STADS NIEUWS DONDERDAG 29 JUNI 1939 v' 30ste Jaargang No. 9374 3)c Geicbch^Goma/nt o o4 Adv. en Abonn.-tarieven rie pag. 2 Bureaux i iipengracut 3Z» n v v Telefoon: Redactie 15, Administratie 935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 11. V He' einde Wij zijn aan het einde van „Oss". Het móet het einde zijn hoewel een enkele afgevaardigde heeft voorspeld, dat het giste ren het einde nog niet is geweest, als de minister niet aan de marechaussee „eer herstel" geeft en niet den veel-bespro- ken procureur-generaal ontslaat of op an dere wijze straft. De minister zal zeker geen van beiden doen! Maar desondanks hebben we nog wel zooveel vertrouwen in het gezond verstand van de volksvertegen woordiging, dat wij durven veronderstel len, dat deze zal inzien, dat het nu met Oss uit moet zijn! Men kan in het verslag lezen, hoe het einde is gekomen. Na een vergadering van bijna zes uren heeft de Tweede Kamer met groote meer derheid de conclusie van het verslag der commissie-Schouten inzake Oss aanvaard. De eerste conclusie werd aangenomen met 62 tegen 28 stemmen; de geheele frac tie der R.-K. Staatspartij stemde tegen. De Kamer heeft daardoor uitgesproken, dat de feiten en omstandigheden, welke den minister van Justitie hebben geleid tot het nemen van den maatregel van 1 April 1938 ten aanzien van de brigade-Oss der Ko ninklijke Marechaussee, dien maatregel niet rechtvaardigen, teiv/jjl aan hetgeen na dien is gebleken in elk geval geen moti veering voor dien maatregel kan worden ontleend. Naar men weet, bestond deze maat regel daarin, dat genoerr.de brigade ge last is zich tijdelijk van opsporingsdien sten te onthouden. De tweede conclusie, waarbij de Kamer de nota van "den minister voor kennisgeving aanr.eemt, werd zonder hoofdelijke stemming aangenomen met de N.S.B.-fractie tegen. Wat wij van dezen afloop zeggen? Wij willen hier even aan het woord laten den hoofdredactuer van de „Maasbode", welk blad zoo voortreffelijk oriënteerend over de kwestie-Oss heeft geschreven. Over het „finis" van Oss schrijft deze vanmorgen o.m.: „Met slechts de stemmen der Katholie ken tegen is de conclusie' der commissie aangenomen. Dat was te voorzien, nu de anti-revolutio naire fractieleider voorzitter der commis sie was en de christelijk-historische leider zich aanstonds zóó scherp op de conclusie der commissie had vastgelegd. Deze uitslag voor den minister, het dient onverbloemd erkend, een pijnlijk echèc. Toch mag hij in de behandeling der kwestie-Oss in de verschillende instanties. ook bij de commissie, op groote voldoe ning wijzen. Algemeen een enkele niet ter zake doende uitzondering daargelaten is zijn bevoegdheid tot een zoo ongewonen maat regel, is zijn reine bedoeling, is ook de noodzaak van ingrijpen erkend. De Kamer sprak slechts uit: het had wat minder kras en wat minder snel ge kund. Voor de overgroote meerderheid der Ka mer beteekende dit ook slechts een zuiver zakelijke uitspraak, waaraan geen politie ke gevolgen verbonden behoefden te wor den, en waarin in 't geheel niet een „con silium abeundi" behoefde te worden gezien. Toch blijven wij het een voor ons onver klaarbare leemte achten, dat de commis sie in hare conclusie niet volledig recht heeft gedaan aan haar eigen, voor den minister op voorname punten zoo gun stig oordeel. Waarom moest in de conclusie alleen worden opgenomen wat zij meende te moeten laken en niet wat zij goedkeur de, ook in het beleid van den minister? Dat er maatregelen moesten worden ge nomen is toch ook een beleidskwestie. Intusschen: Commissie en Kamer brach ten een opgeschroefde geschiedenis tot juis te proporties terug". De hier bedoelde „onverklaarbare leem te" in het rapport hebben ook wij gecon stateerd. Wij zijn het volkomen eens met de „Maas bode", dat in de conclusie van het rapport had behooren te staan, wat in het rap port zelf wel tien keer wordt geconstateerd, dat er alle reden was voor mi nister Goseling om in tegrij- p e n. En nu willen wij hieraan een andere op merking toevoegen, die wij reeds eerder hebben willen plaatsen, maar die wfj heb ben verzwegen, ook om ni e t de aandacht van de eigenlijke kwestie-„Oss" af te lei den naar bij-zaken. Maar nu 'vooral ook omdat de bedoelde opmerking ook in me nig gesprek wordt gemaakt nu meenen was, deze toch 'ns openlijk te moeten uit spreken. Waarom heeft de Katholieke Tweede Kamerfractie in de commissie-Schouten niet uit haar midden benoemd een ju rist, die tevens een ervaren par lementariër is? Met alle respect voor den benoemde, die in de commissie een zeer zv/are taak heeft gehad, moet deze o.i. be vreemdende houding van de Kamerfractie der R.-K. Staatspartij toch even in het licht gesteld. Minder bevreemdend, maar toch ook niet althans ons geheel bevredigend, is, dat ook een der jongste leden van de Ka merfractie aan het openbaar Kamerdebat heeft deelgenomen. Bedoeld lid heeft zich voortreffelijk van zijn taak gekweten; maar had ook hier niet beter op zijn plaats ge weest een Kamerlid, dat niet meer met deze zaak een reputatie moest maken, maar reeds een reputatie bezat? 't Zijn eenige vragen, die wij stellen, om dat, optredend, zooals zij is opgetreden, de Kamerfractie zich heeft willen stellen achter minister Goseling, eenerzijds, en toch, anderzijds, dat weer niet feitelfjk heeft gedaan met de volle kracht van de hon derd procent van haar invloed. Zat hier misschien een, voor ons nog onbegrijpelijke, tactiek achter? Met de laatste regels hierboven gister avond uit de „Maasbode" zijn we het ech ter heelemaal niet eens. Commisie en Kamer hebben helaas de op geschroefde geschiedenis niet gebracht tot juiste proporties. In de stemming niet-katholiek te genover katholiek èn in de com missie èn in de Kamer komt n i et tot uitdrukking, dat de kwestie-Oss slechts liep over „wat minder kras en wat minder sne 1", komen m.a.w. niet tot uitdrukking de juiste proporties der kwes tie. Dat zülk 'n stemming niet op de een of andere wijze is voorkomen kunnen wor den betreuren wij zeer.... Dat de uitslag in dezen vorm en op deze wijze een pijnlijk echèes is voor minister Goseling, zijn wij weer met de „Maasbode" volkomen eens. WAT ANDERE BLADEN SCHRIJVEN GEEN OVERPLAATSING, MAAR ONTSLAG. Uit een artikel in de Maasbode, waar in wij een zin waarmede wij het zoo vol komen eens zijn vet hebben gedrukt: „Wij zeggen: het.was goed, dat de mi nister iets dergelijks eens in Den Haag ensceneerde, maar het is treurig, dat het noodig was. Er heeft zich nu eenmaal een soort mentaliteit vastgezet, alsof in een stadje als Oss met zijn tegenover de 17.000 inwoners zoo miniem! „milieu", zoowat alles zou „mogen" wat elders niet mag. Alsof daar de politie nu eenmaal niet anders dan onbehoorlijk kan optre den. 't Is gelukkig, dat de minister eens zoo scherp mogelijk heeft doen gevoelen: gelijk recht voor allen! Het optreden met betrekking tot den an deren geestelijke is, zoo mogelijk, nog er ger. Zonder dat er schijn aanwezig is van een nieuw strafbaar feit, trekt een wacht meester op zeker moment naar- Den Haag, om daar een getrouwde vrouw, moeder van drie kinderen, die reeds 16 jaar uit Oss weg was, te gaan verhooren buiten het bijzijn van haar man, die er niet bij mocht wezen, en op zulk een wijze, dat de vrouw onmid dellijk na het verhoor een hartekreet naar Oss zendt: „Hoe hebt ge toch zoo iets kun nen bekennen (wat niet geschied was), ge weet toch dat het niet waar is", en de man van de vrouw zijn overkropt gemoed lucht in een brief aan den minister, of hij maar moet dulden, dat zijn huwelijksgeluk aldus straffeloos door de politie wordt bedreigd en belaagd. Geen overplaatsing, maar ontslag ware het eenig juiste antwoord geweest op een dergelijke „opsporings"-methode. Daar de minister voelde, dat het hier slechts gold op hol geslagen politiemannen, die in an dere omgeving vanzelf wederom tot bezin ning zouden komen. Men houde daarenboven scherp in het oog, dat schorsing van de opsporingsbe- DE WERELD IN VOGELVLUCHT LONDEN: De Britsche regeering heeft aan Duitschland een uitnoodiging gericht om besprekingen te voeren tot verbetering van de economische positie van Duitsch land, terwijl dit land tevens wordt uitge nood igd tot een conferentie 'betreffende het verkrijgen van een nieuw vlootaccoord. De tegenstellingen in de opvattingen in Duitschland en in Engeland omtrent de bestaansmogelijkheden van het Midden- Europeesche rijk en omtrent de politiek, die door Engeland wordt gevolgd, loopen zóó hemelsbreed uiteen, dat het onbegon nen werk lijkt, om nu met zulke voorstel len aan te komen. De ontvangst van het memorandum in Duitschland is dan ook buitengewoon slecht. „Der Deutsche Dienst" bijv. blijft tegen elke ontkenning in vol houden. dat de omsingelingspolitiek der Britsche regeering precies dezelfde is als die van voor den wereldoorlog. „Uit tal- looze commentaren in Engelsche en Fran- sche bladen kan bewezen worden, zegt het blad, dat de ontkenning der omsingelings politiek onwaar is. Wanneer de Britsche re geering verklaart slechts tegen aanvallers op te treden, vergeet zij aan te geven wie den aanvaller aanwijst. Waarschijnlijk de Britsche regeering zelf! Of zou de Volken bond tot dit doel weer tot nieuw leven ge wekt worden? De Duitsche kenschetsing der Britsche politiek als omsingelingspoli tiek berust op een voor de Britsche regee ring misschien ongewenscht inzien der ware bedoelingen, op een doorzien der doeleinden van de Britsche politiek en van haar methode". „Wanneer verder, aldus de Deutsche Dienst, in de nota ervan gespro ken wordt, dat Duitschland een reeks van landen agressief behandeld heeft dan is dat 't toppunt van een even drieste als dom me huichelarij. Noch Oostenrijk, noch het Sudetenland, noch Memel zijn door Duitsch land overweldigd. Deze gebieden waren in 1918 resp. 1919 uit de Duitsche volksge meenschap gescheurd en aan deze over weldiging is door het nationaal-socialistisch Duitschland een einde gemaakt. Hetzelfde is waar voor Bohemen en Moravië, die duizend jaar niet alleen behoorden tot de Duitsche levensruimte, maar ook tot het Duitsche rijk, resp. Oostenrijk-Hongarije". Het is duidelijk, -dat het verschil van op vatting en inzicht zóó fundamenteel is, dat er niet te praten valt. Dat maakt de toekomst ook zoo somber, als wij denken aan Dantzig, waar allerlei oorlogsvoorbereidingen worden getroffen. Churchill heeft het gisteren voorspeld: De maanden Juli, Augustus en September zul len even spannend worden als vorig jaar. Maar ditmaal is de situatie veel gevaar lijker. Er blijft thans geen ruimte over voor een tweede München. Dit jaar kan Chamberlain met zijn paraplu thuis blijven. Wanneer Hitier Dantzig met geweld bin nenhaalt, zal Polen dat niet dulden en automatisch worden Engeland en Frankrijk meegesleurd in den oorlog. Vijf-en-twintig jaar geleden stortte Europa zich in den wereldoorlog. Zal de geschiedenis zich herhalen, nu reeds na een kwart eeuw? HET NEDERLANDSCH-DUITSCHE HANDELSVERDRAG. De Nederlandsche Kamer van Koophan del voor Duitschland houdt zich reeds ge- ruimen tijd bezig met het vraagstuk der ongunstige ontwikkeling van de goederen- ruil tusschen Nederland en Duitschland, die tot een achterstand op de clearing van circa 40 millioen gulden heeft geleid. De Kamer is van oordeel, dat het van groot belang is, dat alle belanghebbenden de ontwikkeling van het handelsverkeer van Duitschland met Nederland en zijn overzeesche bezittingen goed kunnen over zien om daaruit elk voor zich de noodige conclusies te kunnen trekken. Om die re den is dezer dagen door de Kamer een uit voerig overzicht van het handelsverkeer tusschen Nederland en Duitschland in de periode van 1930 tot 1938 gepubliceerd, het welk is samengesteld door het gedelegeerd bestuurslid der Kamer mr. A. E. D. van Saher, te Amsterdam. Op 4 Juli a.s. zal te Scheveningen door de Kamer een openbare vergadering wor den gehouden, waarop mr. von Saher een rede zal houden over de resultaten van zijn onderzoek. voegdheid het eenige was, wat de minister zelf rechtstreeks kan doen. Deze scherpe afwijzing van dergelijke opsporingsmethoden was wel het indruk wekkend hoogtepunt van 's ministers rede onder tastbare stilte in de Kamer Wij hebben het steeds gezegd: volstrekt niet alle tegenstanders van den minister werden door antipapisme gedreven. Maar wel steeds sterker is onze overtuiging ge groeid in de laatste dagen, dat velen wel zijn gedreven door de antipapisten. Deze hebben ditmaal een wel zeer smadelijk succes gehad". Dit nummer bestaal alt vier bladen. VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland Bereidt Hitier een nieuwe gewelddaad voor in Dantzig? (2de blad). Churchill voorspelt ernstige spanning voor de volgende maanden. (2de blad). Britsch memorandum als antwoord op de Duitsche opzegging van het Vlootverdrag. (2de blad). DE VERJAARDAG VAN Z. K. H. PRINS BERNHARD Z. K. H. Prins Bernhard is vandaag 28 jaar geworden. In de enkele jaren, dat Prins Bernhard zich tot de onzen mag rekenen, heeft hij zich door zijn alzijdige belangstelling een goede plaats in de harten der vaderlanders weten te veroveren. Toen Prins Bernhard zijn intrede deed in ons vaderland als verloofde van H. K. H. Prinses Juliana, werd hem een spontane ontvangst bereid en later, bij het huwelijk, daarna weer bij de geboorte van Prinses Beatrix, bleek opnieuw hoezeer het Neder landsche volk meeleeft met den jeugdigen Prins, terwijl deze van zijn kant steeds een en al belangstelling was om zich in al wat Nederlandsch is en Nederland aanbelangt in te leven. De aanhankelijkheid van het nieuwe va derland tegenover Prins Bernhard blijkt ook vandaag weer op zijn verjaardag. Niet alleen van openbare rijks- en ge meentegebouwen, doch van tal van parti culiere woningen wappert de Nederland sche driekleur en dat is wel het beste be wijs, dat ook het Leidsche volk voelt voor en meeleeft met het prinselijk gezin en met Prins Bernhard vandaag in het bijzonder. Tot officieele feestelijkheden is het, vroeger niet en nu nog niet, in de Sleutel stad nimmer gekomen en toch zijn er tee kenen, welke erop wijzen, dat de tijd daarvoor niet ver meer af is. Onofficieel tracht men ook 's prinsen verjaardag meer te doen herdenken dan tot heden gebruikelijk was. Zoo maakte vanmorgen het 4e Reg. In fanterie een marsch door de stad met het regimentsvaandel voorop. Door de Chr. Oranje-Vereeniging werd onderstaand telegram aan Prins Bernhard gezonden: De Leidsche Chr. Oranje-Vereeniging veroorlooft zich Z.K.H. en hoogst deszelfs Vorstelijk Gezin hare eerbiedige geluk- wenschen aan te bieden. N. G. GEELKERKEN, voorz. L. BOEKKOOI, secr. Vanavond te 8 uur zal op de Stoenstraat door de harmoniekapel T. en D. een con cert worden gegeven, aangeboden door het gemeentebestuur. „De Princevlag" houdt een optocht met muziek en vertrekt te 8 uur voor het ma ken van de volgende route: Zoeterwoud- scheweg langs Heerenstraat, Doezastraat, Steenschuur, Breestraat, Kort Rapenburg, Princessekade, Steenstraat, Rijnsburger- singel, Valkbrug, Nieuwe Beestenmarkt, Turfmarkt, Haarlemmerstraat, Pelikaan straat, Hooigracht, Nieuwe Rijn, Karne- melksbrug. Gangetje, Korenvaarstraat, Zoetewoudschesingel, Heerenstraat, Zoe- terwoudscheweg. Door de Oranje Garde, vendel Leiden, zal eveneens een tocht door de stad wor den gemaakt en wel langs de volgende route: Hoogl. Kerkgracht via Nieuwstraat, Hooigracht, Haarlemmerstraat, Prinsesse- kade, Breestraat naar de Koornbrug, al waar, zooals vorig jaar, door de zanggroep verschillende vaderlandsche liederen ten gehoore zullen worden gebracht. Het programma van deze liederen luidt a.v.: Wilhelmus, Wij willen Holland hou den, Een draaiers jongen, Kent gij het land, Des zomers, De wind, Het boerinne tje, Wilt heden nu treden. Garde-lied. De zang staat onder leiding van den heer G. v. d. Horst. De onderhandelingen tusschen de En- gelschcn en de Japanners te Tokio. (2de blad). Binnenland Het einde van „Oss". (2e blad). Te Schecmda reden gistermiddag na een botsing twee auto's te water, waarbij drie personen verdronken. (4de blad). Doodelijk motor-ongeluk te Nijkcrk. (4de blad). Vrijspraak in het drama te Koedijk. (2e blad). Bakkerij en drie woningen te Hoogwoud door brand verwoest. (4de en 1ste blad). V. LEIDSCHE EXPLOITATIE MAAT SCHAPPIJ VAN ONROERENDE GOEDEREN Aan de jaarcijfers van de N.V. Leidsche Exploitatie Maatschappij van Onroerende Goederen te Leiden is het volgende ont leend: ^Balans: Debet. Huizen 885.754, bouw grond 67.607, totaal 953.361, hiervan af: reserve waardevermindering vaste goede ren 108.860, blijft 844.501. Hypotheek u G. 520. Debiteuren 18.763, gedeponeer de waarborgsommen 2040, totaal 20.804. Aandeelen dochtermaatschappijen: N.V. Al- boma 1.N.V. Oegstgeest f 16.000, totaal 16.001, voorschot N.V. „Alboma" 518, in ventaris 1, kas 115, postcheque en giro dienst 132, kas onder den bewindvoerder 3250, vooruitbetaalde assurantie 528, sal do verlies per 31 December 1937 347.460, verlies over 1938 34.423, totaal 1.268.053. Credit: aandeelenkapitaal 1.500.000, waarvan onuitgegeven 1.113.750, ingekocht 107.500, totaal 1.221.250, blijft 278.750. Hypotheek o.g. 616.583, obligatieleningen 607.000, waarvan in portefeuille 337.750, blijft 269.250. Opgenomen gelden 17.192. Crediteuren f 2648, crediteuren uit execu ties 8441, crediteuren achterstallige hypo theekrente 21.543, totaal crediteuren 49.825. Spaarfonds 229, borgstorlingen 169, dividend onopgevraagd 255. Tc be talen coupons achterstallig 8121, rente bouwterreinen 5000. Reserve dubieuze de biteuren 20.602, voorschot N.V. Oegst geest 13.010. Nog te betalen belastingen 476, id. hypotheekrente 4397, id. salaris bewindvoerder over 1938 geschat op 1000, id. administratiekosten 125, totaal 5299. overloopendc post bijdragen kantoorkosten 260, totaal 1.268.053. Verlies- en winstrekening: debet: hypo theekrente 28675, interest inclusief obli gatierente 6274, diverse onkosten 24.564, verlies op verkoopen 23.657. Credit: huur 48.778, saldo verl. 34.422 CONCERT LEIDSC'H POLITIE- MUZIEKGEZELSCHAP. Gisteravond concerteerde de Politie in den tuin van Oud-Hortuszicht. Ondanks het weer niet al te best mee werkte was er vrij veel publiek. Een met zorg samengesteld programma, waarin vele fraaie numers waren opgeno men, deed ons reeds vermoeden, dat dit geen verloren avond zou worden, en onze politie-mannen hebben ons ook dezen keer niet teleurgesteld, doch hebben het publiek een avond van ongestoord kunstgenot ver schaft. Te kwart over acht werd met „Marche du Héros" van H. Nicholls het programma geopend. Reeds dadelijk merkten wij hier op, dat er weer flink gestudeerd is, toon en tempo waren onberispelijk. De ouver ture „Le Secret de Pierrot" van F. Popy, genoot een goede vertolking, op enkele vlugge loopjes na, die wel wat soepeler en met meer gelijkheid hadden kunnen worden uitgevoerd. Goed was ook de Wals „Ma Reine" arr. par J. Bouchel. Het hierna volgende nummer geven wij een extra woord van lof, een solo voor so praan -saxophoon met orkest n.l. „6e Air Varié" van Eng. Brepsant. Keurig was de opvatting en uitvoering van die fraaie werkje, solist en dirigent begrepen elkaar op uitmuntende wijze, technisch was deze solist buitengewoon, terwijl ook de toon- vorming in alle opzichten den toets der cri- tiek kon doorstaan. Een woord van welgemeende hulde wil len wij den solist, den heer A. Anderson, dan ook niet onthouden en het flink ap plaus was zeker op zijn plaats. Nog verscheidene nummers werden o.l.v. den eminenten directeur, den heer M. Bol- derdijk uitgevoerd, en met een pittige marsch werd dit welgeslaagd concert be sloten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 1