DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN Giro 103003. Postbus 11.
Vredesonder
handelingen
in Spanje
ZATERDAG 25 MAART 1939
30ste Jaargang No. 9295
3)e fieid&^h^Soti/fcant
Bureaux Papengracht 32.
Telefoon: Redactie 15, Administratie 935.
Adr. en Abonm-tarleven zie pag.
V De Katholiek „intolerant"
De Liberale Staatspartij is heden t»
Utrecht in algemeene vergadering bijeen
gekomen onder voorzitterschap van prof.
mr. B. M. Telders.
Prof. Telders besprak in zijn openings
rede de vraag: „Waar staan wij en waar
heen voert onze weg?"
En dan constateert de Leidsche hooglee-
raad allereerst, dat de liberalen niet staan
aan de zijde der op heden heerschende
stroomingen en dat niet de leus van den
huidigen dag hun den we_g wijst:
Elke liberaal, aldus spr., kan op de
vraag, waar wij staan maar één ant
woord geven: niét aan de zijde van wat
men de op heden heerschende stroo
mingen moet noemen, maar daartegen
over. Liberalisme is het tegendeel van
de leus van den huidigen dag, ja wie
op geluidssterkte afgaat zonder op den
inhoud te letten kan zelfs veilig zeg
gen, dat het liberaal geluid vandaag
bijna geheel wordt overschreeuwd.
De geestelijke vrijheid, welker er
kenning en verwerkelijking van het
liberalisme de onwankelbare grond-"
slag en het nimmer te verzaken doel
wit vormen, wordt in het grootste ge
deelte van Europa geminacht, geschon
den en vertrapt.
Wij, die de liberale beginselen zijn
toegedaan, staan tegenover hen, die er
zich op mogen beroemen, de leuzen
van den dag te propageeren. Wie met
ons gelooft in de geestelijke waarde
der liberale oeginselen, wordt door
hun teruggang in „populariteit" niet
ontmoedigd.
Wij begrijpen dit principieele standpunt
volkomen en wij respecteeren het oprecht.
Wij kunnen ons aansluiten bij de met
afkeuring en teleurstelling gemaakte op
merking over de minachting voor, de
schending en vertrapping van de geeste
lijke vrijheid in Europa! Want ook wij,
Katholieken, zijn principieele voorstanders
van geestelijke vrijheid, strijden voor gees
telijke vrijheid.
Ook wij, KatholiekenInderdaad, al
zijn de consequenties, die wij uit het prin
ciep van geestelijke vrijheid trekken, niet
altijd dezelfde als die, welke ce liberalen
er uit meenen te kunnen concludeeren!
De voorzitter van de Liberale Staatspar
tij gaat dan voort met mede te deelen,
dat deze partij niet clleen staat tegenover
wat hij de leuzen van den dag heeft ge
noemd, maar ook staat tegenover degenen
in Nederland, die de meerderheid der kie
zers van 1937 aan ie regeering heeft ge
bracht. De kabinetsformatie van 1937, al
dus spr., is een van de meest onverkwik
kelijke gebeurtenissen uit onze politieke
geschiedenis geweest en menig kiezer heeft
reden gehad, zich daarbij misleid te achten.
Wat' is dan de les, vroeg spr., zich af,
die het verleden ons voor het heden
kan leeren. Geen andere dan deze: dat
verdoezeling van politieke tegenstel
lingen, zooals in 1937 heeft plaats ge
vonden, slechts tot verwarring en
dientengevolgetot teleurstelling kan
leiden.
Als de heer Colijn voor 1937 niet
als de b o v e n de partijen staande „na
tionale" figuur had geposerd en als
publiek en pers hem waren blijven
zien, zoo'als hij in wezen is: een van
opportunisme geenszins afkeerig par
tijman, dan zou de stem van den kie
zer in 1937 ondubbelzinniger en stellig
ook anders hebben gesproken. De plot
selinge vraag naar den man boven
de partijen heeft ons niet anders dan een
partijman bezorgd en uit de verkie
zingscampagne, die ingezet en gevoerd
is in de leuze eener regeering op
„breede basis", is een gouvernement te
voorschijn gekomen, welks grondslag
benepener is dan te voren. Wij staan
tegenover de huidige coalitie-regee
ring, wij zijn m.a.w. op het oogenblik
en oppositie-partij. Wij zijn tegen wil
en dank in een oppositioneele positie
gedrongen, omdat de grondslag van dit
kabinet een andere is dan het kabinet
van 1933, het aantal katholieke mi
nisters grooter is en deze de belang
rijkste depai*tementen beheeren, ter
wijl de beide andere coalitie-partijen al
te zeer aan Roomschen drang toege
ven. Het huidig kabinet is slechts in
naam een kabinet-Colijn, doch heeft in
werkelijkheid een Roomsch-Katholiek
ministerie te heeten.
Wat heeft zoo zal ieder spontaan op
merken die prof. Telders dan tegen k a-
tholieke ministers als zoodanig. Waar
om vindt hij als liberaal een katholiek
minister nogmaals: als zoodanig
blijkbaar principieel veel minder ge-
wenscht dan b.v. een anti-revolutionair of
chr.-hist. minister? Waarom?
Ik weet, zoo vervolgde prof. Telders,
dat onze principieele afwijzing van de
huidige, in wezen katholieke, regee-
ringspolitiek in' het katholieke kamp als
„anti-papisme" zal worden gebrand
merkt. Dat woord wordt altijd gebe
zigd, als men katholieke politiek of ka
tholieken minister bestrijdt. Iiets ie den
liberalen vreemder dan juist anti-pa
pisme, in den zin van bestrijding van
de katholieke religie. Het is niet onze
schuld, dat „roomsch-katholiek" be
halve de naam van een godsdienstig ge
loof, waarvoor wij oprechten eerbied
hebben, tevens het etiket is geworden
voor een staatkundige richting, die wij
verderfelijk achten. Wij staan tegen
over de politiek van de katholieke
Staatspartij argwanend en, ten deele
afwijzend.
Onze. argwaan tegen de katholieke
politiek komt voort uit onze weten
schap, dat de katholiek, gedreven door
zijne religieuze overtuiging, op staat
kundig terrein niet tolerant is.
Nu moeten wij allereerst opmerken, dat
de huidige regeeringspolitiek zeker niet
een „in wezen katholieke" regeeringspo
litiek mag genoemd worden; dat ook wij,
katholieken, godsdienst en staatkunde al
lerminst willen vereenzelvigen, maar prin
cipieel onderscheiden en gescheiden hou
den.
En, na deze opmerkingen, constateeren
wij, dat de hoogleeraar een inconsequentie,
een onlogische gedachten-gang demon
streert, welke iedereen, die Veven wil na
denken, moet frappeeren.
Dat hij is tegen wat hij noemt katholieke
politiek beter gezegd: de hier en nu
door katholieken gevoerde politiek als
politiek, is zijn goed recht.
Dat hij echter is gekant tegen die poli
tiek, omdat „de katholiek, gedreven
doorz ij r. religieuze overtui
ging, op staatkundig terrein niet tole
rant is", dat is heel inconsequent, omdat
hij even te voren heeft verklaard, dat hij
voor het godsdienstig geloof der katholie
ken (^rechten eerbied heeft. Voor een re
ligieuze overtuiging, die de aanhangers in
tolerant maakt, zóó intolerant, dat zij en
juist zij en misschien zelfs volgens den
hoogleeraar alléén zij ongeschikt #of min
der geschikt zijn, om een regeeringsfunctie
uit t^ oefenen voor zulk een religieuze
overtuiging heeft de hoogleeraar, naar hij
zelf zegt, niet Slechts een zekere waardee
ring, maar e er b i e d en oprechten
eerbied!
Maar, bovendien, laat nu 'ns de heer
Telders feiten noemen, waaruit die intole
rantie van de katholieken blijkt in de poli
tiek, met name in de politiek van de\ hui
dige katholieke ministers. Als hij geen
feiten kan aanhalen, dan had hij zulk een
bewering niet. zeker niet zoo positief mo
gen uitspreken in verband met de
feitelijke regeeringspoli
tiek. Als hij wel feiten kan noemen, hij
doe het dan! Het zou zijn in zijn voordeel,
in het belang zijner partij, in het lands
belang, zooals hij het ziet!
Op enkele andere politieke beschouwin
gen van prof. Telders hopen we nog nader
terug te komen.
DE WEDSTRIJD NEDERLAND—
DUITSCHLAND ZAL OPNIEUW
VASTGESTELD WORDEN.
Een schrijven van den K.N.V.B.
Naar wij vernemen is door het be
stuur van den Koninklijken Ned. Voet
balbond een schrijven gericht aan den
Duitschen Voetbalbond, waarin voor
gesteld wordt opnieuw een wedstrijd
tusschen Nederland en Duitschland vast
te stellen op nader te bepalen datum.
Deze ontmoeting, welke zeer waar
schijnlijk niet meer in dit seizoen zal
kunnen worden gespeeld, omdat daar
voor in beide landen geen tijd meer
beschikbaar is, zal in Nederland plaats
vinden.
De wedstrijd komt in de plaats van de
ontmoeting, welke op 11 December van
het vorig jaar te Rotterdam was vastgesteld
en welke door den burgemeester verboden
werd.
ELECTRIFICATIE BAANVAK
AMSTERDAM—BRUSSEL.
Wenschelijkheid van Belgische en
Nederlandsche zijde erkend.
Naar de „Maasbode" verneemt, is on
langs op initiatief van de directie der Ne
derlandsche Spoorwegen te Brussel een be
spreking gehouden door den directeur, ir.
W. Hupkes, met de directie der Belgische
spoorwegen over de electrificatie van het
baanvak DordrechtAntwerpen, om aldus
te komen tot een electrische verbinding
Amsterdam—Brussel. De wenschelijkheid
van een dergelijke verbinding werd door
beide zijden'erkend.
Ter bestudeering van het vraagstuk is
een commissie benoemd, waarin vertegen
woordigers der technische en bedrijfsdi
rectie der beide spoorwegmaatschappijen
zitting hebben. De eerste zitting van deze
commissie wordt heden te Utrecht gehou
den.
Nog geen overeenstemming
ONVERWACHT BEZOEK DER
ONDERHANDELAARS.
Het Fransche blad de „Petite Gironde"
publiceert een uit particuliere bron te Bur
gos ontvangen bericht van den volgenden
inhoud:
„Donderdagochtend te 10.55 uur kwam
op het vliegveld van Burgos, dat drie kilo
meter buiten de stad ligt, een groengeschil-'
derd republikeinsch vliegtuig, een driemo-
torige Douglas, aan met buiten den be
stuurder nog vijf personen aan boord. Twee
republikeinsche officieren, een secretaris
en twee rechtsche officieren stapten uit het
toestel.
Woensdagavond waren de rechtsche offi
cieren in de universiteitswijk van loopgraaf
tot loopgraaf door republikeinsche officie
ren uitgenoodigd om de voorwaarden van
overgave van het republikeinsche Spanje
te bespreken.
De regeering t.e Madrid had de rechtsche
regeering er per radio van in kennis ge
steld, dat het vliegtuig tegen den middag
te Burgos zou aankomen. Te Burgos ge
loofde men daarin echter niet al te vast.
Toen het toestel aankwam, was er niemand
op het veld om de republikeinsche afge
zanten te ontvangen, daar alle autoritei
ten een uitreiking van decoraties bijwoon
den. De commandant van het Italiaansche
legioen Gambara had namelijk uit Italië
dertig hooge decoraties meegebracht, die
de Koning-Keizer aan hooge rechtsche
autoriteiten veleend had. De plechtigheid
werd plotseling verstoord door de aan
komst van het vliegtuig, en onmiddellijk
begaven zich de vooraanstaande personen
naar het vliegveld.
Het waren de minister van Binnenland-
sche zaken, de adjudant van Franco en een
vertegenwoordiger van het ministerie van
Buitenlandsche zaken. De inzittenden van
het vliegtuig wacli ten op het veld de
komst der autoriteiten af. De besprekin
gen begonnen onmiddellijk. De republi
keinsche officieren boden in beginsel de
onvoorwaardelijke overgave van Madrid
aan. Niettemin zouden nadere bijzonderhe
den moeten worden uitgewerkt, en zou
den de volgende voorwaarden gesteld
worden:
le. Het republikeinsche Spanje moet de
regeering van Franco als de eenige wet
tige regeering van Franco als staatshoofd
erkennen.
2e. Het republikeinsche Spanje ver
plicht zich onmiddellijk zijn geheele leger
te demobiliseeren en alle wapenen te de-
poneeren.
3e. De republieinen verbinden zich alle
maatregelen tot het in de lucht laten vlie
gen van gebouwen te Madrid ongedaan te
maken, alvorens de rechtschen de stad bin
nenkomen.
4e. De republikeinen wenschen, dat men
zich niet verzet tegen het vertrek van ze
kere leden der republikeinsche regeering.
De drie eerste voorwaarden zijn in be
ginsel aanvaard. Over het vierde punt is
men het echter nog niet eens en de bespre
kingen duurden Donderdagavond nog
voort.
Uit Madrid wordt gemeld, dat de Na
tionale Verdedigingsraad gisteravond om
half tien in het gebouw van het minister
presidium is bijeengekomen.
Reeds in het begin van den avond kon
men in de antichambre's en wandelgangen
van de zittingszaal groote drukte consta
teeren. Overal heerschte een atmosfeer van
rustige vreugde, die, met de gesprekken,
die men met sommige persoonlijkheden kon
hebben, doen vermoeden, dat de vredeson
derhandelingen zeer ver gevorderd zijn.
FRANCO EISCHT
ONVOORWAAREDELIJKE OVERGAVE.
In berichten van hun correspondenten te
Burgos blijven de Italiaansche bladen vol
houden, dat generaal Franco aan de verte-
genwQordigex-s van den Verdedigingsraad
van Madrid de onvoorwaardelijke over
gave van de stad binnen 48 uur geëischt
heeft en dat hij, indien deze eisch niet
wordt aanvaard., tot net offensief zal over
gaan. De vertegenwoordigers zouden naar
Madrid zijn teruggeKeerd en men denkt
dat de Verdedigingsraad de onvoorwaarde
lijke overgave zal aanvaarden.
DOODSTRAF TEGEN WEIDMANN
GEëlSCHT.
De masa-moordenaar zweeg.
In de gisteren te Versailles gehouden
zitting van het proces-Weidmann heeft de
procureur-generaal na een zeer scherp
requisitoir, zooals werd verwacht, wegens
vijfvoudigen moord, de doodstraf ge-
eischt. Weidmann hoorde den eisch zwij
gend aan.
DE WERELD lit
VOGELVLUCHT
BURGOS Men laat te Burgos weinig
s over de onderhandelingen met de re
publikeinen. Alles is er blijkbaar op ge
richt om den indruk te wekken, alsof het
Burgos absoluut niets schelen kan. Het
eenige wat de verslagen republikeinen
kunnen doen zoo houdt Burgos zich
is zich op genade of ongenade overge
ven. Willen ze dat niet, dan maakt het
voor Burgos niets uit. of Madrid een paar
dagen eerder of later in de handen van
Franco valt. Alles is n.l. gereed voor het
offensief en als dat losbreekt, valt Ma
drid onherroepelijk. Het ligt voor de
hand dat Franco lang niet zoo onverschil
lig tegenover de vredesonderhandelingen
staat als hij voorwendt, maar hij ver
wacht, daardoor zijn tegenstanders te
kunnen intimideeren. Inmiddels is nog
geen bericht van overeenstemming ont
vangen, zoodat we nog even moeten
wachten met het noteeren van den eind
datum van den Spaanschen burgeroorlog
op de kalender.
BERLIJN Te Berlijn meent men,
dat er na al de bewogen gebeurtenissen
der laatste veertien dagen een pauze in
treedt, welke men een politieke Paasch-
vacantie zou kunnen noemen. Zelfs de
met zooveel spanning verwekte rede van
Mussolini morgen zou niet zoodanig zijn,
dat daardoor de vrede van de Paaschva-
cantie- wordt verstoord. Wij hebben al
meerdere malen verwacht, dat Mussolini
iets zeggen zou, maar eiken keer sprak
hij wel, maar zei hij niets; dat is te zeg
gen: niets van belang. En verscheidene
keeren wist men dan reeds van te voren
in Berlijn te vertellen, dat niets sensatio
neels zou worden gezegd. Zoodat wij ook
daag maar zullen aannemen, dat Ber
lijn goed is ingelicht en dat Mussolini in
derdaad geen oorlogsgeluid zal laten hoo-
PRINS BERNHARD TE MIDDELBURG.
De Zeeuwen bereidden Z. K. H. een
geestdriftige ontvangst.
Gisteravond om vijf minuten over zes is
Z. K. H. Prins Bernhard in gezelschap van
zijn adjudant, kapitein J. K. H. de Roo van
Alderwerelt met den gewonen trein, waar
in een D-rijtuig was gereserveerd, te Mid
delburg aangekomen.
Op het perron wa~ de Commissaris der
Koningin in de provincie Zeeland, jhr. mr.
J. W. Quarles van Ufford, ter verwelkoming
aanwezig. Nadat deze den Prins had be
groet, begaf het gezelschap zich langs een
haag van padvinders, die op het perron, in
de wathtkamer en buiten het station hun
koninklijken 'commissaris den padvinders-
groet brachten, naar de voorzijde van het
stationsgebouw, waar een groote menigte
wachtte. Het muziekgezelschap „Oefening
na den Arbeid" liet het „Wilhelmus" hoo-
ren, toen de Prins, die in colbertcostuum
was gekleed, naar buiten trad. Luide juich
kreten stegen uit de menigte op en ook ver
der langs den weg, welken de Prins naar
de Abdij volgde, legden de Zeeuwen geest
driftige betuigingen van aanhankelijkheid
aan den dag. Men reed in matig tempo en
passeerde o.a. het monument ter nagedach
tenis van Koningin Emma, dat Koningin
Wilhelmina in September 1937 onthulde en
dat thans door haar schoonzoon in oogen-
schouw werd genomen.
Op het binnenplein van de Abdij stonden
twee muziekgezelschappen en vele vereeni-
gingen opgesteld. Enthousiast gejuich klonk
tegen de muren op. De Prins dankte voor
deze hulde. Toen het Middelburgsche mu
ziekgezelschap het „Wilhelmus'5 had ge
speeld, trok de Prins zich in de ambtswo
ning van den Commissaris der Koningin
terug. Gedrongen door het aanhoudende
juichen verscheen Z. K. H. hier .nog een
maal aan het venster.
Gisteravond heeft Prins Bernhard, voor
dat hij zich aan tafel begaf, het gemeente
bestuur van Middelburg ontvangen. Behalve
den waarnemend burgemeester, wethouder
J. Onderwijk, wethouder M. H. Boasson en
den gemeentesecretaris mr. M. W. G. van
der Veur, werd ook de garnizoenscomman
dant, luitenant-kolonel Berghuis aan den
Prins voorgesteld.
Aan het diener, dat ten huize van den
Commissaris der Koningin werd gebruikt,
zaten verschillende autoriteiten uit Zee
land aan.
Te tien uur wex'd op de markt een groote
fakkeloptocht geformeerd, welke zich naar
de Abdij begaf om op bet Binnenplein de
verschillende vereenigingen en organisaties
bij het défilé voor den Prins bij te lichten.
Een drietal muziekkorpsen zorgde voor
marschmuziek. De directeuren dezer korp
sen en de heer W. de Graaf, voorzitter van
de vereeniging „Uit het volk voor het volk",
welke deze huldebetooging had georgani
seerd, werden bij den Prins geroepen en
om zijn dank voor dit huldebetoon in ont
vangst te nemen. Kort daarna doorbrak het
geestdriftige publiek de politie-afzetting.
Het défilé ging voort en trok ook verder
Dit nummer bestaat alt
vier bladen.
ii =saa—aaa»
VOORNAAMSTE NIEUWS
Buitenland
De vredesonderhandelingen te Burgos
hebben nog geen overeenstemming opge
leverd. (le blad).
Een Paaschvrede verwacht in de inter
nationale politiek. (2e blad).
Nog altijd gevechten aan de Hon-
gaarschSlowaaksche grens. (2e blad).
Binnenland
Prins Bernhard in Zeeland. (1ste blad).
Dreigende staking in de metaalindustrie
te Rotterdam. (4de blad).
Lelden
Te Den Haag is overleden prof. dr. W.
Nolen, oud-hoogleeraar aan de Leidsche
Universiteit. 1ste blad).
Omgeving
Ernstige ongelukken te Zoeterwou'de en
te Rijnzaterwoude. (2de blad).
Sport en Wedstriiden
De wedstrijd NederlandDuitschland
zal opnieuw worden vastgesteld. (1ste blad)
de stad door, tot het om half twaalf op de
markt werd ontbonden.
TEWATERLATING VAN HET
m.s. „PRINSES BEATRIX"
Z. K. H. Prins Bernhard neemt de
laatste beletselen weg.
De tewaterlating van een groot schip
van de werf „de Schelde" vormt zooals
steeds voor geheel Vlissingen een feestelijke
gebeurtenis. En vooral thans was er reden
tot bijzondere vreugde, nu Z. K. H. Prins
Bernhard zich bereid had verklaard, de
laatste aanwinst van de Stoomvaartmaat
schappij Zeeland, het motorschip „Priixses
Beatrix", aan zijn element toe te vertrou
wen.
Evenals enkele maanden geleden, toerx
H. M. de Koningin dezelfde plechtigheid
verrichtte bij de tewaterlating van het m.s.
„Koningin Emma", hetwelk, naar men zich
herinneren zal, gedurende eenige ui*en
hardnekkigen tegenstand bood, was ook nu
weer de stad met vlaggen getooid en was
al tijdig een groote merxschenmassa op de
been om den hooger bezoeker een welkom
toe te roepen.
Bij de werf heerschte vanaf het middag
uur een groote bedrijvigheid. De genoodig-
den, o.w. vele autoriteiten, vulden geleide
lijk de tribunes. Tot de aanwezigen be
hoorden drie leden van de regeering, name
lijk de ministers dr. H. Colijn, mr. J. A. de
Wilde en mr. dr. J. A. M. van Buuren, ter
wijl de minister van economische zaken
was vertegenwoordigd door den 'heer G. J.
Teppema, administrateur, hoofd der af-
deeling nijverheid.
Om één uur, komende van Beveland, welk
eiland hij in de ochtenduren had bezocht,
arriveerde Prins Bernhard, hartelijk toe
gejuicht door het publiek, aan de werf, in
gezelschap van den commissaris der Ko
ningin, jhr. mr. J. W. Quarles van Ufford,
dienst echtgenooté, zijn adjudant, kapi-
teoin J. K. H. de Roo van Alderwerelt en
den burgemeester van Vlissingen, den heer
C. A. van Woelderen.
Bij den ingang van de tribune werd de
Prins ontvangen door de heeren B. E. Ruys,
president-commissaris der Koninklijke
Maatschappij „de Schelde", Th. H. de Mees
ter, president-commissaris der Stoomvaart
Maatschappij „Zeeland", ir. H. C. Wesse-
ling en A. Smit, directeuren van „de Schel
de", mr. A. F. Lodeizen en G. J. Bensink,
directeuren der N. V. W. H. Müller en Co.
en K. G. Bron van de Stoomvaartmaat
schappij „Zeeland".
Nadat allen op de tribune hadden plaats
genomen, richtte de heer B. E. Ruys zich
met een toespraak tot Prins Bernhard.
Hierna verzocht de heer Wesseling Z. H.
H. de laatste beletselen te willen wegne
men, aan welk verzoek de Prins gaarne
voldeed.