kif*1
Instantine
'Dtitl
Ajelfvt/
AGENDA
WOENSDAG ft APRIL 1939
DE LEIOSCHE COURANT
EERSTE BLAD - PAG. 2
Abonnementsprijs: voor Leiden 19
cent per week; 2.5ü per kwartaal.
Bij onze agenten 20 cent per weck;
2.60 per kwartaal. Franco per part
t 2.95 per kwartaaL Geïllustreerd
Zondagsblad 0.50 per kwartaal.
Losse nummers 5 cent, met geïlL
Zondagsblad 9 cent
Advertentiën: 80 cent per regel.
Ihgezonden mededeelingen dubbel
tarief. Telefoontjes hoogstens 80
woorden, 50 cent per plaatsing, al
léén Woensdag en Zaterdag.
HOE WORDT HET WEER?
KANS OP ONWEER.
De Bilt seint:
Verwachting:
Voor het geheele land: Iets minder warm
overdag, gedeeltelijk bewolkt, droog be
houdens kans op onweer, vooral in het
Oosten, zwakke tot matige Zuidelijke tot
Zuid-Westelijke wind.
De weerstoestand van hedenmorgen
7.20 uur:
Den Helder: licht bewolkt, matige Zuide
lijke wind, 12 gr. C.
Vlissingen: half bewolkt, matige Z. Z.
W. wind, 12 gr. C.
De Bilt, licht bewolkt, matige Zuidelijke
wind 13 gr. C.
Groningen: half bewolkt, zwakke Z. Z.
O matige wind, 11 gr. C.
Maastricht: licht bewolkt: matige Zuide-
IJke wind, 19 gr. C.
1SUITENLANDSCH WEEKOVERZICHT.
Het gebied van hoogen luchtdruk, dat
gisteren over het Oostzeegebied lag, trok
in Zuid-Oostelijke richting naar de Bal
kan. Tegelijkertijd steeg de luchtdruk in
Frankrijk en Spanje aanzienlijk. Tenge
volge van deze wijziging in de algemeene
luchtdrukverdeeling, worden over West-
Europa thans iets koelere luchtmassa's uit
het Zuid-Westen aangevoerd. Deze lucht
massa's zijn bovendien veel vochtiger.
Het doordringen van deze luchtmassa's gaf
an Frankrijk, België, West-Duitschland en
het Zuid-Oosten van ons land plaatselijk
aanleiding tot het optreden van lichte on
weersbuien. Hedenmorgen waren de och-
tendtemperaturen in West-Europa nog zeer
hoog, Maastricht 19 graden Celsius, na een
minimumtemperatuur van 15 graden (13
graden boven normaal). De Oceaandepres
sie dringt langzaam in Noord-Oostelijke
richting door. Zij doet de luchtdruk in
Schotland en Zuid-Noorwegen dalen. Sto
ring trok over Lapland en Finland naar
Rusland. Zij bracht sneeuwval in Noord-
Zweden. Overigens viel in geheel West-
Europa nergens regen van beteekenis.
LUCHTEMPERATUUR.
LICHT OP VOOR FIETSERS 6JU
Van Woensdagnamiddag 7.21 uur tot
Donderdagmorgen 4.40 uur.
HOOG WATER.
Te Katwijk aan zee op Donderdag 13
April voorm. 9.40 en nam. 10.05 uur.
Maan op 2.27 uur Donderdagnacht.
Maan onder 12.26 uur Donderdagmiddag.
Weineen! Gas los
laten - desnoods wat
bijremmen, als u zoo'n
waarschuwingsbord
passeert. Want dat
staat slechts op plaat
sen, waar onverwacht
gevaar kan dreigen.
Dus: we est op aw
hoede!
Hel moderne pijnstillende middel
'I is Van »1ïaye>i«
Oostersch Genootschap
in Nederland.
Het negende congTes vandaag te Leiden
geopend.
Vandaag is in de benedenzaal van het
Ryks-Museum voor Volkenkunde alhier
het 9de Congres van het Oostersch Genoot
schap in Nederland geopend.
Na een openingswoord door den voorzit
ter van het Genootschap, prof. dr. Ph. S.
van Ronkel, heeft de heer A. A. Kampman
uit Leiden een voordracht met lichtbeel
den gehouden over: Vestingwerken der
Hethietische hoofdstad. Het volgende is
eraan ontleend:
Vestingwerken der Hethietische
Hoofdstad.
De vestingbouwkunde van Hattusas, de
oude Hethietische hoofdstad, het tegen
woordige Turksche dorp Bogazköy, circa
175 K.M. ten Oosten van Ankara, binnen
de bocht van de Kizil Irmak (Halys), ge
legen, hangt ten nauwste samen met de
historische ontwikkeling van het stadsge
bied. De gunstige ligging in verkeerstech
nisch en militair opzicht is ongetwijfeld
oorzaak geweest, dat hier de Hethieten
hun hoofdstad vestigden. De konings
burcht werd kort na 2000 voor Chr. voor
het eerst van een omwalling voorzien,
doch pas omstreeks 1750 voor Chr., dus
na de komst der Indo-Europeesche Hethie
ten werd de Noordelijke benedenstad om
muurd. Deze oorspronkelijke ommuring is
blijkbaar in het begin van de 16de eeuw
verwoest, zooals brandsporen aangeven.
Hun herbouw vond plaats tijdens de re
geering van den grooten veldheer onder
de Hethietische koningen Suppiluliumas
(13951355); deze echter ging gepaard
met een geweldige uitbreiding van het
stadsgebied naar het Zuiden. Na de ge
deeltelijke verwoesting der vestingwerken
door de invallen der uit het Noordelijk
bergland komende Gasgas-stammen (1320)
werden de fortificaties weer hernieuwd
door koning Hattusilis III (12901265) en
het zijn deze versterkingen, die tot het
einde van het Hethietische Imperium in
tact bleven en voor een groot deel door
de opgravingen weer zijn teruggevonden.
By een bezoek aan Hattusas zal men ter
stond onder den indruk komen van het
uitgestrekte terrein, dat de stad in zijn
bloeitijd besloeg en van de overblijfselen
der vestingwerken. De omtrek der stad be
droeg met de buitenfortificaties circa 12
K.M. en het stadsgebied binnen de muren
had een oppervlakte van 167 K.M., waar
door Hattusas een der grootste steden van
zijn tijd geweest moet zijn. Het verdedi
gingsstelsel der Hethieten is geniaal te
noemen. Voor de verdediging was het
stadsgebied bijzonder geschikt, steile wan
den, diepe dalen en hooge rotsen leenden
zich uitstekend voor defensieve werken.
Deze terreinvoordeelen waren zoo be
langrijk, dat men zelfs later, toen de
hoofdstad ver uit het centrum van het rijk
lag niet tot verplaatsing overging. De
hoofdstad was verdeeld in een aantal
historisch samengegroeide wijken, die
ieder hun oorspronkelijke ommuring be
houden hadden en zoodoende afzonderlijk
te verdedigen waren. De koningsburcht
vormde in dit verdedigingsstelsel het cen
trale punt; pas na de verovering der af
zonderlijke stadsgedeelten kon dit als
laatste bolwerk vallen. Door een vernuftig
stelsel van onderaardsche gangen en poor
ten was de stadsmuur tot een voortreffe
lijke fortificatie herschapen. Dit was voor
al in het Zuiden bij de Sfinxpoort het ge
val. Van de vijf stadspoorten, die vrij goed
geconserveerd zijn teruggevonden, was de
koningspoort de belangrijkste: daarlangs
trokken de groote Hethietische koningen
met hun legerscharen hun hoofdstad bin
nen. Volgens spreker zijn de Hethieten in
zekeren zin de leermeesters der vesting
bouwkunde voor alle volken in het Nabije
Oosten geweest. Dit blijkt uit de fortifi
caties der Assyrische en Noord-Syrische
steden. Zij wisten hun vestingstelsel tot
een voor dien tijd vTijwel vólmaakte ze
kerheid verschaffende meesterschap op te
voeren. De door de archaeologie terugge
vonden vestingwerken van Alisar Huyuk
en de hoofdstad Hattusas Bogazkoy zijn
voor ons daarvan de sprekende bewijzen.
De bedevaart naar Mekka.
Vervolgens werd door dr. P. H. van der
Hoog, geneesheer te 's-Gravenhage, die ge-
ruimen tijd in dienst van de Hedjasische
regeering in Arabië is werkzaam geweest
een film vertoond over de jaarlijksche be
devaart naar Mekka. In zijn inleiding wees
dr. van der Hoog er op, van hoe groot be
lang deze bedevaartstocht zoowel voor Ne
derland als voor Europa is. Voor Neder
land, omdat van de meer dan 60 millioen
onderdanen in Nederlandsch-Indië er 83
procent, dus ongeveer 50 millioen, Moham
medanen zijn. Er zijn jaren geweest, b.v.
direct na den wereldoorlog, dat het aantal
Indonesische pelgrims, bijna 50.000 be
droeg. Tegenwordig is het jaarlijks onge
veer 15000. Het is de taak van de regee
ring de belangen van deze hadjis wat be
treft hun bezit, hun gezondheid en hun
vrijheid te beschermen. Door den Neder-
landschen zaakgelastigde te Djeddah en
het consulaat aldaar wordt op dit gebied
ieder jaar buitengewoon verdienstelijk
werk verricht. Voor Europa is de bedevaart
van zoo groot belang omdat zij verbonden
is aan een vraagstuk van internationale
beteekenis, de quarantaine. Sedert lang
kent men in Europa het gevaar, dat aan uit
het Oosten geïmporteerde ziekten ver
bonden is. Tot aan 1851 was ieder land ge
woon op zijn eigen manier daartegen maat
regelen te nemen en internationale samen
werking bestond er nog niet. De eerste,
die er niet tegen beschermde was de Re
publiek Venetië wier talrijke handelskan
toren over Azië verspreid lagen en van
waar uit haar kooplieden haar tusschen 900
er 1500 drie en dertig maal met pest heb
ben besmet. Om tot een internationale sa
menwerking te komen tegen deze gevaren,
opperde Frankrijk in 1850 bet plan dat alle
staten die groote belangen in de Middel-
landsohe Zee en Zwarte Zee hadden op een
conferentie zouden samenkomen.
Zoo had de eerste Internationale Sani
taire Conventie plaats Door diverse om
standigheden van politieken aard werd hier
nog niet veel bereikt. Een paniek was
noodig om tot de internationale samenwer
king te komen, die eerst onmogelijk was.
Zuks geschiedde in 1865. toen de cholera
haar intrede in Europa deed. Deze ziekte
is altijd in Indië inheemsch geweest maar
bleef tot aan het begin van de 19de eeuw
tot dit land beperkt. In 1931 werd Mekka
besmet. Het verkeer van de stoombooten,
die vanaf 1858 begonnen de pelgrims van
Egypte en Indië naar Djeddah te vervoe
ren. werkte de verspreiding van de ziekte
nog meer in de hand. De epidemie van
1865 geeft ons het, typische beeld te zien
van de wijze waarop de cholera zich blik
semsnel kan verspreiden als de quaran
taine maatregelen maar onvoldoende zijn.
De kapiteins van de twee eerste booten die
15000 pelgrims naar Egypte terug brachten
deden een valsche aangifte, dal zich onder
weg slechts enkele sterfgevallen van niet
infectieusen aard hadden voorgedaan en
verzwegen, dat meer dan 100 cadavers over
boord gegooid waren. Eenige weken later
was geheel Egypte en eenige maanden'la-
ter Europa besmet. Tot slot vertelde dr.
van der Hoog nog eenige interessante bij
zonderheden over zijn werk in Djeddah
ei Mekka, waar hy den bacteriologischen
dienst organiseerde.
KINDERFEEST R. K. VER. VAN
GEZINSHOOFDEN.
In het St. Antoniuspatronaat aan d<e Mare
werd gisteren het jaarlijksche feest gegeven
voor de kinderen der leden. Door bijzondere
omstandigheden was, zooals de voorzitter,
de heer Heemskerk, by de opening zeide,
deze middag niet gehouden in de Kerst-
vacantie, zooals gewoonte is, doch eerst nu
in de Paaschvacantie. De zaal was geheel
gevuld met een blijde kinderschaar. Het
was dezen middag een filmvertooning van
meerdere kleine prenten; daardoor behoeft
de aandacht niet al te veel gespannen te
worden. Dit bleek een goede methode te
zijn. De kinderen leeMen mede met het
vertoonde. De uitroepen die telkens weer
klonken, bewezen duidelijk de goed- of af
keuring over spel en voordracht. Het ap
plaus was spontaan. De K.S.A. heeft een
aardig programma samengesteld. Op de
piano begeleid door den heer Goddy'n wer
den tusschen de nummers door eenige lie
deren en liedjes zeer verdienstelijk gezon
gen. En dan niet te vergetende trac-
tatie, verzorgd zouden we willen zeggen,
door verschillende dames en heer en. Dat
dit gedeelte ook in den smaak viel zal wel
niet gezegd behoeven te worden. Alles bij
elkaar hebben de kinderen een aangenamen
en prettigen middag gehad, die hun zeker
nog lang in herinnering zal blijven. Moge
het bestuur de middelen vinden of beter
gezegd ontvangen om den kinderen meer
dere malen per jaar zooiets aan te beiden.
Hoe meer gezinshoofden als lid toetreden,
des te gemakkelijker zal ook dit verwezen
lijkt kunnen worden.
WIELRIJDER TEGEN MILITAIRE AUTO
GEBOTST.
Gisteravond te 7.15 uur is op de hoek van
het Rapenburg en de Kaiserstraat de 22-
jarige wielrijder B. S., onderwijzer te
Oegstgeest, aangereden door een militaire
vrachtauto. Auto en wielrijder kwamen
tegelijk op het kruispunt aan. Beiden aar
zelden om voorrang te nemen en namen
daarna den voorrang tegelyk, waardoor een
botsing onvermijdelijk was. S. kreeg een
gecompliceerde onderbeenbreuk en is door
den E.H.D. naar het Acad. Ziekenhuis ge
bracht.
J. H. A. MANDERS.
De heer J. H. A. Manders, die 12 jaar lid
van den gemeenteraad is geweest, en nu
ook voor den nieuwen Raad weer opnieuw
is gecandideerd, zal, naar wij vernemen,
een eventueele benoeming niet kunnen
aanvaarden, daar Ged. Staten zooals
men weet is de heer Manders in dienst der
Provincie bezwaar zouden hebben ge
maakt tegen deze aanvaarding vanwege de
combinatie van functies.
De heer Manders is in de Katholieke
Raadsfractie de leider in fabricage-aan-
gelegenheden en niet alleen in deze
fractie heeft zijn woord gezag. Geheel de
Raad erkent gaarne zyn deskundigheid en
de waarde van zijn adviezen op dit ter
rein.
De heer Manders is 't spreekt eigen
lijk vanzelf lid van de Commissie van
Fabricage; verder is hij lid van de Ver-
keerscommissie en neemt deel in het be
stuur van Lakenhal en Oud-Archief.
Zijn heengaan uit den Raad zal beteeke-
nen het verlies van een om zijn persoon en
zijn kennis zeer gerespecteerd lid.
UITREIKING GOUDEN MEDAILLE
36 JAAR DIENST
Aan den adjudant-onderofficier W. M.
van Keulen van het 6e Regiment veldartil
lerie is gisterenmiddag de gouden medail
le voor 36 jaren dienst, welke hem ingaan
de 6 April was toegekend, op plechtige
wijze voor het front van den troep uitge
reikt.
Te 4.00 uur was het geheele regiment,
onder commando van den majoor hqofd-
instructeur P. C. Taconis, in carré-vorm op
de cour opgesteld. Nadat het regiment
aan den regiments-commandant, luitenant
Kolonel A. H. Drijfhout van Hooff was ge
presenteerd en de troep was geinspecteerd,
werd door den kapitein P. J. M. Schoonen-
berg de ministerieele beschikking voor
gelezen en door den Reg. Comm. het gou
den eeremetaal op de borst van den jubi
laris gespeld.
De regiments-commandant releveerde
hierna de militaire loopbaan van den adj.
onderofficier van Keulen, waarin hem
achtereenvolgens de bronzen-, zilveren
en thans de gouden dienstmedaille werd
toegekend. Daarna siert den jubilaris nog
de penning voor menschlievend hulpbe
toon voor de met levensgevaar verleende
hulp aan een dienstplichtig soldaat, die in
de Legerplaats Oldebroek in een diepe
greppel onder een vallend paard was te
recht gekomen. De adjudant draagt nog de
sporen van de toen in het gelaat opge-
loopen verwondingen.
De regiments-commandant wenschte
den jubilaris van harte geluk met de
thans verleende onderscheiding en bood
hem namens de officieren van het regi
ment een gouden draagmedaille aan, en
betuigde zijn spijt, dat een goed onder
officier om dienstbelang naar een ander
regiment werd overgeplaatst.
In de onderofficierscantine werd de ju
bilaris eveneens door zijn collega's gehul
digd. Deputaties van het 2e Regiment veld
artillerie en het 4e Regiment infanterie en
van enkele burgervereenigingen waren
hierbij tegenwoordig.
SLUITING VAN KAPPERSZAKEN
Belanghebbenden vragen op Dinsdagmiddag
sluiting
Aan den gemeenteraad van Leiden is vol
gend adres gezonden:
F. J. Cornelisse en W. J. Thoolen, respec
tievelijk voorzitter en secretaris van de
Kappersvereeniging, „Hulp en Vriendshap",
afdeeling van de Federatie van Kapperspa-
troonsvereenigingen en C. F. Lardee en L.
K. van der Vlist, respectievelijk voorzitter
en secretaris van „Ons Belang", Afdeeling
Leiden, Nederlandsche Kappersbond, in
deze domicilie kiezende ten huize van
laatstgenoemde: Botermarkt 3, Leiden, ver
zoeken uw College beleefd om de tot stand-
koming van een verordening als bedoeld bij
artikel 6, eerste lid van de Winkelsluitings
wet 1930, Staatsblad no. 460, voor het kap-
persbedryf te willen bevorderen, waarbij
bepaald wordt, dat de in deze gemeente
gevestigde kapperszaken voor zoover be
treft het verrichten van kappers en/of bar
bierswerkzaamheden, des Dinsdagsmiddags
na 1 uur gesloten moeten zyn.
Adressanten veroorloven zich op te mer
ken,dat aan het personeel, werkzaam in
kapperszaken, volgens het Winkelwerktij-
denbesluit een vrije halve dag in de week
gegeven moet worden. De billijkheid van
dezen maatregel wordt door ondergetee-
kenden ten volle erkend; dat neemt ech
ter niet weg, dat dit voorschrift in de prac-
tijk van het kappersbedrijf zeer ernstige
moeilijkheden oplevert, zoowel voor de pa
troons met een uitgebreid personeel als
voor den patroon met slechts één of een
halve werkkracht
Voor den patroon met één bediende geeft
het de moeilijkheid, dat hij gedurende één
halve dag in de week geheel van personeel
verstoken is, terwijl de patroon met meer
bedienden den vrijen halven dag kan ver
deden over een aantal dagen, hetgeen prac-
tisch neerkomt op het werken met slechts
gedeeltelijk personeel op verschillende da
gen in de week. Werken zonder of met ge
broken personeel is, vooral voor het kap
persbedrijf, een ernstige handicap.
Daar komt nog bij, dat de patroons, die
werken met hun „bloed- of aanverwanten
tot de derde graad ingesloten, die by hen
inwonen" (artikel 44 Arbeidswet 1919),
vrij gesteld zijn van de verplichting om
een halve dag vrijaf te geven. Maar dan
ontstaat er een scheeve positie in de con-
currentie-verhouding van de kapperse die
werken met eigen en die werken met
vreemd personeel.
Gemeentel. Aankondigingen
VORDERING VAN MOTORRIJTUIGEN.
De Burgemeester der gemeente Leiden
brengt ter algemeene kennis, dat als ver
zamelplaats voor motorrijtuigen, welke
bestemd zijn voor een eventueele alge
meene vordering, is aangewezen de Ka-
naalweg, nabij den Hoogen Rijndijk, zulks
ter vervanging van. het eerder aangewe
zen terrein aan den Hoogen Rijndijk en
den Kanaalweg, hetwelk thans wordt be
bouwd.
De Burgemeester van Leiden,
A. VAN DE SANDE BAKHUYZEN.
Leiden, 12 April 1939.
LEIDEN.
Woensdag Operette-avond ten bate der
KJC, Hartebrugparochie, door
„Zing mee" o.l.v. Jo Kortmann, St.
Antonius Clubhuis, 8.15 uur.
Donderdag, R.K. Bakkerspatroonsvereeni-
ging „St. Clemens", jaarverga
dering, hotel „Central" te 7 uur.
Donderdag Operette-avond ten bate der
KJC, Hartebrugparochie, door
„Zing mee" oi.v. Jo Kortmann,
St. Antoniusclubhuisi 8.15 uur.
Zondag, Tooneelavond ten bate van het
St. Franciscus Liefdewerk „Rond
'n half millioen" door Pierre Balle-
dux, Stadgehoorzaal, 8 uur.
De avond-, nacht- en Zondagsdienst der
apotheken wordt van:
Maandag 10 April (2e Paaschdag) tot en
met Vrijdag 14 April: J. E. H. ten Dijk,
met Vrijdag waargenomendoor de apothe
ken: J. E. M. ten Dijk, Haven 18, tel. 85
er» M. Boekwijt, Breestraat 74, tel. 552.
Te Oegstgeest: Oegstgeestsche Apotheek
Wilhelminapark 8, tel. 274.
Een sluiting van alle kapperszaken, met
dien verstande, dat de sluiting alleen zal
gelden voor het verrichten van kappers-
of barbierswerkzaamheden, op één middag
in de week, maakt een eind aan al deze
moeilijkheden, waardoor tevens bereikt
wordt, dat ook aan de patroons een vrye
halve dag in de week gegeven wordt.
Dat het streven naar een sluiting van de
kapperszaken wordt gevoeld als een be
hoefte, die uit het bedrijf zelve voorkomt,
bewijst wel het feit, dat reeds in 116 ge
meenten van ons land een verordening is
tot stand gekomen als hier wordt bedoeld.
Als bijlage is aan dit verzoekschrift een
lijst toegevoegd, vermeldende de namen
van de 116 gemeenten met een ochtend- of
middagsluiting van de kapperszaken. Deze
116 gemeenten hebben een bevolkings
sterkte van byna 4Xmillioen inwoners,
waaruit de conclusie getrokken mag wor
den, dat voor meer dan de helft van Neder
land een verordening als door onderge-
teekenden bedoeld, van toepassing is.
Adressanten vestigen er de aandacht op
dat artikel 6, eerste lid van de Winkel
sluitingswet 1930, de mogelijkheid open
stelt dat de Gemeenteraad bij plaatselijke
verordening kan bepalen dat op één dag
per week voor alle of bepaalde groepen
van winkels voor het publiek gesloten
moeten zijn, hetzij vóór of na 1 uur des
middags.
Bij de totstandkoming van dit artikel
moet de Wetgever wel van de gedachte
zijn uitgegaan, dat, indien in een bepaald
bedrijf de belanghebbenden, in een vol
doende meerderheid, de wensch te ken
nen geven dat er een uniforme regeling,
voor wat betreft het gesloten zijn van
winkels gedurende een halve dag in de
week, komt, aan dat verlangen zooveel
mogelijk tegemoet gekomen moet wor
den.
Een door adressanten ingesteld petition
nement, bij alle te Leiden gevestigde kap
pers, gaf tot resultaat dat van de 141 te
dezer stede gevestigde vakgenooten zich
110 deden kennen als voorstanders en 31
als tegenstanders van een Dinsdagmiddag
sluiting.
De petitionnementslysten van vóór en
tegenstanders vergezellen dit adres als bij
lagen.
De door adressanten, namens een zoo
groote meerderheid der bedrijfsgenooten,
gevraagde verordening is derhalve niet
een regeling, welke hun wordt opgelegd
welke men zich zelf wil opleggen, maar
van bovenaf, maar terdege een regeling,
waarvan de sanctie van een bevoegde in
stantie noodig is.
Of de Gemeente de bevoegdheid heeft
een regeling als door adressanten bedoeld
tot stand te brengen, kan, op grond van de
zeer duidelijke taal van artikel 6, Winkel
sluitingswet 1930, No. 460, niet betwijfeld
worden.
Ten slotte meenen adressanten er nog op
te mogen wijzen, dat door het gesloten zyn
van kappers-salons gedurende een halven
dag in de week er een automatische nale
ving plaats vindt van het bij het Winkel
werktijdenbesluit voorgeschrevene nopens
den vrijen halven dag in de week voor het
personeel. De controle op de naleving van
het voorschrift wordt door een sluiting der
kapperszaken ged-urende een halven dag in
de week, zeer vergemakkelijkt en vereen
voudigd.
Adressanten verzoeken ten slotte om, by
de vaststelling van de verordening als door
hen bedoeld, te willen bepalen:
dat de sluiting van de kapperszaken al
leen zal gelden voor zoover betreft het ver
richten van kappers- en/of barbierswerk
zaamheden.
Vertrouwende op een gunstige beschik
king, verblijven met verschuldigde gevoe
lens, enz.