J| De Liturgie der Kerk WEEK-END. LIED VAN DEZEN TIJD ZATERDAG 3 JUNI 1939 CE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 INT ER PAR OCH IE ELE ST. JOSEPHSGEZELLEN VERLENIGING TE LEIDEN KEMPERMAN-FONDS. Maandagavond vanaf 8 uur afrekening van de zelatricen van het Kemperman- fonds. Nieuwe leden zijn van harte wel kom. Zijn alle Gezellen reeds lid? De beste stuurlui staan aan wal. Een van onze zelatricen klaagde, dat zij minder prettig was ontvangen bij de ouders van een Gezel, die zich vrijwillig had op gegeven als lid van het Kempermanfonds. Heel wat heeft zij moeten slikken, zooals: „Is dat een instelling van opvoeding" en „Laten zij, die de schuld hebben gemaakt, die schuld maar betalen". Ons oordeel over zulk een ontvangst is, dat zulk een optre den zeer onredelijk en hoogst onverstan dig is. Nog eenmaal willen wij er op wijzen; de schuld van onze vereeniging bestaat uit een betrekkelijk hooge hypotheek, aange gaan in een tijd, toen ons gebouw een hoo- gere waarde bezat; vervolgens hebben wij twee jaar geleden op herhaaldelijk uitstel onze electrische verlichting moeten inrich ten naar de eischen van den tijd en ten slot te moesten wij de noodige reparaties doen plaats hebben; de verbeteringen aan ons ge bouw hebben ons een schuld bezorgd, wel ke wij zoo spoedig mogelijk willen af doen. De hypotheek-schuld en ook de an dere schuld is geheel en al verantwoord en alleen in belang van onze Gezellenvereeni- ging aangegaan. In normale omstandighe den zouden wij zonder loterij en zonder Kempermanfonds dit alles kunnen afdoen. In dezen abnormalen tijd, waarvan wij in onze Gezcllenvereeniging wel op de eerste plaats den weerslag ondervinden, omdat wij vooral de arbeidersjeugd hebben, zouden wij gaarne zien, dat er niet zoo oppervlak kig wordt geoordeeld. Een meer meeleven en meehelpen zal ons het werken in het belang van uw kinderen gemakkelijker en lichter maken. Nogmaals wij durven vragen aan alle leden, om een maandelijksche bijdrage. Wordt lid van ons Kempermanfonds, en werkt mede aan het slagen van onze lo terij. VERPLICHTE BIJEENKOMST. Dinsdagavond verplichte bijeenkomst van de afdeeling Gezellen. Denkt er aan, uw lidmaatschap brengt verplichtingen mede. Eén van de voor naamste verplichtingen is het trouw be zoek aan de verplichte bijeenkomsten. RAAD VAN BESTUUR. Donderdag is er bestuursvergadering van de tooneelclub; zeer belangrijk zijn do besprekingen. Vrijdag bestuursverga dering van de zangclub. ONZE ZANGCLUB. Met onze zangclub gaat het momenteel niet goed. Altijd-is de zangclub wel een zorgenkind geweest en daaraan is niet vreemd, dat de St. Josephsgezellenver. or ganiseert de jongens van 17—25 jaar. Een groot aantal leden hebebn wij daarom nooit in onze zangclub gehad, met een twintig leden in deze onderafdeeling hebben wij ons altijd tevreden moeten stellen. Op het oogenblik telt onze zangclub 18 leden, maar op de repetities komen er maar 10. Zoo is het werken voor dirigent en bestuur zeer onpleizierig. Laten in het vervolg alle leden trouw de repetities bezoeken; anders zouden wy deze onderafdeeling, welke wij niet kunnen missen, moeten opheffen. Zeer gearne zou het bestuur zien, dat in de ko mende maand zich de noodige Gezellen als lid van deze onderafdeeling komen op geven. Dit kan geschieden iederen Woensdag avond tijdens de repetitie. KOLPINGS-LIJFWACHT.. Zeer spoedig, wanneer de laatste voorbe reidingen gereed zijn, zullen de vier nieu we Kolpings-lijfwachters worden geïnstal leerd, 18 Juni zullen zij voor het eerst op treden. VOOR ONS DISTRICT. De programma's en de affiches zijn van daag gereed gekomen en worden de eerst komende dagen in de verschillende plaat sen bezorgd. De Senioren kynnen deze af halen bij de plaatselijke secretarissen van den R.-K. Volksbond. Denkt er aan; deze dag, welke uitgaat van den R.-K. Volksbond en de St. Jo sephsgezellenver., moet slagen. Wij ver wachten, dat de verschillende commissa riaten van onze vereenigingen uit het dis trict met allen ijver zullen arbeiden, op dat van iedere vereeniging een zeer groot aantal deelnemers deze openlucht-bijeen komst bijwoont. Om half drie moeten allen op Zondag 18 Juni aanwezig zijn in de parochie-kerk van Zoeterwoude (Dorp); daar zal een kort Lof worden gehouden, waarna wij in op tocht met vaandels en vlaggen optrekken naar het terrein, waar wij onze vergadering zullen houden. De verschillende Gezellen- vereenigingen moeten zorg dragen, dat Za terdag de vaandels aanwezig zijn in het petronaatsgebouw te Zoeterwoude; de vlag gen kunnen Zondag dooT de afzonderlijke vereenigingen worden medegebracht. Als spreker zal optreden de heer Steinmetz. Na de pauze zal Pierre Balledux een schitterend tonneelstuk opvoeren. De entrée-prijs bedraagt slecht 15 cent. Een zeer geringe prijs om ieder in de gelegenheid te stellen deze bijeen komst bij te wonen. Er is gelegenheid om fietsen te stallen. De aangesloten vereenigingen van het district Leiden zijn: Katwijk aan den Rijn, Leiden, Lisse I, II en III, Noordwijk, Noordwijkerhout, Gegstgeest, Roelofarendsveen, Sassenheim, Voorhout, Voorschoten, Warmond, Wasse naar, Zoeterwoude I en II en Hoogmade; wfj verwachten van ieder van deze vereeni gingen een zeer groote belangstelling. Ook de verloofden van de Gezellen zijn van harte welkom. DE CONTRIBUTIE. Van al onze aangesloten vereenigingen wordt in de komende week contributie ver wacht. De contributie bedraagt 10 cents per lid per, jaar. Mag ik alle Senioren verzoeken my dit cp te zenden, gironummer 314325. H. SCHRAMA, Distr.-Praeses. HOE LANG NOG? Deze vraag stelden wij, toen we schre ven over de opvoeding der jeugd. Maar dit „hoe lang nog" geldt niet slechts de jeugd aan onze Oostgrens, het geldt d e jeugd der wereld en vooral ook die van ons land. Het is de ernstige en niet te ontwijken vraag, die hoofdbrekens kost aan vaders en moeders, tevenj de gods dienstige en sociale problemen opwerpt met klemmende argumenten. Er is een jeugd, die werkt. Deze is het beste er aan toe, ook al zijn er nog talrijke zaken, die men anders zou willen; kwesties van levensvorming en vakstudie, die van eminent belang zyn en die geen verwaar- loozing kunnen gedoogen. Er is ook een jeugd, die niet werkt. Deze jeugd is er het slechts aan toe, loopt de kans het denken te verleeren en zich te vermeien in gevoels-argumenten. En dan krijgt men de redeneering over een Duit- sche jeugd, die dan toch maar werk heeft. Het feit van te kunnen werken voelt men aan als iets van belang. Wat maakt nu die nieuwe Duitsche jeugd zoo gevaarlijk? Dit, dat, terwijl ze werk hebben en dan zoo ontvanke lijk zijn voor goede leiding, de jonge ren in werkelijkheid ten onder gaan aan slechte leiding. Als er na de jaren van nationaal-socialisme nog goede menschen gevonden zullen worden, dan zal het zijn ondanks en niet dank zij die lei ding; dan zal het zijn te danken aan de vaders en de moeders en de priesters, die volgehouden hebben in het goede. Hoe lang nog dit jeugd-drama zal du ren, weet geen sterveling. Natuurlijker wijze zal het Duitsche stelsel ten onder gaan. Maar de invloed van de goddeloos heid zal nog jaren nawerwen in denken en doen, ook buiten dat land. In eigen land zal ook de fictie van an dere heilsmiddelen verbannen moeten worden. Dit kan alleen door gezonde doel stelling en gezonde middelen. Een prachtig werk ligt hier voor alle jongeren-organisaties en de Gez. Ver. zal opbouwend werk moeten verrichten in katholiek-socialen zin. S. M. VERREGAAND BRUTAAL Er was een tijd, dat midden-Europa een cultureele zending te verzorgen had en zich op passende wijze van die taak kweet. Het land dér edele Germanen bracht mannen voort, die met gezonden geest de wetenschap beoefenden en vrucht baar werk presteerden voor hun land en voor hun volk. Die mannen waren een Albertus Magnus, een Eckhart, Bach, Goethe, Beethoven en zoovele anderen, grooten van geest, biologen, sociologen, economen, dichters, schilders, beeldhou wers, musici, schrijvers etc. Maar in de wenteling der tijden zyn de geesten veranderd. In barre zakelijkheid zocht men naar feiten, en uitsluitend op waar te nemen feitelijkheden is de weten schap verder gaan bouwen. In het groot Germanenland kwamen die kleinen van geest aan het bewind en het volk hechtte geloof aan hun kromme redenaties. Zoo groeide ongebondenheid tot regel, domheid tot wijsheid, menschelijkheid tot gods dienst. De drieste vermaterialiseering is inge zet door Nietzsche met zijn „Macht zur Wille". Het is dan ook zoo typeerend kort zichtig, dat de menschen in ons land terug deinzen bij het inwaaierig geluid van be paalde Duitsche stemmen. Dat is niet nieuw. Frederik de Groote, een groot kei zer door macht, zeide al, dat God alleen maar was bij het sterkste bataillon. Het heel erge en hoogst ernstige gevaar van thans in het Germanenland is d e d o 1- drieste opvoeding. En daar be gint toch de levensvorming. Nu is er een man, Baldur von Schirach, die heeft dit gezegd: „de getrouwheid aan Hitier en aan de H. Jugend is goddelijke plicht". Dit heerschap verplicht hier God om het werk der H. J. te sanctioneeren. God en de door God gezondenen hebben niets meer te vertellen; meneer Baldur zal pre cies vertellen hoe 't moet. Het is belache lijk en zielig en verregaand dom! Aan zulke brute brutaliteit is de jeugd overgele verd? Hoe lang nog? S. M. geluk dan, hebben we een prachtige autotocht gehad! FEESTDAG VAN HET ALLERHEILIGSTE SACRAMENT Als niet anders wordt aangegeven dage- lijks Gloria en Credo. Zondag de Prefatie v. d. Allerheiligste Drieëenheid. Maandag, Dinsdag en Woensdag de gewone Prefa tie. Donderdag, Vrijdag en Zaterdag de Prefatie van Kerstmis. ZONDAG 4 Juni. Feestdag v. d. Aller heiligste Drieëenheid. Eerste Zondag na Pinksteren. Mis: Benedicta sit; 2e gebed en laatste Evangelie v. d. eersten Zondag na Pinksteren. Kleur: Wit. Het verheven Geheim v. d. Allerheilig ste Drieëenheid kunnen wij met ons ver stand niet begrijpen. Daarom brengen wij vandaag aan God het heerlijk offer van ons verstand in het geloof, vandaag voor al. Eeren wij door een echt katholiek ge loofsleven den Vader, den Zoon en den H. Geest, de Allerheiligste Drieëenheid en on verdeelde Éénheid! MAANDAG 5 Juni. Feestdag v. d. H. H. Bonifatius en gezellen, Martelaren. Tweede Patroon van ons Bisdom. (Zie in het feest eigen v. h. Bisdom). Mis: Sapientiam. Geen Credo. Kleur: Rood. Te Kyrton in Engeland geboren stak Winfried, later Bonifatius geheeten, vol zielenijver naar ons vaderland over en landde te Wijk bij Duurstede in 716. Daar naar Engeland terug. Onder gunstiger om standigheden en met Pauselijke zending zijn arbeid vruchteloos bleef, keerde hij predikte Bonifatius een paar jaar later in het land van de Germanen. Na den dood van den heiligen bisschop Willibrordus nam Bonifatius de zorg op zich voor het Utrechtsche Bisdom. Op een vormreis werd hij met zijn gezellen nabij het tegenwoor dige Dokkum door een bende heidenen overvallen en gedood den 5en Juni 755. DINSDAG 6 Juni. Mis v. d. H. Norber- tus, Bisschop en Belijder: Statuit. Geen Credo. Kleur: Wit. In zijn jongelingsjaren levende aan het hof van koning Hendrik V van Duitschland werd de heilige Norbertus tot inkeer gebracht door het inslaan van de bliksem in zijn onmiddellijk nabijheid en begon hij een leven van gebed en ver sterving. Hij trad op als boeteprediker in Duitschland en Frankrijk en stichte, door een visioen in het dal van Premontré voor gelicht, de Orde van de Norbertijnen of Premonstensers. De heilige stierf als bisschop van Maagdenburg den 6den Juli 1134. WOENSDAG 7 Juni. Mis v. d. vorigen Zondag (le na Pinksteren): Domine. Geen Gloria; 2e gebed A Cunctis (om de voor bede van de Heiligen); 3e naar keuze v. d. priester. Geen Credo. Kleur: Groen. DONDERDAG 8 Juni. Feestdag van het Allerheiligst Sacrament des Altaars. Dag van devotie. Mis: Cibavit. Sequens: Lauda Sion. Kleur: Wit. Onder het octaaf is de Sequens in gele zen H.H. Missen te bidden naar willekeur v d. priester; in de gezongen H.H. Missen is zy verplicht, evenals ook op den Octaaf dag in alle H.H. Missen. Herdachten wij op Witten Donderdag de instelling van het H. Sacrament des Al taars, vandaag vieren wij het bezit v. d. Allerheiligste Eucharistie. „Er is geen volk, dat zijn goden ~"zSó dicht bij zich heeft als onze God tegen woordig is bij ons" (aldus de H. Thomas van Aquino in de Getijden v. h. H. Sacra ment). Richten wij onze oogen op den ver borgen God van onze altaren! Laat Hij zijn onze Dagelijksche Spijze, opdat Christus in ons en wij in Christus één, deel mogen hebben aan de vruchten van de verlossing: het eeuwig leven. (Graduale, Alleluja vers, Gebed). VRIJDAG 9 Juni. Tweede dag v. h. H. Sacramentsoctaaf. Mis: Cibavit (als giste ren). 2e gebed v. d. H.H. Primus en Feli- cisnus, Martelaren; 3e Concede (ter eere van Maria). Kleur: Wit. ZATERDAG 10 Juni. Derde dag v. h. H. Sacramentsoctaaf. Mis: Cibavit. 2e ge bed v. d. H. Margarita, koningin, weduwe; 3e Concede. Kleur: Wit. Van vaders zijde stamde Margarita af van de Engelsche koningen, van moeders zijde van de Romeinsche keizers. Zij werd geboren in Hongarije, waar haar vader toen als balling verbleef en waar zij haar kinderjaren heeft doorgebracht in gods vrucht. Op 24-jangen leeftijd trad zij in het huwelijk met Malcolm, koning van Schotland en wer- zij koningin van Schot- lard gekroond. Een heilzame, invloed oefende zij uit op het hart van Malcolm en zy wist hem die godsvrucht in te pren ten, welke hem heeft gemaakt tot één van de deugdzaamste koningen van dat land. Met acht kinderen werd hun huwelijk ge zegend. De koningin begreep haar moeder plichten en was voor alle christelijke moe ders een voorbeeld. Zelf onderwees zy haar kinderen in de beginselen van den godsdienst en in hun kinderharten wist zij te ontsteken de liefde tot God, waarvan zij zelf vervuld was. Bijzonder muntte de heilige uit in de liefde tot de armen. In de armen eerbiedigde zij den Persoon van Jesus Christus en maakte van elke gele genheid gebruik om hen behulpzaam te zijn, te vertroosten en in hun behoeften te voorzien. De heilige stierf 16 November 1093. Op dat oogenblik werd haar gelaat, dat door een langdurige ziekte vermagerd was en leelijk geworden, onverwachts met buiten gewone schoonheid overtrokken. IN DE KERKEN VAN DE E.E. P.P. FRANCISCANEN: Alles als in bovenstaande kalender v. h. Bisdom, behalve: MAANDAG. Feestdag van O. L. Vrouw, Middelares van alle genaden (zie 31 Mei). Mis: Adeamus. 2e gebed v. d. H. H. Boni fatius, Bicsschop en Martelaar. Credo. Pre fatie van Maria (invullen: En u op het feest). Kleur: Wit. WOENSDAG. Mis v. d. Z. Humiliana, Weduwe: Cognovi. Gloria. 2e gebed A Cunctis; 3e naar keuze v. d. priester. Kleur: Wit. VRIJDAG. 2e gebed v. d. Z. Z. Pacifius van Cerano en Laurentius van Villamagna. Belijders; 3e v. d. H.H. Primus en Feli- cianus. Amsterdam. ALB. M. KOK, Pr. DE HUILEBALK. Kort geleden ontmoette ik de huile balk. Hij stond naast my en weende. Hij weent altijd. Hij weent over de zonden en tekortko mingen der menschen. Dat vindt u misschien vreemd. Gy, Am sterdammer, gij Bosschenaar, uw gemoed is in den maalstroom des dagelijlkschen levens misschien verhard. Gij leeft en loopt rechtdoor, zonder naar links of naar rechts uit te wijken. Dat zijt gij niet van zins. Wie u in den weg treedt, moet strijden. Zoo heeft het leven u gemaakt. Maar hier zijn menschen, die nog kunnen weenen. Misschien met een zacht en kinderlijk ge moed, dat week wordt bij het aanschou wen van onrecht en leed. Zoo is deze mensch de huilebalk. Hij weent om de menschen zij het dan ock wat overvloedig. Maar hij is een edel mensch en het blij- ve mij verre, hem om de vochtige uiting zijner gevoelens hier te smalen. Ik heb reeds lang gedacht: waarom huilt deze man? Gelooft hij in de kracht van zijn tranen? Huilt hij om een standpunt, om een ideaal? Is dit een overblijfsel uit den tijd van den zondvloed? Ik weet het niet. Maar hij huilt. Hy huilt als het regent. Dat is ten slotte te begrijpen. Dan wil hij meeregenen. Maar hy huilt ook als het waait. AL? er een verkeersongeluk plaats heeft. Voor en na het eten. In de tram. Bij nacht en ontij. Hij huilde nu ook. Voor ons, minder vochtige lieden ls dit een probleem. Wij zouden willen weten, welke de slui zen zijn, die ai dit water te voorschijn rc epen, waarom die man meent al dat zilte nat te moeten loozen. Maar het is niet leuk op straat te staan met een weenenden man, wien de tranen als druppels dauw glinsteren in de vette knevel. Vooral voor het oog van vrienden en be kenden, die uit dit feit velerlei vreemds en zelfs onvriendelijks kunnen distilleeren. Ik nam hem dus liever mee naar een hoekje in een nabijzijnd café. Ach meneer zei hij ik ben zoo diep ongelukkig. Dat zou men zeggen, meneer zei ik u weent. Men moet een mensch met droefheid altijd met eerbied benaderen. En dat hier droefheid was, stond voor mij vast. Hij schreide niet, hij snikte. Hem biggelden de tranen over de wan gen. 'Uitschreien laten dacht ik uit schreien laten I Maar het duurde zoo lang. En toen hij zijn doornatte zakdoek had weggeborgen, stak ik direct van wal om een mogelijk nieuwen tranenvloed te ver hinderen. Wat weet een mensch immers van de traanklieren zijner medemenschen? En ik zei: Een kop koffie? Hij bedankte. Een nette man, dacht ik, en die zijn droefheid niet wil misbruiken. Iets anders soms? Hij antwoordde niet, maar tot de kellner, die. inmiddels binnen schotsafstand onze ta fel was genaderd, zei hij: Nou, een cognacje dan maar! En tot mij, wederom snikkend: Omdat u zoo aandringt. Toen moest ik toch beginnen. Psst! zei ik. Hebt u verdriet? Dat was geen slecht begin, al kon een kmd zien, dat deze man in een minder op gewekt humeur verkeerde. Waarop hij her haalde, dat hij doodongelukkig was. En wat scheelt er dan aan? vroeg ik dringend. Hij trok zijn sympathiek voorhoofd in vele rimpels, men kon zien, dat hij na dacht zóó hevig en dringend, dat het hem bijna pijn moest doen. En plotseling kwam er - ontspanning in zijn blik en voor het eerst gleed er zoo iets van een flauwe glimlach over zyn gelaat. Maar direct daarop begon hij weer te schreien. Ik kan het niet langer aanzien zei hij snikkend dat er in mijn goede stad zulke dingen geschieden. Dat is de ramp van mijn leven. Tja zei ik als volkomen op de hoogte dat is natuurlijk heel tragisch, maarwat bedoelt u eigenlyk. Ik bedoel zei hy een stoel van honderd-vijf-en-twintig gulden! Vreese- lijk zoo iets in een maatschappij van denkende menschen. Een tafel van drie honderd gulden van onze verhoogde opcen ten! Inderdaad tragisch stemde ik meele vend vast maar er zijn tragischer din gen in dit leven. Denk eens aan oorlog, aan bommenwer pers, aan gifgassen, aan massamoord op onschuldige burgers. Hij gaf het niet toe en dronk zijn cog nacje uit. En nog een. En weent u daar nu om vorschte ik. Ja zei hij dat doe ik. En hebt u altijd zoo iets bij de hand om te huilen? vroeg ik. Hij zeide: Gelukkig wel! En terwijl ik bedacht verwonderd be dacht hoe er menschen zyn, die er zoo vreemde deugden op nahouden, zooals deze man de vreugde had van het wee nen, zei hy: Hoe zou ik anders iederen morgen aan mijn cognacje moeten komen, indien er geen menschen waren edel van harte en mild van gemoed enindien ef voor mij niet iets was om te weenen. DANIEL. Wij slaan al weer een.goed figuur Op New Yorks expositie, De Nederlandsche driekleur is Bijzonder in conditie. D'Amerikanen staan perplex En kijken naar de kleuren, Der bloemen, die om 't paviljoen Der Nederlanders geuren. Da's een reclame voor ons land, Die hoog'lyk valt te loven „One million tulips" zeggen zij Met geestdrift niet te dooven. Zij zien ons dan op klompen gaan En alle kranten schrijven: Daar in het Nederlandsche land Is 't prettig te verblijven. Wij betreuren één ding: dat Ne derland een van de weinige bui- tenlandsche paviljoens ls, dat geen restaurant heeft. (Uit een artikel over de wereld tentoonstelling te New York). Maar zie, daar is geen spy's of drank, Zooals in and're landen, Geen eigen nationale drank Of volksche spijs voorhanden. In 't Britsch en Belgisch paviljoen In 't Noorsche is dat anders, Maar wij. wij zitten daar ter neer Mét en als waterlanders. Geen keurig Indisch restaurant Is toch daarbij verrezen, Geen Amerikaansche droge keel Heeft onze „gin" geprezen. Zij blijven nuchter van ons bier, Dat toch óók valt te roemen, En wij verzadigen dat land Alleen met schone bloemen. En toch, dat is zoo vreemd nog niet: Zij, die ons zoo iets vragen, Die denken maar alleen aan stof En aan hun volle magen. Want beter zou de wereld zijn En zelfs om op te roemen. Wanneer de menschen zouden zijn Zóó levend als de bloemen. TROUBADOUR.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 10