Heftige werking van de Krakatau DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Erupties gaan tot duizend meter hoogte DINSDAG 27 JUNI 30ste Jaargang No. 9372 3)c fieidóeJi^Sott/fccmt Bureaux Papengracht 32. Telefoon: Redactie 15, Administratie 935. Adv. en Abonn.-tarleven zie pag. 2 Giro 103003. Postbus 11. Dit nummer bestaat uit 2 bladen en een Herkennings nummer. De afschuwelijke laster Wij hopen, dat vandaag in de Tweede Kamer zich de laatste acte van „Oss" af speelt. Wij hopen het, en de meesten mét ons, omdat die affaire zoo opgeblazen is, dat zij wanstaltige inderdaad: wan staltige proporties is gaan aannemen! Intusschen heeft „Oss" ons veel, zeer veel geleerdEn wij móeten met deze leering ons nut doen! Wie niet stekeblind is heeft nü toch wel gezien, allerduidelijkst gezien, hoe is verspreid, hoe is doorgekan- kerd een bcr.epen en bekrompen, een haat dragend en haatwekkend anti-papisme! En tegenover dat anti-papisme moet is 't nu niet zonneklaar? staan een onder po litiek opzicht sterke eenheid der Katho lieken! Wij hebben in wat zich rondom „Oss" heeft afgespeeld ook weer 'ns kunnen zien de afschuwelijke uitwerking van den laster. In dit verband citeeren wij gaarne uit een artikel in de „Maasbode" van Zaterdag avond: Een andere gedachte wilde ons ook niet uit het hoofd bij het aanhooren der discussies, de waarheid van het al oude woord: „Fama crescit eundo". On gelukkig hij, die, terecht of ten. onrech te, in publieke opspraak komt. Er blijft niet alleen steeds-iets van han gen, maar het neemt voor de publie ke opinie steeds gedrochtelijker pro porties aan. Dat iemand als de heer Rost^ „unver froren" kon verklaren, dat het de al- gemeene opinie is in Oss, dat er ook wat de geestelijken betreft erge dingen gebeurd zyn, kan ons tot ze kere hoogte nog koud laten. Ieder, die, met het doel om de waarheid te leeren kennen, ook slechts een vluchtig on derzoek instelt naar de publieke opi- niet in Oss, zal aanstonds ervaren, dat de verklaring van den heer Rost met de waarheid en de werkelijkheid zoo flagrant mogelijk in strijd is. Als de N. S. B. door de Ossenaren werkelijk algemeen zou worden be schouwd als redder van de eer hunner kinderen, dan zouden zij zich toch wel aan de zwartste ondankbaarheid hebben schuldig gemaakt door aan die N. S. B. een zoo allersmadelijkste nederlaag te bezorgen bij de jongste gemeente raadsverkiezingen. Maar dat iemand, als de heer Albar- da, een rustig, reëel, echt menschelijk man, van anti-papisme vrij, die niet den minsten lust kan gevoelen iemand, wien ook, in zijn goeden naam aan te tasten, in goede trouw meent te kun ne verklaren, dat het de algemeene overtuiging is, dat er door geestelijken in Oss erge dingen zijn gebeurd, al of niet strafbaar en al of niet verjaard, was voor ons toch wel het ontstellend bewijs, dat de laster hier met een al lerbedroevendst resultaat zijn duivelsch werk heeft gedaan. Zelfs meende hij, geheel tergoedertrouw, dat de minis ter zelf dit had erkend! „Men noemt geen koe bont, of er is een vlekje aan". Onder den dekmantel van dit gezegde is er en wordt er iederen dag weer opnieuw heel wat gelasterd, wordt door velen uitgeoefend het duivelsche bedrijf van den laster! Onder de zeer vele nuttige lessen, die „Oss" ons geeft, moge ons ter leering wel het scherpst voor den geest blijven slaan: dat de laster zoo afschuwelijk is in zijn gevolgen, zoo mateloos-wreed voor de slachtoffers ervan! DE DIJKBREUK BIJ HET ALBERT- KANAAL Voor uitgebreide mededeelingen zie men pag 5 HASSELT. 27 Juni (A.N.P.) Van ochtend stond het vak van het Albert- kanaal tusschen de sluizen van Hasselt en Diepenbeek, waar gisteren de dijk is be zweken, vrijwel droog. Het water was slechts 20 tot 30 centimeter hoog. Het water, dat de weiden overstroomd had, is door de Demer weggeloopen. De minister van openbare werken, Van- derpoorten, is op de plaats van de Dijk breuk aangekomen. Ook de staf van de genietroepen is aanwezig. In tegenstelling tot zekere geruchten wordt verklaard, dat buiten ir. Cogan geen menschen om het leven zyn gekomen. De schade aan het kanaal is tot het vak in kwestie beperkt gebleven. De aarde beelt, de lucht bliksemt DE BEVOLKING IS GEWAARSCHUWD. Uit Bandoeng wordt gemeld, dat de Krakatau thans een uiterst zware werking vertoont. Er hebben ontelbare erupties plaats, waarbij het geknal wordt gehoord van ontladingen in de eruptiemassa. Te Pasaoeran, Anjer en Laboehan zijn gedurende den geheelen nacht aschregens gevallen. (Deze plaatsen liggen aan de Westkust van Java, tegenover de Kra katau). De resident van Bantam heeft zich naar Pasaoeran begeven, teneinde van daaruit de Krakatau waar te nemen. Men hoort van daaruit steeds gerommel, men ziet bliksemschichten. Het uitzicht echter is, tengevolge van de windrichting, niet gun stig. Het eiland is in aschwolken gehuld. De erupties gaan tot 1000 meter hoogte. De bevolking is rustig. Er is reeds aan de bevolking opdracht gegeven om kar bouwen en andere trekdieren gereed te houden met het noodige transportmate riaal, zoodat men op een eventueel alarm onmiddellijk kan uitwijken. Hierbij valt echter op te merken, dat in deze streek meermalen gelijke instructies zijn gege ven. De verdere ontwikkeling dient te wor den afgewacht. De mantri van den vulcanologischen dienst is gisteren van zijn waarnemings post teruggekeerd. Van Rangkasbetoeng uit, een plaats, wel ke vanaf de kust circa 60 K.M. het binnen land in is gelegen, tusschen die kust en Batavia, van welke plaats het circa 80 K.M. ligt, zijn gistermorgen van negen uur in den ochtend af erupties gezien tot 1000 meter hoogte. Van 10 uur tot 12 uur in den middag zijn 191 maal knallen gehoord en 427 maal blik semschichten waargenomen. Behalve dat er aan de kust op verschillende plaatsen een aschregen is gevallen, is hier ook nog zwavelreuk waargenomen. De waarnemingen zijn heden bemoei lijkt door een zeer donker uitzicht in ver band met den Westenwind. AARDSCHOKKEN WAARGENOMEN Vanmorgen om zeven uur zijn te Cheri- bon en Koeningan lichte aardschokken waargenomen. De aardbeving werd te Langgardjati en Tjilimoes heviger gevoeld, waar van een tiental huizen de muren en daken zijn gescheurd. Hier en daar zijn plafonds ingestort, terwijl dakpannen van hun plaats schoven. De ingezetenen zijn dan ook vrij ernstig geschrokken. Sommigen beweren, dat ook in den af- geloopen nacht om drie uur een schok werd gevoeld. Dit laatste wordt echter niet bevestigd. Het meteorologisch observatorium te Ba tavia registreerde vanmorgen om zeven uui een aardbeving van matige sterkte, op een afstand van 200 K.M. De richting der beving was moeilijk vast te stellen. Omtrent de werking van de Krakatau heeft het observatorium tot dusver nog geen duidelijke aanwijzingen opgeteekend. IS DEZE UITBARSTING DE VOOR- LOOPER VAN EEN NIEUWE RAMP? Ofschoon de jongste berichten omtrent de werking van de Krakatau, hoe ernstig deze ook mogen lijken, geenszins moeten worden aangenomen als een aanwijzing van onheilspellender gebeurlijkheden derge lijke erupties deden zich immers reeds va- DE VULCAAN „KRAKATAU* VERLATEN EIL. v LANG i P&io^watanjÈï EIL. -IjylDahpn kr K-RAKAT^U *»NIEUW OPGEDRONGEN EILAND OBSERVATIEPOST INGESTORT IN 1883 Cf) ker voor roepen deze uitbarstingen toch de vroegere ramp in de herinnering terug. Het eiland Krakatau, eigenlijk Poeloe Rakata, is gelegen tusschen Sumatra en Java in de straat Soenda. In de buurt van dit eiland liggen eenige kleinere eilanden, als Verlaten-eiland en Lang-eiland, op welk laatste eiland zich bijna voortdurend een waarnemingspost bevindt, welke bezet wordt door een mantri van den vulcanolo gischen dienst, terwijl de leiders van den dienst, in de eerste plaats dr. Stehn, hier regelmatig inspecties verrichten. De meest ernstige ramp door de Kraka tau veroorzaakt, is voorgevallen in het jaar 1883, toen ruim vijf-en-dertig dpizend in landers en 37 Europeanen om het leven kwamen als gevolg van het ontstaan van hooge golven in de zee, welke de lage lan den langs de nabijzijnde kust van Java en Sumatra overstroomden. Door deze explosie werden de drie ge noemde eilanden met een dikken laag puimsteen-tuf bedekt. De plantengroei was geheel verwoest. Deze heeft zich echter langzaam hersteld en de drie eilanden, die onbewoond zijn, zijn thans weer met een dichte vegetatie bedekt. Sinsdien is de Kra katau in het midden van de wetenschappe lijke belangstelling komen te staan. Zoo was deze vulkaan een van de voornaam ste onderwerpen van discussie en bestu deering op het vierde Pacific Science Con gress in Batavia en Bandoeng in 1929. Sinds den grooten ramp tot 1927 zijn geen uitbarstingen meer voorgevallen. Al gemeen beschouwde men de vulkaan na de geweldige eruptie van 1883, als uitge doofd. Einde December 1927 echter verschenen plotseling erupties uit zee. Groote fontei nen van donkere modder, vulkanische asch en blokken gesteente werden vanuit zee opgeslingerd. De hoeveelheid uitge worpen materiaal was al spoedig van zulk een omvang, dat zich op den bodem van de zee een nieuwe vulkaankegel opbouw de, welke in het begin van 1928 zich bo ven water vertoonde. „Anak Krakatau", het kind van de Krakatau, doopte men dit kleine eiland. Spoedig groeide het en al is ook vorm en hoogte van dit kind van de vulkaan diverse malen veranderd, het is een werkelijk eilandje geworden en ge bleven. De werking werd in midden 1930 ster ker. Eruptiezuilen bereikten toen een hoog te van bijna 1500 M. in 1931 nam de acti viteit nog toe. De erupties werden hooger; de hoogste bereikte 7900 M. Gloeiende blok ken gesteente werden omhoog geslingerd en barstte met hevig geknal uiteen. In deze periode is de bevolking, zooals ook thans, meerdere malen gewaarschuwd. Tot ernstiger gevolgen is het toen echter niet gekomen. Wanneer men echter terugblikt over de jaren 1927 en verder, blijkt dat de la-acht der erupties, zij het in een langzaam tempo, is gestegen. Voortdurend is de Kra katau dan ook onder nauwlettende obser vatie gebleven. Ter illustratie van de hevigheid van de uitbarsting in 1883 geven wij enkele bij zonderheden. De gouvernementsstoomer „Berauw" lag op 26 Augustus 1883 op de reede van Te- lok Betong (dus aan de kust van Suma- ta). In den avond, toen de ontploffingen tot ver in het binnenland van Java en Su matra werden gehoord, sloegen de eerste vloedgolven met enorme kracht over de havenmuren van Telok Betong. De bevol king vluchtte uit deze plaats en de „Be- rauw" werd van haar ankers losgeslagen ei> op het strand geworpen. Toen den dag daarop de weinige overlevenden uit Te- lok Betong naar het schip zochten, was niets meer van het vaartuig te bekennen. Men ging echter voort met speuren en ein delijk ontdekte men de overblijfselen van het schip achter een berg, op 2 mijlen af stand van de haven. Op dit moment is in de nabijheid van Telok Betong, als een blij vend teeken van den omvang van deze ramp, overgebleven stoomketel van de „Be- rauw" nog te zien. Tegen gevaarlijke autobestuurders Strenger optreden wordt volgens de Wegenverkeerswet mogelijk. Op de vragen van het N.S.B.-Eerste Kamerlid jhr. Von Bönninghausen betref fende het nemen van maatregelen, om aan roekelooze bestuurders van motorrijtuigen gedurende hun leven of althans gedurende een groot aantal jaren de bevoegdheid tot het besturen van motorrijtuigen te ont zeggen, hebben de minister van Waterstaat en van Justitie het volgende geantwoord: De Wegenverkeerswet zal het den rechter mogelijk maken, den bestuur ders, die zich aan roekeloosheid of dronkenschap schuldig gemaakt heb- heb, de bevoegdheid, motorrijtuigen te besturen, voor den tijd van vijf jaren en in geval van herhaling binnen vijf jaar voor den tijd van tien jaren te ontzeggen. Het droeve ongeval te Lonneker. Op de vragen van het liberale Tweede Kamerlid Van Lidth de Jeude in verband met een aanrijding op 18 Mei 1939 te Lon neker, veroorzaakt door een onder invloed van sterken drank verkeerenden autobe stuurder heeft de minister van Waterstaat als volgt geantwoord: De minister kan zich voorstellen, dat in dit excessieve geval het rechtsgevoel naar andere middelen verlangt dan volgens de gewone strafvorderingsregeling nu een maal ten dienste staan. Toch zou het minder juist zijn, alleen met het oog op dergelijke uiterste gevallen, aanstonds een andere regeling in het leven te roepen. Dit stand punt is, z(j het niet in uitdrukkelijke be woordingen, ook ingenomen bij de tot standkoming van de Wegenverkeerswet. Ingevolge artikel 36, derde lid, dier wet kan de bestuurder van een motorrijtuig, die onder den invloed van alcohol een doode- lijk ongeval veroorzaakt, met gevangenis straf van ten hoogste drie jaar worden ge straft. Voorloopige hechtenis kan echter, enkele hier niet ter zake doende gevallen buiten beschouwing gelaten, slechts worden toe gepast in geval van een misdrijf, waarop gevangenisstraf van vier jaren of meer is gesteld. Voor excessieve gevallen als het onderhavige heeft bij de regeling van de Wegenverkeerswet de opsporingsambtenaar de bevoegdheid het rijbewijs in te vorderen van den bestuurder, die onder den invloed van alcohol op den weg wordt aangetrof fen. De minister bevordert zooveel moge lijk, dat de Wegenverkeerswet spoedig in werking zal treden. De in werking treding is evenwel mede afhankelijk van het tot stand brengen van een organisatie voor de keuring van motor rijtuigen ingevolge genoemde wet, waarbij de verkeersbonden medewer king verleenen. Deze organisatie is nog niet geheel geregeld. DE WERELD 1^ VOGELVLUCHT DE KRAKATAU GROEP TIENTSIN Wij leven in een ongedul- digen tijd; een tijd waarin de gebeurte nissen zich snel opvolgen en ten gevolge daarvan maakt het ons kriebelig, wanneer in hetzelfde tempo niet doorgetast wordt. Chamberlain heeft echter een taai geduld. In China ringelooren de Japanners de Britten op een wijze, welke hoogst scha delijk is voor hun prestige onder de kleur lingen; zij pakken aan alle kanten de Chi- neezen aan en klaarblijkelijk zetten zij alles op haren en snaren om Tsjang Kai Sjek omver te loopen. Zij stuiten bij hun actie op de rechten van de Westersche mogendheden en het heeft er allen schijn van, dat de Japansche generaals van mee ning zijn, dat het nu maar eens uit moet zijn met die hulp aan Tsjang Kai Sjek. In dit verband is het niet duidelijk hoe Cham berlain nog altijd hoop kan koesteren, het met de Japanneezen op een accoordje te kunnen gooien. Men vroeg in het Lager huis of het niet beter was, een wat krach tiger taal te laten hooren, een taal, welke Tokio beter begrijpt; maar Chamberlain wilde den afgevaardigde nog wat geduld laten oefenen. Intusschen wordt gemeld, dat de Japansche actie zich weer gaat uit breiden tot andere Chineesche havenste den. Tevens verluidt, dat de blokkade te Tientsin nog verscherpt zal worden. Misschien wacht Chamberlain af, wat er verder gebeurt aan de grens van Mand- sjoekwo, waar de luchtgevechten nog steeds blijken voort te duren. Wellicht spe culeert hij ook nog op de uitwerking van de berichten uit Amerika, waar men er reeds over spreekt, dat binnenkort de Amerikaansche vloot naar de wateren van het Verre Oosten zal stoomen om „de agressieve neigingen wat in te toornen". De regeering der Vereen. Staten houdt zich echter nog op de vlakte, zoolang de kwes tie van de wijziging der neutraliteitswet r.og niet in kannen en kruiken is. VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland De Japansche actie breidt zich uit tot Foetsjau en Wengtsjau. Verscherping der blokkade te Tientsin. (2e blad). Engelsch optimisme inzake verminde ring der Arabische terreur in Palestina. (2e blad). Bij Hasselt zijn de dijken van het Al- bert-kanaal doorgebroken. Groote schade; één doode. (2e blad). De Krakatau in hevige werking. (1ste blad). Binnenland Minister Goseling is heden in de Tweede Kamer aan het woord. (1ste blad). De stand der werkloosheid. (1ste blad). De bedrijfsraad in de sigarenindustrie. (2de blad). DE DALING DER WERKLOOSHEID Van April 1938 tot April 1939 met Acht pet. verminderd. De directeur van den Rijksdienst der werkloosheidsverzekering en arbeidsbe middeling deelt de volgende resultaten mede van de verzameling door het Cen traal Bureau voor de Statistiek van de voorloopige gegevens over de week 5 t.m. 10 Juni 1939. 10 Juni 1939 waren bij de organen der openbare arbeidsbemiddeling ingeschreven 282.052 werkzoekenden (267.625 mannen en 14.427 vrouwen). Hiervan waren 205.071 (195.342 mannen en 9729 vrouwen) werkloos en waren 60.843 personen door overheidshulp te werk gesteld bij cultuur-technische en adminis tratief daarmede gelijkgestelde werken. Blijkbaar waren er dus 16.138 personen als werkzoekende ingeschreevn, die in het vrije bedrijf werkten, doch ander werk zochten. In de week van 5 t.m. 10 Juni 1939 waren bij gesubsidieerde vereenigingen met werk- loozenkas aangesloten 586.518 personen, on der wie 77.020 landarbeiders. Van de 509.498 verzekerden buiten de landarbeiders, was het werkloosheidsper centage 18.3 (in de vorige verslagweek, 22 t.m. 27 Mei 1939, was dit percentage 18,8). In die overeenkomstige verslagweek van Juni was het werkloosheidspercentage in de laatste jaren als volgt (in het tijdvak Mei tot en met November worden bij de berekening van de percentages de landar beiders buiten beschouwing gelaten): 1932: 24,6, 1933: 24,6, 1934: 24,8, 1935: 29,4, 1936: 30,9, 1937: 24,3, 1938: 23,4 en 1939: 16:3. In April 1939 is weder een telling ver richt van het aantal geheel werkloozen en het aantal te werk gestelden bij werkver ruimingen onder de als werkzoekende in geschrevenen bij de organen der openbare arbeidsbemiddeling. De volgende cijfers zijn hieraan ontleend: leeft.groepen geheel te werk gesteld bij mannen werkloos werkverruimingen 14—24 jaar 38.689 4.636 25—50 jaar 158.774 55.020 51 j. en ouder 59.900 11.056 Totaal 257.362 70.712 Het totaal aantal geheel werklooze vrou wen was 13.021. Vergelijkt men het cijfer der geheel werkloozen en te werk gestelde mannen te zamen met het overeenkomstige cijfer van 1 April 1938, dan blijkt, dat in den loop van een jaar het totaal aantal met 28.736 of 8 pet. is teruggeloopen. Het aantal in de groep 1424 jaar is ver minderd met 12.191 of 22 pet. Het aantal in de groep 2550 jaar met 14.857 of pet. en het aantal in de groep van 51 jaar en ouder met 1688 of 2 pet. MOTORONGELUK MET DOODELIJKEN AFLOOP. Vanmorgen te ongeveer half twaalf is op den Haarlemmerweg in de gemeente Haarlemmerliede een verkeersongeluk ge beurd, dat een motorrijder het leven heeft Ongeveer ter hoogte van de Israelietische begraafplaats dicht bij de grens van Haar lem moest de motorrijder, die uit Amster dam kwam, een rechts van den weg staan de handkar passeeren, doch vermoedelijk is hij daarbij niet ver genoeg uitgeweken. Hij reed de kar aan, verloor de macht over het stuur en sloeg ever den kop. Bewusteloos en hevig bloedend uit een hoofdwonde bleef hij op den weg liggen. Een lid van den ongevallendienst uit Haarlem constateerde een schedelbreuk en liet den gewonde naar de Maria-Stichting overbrengen, waar hij korten tijd later is overleden. Daar het slachtoffer drie rijbewijzen met verschillende namen in zijn bezit had, kon zijn identiteit nog niet met zekerheid wor den vastgesteld.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 1