U weet het: 200 geldpremies, ZATERDAG 20 MEI 1939 30ste Jaargang No. 9341 S)e £eicbclve Goti/fco/nt Bureaux Papengracht 32. Adv. en Abonn.-tarieven zie paf. 7 Telefoon: Redactie 15, Administratie 935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 11. Dll nummer beslaat uil vi|l bladen, w.o. geUlustreerd Zondagsblad. De techniek der Raadsverkiezingen L HOEVEEL ZETELS KRIJGT ELKE LIJST? Binnenkort zullen in de gemeenten van ons land weer verkiezingen worden ge houden voor den gemeenteraad. De mees te verkiezingsdagen vallen in de maand Juni, doch het kan ook vroeger. Zoo wordt bijv. in de gemeente Rijnzaterwoude de raadsverkiezing reeds gehouden op 25 Mei. Dat de verkiezingsdagen zoozeer uit el kander liggen, vindt zijn oorzaak in het feit, dat de stemming moet plaats hebben binnen 45 dagen na de candidaatstelling, welke door de Gemeentewet bepaald is op den 2den Dinsdag der maand Mei, en B. en W. de bevoegdheid hebben binnen die termijn van 45 dagen den stemmingsiag voor hun gemeente aan te wijzen. Wan neer alles vlot van stapel loopt en er geen strubbelingen plaats hebben met de can- didatènlijsten, kan de eene gemeen*." haar stemmingsdag belangrijk eerder stel len dan de andere. De verkiezingsdag is een dag van span ning in iedere gemeente; ieder is nieuws gierig naar den uitslag. Wantaal mogen de Tweede Kamerverkiezingen belangrijker zijn uit politiek oogpunt beschouwd, de verkiezingen voor den Raad genieten een veel intenser belangstelling in den kring van hen, wien het aangaat. Daarom zullen .vij bij de gelegenheid der Raadsverkiezingen de berekening der zetelverdeeling nagaan, opdat ieder die er lust in heeft, de uitslag kan berekenen zoodra de stembus-inhoud is bekend ge maakt. Sedert de Kieswetwijziging van 1933 moeten wij een onderscheid maken tus- schen gemeenten met minder dan 20.000 zielen (waar dus hoogstens 17 raadszetels zijn) en grootere gemeenten, die 19 en meer raadszetels tellen. Voor Leiden. Nemen wij eerst de grootere gemeenten waartoe in onze omgeving alleen Leiden bt hoort. Wanneer de stembussen zijn omgekeerd en de totalen op elke lijst uitgebracht, bij elkaar zijn geturfd, is het eerst noodige werk te bepalen, hoeveel zetels aan elke* lijst worden toegekend. Het totaal geldige stemmen wordt bij elkaar geteld en deze som wordt gedeeld door het aantal te be zetten zetels. Dit deelsommetje geeft als uitkomst: den kiësdeeler. Laten we zeggen, dat in een gemeente van 21.000 inwoners 19.000 geldige stemmen zijn geteld, dan bedraagt de kiesdeeler: 19.000 gedeeld door 19 raadszetels, is 1000. Nu gaan wij zien, hoevele malen het totaal aantal stemmen van iedere lijst ge deeld kan worden door den kiesdeler. Gaat dat tweemaal, dan worden aan zoo'n lijst twee zetels, gaat het driemaal, dan worden drie zetels toegekend, enz. Nu zou het wel zeer toevallig zijn, wan neer een lijst precies twee- of drie- of viermaal den kiesdeeler haalde; meestal blijft er een rest over, een overschot. Maar nog toevalliger zou het zijn, wanneer alle beschikbare zetels direct op deze wijze over de diverse lijsten verdeeld konden worden. Dat komt dan ook gewoonlijk niet voor. Het aantal overgeschoten zetels wordt nu bij de tweede verdeeling toegekend volgens het stelsel der grootste ge middelden. Dat gaat zóó. Lijst A. heeft b*j de eerste verdeeling 8 zetels toegewezen verkregen; wij deelen nu het totaal aantal geldige stemmen, op deze l*jst uitgebracht door 9. M.a.w. wij gaan zien, met hoeveel stemmen lijst A. die negende zetel betalen kan. Lijst B. heeft 5 zetels gekregen bij de eerste toewijzing; wij deelen haar stem- mencijfer door 6 en zien, met hoeveel stemmen zij deze toegevoegde zetel beta len kan. Wie nu het meeste „betalen" kan, krijgt er een zetel bij, net zoolang tot alle zetels verdeeld zijn. Dat is het stelsel der grootste gemiddelden. Voor de kleinere gemeenten Nu komen de kleinere gemeenten aan de beurt. Ook hier gaan wij aanvankelijk op de zelfde wijze te werk als bij de grootere. Wij zoeken eerst den kiesdeeler en als wij dien gevonden hebben .rekenen wij uit, hoevele malen die kiesdeeler begrepen is in het stemmentotaal van iedere lijst. Ook nu zijn natuurlijk niet alle beschik bare zetels verdeeld, maar bij de tweede uitdeeling der veel begeerde zeteltjes pas sen wij bij de kleinere gemeenten niet het stelsel der grootste gemiddelden toe, maar het stelsel der grootste overschot ten. Nemen wij als voorbeeld een klein plaatsje met minder dan 3000 zielen, waar dus slechts 7 gemeenteraadsleden zijn. Er zijn uitgebracht 2800 stemmen, zoodat de kiesdeeler 400 bedraagt. Veronderstellen we, dat er 5 partijen (lijsten) zijn, die de volgende stemmencijfers behaald hebben. A. 900, B. 760, C. 600, D. 350 en E. 190. Lijst A haalde tweemaal den kiesdeeler, B. en C. ieder eenmaal, zoodat bij de eer ste toewijzing lijst A. 2 zetels §n lijst B. en C. ieder 1 zetel kregen. Vier zetels zijn dus verdeeld, blijven er nog drie over. De overschotten zijn nu: A. 900—(2x400) 100 B. 760—(1x400) 360 C. 600—(1x400) 200 D. 350— 0 350 E. 190— 0 190 Lijst B., D. en C. hebben de grootste overschotten en deelen dus de drie zetel tjes. Nu gaan wij de stemmencijfers wat ver anderen en veronderstellen dat de verhou ding aldus is: A. 920—800 (2) 120 B. 780—400 (1) 380 C. 750—400 (1) 350 D. 230— 0 230 E. 200— 0 200 Weer blijven er drie zetels over, die volgens de grootste overschotten zouden moeten worden toegewezen aan B., C. en D. Maar ditmaal gaat dat niet op. Want D. komt nu niet in aanmerking (evenmin als E.), omdat lijst D. geen 75 pet. van den kiesdeeler haalt. Bij het stelsel der groot ste gemiddelden (dus bij de grootere gemeenten) hebben wij met de 75 pet. van den kiesdeeler geen rekening te houden, maar bij het stelsel der grootste over schotten (dus bij de kleinere gemeen ten) wel. Gewoonlijk is bij deze tweede verdeeling het beschikbare aantal zetels schoon opge deeld. Mochten nog niet alle zetels bij een der lijsten ondergebracht zijn, dan (het wordt ingewikkeld) moeten wij bij een even- tueele derde verdeeling weer het stelsel der grootste gemiddelden gaan toepassen. En dan maken de kleine partijtjes, die, omdat zij geen 75 pet. van den kiesdeeler haalden, bij de eerste en tweede uitdee ling niet aan bod kwamen, weer een kansje, want het zou mogelijk kunnen zijn, dat er een bij is, wiens gemiddelde kon concurreeren met het gemiddelde der an deren. Heel vaak zal dat echter niet voor komen. Voor de kleine gemeenten is goed ge zorgd, want voor hen heeft de Kieswet nog een extra bepaling en wel deze: Indien b*j de genoemde verdeelingen aan een lijst, die de volstrekte meerderheid der uitgebrachte geldige stemmen heeft verkregen, niettemin een aantal zetels is toegekend, dat kleiner is dan de volstrekte meerderheid van het totaal aantal zetels, wordt aan deze lyst alsnog één zetel toe gekend ten koste van de lijst, die een zetel had gekregen van het kleinste overschot. De wisselvalligheden van het verkie zingsnoodlot zijn nu eenmaal wonderlijk en het is te Aardenburg voorgekomen, dat een partij beschikte over de meerderheid der stemmen, maar in den raad toch in de minderheid kwam. Dat was te gek en van daar bovengenoemde correctieve bepa- uing. Nu kunnen we het aantal zetels uitreke nen, dat aan iedere lijst wordt toegekend. De complicatie van verbonden lijsten heb ben we overgeslagen. Daar het echter, vooral op de dorpen, waar nog al eens met voorkeursstemmen wordt gewerkt, ook interessant is om te becijferen, of een be paalde candid^at „er in" is, zullen we de volgende maal uiteenzetten op welke wijze de personen der candidaten worden aan gewezen. Mr. H. F. A. GEISE. De Minister van Financiën is afgetreden. Minister Colijn neemt voorloopig zijn taak over. De regeeringspersdienst deelt mede, dat bij Koninklijk besluit van 19 Mei 1939 no. 1: ten eerste op zijn verzoek eervol ontslag is verleend als minister van financiën aan den heer mr. J. A. de Wilde, met dankbe tuiging voor de vele en gewichtige diensten den lande in deze moeilijke tijden bewezen. Ten tweede tijdens ontstentenis van een minister van financiën het beheer van het departement van financiën ad interim op gedragen is aan den minister van staat, minister van algemeene zaken, voorzitter van den raad van ministers, den heer dr. H. Colijn. Bij de samenstelling van de ontwerp- begrooting voor het jaar 1940 zijn van de zijde van den minister van finan ciën bezwaren gerezen. Deze bezwaren, die voornamelijk betrekking hadden op nieuw aange vraagde uitgaven, hebben den minis ter van financiën mr. J. A. de Wilde, aanleiding gegeven aan Hare Majes teit ontheffing uit zijn ambt te verzoe ken. De Minister van Algemeene Zaken, Dr. H. Colijn, die ad interimo is belast met het beheer van het departement van Finan ciën, heeft op zich genomen door bezuini gingen de taak, die ook mr. De Wilde voor voor oogen had gesteld, namelijk om voor 1940 budgetair evenwicht te bereiken, tot een goed einde te brengen. Uit deze laatste zinsnede kunnen we be- besluiten, dat het niet in de bedoeling ligt, spoedig een opvolger voor minister de Wilde te benoemen. Minister Colijn schijnt de taak van minister de Wilde over te nemen en te willen uitvoeren op dezelfde wijze, als waarop minister de Wilde zich dat het voorgesteld, maar waarbij deze laatste naar 't schijnt, bü de indiening van concrete wenschen, niet de algeheele mede werking van het ministerie heeft ondervon den, welke hij zich noodig achte. Meerder commentaar kunnen wij nog niet geven bij dit bericht, dat ons bereikte vlak voor het vanwege den Zaterdag dag vroegtijdig afdrukken van ons blad. V De Indirecte belastingen De bioscoopbond protesteert, omdat er niet ook voor de bioscopen verlaging van personeele belasting wordt voorgesteld. Dat protest kon niet uitblijven. Als men belasting gaat verlagen op mo torrijtuigen, die voor pleizier worden ge bruikt, pleiziervaartuigen, op andere din gen, wier gebruikers zich boven vele an deren een zekere luxe permitteeren dan zeggen de bioscoophouders: waarom zijn w *j niet aan de beurt voor belasting-ver laging! Als voor die andere verlagingen wordt aangevoerd, dat de industrie er door be vorderd wordt vanwege de verwachte toe name van het gebruik, dan geldt dit ook voor ons bedrijf aldus de bioscoop exploitanten. En..., geef ze maar 'ns ongelijk! Naar onze besliste overtuiging, moest men de door de regeering voorgestelde weg tot belasting-verlaging niet opgaan. Er is wel denkbaar verlaging van indi recte belastingen, welke verlagingen toch ook als indirect gevolg kunnen hebben een vermeerdering van bedrijvigheid, van om zet, welke belastingen niet liggen op artikelen, welke min of meer als weelde artikelen kunnen worden beschouwd. De wijsheid, die vroeger gold, nL dat De Midza geeft met Pinksteren elk vergezeld van een overheerlijken Midza-taart. Doe dus al Uw inkoopen in de MIDZA-ZAKEN iemand, die uitgaat, ook maar wat extra's in de belastingkist moet gooien voor- zoover geld noodig is, natuurlijk! die wijsheid is nog niet uit den tijd! In het algemeen gesproken. Er zijn bedrijven als het café- en restaurantbedrijf die wel ten deele op een zekere luxe zijn gebaseerd, maar die toch in onze samenleving nood zakelijk en gewenscht zijn die absoluut te zwaar onder den belastingdruk gebukt gaan. Maar wij herhalen het: in het alge meen gesproken in het nu geen tijd, om indirecte belastingen op weelde-artikelen, op luxe-uitgaven te gaan verlagen. En, als men toch dien weg opgaat, komt men van het een in het ander! DE KONINGIN BEZICHTIGT KUSTVERSTERKINGEN TUSSCHEN SCHEVENINGEN EN HOEK VAN HOLLAND. H. M. dc Koningin heeft hedenocht- tend de kustversterkingen tusschen Scheveningen en Hoek van Holland bezichtigd. Om 10 minutei» voor half tien kwam de Koningin op het noor delijkste gedeelte van den Boulevard te Scheveningen aan. Hare Majesteit reed in een geheel geopende auto met haar hofdame freule van Asbeck en haar adjudant majoor Phaff. De Koningin was gekleed in een bont mantel. In een tweede half geopende hofauto waren gezeten Hare Ms. adjudant, de ka pitein van het Indische leger Romswinckel en hr. ms. ordonnansofficier, eerste luite nant Egter van Wissekerke. Nadat de Koningin was uitgestapt maak te reserve-luitenant-generaal J. van An- del, plaatsvervangend commandant van de vesting Holland de Koningin zijn opwach ting en stelde aan Hare Majesteit voor majoor G. K. H. de Bont, commandant van het grensbataljon grenadiers. Tien manschappen op het trottoir opgesteld, gaven voor de Koningin een demonstratie van het bezetten van een zware mitrail leur-opstelling. Na afloop hiervan stapte de Koningin in haai auto met freule van Asbeck, generaal van Andel en majoor Phaff en reed met matige vaart langs den boulevard, opdat de plaatsvervangende commandant van de vesting Holland gelegenheid had de Konin gin al rijdende op verschillende verster kingen en opstellingen te wijzen. Ter hoogte van den vuurtoren sloeg de koninklijke auto links af, opdat de Konin gin de bij de Naald opgestelde zoeklichten zou zien. Daarna werd naar den boulevard terug gereden. Op het afgezette gedeelte, gren zende aan de haven, steeg de Koningin uit en inspecteerde een grenscompagnie Ja gers en een deel van de eerste compagnie van het grensbataljon Grenadiers. Vervolgens werden de opstellingen van andere wapens bezichtigd. Zoo zag de Ko ningin o.a in de binnenhaven het weg- roeién van een detachement torpedisten :n vletten, die met de riemen het koninklijk saluut brachten, opstellingen van het nieu we pantserafweergeschut (PAG)) en van mortieren. Bij het radiostation aan den Kranen- burgweg. waar het ververschingskanaal uitmondt, deed de Koningin majoor de Bont ontbieden. Hare Majesteit zeide hem, dat zij met groote belangstelling de ver schillende verdedigingswerken had be zichtigd. Dit bezoek had 55 minuten ge duurd. Daarop reed de Koningin met ge neraal van Andel en haar gevolg naar Kijkduin, vandaar naar Terheide en ten slotte naar Hoek van Holland, ter bezich tiging van hetgeen daar ter plaatse in het belang der kustverdediging is verricht. VOORNAAMSTE NIEUWS Buitenland Chamberlain over Duitschland cn de or ganisatie van het anti-agrcssicfront. (2de blad). Dc relletjes van Donderdag hebben zich in Palestina niet herhaald. (3de blad). Dc overwinningsfeesten te Madrid. (3de blad). Het bezoek van het Engelsch konings paar aan Canada. (3de blad). Binnenland De minister van financiën, mr. dc Wilde (A. R.), is afgetreden. (1ste blad). Op een onbewaakten overweg te Heiloo is een auto door een sneltrein gegrepen, waarbij de chauffeur werd gedood. 1ste blad). Zandauto door trein gegrepen op onbewaakten overweg. DE CHAUFFEUR GEDOOD Vanmorgen te ongeveer elf uur is op den onbewaakten overweg bij de Zeven- hu izcrlaan te Heiloo een ernstig ongeluk gebeurd. Een zandauto van de firma Castri- cum te Bakkum stak den overweg over, juist op het moment, dat een sneltrein uit de richting Alkmaar na derde. Dc auto werd gegrepen en to taal vernield. Dc chauffer, dc 24- jarige C. van Castricum uit Bakkum werd op slag gedood. Waarom du chauffeur den naderenden trein niet heeft opgemerkt, moet nog na der worden onderzocht. Het uitzicht ter plaatse is goed. Nader wordt gemeld, dat du zandauto op den Zevenhuizerweg reed. Deze weg loopt evenwijdig met du spoorbaan. Waar schijnlijk heeft de chauffeur niet gehoord, dat achter hem de clectrische sneltrein naderde, wulku om 10.45 uur uit Alkmaar naar Amsterdam was vertrokken. Toen de zandauto den overweg, waar het uit zicht naar alle kanten geheel vrij is, op reed, werd de met zand geladen auto pre cies in het midden gegrepen. De trein had een vaart van 100 K.M. en hoewel de wa genvoerder onmiddellijk krachtig remde, kwam hij eerst enkele tientullen meters verder tot stilstand. Het totaal verminkte l*jk van den chauffeur werd tusschen de rails gevonden. Brokstukken van de ver nielde auto lagen tot ver in den omtrek verstrekt. Het lijk van het slachtoffer is naar het lijkenhuisje te Heiloo overge bracht, Lelden Prof. Dr. A. W. NIEUWENHUIS. Wordt sus. Maandag 75 jaar.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 1