hoon de Katho lieke Kerk door 'het Nationaal- Socialisme bejegend wordt. Door een bijzondere relatie heeft een K,N.P.-correspondent in Duitsch- land dit belangrijke document in (handen gekregen, dat wij zij het niet zonder eenige weerzin aan de openbaarheid prijsgeven. Aan den Heer Gouwleider en Opperp resident Dr. Alfred Meyer Münster in Westfalen. Een betreurenswaardige gebeurtenis geeft mij aanleiding mij tot U te wenden. Op Donderdag 15 dezer, op welke datum in den voormiddag de oude garde van den Führer door Paderborn trok, werd in den namiddag een zjg. historische optocht door de straten der stad gehouden, die voor mij aanleiding is geweest om dit bezwaarschrift in te dienen. Reeds enkele dagen geleden deed in de stad' het gerucht de ronde, dat de optocht tegen de Katholieke Kerk gericht zou zijn. Dientengevolge helbben vele katholieken er vanaf .gezien om de optocht gade te slaan. Hetgeen echter in werkelijkheid ge boden werd, kan men slechts bestempelen als een terugkeer naar het tijdperk van den felsten godsdienststrijd. Op een wagen die tot opschrift droeg: „Naar de Godloozen- Ibeweging!" stond een Rabijn afgebeeld in innige vriendschap met een als Katholiek gieestelij'k verkleed persoon, die met een closetborstel uit een emmer telkens op nieuw water over de menigte uitspreidde, waarmee klaarblijkelijk bedoeld was een ongehoorde bespotting van het gebruik in de katholieke kerk om de geloovigen met gewijd water te besprenkelen. Plompe geschiedvervalsching. Het opschrift „Naar de Godloozenlbewe ging!", dat aan den wagen bevestigd was, is door de bevolking aldus opgevat, dat daarmee de Duitsche geestelijkheid, althans de priesters van mijn aartsbisdom beschul digd werden, als zouden deze vóór 1933, in samenwerking met Joden en Communisten de godloozenbeweging hebben bevorderd. Dat is een plompe geschiedvervalsching, die duidelijk is als de dag, en die de grootste laster is die men ooit tegen de geestelijkheid heeft ingebracht. Aan een andere wagen was als opschrift aangebracht: „Papen- knechten en Jezuiten brachten Wichart (een 'bekende figuur uit de geschiedenis van Paderborn Red. K.N.P.) naar de plaats der terechtstelling." Drie personen die op dezen wagen stonden en als Jezuie- ten verkleed waren, maakten nu en dan spottenderwijze het kruisteeken over de massa, om daardoor het gebruik der Ka tholieke Kerk om de bisschoppelijke en priesterlijke zegen uit te deelen, na te boot sen en in bet belachelijke te trekken. Om deze bespotting nog te completeeren zou den, naar verluidt, voor het gebouw der Academie en het klooster der Franciscanen enkele toeschouwers spottenderwijze neer geknield zijn, die een kruisteeken maakten. De bespotting en vernedering van het uit- deelen van de priesterlijke zegen was daar om juist zoo pijnlijk, daar het opschrift de tmeeninig wekte, dat de Jezuieten hun mede werking hadden verleend om Sohergen Wichart naar de plaats der terechtstelling te voeren. De uitdrukking „Papenknechten," die in het opschrift gebezigd werd, kon alleen op hatelijke wijze betrekking hebben op den tegenwoordigen tijd. Want Wichart is we gens „opstand, hoogverradelijke schimp en scheldwoorden en andere daadwerkelijke handelingen die tegen den landvorst ge richt waren" ter dood veroordeeld. (Rich ter, Geschiedenis der stad Paderborn Deel II, pag. 143) derhalve wegens hoogverraad: hij werd gevonnist door de normale be voegde instantie, het Gouwgerecht in Pa- deihorn en terechtgesteld overeenkomstig de gruwzame gewoonte van dien tijd; hij werd n.L levendig gevierendeeld. Ik kan niet aannemen dat de organisa toren van dezen optocht, het krijgsvolk van destijds, diat met de uitvoering van de be velen zijner rechtmatige overheden belast was en den stoet bègeleidde, door boven bedoelde beschimping als minderwaardig en verachtelijk hebben willen bestempelen. Bespotting van het Pausdom. Op een andere wagen werd Paus Leo III fagebeeld, zooals hij op den Rijksdag in Paderborn aan Karei den Groote om hulp vroeg. De gebaren van den Paus alsmede van zijn begeleider, die een smerige mon nikspij droeg, was van dien aard dat de toeschouwers dien indruk moesten krijgen van Joodsche handelsmanieren en onwaar dige kruiperij des Pausen. Men had het ge voel dat het in de bedoeling lag om den Paus een belachelijke rol te laten spelen. Tenslotte is bij mij een klacht ingediend betreffende den inhoud van eenige ver tooningen, die opgevoerd werden tijdens de volksvermakelijkheden in aansluiting op dezen optocht en die van bedenkelijk allooi geweest moeten zijn en die vooral een demoraliseerende uitwerking moeten hebben op de jeugd. Met name werd genoemd de verleiding van de verwaarloosde jeugd vóór 1933, en de klucht van Hans Sachs, „Das heisse Eisen". Ik moet hierbij bemerken, dat het voor mij onbegrijpelijk is, hoe men juist deze klucht, waarin echtbreuk als 'n baga tel behandeld wordt, ten aanschouwe van jeugdige personen en van een overwegend katholieke bevolking, die overspel als een zware zonde beschouwt, tot opvoering kon •brengen. Ik geloof, mijnheer de Gouwleider en Op- perpresident het met U eens te zijn in de veroordeeling van dergelijke provoceerende en beleedigende uitspattingen. Deze heb ben een groote opschudding onder de ka tholieke bevolking van stad en land van Paderborn teweeggebracht en vallen ten deele onder het bepaalde in artikel 166 van het Wetboek van Strafrecht. Ik heb mij derhalve verplicht geacht tegen die per sonen, die door bespotting van het gewijd water en het misbruik maken van het kruis teeken de grootste ergernis te hebben ge geven, een verzoek tot gerechtelijke ver volging bij den Officier van Justitie te doen doen instellen De feestelijke gebeurtenissen van 15 dezer moesten er mijns inziens toch toe bijdragen om de zoozeer gewensohte ver volmaking en versterking van de Duitsche volksgemeenschap te dienen. Wanneer zij echter, zooals hier, het geval is, op een der gelijke wijze misbruikt worden, dan be werken zij juist het tegenovergestelde. Zij zaaien diepe, wederzijdscche verbitte ring en richten nieuwe scheidsmuren op in de lagen der bevolking. Zjj scheuren hetgeen reeds lang geheeld was weer open en slaan versche wonden die niet zoo spoe dig meer zullen genezen. Het is voor ons Katholieken een der diep ste beleedigingen die ons aangedaan kun nen worden, wanneer wij moeten toezien dat openlijk wordt bespot, wat ons heilig is. Paderborn, Juni 1939. w.g. De Aartsbisschop van Paderborn, Dr. Klein. Zijn Amsterdamsche jaren Een man, waar J*ust van uitgaat, de nieuwe president yan Warmond, aldus schrijft een der Redacteuren van „De Tijd", van rector de Jongh, den nieuwen Warmondschen praeses, na een vraaggesprek, waaraan wij dit ont- leenen. Een groote, krachtige verschijning met in zijn wezen een kalme en beza digdheid, die een eigen sfeer om hem scheppen, waarin het goed is te zijn. Een man, die houdt van de strakke lijn, mo dern van geest en opvattingen, die ruim te om zich heen wenscht, licht en lucht, die afkeerig is van mooidoenerij. Toch iets vaderlijks in zijn gebaar, dat vertrouwen geeft en vertrouwen wekt, een die de kunst verstaat met menschen om te gaan en vooral ook met menschen mee te le ven, hun vriendschap te winnen. Zes jaar heeft rector de Jongh, de nieu we president van Warmond, in Amsterdam gewerkt, op een heel bijzondere plaats en in een heel bijzondere omgeving. Als di recteur der Congregatie der Arme Zus ters van het Goddelijk Kind had hij de leiding over heel die nijvere gemeenschap tusschen Elandstraat en Lauriergracht in het hartje van de Jordaan, van „De Voor zienigheid", het Moederhuis, het Noviciaat, de voorbereidende en lagere school, de kweekschool. Bovendien was hij belast met de godsdienstige verzorging van het R.K. Jongensweeshuis aan de Laurier gracht. In zijn ruime werkkamer in de pastorie aan 't spiegelende groene Jordaangrachtje hebben wij vanmorgen nog even met den nieuwen president gepraat en vertelde hij ons iets van zijn Amsterdamsche jaren, waarop hij met veel vreugde en voldoening zal blijven terugzien. Het waren mooie en vruchtbare jaren. Het stille werk naar bin nen natuurlijk het voornaamste. Maar daarnaast kon deze rector met aanleg en liefde voor alle techniek zeer veel nut tigs verrichten. Zoo is „De Voorzienig heid" een der modernste complexen in de oude stad geworden, niet alleen in uiter lijk aanzien, maar in heel de inrichting. Ook de meisjes, die er wonen, hebben door zijn toedoen de vroegere gestichts- kleeding af kunnen leggen, al blijft het traditioneel costuum toch bewaard, om bij feesten en plechtigheden te worden ge dragen. Op zijn manier heeft rector de Jongh ook mee de Jordaan gesaneerd. Heel wat krotten in de omgeving van „De Voorzie nigheid" zijn door hem gesneuveld met als winst: licht en lucht van alle zijden, ruime speelplaatsen voor de jeugd. Zoo annexeerde en saneerde hij o.m. de halve Konijnenstraat. Daarover kan de nieuwe president sma kelijk vertellen. Toen hij pas in „De Voorzienigheid" stond, bemerkte hij Zon dagsmorgens in de kapel, dat hier het hui selijk gerucht van de aangebouwde oude huizen in de Konijnenstraat duidelijk waarneembaer was. In de volgende dagen ging hij eens op verkenning uit. langs den eenig mogelijken weg, n.l. over de daken. I Daar ontmoette hij op een der buurdaken een man, die opmetingen maakte. Verwon- derd keek deze op. „Bent u pastoor Stolk?" vroeg hij. „Neen", antwoordde rector de, Jongh. „Maar u wilt misschien wat koopen?" Dat was rector de Jongh eigenlijk niet van plan, maar toen hier een mooie kans werd geboden door den man op het dak, die de eigenaar bleek te zijn, werd men het eens. De Konijnenstraat-huisjes gingen over in het bezit van „De Voorzienigheid", werden gesloopt en de speelplaats der kin deren kon worden vergroot van 70 tot 300 M2. Minder vlot gingen andere annexaties o.a. de aankoop van een belendende bie tenkokerij in de Elandsstraat, Pas een brandje in het bedrijf hielp hier de onder handelingen over het doode punt. En dan vertelt de nieuwe president van zyn leven. Hij. die altijd voor het parochie werk had gevoeld, die zoo graag als pas toor midden de parochiegemeenschap had gestaan, kreeg eerst zoovele jaren zijn plaats onder de jonge jongens van Hage- veld, vanwaar de overgang naar meisjes van „De Voorzienigheid" wel heel groot was. Nu wijiigt zich opnieuw de sfeer en komt de zooveel zwaardere arbeid onder de jongemannen van Warmond, de a.s. priesters van het diocees. Met blijmoedigheid gaat de president deze taak aanvaarden, maar een goede her innering en een deel van zijn liefde blij ven toch in het oude Amsterdam, de goede Jordaan met haar wankele huizen, haar welvende brugjes, haar grcene watervoren, in welks hart hij nochtans zijn drang naar ruimte, naar licht en frischheid wist uit te leven, zonder schoonheid te bezeeren, of de atmosfeer te storen. De directeur van het R.K. Jongenswees huis aan de Lauriergracht te Amster dam, de heer F. Fontaine, schreef in aan sluiting op bovenstaande nog het vol gende: „Het moet voor praeses Taskin 'n troost rijke gedachte zijn, te weten, dat hij het stuur kan overgeven aan een zijner beste oud-leerlingen, rector W J. de Jongh. Voor den nieuwen praeses echter een gevoel van groote verantwoordelijkheid te beseffen, dat hij dat roer overneemt uit de handen van hem, die zooveel jaren op on volprezen wijze het Groot-Seminarie heeft bestuurd. En dat hij deze verantwoorde lijkheid aanvoelt en er voor huivert, weten vooral zij, die hem kennen. Bij dezen man. die altijd recht op zijn doel afging, is het geen vrees voor het on bekende, maar het juiste inzicht in de taak welke thans op zijn sterke, manne lijke schouders werd gelegd. Daarom ook geen aarzeling; de bisschop riep, hij ge hoorzaamde en sterk door het vertrouwen dat Mgr. Huibers in hem stelt, staat hij thans aan den opgang van een nieuw le ven, waarin hij leiden en vormen moet de nieuwe geestelijkheid van het Haarlem- sche Diocees. Als grondig menschenkenner en leider van zielen werd hij ook hier in ruimen kring gewaardeerd. En het zijn vooral deze eigenschappen, welke hem zoo geschikt maken voor zijn nieuwe functie. Als paedagoog wist hij steeds de soms afwijkende meeningen van zijn mede werkers te waardeeren, verstond de kunst om het kind te laten uitspreken, peilde diep naar de motieven van diens handel wijze en nam dan zijn besluit. Eenmaal een besluit genomen, stond het vast. Niets was dan in staat hem van den gekozen weg af te brengen: dan was hij de leider. Het is dan ook geen wonder, dat Haar lems Bisschop het oog liet vallen op Rec tor de Jongh, nu praeses Taskin zijn wel verdiende rust gaat nemen. In zijn sterke handen ligt het roer van Warmond veilig en vele dankbare harten zullen de Sterre der Zee bidden, dat hij het schip met de gouden lading, veilig in de haven mag voeren". Onze beste wenschen vergezellen hem. Praeses de Jongh ad muitos annost VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland Chineesche teleurstelling over het Britsch- Japansche accoord. (2de blad). Vorderingen bij de besprekingen te Mos kou. (2de blad). Wordt Queipo de Llano gezant in het buitenland? (2de blad). Franco zou de monarchie in Spanje wil len herstellen. (1ste blad). EEN ONDERHANDELAAR NAAR KONING ALFONSO. Ex-koning eischt volksstemming. De speciale correspondent van de „Excel sior" te Lissabon meent te weten, dat Franco vóór herstel van de monarchie in Spanje is. Hij heeft vernomen, dat de her tor van Maura, de Spaansche monarchis tenleider gisteren naar Lausanne is ver trokken, waar hij ex-koning Alfonso moet ontmoeten. Hij heeft tot taak, met den ex- koning de voorwaarden voor een herstel der monarchie te bespreken. Volgens den correspondent zou de ex-koning alleen dan bereid zijn als regeerend vorst naar Span je terug te keeren, als het Spaansche volk zich door middel van een volksstemming voor zijn terugkeer uitspreekt. Wijziging in ministerie verwacht. Men verwacht spoedig een wijziging in het Spaansche ministerie. De reorganisa tie van het kabinet is een der voornaam ste onderwerpen van bespreking geweest in den jongsten ministerraad. De nieuwe ministerlijst kan elk oogen- blik zonder een nieuwe bijeenkomst van het kabinet verschijnen. DE WERELD IN VOGELVLUCHT TSJOENGKING. Na kennisneming van de formule van het Britsch-Japansche accoord, kunnen de Chineesche autoritei ten hun teleurstelling niet verhelen over de houding, welke de Britsche regeering thans ter conferentie van Tokio aan neemt. Het is ten zeerste te betreuren, aldus verklaarde de woordvoerder van het Chi neesche ministerie van buitenlandsche za ken, dat de Britsche regeering het gepast acht de z.g. bijzondere eischen der Japan- sche strijdkrachten in China te erkennen en het is ook verwonderlijk, dat de Brit sche regeering op zich zou hebben geno men het den Britschen autoriteiten en on derdanen in China duidelijk te maken, dat z(j moeten afzien van daden of maatrege len, welke nadeelig zouden zijn voor de Japansche strijdkrachten bij het doel, dat die zich stellen. Na te hebben opgemerkt, dat het ac coord van Tokio zuiver eenzijdig is, aan gezien alleen Engeland concessies aan Ja pan heeft gedaan, verklaarde de Chinee sche minister van buitenlandsche zaken: „Engeland heeft er aldus in toegestemd, maatregelen te nemen tegen Chineesche patriotten, doch het accoord voorziet niet in maatregelen tegen pro-Japansch-Chi- neesche terroristen, noch in onderdrukking van de anti-Britsche beweging". De minis ter besloot met den wensch uit te spreken, dat Engeland zal inzien, dat het in zijn eigen belang is, China niet in den steek te laten. MOSKOU. Zou het nu eindelijk eens gaan vlotten met de BritschRussische besprekingen? Het heeft er allen schijn van. Londen is blijkbaar van meening, dat het er nu maar van moet komen. Er zijn weer nieuwe instructies naar Moskou ge zonden en deze zullen waarschijnlijk wel neerkomen op een volledig toegeven aan de Russische eischen. Men verwacht, dat, als alles goed blijft gaan, binnen een tien tal dagen te Moskou besprekingen tusschen de generale staven kunnen worden ge opend. Van Fransche zijde zou generaal Doumenc, de commandant van het leger corps te Rijssel en weldra lid van den op persten oorlogsraad, met het voeren van de technische onderhandelingen worden belast. De naam van den Engelschen gene raal, die tezelfdertijd naar Russische hoofdstad zou worden gezonden, is nog niet bekend. Ook dit toegeven aan de eischen van Moskou wijst er op, dat Lon den nu alles op haren en snaren zet, om zijn krachten in het Westen te concentree- ren, teneinde daar zijn evenwicht te her stellen. Overigens is het van belang te weten,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 1