kif*1 Instantine 'Dtitl Ajelfvt/ AGENDA WOENSDAG ft APRIL 1939 DE LEIOSCHE COURANT EERSTE BLAD - PAG. 2 Abonnementsprijs: voor Leiden 19 cent per week; 2.5ü per kwartaal. Bij onze agenten 20 cent per weck; 2.60 per kwartaal. Franco per part t 2.95 per kwartaaL Geïllustreerd Zondagsblad 0.50 per kwartaal. Losse nummers 5 cent, met geïlL Zondagsblad 9 cent Advertentiën: 80 cent per regel. Ihgezonden mededeelingen dubbel tarief. Telefoontjes hoogstens 80 woorden, 50 cent per plaatsing, al léén Woensdag en Zaterdag. HOE WORDT HET WEER? KANS OP ONWEER. De Bilt seint: Verwachting: Voor het geheele land: Iets minder warm overdag, gedeeltelijk bewolkt, droog be houdens kans op onweer, vooral in het Oosten, zwakke tot matige Zuidelijke tot Zuid-Westelijke wind. De weerstoestand van hedenmorgen 7.20 uur: Den Helder: licht bewolkt, matige Zuide lijke wind, 12 gr. C. Vlissingen: half bewolkt, matige Z. Z. W. wind, 12 gr. C. De Bilt, licht bewolkt, matige Zuidelijke wind 13 gr. C. Groningen: half bewolkt, zwakke Z. Z. O matige wind, 11 gr. C. Maastricht: licht bewolkt: matige Zuide- IJke wind, 19 gr. C. 1SUITENLANDSCH WEEKOVERZICHT. Het gebied van hoogen luchtdruk, dat gisteren over het Oostzeegebied lag, trok in Zuid-Oostelijke richting naar de Bal kan. Tegelijkertijd steeg de luchtdruk in Frankrijk en Spanje aanzienlijk. Tenge volge van deze wijziging in de algemeene luchtdrukverdeeling, worden over West- Europa thans iets koelere luchtmassa's uit het Zuid-Westen aangevoerd. Deze lucht massa's zijn bovendien veel vochtiger. Het doordringen van deze luchtmassa's gaf an Frankrijk, België, West-Duitschland en het Zuid-Oosten van ons land plaatselijk aanleiding tot het optreden van lichte on weersbuien. Hedenmorgen waren de och- tendtemperaturen in West-Europa nog zeer hoog, Maastricht 19 graden Celsius, na een minimumtemperatuur van 15 graden (13 graden boven normaal). De Oceaandepres sie dringt langzaam in Noord-Oostelijke richting door. Zij doet de luchtdruk in Schotland en Zuid-Noorwegen dalen. Sto ring trok over Lapland en Finland naar Rusland. Zij bracht sneeuwval in Noord- Zweden. Overigens viel in geheel West- Europa nergens regen van beteekenis. LUCHTEMPERATUUR. LICHT OP VOOR FIETSERS 6JU Van Woensdagnamiddag 7.21 uur tot Donderdagmorgen 4.40 uur. HOOG WATER. Te Katwijk aan zee op Donderdag 13 April voorm. 9.40 en nam. 10.05 uur. Maan op 2.27 uur Donderdagnacht. Maan onder 12.26 uur Donderdagmiddag. Weineen! Gas los laten - desnoods wat bijremmen, als u zoo'n waarschuwingsbord passeert. Want dat staat slechts op plaat sen, waar onverwacht gevaar kan dreigen. Dus: we est op aw hoede! Hel moderne pijnstillende middel 'I is Van »1ïaye>i« Oostersch Genootschap in Nederland. Het negende congTes vandaag te Leiden geopend. Vandaag is in de benedenzaal van het Ryks-Museum voor Volkenkunde alhier het 9de Congres van het Oostersch Genoot schap in Nederland geopend. Na een openingswoord door den voorzit ter van het Genootschap, prof. dr. Ph. S. van Ronkel, heeft de heer A. A. Kampman uit Leiden een voordracht met lichtbeel den gehouden over: Vestingwerken der Hethietische hoofdstad. Het volgende is eraan ontleend: Vestingwerken der Hethietische Hoofdstad. De vestingbouwkunde van Hattusas, de oude Hethietische hoofdstad, het tegen woordige Turksche dorp Bogazköy, circa 175 K.M. ten Oosten van Ankara, binnen de bocht van de Kizil Irmak (Halys), ge legen, hangt ten nauwste samen met de historische ontwikkeling van het stadsge bied. De gunstige ligging in verkeerstech nisch en militair opzicht is ongetwijfeld oorzaak geweest, dat hier de Hethieten hun hoofdstad vestigden. De konings burcht werd kort na 2000 voor Chr. voor het eerst van een omwalling voorzien, doch pas omstreeks 1750 voor Chr., dus na de komst der Indo-Europeesche Hethie ten werd de Noordelijke benedenstad om muurd. Deze oorspronkelijke ommuring is blijkbaar in het begin van de 16de eeuw verwoest, zooals brandsporen aangeven. Hun herbouw vond plaats tijdens de re geering van den grooten veldheer onder de Hethietische koningen Suppiluliumas (13951355); deze echter ging gepaard met een geweldige uitbreiding van het stadsgebied naar het Zuiden. Na de ge deeltelijke verwoesting der vestingwerken door de invallen der uit het Noordelijk bergland komende Gasgas-stammen (1320) werden de fortificaties weer hernieuwd door koning Hattusilis III (12901265) en het zijn deze versterkingen, die tot het einde van het Hethietische Imperium in tact bleven en voor een groot deel door de opgravingen weer zijn teruggevonden. By een bezoek aan Hattusas zal men ter stond onder den indruk komen van het uitgestrekte terrein, dat de stad in zijn bloeitijd besloeg en van de overblijfselen der vestingwerken. De omtrek der stad be droeg met de buitenfortificaties circa 12 K.M. en het stadsgebied binnen de muren had een oppervlakte van 167 K.M., waar door Hattusas een der grootste steden van zijn tijd geweest moet zijn. Het verdedi gingsstelsel der Hethieten is geniaal te noemen. Voor de verdediging was het stadsgebied bijzonder geschikt, steile wan den, diepe dalen en hooge rotsen leenden zich uitstekend voor defensieve werken. Deze terreinvoordeelen waren zoo be langrijk, dat men zelfs later, toen de hoofdstad ver uit het centrum van het rijk lag niet tot verplaatsing overging. De hoofdstad was verdeeld in een aantal historisch samengegroeide wijken, die ieder hun oorspronkelijke ommuring be houden hadden en zoodoende afzonderlijk te verdedigen waren. De koningsburcht vormde in dit verdedigingsstelsel het cen trale punt; pas na de verovering der af zonderlijke stadsgedeelten kon dit als laatste bolwerk vallen. Door een vernuftig stelsel van onderaardsche gangen en poor ten was de stadsmuur tot een voortreffe lijke fortificatie herschapen. Dit was voor al in het Zuiden bij de Sfinxpoort het ge val. Van de vijf stadspoorten, die vrij goed geconserveerd zijn teruggevonden, was de koningspoort de belangrijkste: daarlangs trokken de groote Hethietische koningen met hun legerscharen hun hoofdstad bin nen. Volgens spreker zijn de Hethieten in zekeren zin de leermeesters der vesting bouwkunde voor alle volken in het Nabije Oosten geweest. Dit blijkt uit de fortifi caties der Assyrische en Noord-Syrische steden. Zij wisten hun vestingstelsel tot een voor dien tijd vTijwel vólmaakte ze kerheid verschaffende meesterschap op te voeren. De door de archaeologie terugge vonden vestingwerken van Alisar Huyuk en de hoofdstad Hattusas Bogazkoy zijn voor ons daarvan de sprekende bewijzen. De bedevaart naar Mekka. Vervolgens werd door dr. P. H. van der Hoog, geneesheer te 's-Gravenhage, die ge- ruimen tijd in dienst van de Hedjasische regeering in Arabië is werkzaam geweest een film vertoond over de jaarlijksche be devaart naar Mekka. In zijn inleiding wees dr. van der Hoog er op, van hoe groot be lang deze bedevaartstocht zoowel voor Ne derland als voor Europa is. Voor Neder land, omdat van de meer dan 60 millioen onderdanen in Nederlandsch-Indië er 83 procent, dus ongeveer 50 millioen, Moham medanen zijn. Er zijn jaren geweest, b.v. direct na den wereldoorlog, dat het aantal Indonesische pelgrims, bijna 50.000 be droeg. Tegenwordig is het jaarlijks onge veer 15000. Het is de taak van de regee ring de belangen van deze hadjis wat be treft hun bezit, hun gezondheid en hun vrijheid te beschermen. Door den Neder- landschen zaakgelastigde te Djeddah en het consulaat aldaar wordt op dit gebied ieder jaar buitengewoon verdienstelijk werk verricht. Voor Europa is de bedevaart van zoo groot belang omdat zij verbonden is aan een vraagstuk van internationale beteekenis, de quarantaine. Sedert lang kent men in Europa het gevaar, dat aan uit het Oosten geïmporteerde ziekten ver bonden is. Tot aan 1851 was ieder land ge woon op zijn eigen manier daartegen maat regelen te nemen en internationale samen werking bestond er nog niet. De eerste, die er niet tegen beschermde was de Re publiek Venetië wier talrijke handelskan toren over Azië verspreid lagen en van waar uit haar kooplieden haar tusschen 900 er 1500 drie en dertig maal met pest heb ben besmet. Om tot een internationale sa menwerking te komen tegen deze gevaren, opperde Frankrijk in 1850 bet plan dat alle staten die groote belangen in de Middel- landsohe Zee en Zwarte Zee hadden op een conferentie zouden samenkomen. Zoo had de eerste Internationale Sani taire Conventie plaats Door diverse om standigheden van politieken aard werd hier nog niet veel bereikt. Een paniek was noodig om tot de internationale samenwer king te komen, die eerst onmogelijk was. Zuks geschiedde in 1865. toen de cholera haar intrede in Europa deed. Deze ziekte is altijd in Indië inheemsch geweest maar bleef tot aan het begin van de 19de eeuw tot dit land beperkt. In 1931 werd Mekka besmet. Het verkeer van de stoombooten, die vanaf 1858 begonnen de pelgrims van Egypte en Indië naar Djeddah te vervoe ren. werkte de verspreiding van de ziekte nog meer in de hand. De epidemie van 1865 geeft ons het, typische beeld te zien van de wijze waarop de cholera zich blik semsnel kan verspreiden als de quaran taine maatregelen maar onvoldoende zijn. De kapiteins van de twee eerste booten die 15000 pelgrims naar Egypte terug brachten deden een valsche aangifte, dal zich onder weg slechts enkele sterfgevallen van niet infectieusen aard hadden voorgedaan en verzwegen, dat meer dan 100 cadavers over boord gegooid waren. Eenige weken later was geheel Egypte en eenige maanden'la- ter Europa besmet. Tot slot vertelde dr. van der Hoog nog eenige interessante bij zonderheden over zijn werk in Djeddah ei Mekka, waar hy den bacteriologischen dienst organiseerde. KINDERFEEST R. K. VER. VAN GEZINSHOOFDEN. In het St. Antoniuspatronaat aan d<e Mare werd gisteren het jaarlijksche feest gegeven voor de kinderen der leden. Door bijzondere omstandigheden was, zooals de voorzitter, de heer Heemskerk, by de opening zeide, deze middag niet gehouden in de Kerst- vacantie, zooals gewoonte is, doch eerst nu in de Paaschvacantie. De zaal was geheel gevuld met een blijde kinderschaar. Het was dezen middag een filmvertooning van meerdere kleine prenten; daardoor behoeft de aandacht niet al te veel gespannen te worden. Dit bleek een goede methode te zijn. De kinderen leeMen mede met het vertoonde. De uitroepen die telkens weer klonken, bewezen duidelijk de goed- of af keuring over spel en voordracht. Het ap plaus was spontaan. De K.S.A. heeft een aardig programma samengesteld. Op de piano begeleid door den heer Goddy'n wer den tusschen de nummers door eenige lie deren en liedjes zeer verdienstelijk gezon gen. En dan niet te vergetende trac- tatie, verzorgd zouden we willen zeggen, door verschillende dames en heer en. Dat dit gedeelte ook in den smaak viel zal wel niet gezegd behoeven te worden. Alles bij elkaar hebben de kinderen een aangenamen en prettigen middag gehad, die hun zeker nog lang in herinnering zal blijven. Moge het bestuur de middelen vinden of beter gezegd ontvangen om den kinderen meer dere malen per jaar zooiets aan te beiden. Hoe meer gezinshoofden als lid toetreden, des te gemakkelijker zal ook dit verwezen lijkt kunnen worden. WIELRIJDER TEGEN MILITAIRE AUTO GEBOTST. Gisteravond te 7.15 uur is op de hoek van het Rapenburg en de Kaiserstraat de 22- jarige wielrijder B. S., onderwijzer te Oegstgeest, aangereden door een militaire vrachtauto. Auto en wielrijder kwamen tegelijk op het kruispunt aan. Beiden aar zelden om voorrang te nemen en namen daarna den voorrang tegelyk, waardoor een botsing onvermijdelijk was. S. kreeg een gecompliceerde onderbeenbreuk en is door den E.H.D. naar het Acad. Ziekenhuis ge bracht. J. H. A. MANDERS. De heer J. H. A. Manders, die 12 jaar lid van den gemeenteraad is geweest, en nu ook voor den nieuwen Raad weer opnieuw is gecandideerd, zal, naar wij vernemen, een eventueele benoeming niet kunnen aanvaarden, daar Ged. Staten zooals men weet is de heer Manders in dienst der Provincie bezwaar zouden hebben ge maakt tegen deze aanvaarding vanwege de combinatie van functies. De heer Manders is in de Katholieke Raadsfractie de leider in fabricage-aan- gelegenheden en niet alleen in deze fractie heeft zijn woord gezag. Geheel de Raad erkent gaarne zyn deskundigheid en de waarde van zijn adviezen op dit ter rein. De heer Manders is 't spreekt eigen lijk vanzelf lid van de Commissie van Fabricage; verder is hij lid van de Ver- keerscommissie en neemt deel in het be stuur van Lakenhal en Oud-Archief. Zijn heengaan uit den Raad zal beteeke- nen het verlies van een om zijn persoon en zijn kennis zeer gerespecteerd lid. UITREIKING GOUDEN MEDAILLE 36 JAAR DIENST Aan den adjudant-onderofficier W. M. van Keulen van het 6e Regiment veldartil lerie is gisterenmiddag de gouden medail le voor 36 jaren dienst, welke hem ingaan de 6 April was toegekend, op plechtige wijze voor het front van den troep uitge reikt. Te 4.00 uur was het geheele regiment, onder commando van den majoor hqofd- instructeur P. C. Taconis, in carré-vorm op de cour opgesteld. Nadat het regiment aan den regiments-commandant, luitenant Kolonel A. H. Drijfhout van Hooff was ge presenteerd en de troep was geinspecteerd, werd door den kapitein P. J. M. Schoonen- berg de ministerieele beschikking voor gelezen en door den Reg. Comm. het gou den eeremetaal op de borst van den jubi laris gespeld. De regiments-commandant releveerde hierna de militaire loopbaan van den adj. onderofficier van Keulen, waarin hem achtereenvolgens de bronzen-, zilveren en thans de gouden dienstmedaille werd toegekend. Daarna siert den jubilaris nog de penning voor menschlievend hulpbe toon voor de met levensgevaar verleende hulp aan een dienstplichtig soldaat, die in de Legerplaats Oldebroek in een diepe greppel onder een vallend paard was te recht gekomen. De adjudant draagt nog de sporen van de toen in het gelaat opge- loopen verwondingen. De regiments-commandant wenschte den jubilaris van harte geluk met de thans verleende onderscheiding en bood hem namens de officieren van het regi ment een gouden draagmedaille aan, en betuigde zijn spijt, dat een goed onder officier om dienstbelang naar een ander regiment werd overgeplaatst. In de onderofficierscantine werd de ju bilaris eveneens door zijn collega's gehul digd. Deputaties van het 2e Regiment veld artillerie en het 4e Regiment infanterie en van enkele burgervereenigingen waren hierbij tegenwoordig. SLUITING VAN KAPPERSZAKEN Belanghebbenden vragen op Dinsdagmiddag sluiting Aan den gemeenteraad van Leiden is vol gend adres gezonden: F. J. Cornelisse en W. J. Thoolen, respec tievelijk voorzitter en secretaris van de Kappersvereeniging, „Hulp en Vriendshap", afdeeling van de Federatie van Kapperspa- troonsvereenigingen en C. F. Lardee en L. K. van der Vlist, respectievelijk voorzitter en secretaris van „Ons Belang", Afdeeling Leiden, Nederlandsche Kappersbond, in deze domicilie kiezende ten huize van laatstgenoemde: Botermarkt 3, Leiden, ver zoeken uw College beleefd om de tot stand- koming van een verordening als bedoeld bij artikel 6, eerste lid van de Winkelsluitings wet 1930, Staatsblad no. 460, voor het kap- persbedryf te willen bevorderen, waarbij bepaald wordt, dat de in deze gemeente gevestigde kapperszaken voor zoover be treft het verrichten van kappers en/of bar bierswerkzaamheden, des Dinsdagsmiddags na 1 uur gesloten moeten zyn. Adressanten veroorloven zich op te mer ken,dat aan het personeel, werkzaam in kapperszaken, volgens het Winkelwerktij- denbesluit een vrije halve dag in de week gegeven moet worden. De billijkheid van dezen maatregel wordt door ondergetee- kenden ten volle erkend; dat neemt ech ter niet weg, dat dit voorschrift in de prac- tijk van het kappersbedrijf zeer ernstige moeilijkheden oplevert, zoowel voor de pa troons met een uitgebreid personeel als voor den patroon met slechts één of een halve werkkracht Voor den patroon met één bediende geeft het de moeilijkheid, dat hij gedurende één halve dag in de week geheel van personeel verstoken is, terwijl de patroon met meer bedienden den vrijen halven dag kan ver deden over een aantal dagen, hetgeen prac- tisch neerkomt op het werken met slechts gedeeltelijk personeel op verschillende da gen in de week. Werken zonder of met ge broken personeel is, vooral voor het kap persbedrijf, een ernstige handicap. Daar komt nog bij, dat de patroons, die werken met hun „bloed- of aanverwanten tot de derde graad ingesloten, die by hen inwonen" (artikel 44 Arbeidswet 1919), vrij gesteld zijn van de verplichting om een halve dag vrijaf te geven. Maar dan ontstaat er een scheeve positie in de con- currentie-verhouding van de kapperse die werken met eigen en die werken met vreemd personeel. Gemeentel. Aankondigingen VORDERING VAN MOTORRIJTUIGEN. De Burgemeester der gemeente Leiden brengt ter algemeene kennis, dat als ver zamelplaats voor motorrijtuigen, welke bestemd zijn voor een eventueele alge meene vordering, is aangewezen de Ka- naalweg, nabij den Hoogen Rijndijk, zulks ter vervanging van. het eerder aangewe zen terrein aan den Hoogen Rijndijk en den Kanaalweg, hetwelk thans wordt be bouwd. De Burgemeester van Leiden, A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN. Leiden, 12 April 1939. LEIDEN. Woensdag Operette-avond ten bate der KJC, Hartebrugparochie, door „Zing mee" o.l.v. Jo Kortmann, St. Antonius Clubhuis, 8.15 uur. Donderdag, R.K. Bakkerspatroonsvereeni- ging „St. Clemens", jaarverga dering, hotel „Central" te 7 uur. Donderdag Operette-avond ten bate der KJC, Hartebrugparochie, door „Zing mee" oi.v. Jo Kortmann, St. Antoniusclubhuisi 8.15 uur. Zondag, Tooneelavond ten bate van het St. Franciscus Liefdewerk „Rond 'n half millioen" door Pierre Balle- dux, Stadgehoorzaal, 8 uur. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken wordt van: Maandag 10 April (2e Paaschdag) tot en met Vrijdag 14 April: J. E. H. ten Dijk, met Vrijdag waargenomendoor de apothe ken: J. E. M. ten Dijk, Haven 18, tel. 85 er» M. Boekwijt, Breestraat 74, tel. 552. Te Oegstgeest: Oegstgeestsche Apotheek Wilhelminapark 8, tel. 274. Een sluiting van alle kapperszaken, met dien verstande, dat de sluiting alleen zal gelden voor het verrichten van kappers- of barbierswerkzaamheden, op één middag in de week, maakt een eind aan al deze moeilijkheden, waardoor tevens bereikt wordt, dat ook aan de patroons een vrye halve dag in de week gegeven wordt. Dat het streven naar een sluiting van de kapperszaken wordt gevoeld als een be hoefte, die uit het bedrijf zelve voorkomt, bewijst wel het feit, dat reeds in 116 ge meenten van ons land een verordening is tot stand gekomen als hier wordt bedoeld. Als bijlage is aan dit verzoekschrift een lijst toegevoegd, vermeldende de namen van de 116 gemeenten met een ochtend- of middagsluiting van de kapperszaken. Deze 116 gemeenten hebben een bevolkings sterkte van byna 4Xmillioen inwoners, waaruit de conclusie getrokken mag wor den, dat voor meer dan de helft van Neder land een verordening als door onderge- teekenden bedoeld, van toepassing is. Adressanten vestigen er de aandacht op dat artikel 6, eerste lid van de Winkel sluitingswet 1930, de mogelijkheid open stelt dat de Gemeenteraad bij plaatselijke verordening kan bepalen dat op één dag per week voor alle of bepaalde groepen van winkels voor het publiek gesloten moeten zijn, hetzij vóór of na 1 uur des middags. Bij de totstandkoming van dit artikel moet de Wetgever wel van de gedachte zijn uitgegaan, dat, indien in een bepaald bedrijf de belanghebbenden, in een vol doende meerderheid, de wensch te ken nen geven dat er een uniforme regeling, voor wat betreft het gesloten zijn van winkels gedurende een halve dag in de week, komt, aan dat verlangen zooveel mogelijk tegemoet gekomen moet wor den. Een door adressanten ingesteld petition nement, bij alle te Leiden gevestigde kap pers, gaf tot resultaat dat van de 141 te dezer stede gevestigde vakgenooten zich 110 deden kennen als voorstanders en 31 als tegenstanders van een Dinsdagmiddag sluiting. De petitionnementslysten van vóór en tegenstanders vergezellen dit adres als bij lagen. De door adressanten, namens een zoo groote meerderheid der bedrijfsgenooten, gevraagde verordening is derhalve niet een regeling, welke hun wordt opgelegd welke men zich zelf wil opleggen, maar van bovenaf, maar terdege een regeling, waarvan de sanctie van een bevoegde in stantie noodig is. Of de Gemeente de bevoegdheid heeft een regeling als door adressanten bedoeld tot stand te brengen, kan, op grond van de zeer duidelijke taal van artikel 6, Winkel sluitingswet 1930, No. 460, niet betwijfeld worden. Ten slotte meenen adressanten er nog op te mogen wijzen, dat door het gesloten zyn van kappers-salons gedurende een halven dag in de week er een automatische nale ving plaats vindt van het bij het Winkel werktijdenbesluit voorgeschrevene nopens den vrijen halven dag in de week voor het personeel. De controle op de naleving van het voorschrift wordt door een sluiting der kapperszaken ged-urende een halven dag in de week, zeer vergemakkelijkt en vereen voudigd. Adressanten verzoeken ten slotte om, by de vaststelling van de verordening als door hen bedoeld, te willen bepalen: dat de sluiting van de kapperszaken al leen zal gelden voor zoover betreft het ver richten van kappers- en/of barbierswerk zaamheden. Vertrouwende op een gunstige beschik king, verblijven met verschuldigde gevoe lens, enz.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 2