De chaos in Slowakije Een nieuw kabinet onder leiding van Sidor Scherpe toon der Duitsche pers BUITENLAND Het einde van den communisten- opstand De moordzaak- Weidmann MAANDAG 13 MAART 1939 DE I.t^CHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 De nieuwe ministers Zaterdagavond is een nieuw Slo- waaksch kabinet gevormd. De samen stelling ervan is als volgt: Minister-president: Sidor, de tegen woordige vice-minister-president in de centrale regeering. Binncnlandsche zaken: Sokol, voor zitter van den Slowaakschen landdag. Opvoeding. Sivak, afgevaardigde. Handel en openbare werken: Stano, vice-voorzitter van den Slowaakschen landdag. Industrie, handwerk, en landbouw: Satko, afgevaardigde,. Financiën: Hrncar. Justitie: Gejza Fritz, afgevaardigde. De „Slovenska Pravvda" schrijft: In Slo wakije zijn Tsjechische troepen binnenge rukt. Zij hebben in Bratislava en andere steden, zooals Trentschin, Neusohl en Sil- lein, willekeurig en zonder wettige be voegdheden de macht overgenomen. Over al hebben de militaire commando's de lei dende persoonlijkheden gearresteerd. In eenige gevallen is ook de immuniteit van afgevaardigden geschonden. De afgevaar digden van den Slowaakschen landdag wer den vastgehouden. De eerste maatregelen der nieuwe regeering Zondagmiddag heeft de Slowaaksche mi nisterpresident Sidor voor de radio ver klaard, dat hij in de eerste plaats de rust in Slowakije zou verzekeren. Ik hek, aldus Sidor, de door de regeering genomen mili taire maatregelen doen opheffen. De macht is op het oogenblik in handen van burger lijke ambtenaren en van de Slowaaksche gendarmerie. De Tsjechische gendarmes zullen het land binnen 24 uur moeten ver laten. Ik heb de vrijlating gelast .van 150 gevangenen, die naar Moravië en Bohe- men waren meegenomen, evenals de vrij lating van alle priesters, afgevaardigden en leiders van de Hlinkagarde. Ik heb zelfs te gen dezen maatregel geprotesteerd. Ik ben van de arrestaties niet in kennis gesteld. Ik wil daarom het onrecht, dat allen Slo waken is aangedaan, herstellen. Ik kan ech ter niet toelaten, dat de bestuursarbeid door de inmenging van derden wordt belem merd. Ik denk aan het confict, dal was uit gebroken tusschen de Hlinkagarden en de provinciale autoriteiten. De Hlinkagarden zijn gevormd om het gezag te helpen: zij moeten gehoorzamen. Het is derhalve ver boden, te gehoorzamen aan de clandestiene orders van andere persnen dan de Slowaak sche regeering en haar president. NEGENTIEN HLINKA-GARDISTEN GEDOOD. Bij betoogingen te Bratislava. In de hoofdstad van Bratislava bevonden zich Zaterdagavond meer dan tienduizend personen om den eersten verjaardag van den Anschluss te gedenken. Met tv/ee extra booten waren Solwaaksche Hlinkagardisten en Duitsche S.S.-lieden uit Weenen over gekomen om de viering bij te wonen. Karmasin, de leider der Duitsche minder heid in Slowakije, hield een redevoering, waarin hij verklaarde solidair te zijn met de Slowaken. Het is daarbij tot relletjes gekomen. Verscheidene Joodsche winkelhuizen moesten het ontgelden. Tegenover de synagogen werd met *een handgranaat gegooid. Niemand werd echter gewond. Volgens een door het hoofdkwartier van de Hlinka-garde te Bratislava gepubliceer de communiqué zijn bij de incidenten van Zaterdag negentien leden der Hlinka-garde gedood. De chef van den staf der Hlinka-garde, Murgatsj, heeft een manifest gepikeerd, waarin hij verklaart, dat Sidor, „niet waar dig meer" is, als opperbevelhebber van de Hlinkagarde op te treden. Sidor wordt ver weten, dat hij tegenover Praag een zwakke houding aangenomen en de onaantastbare principieele eischen der Slowaken laten va ren heeft. Uit het manifest blijkt voorts, dat het officierenkorps van de Hlinkagar de geweigerd heeft, zich ter beschikking te 1 stellen van een door Praag benoemde re geering, in het bijzonder echter de regee- ring-Sidor. Arrestatie van drie Duitschers. De persdienst van de Slowaaksche regee ring bericht: Zaterdagavond, omstreeks half elf werden in de Joodsche wijk van Bratislava een aantal personen, waaronder drie Duitsche onderdanen, aangehouden en gefouilleerd. Aangezien bleek, dat de drie Duitschers gewapend waren, werden zij tot vier uur in den ochtend vastgehouden. Gisteravond en vannacht is het te Bra tislava kalm gebleven. De straten waren ver laten, aangezien het verboden was zich zon der noodzaak op straat te begeven. Men zag slechts weinig patrouilles op straat. DUITSCHE PERS GAAT TE KEER. Misnoegen tegen Praag. Ingevolge aan Tsjechen toegeschreven anti-Duitsche incidenten in Bruenn en Bra tislava, is de toon der Duitsche bladen te genover de gebeurtenissen in Slowakija zeer scherp geworden. De berichten wor den op de eerste pagina groot opgemaakt. De „Völkischer Beobachter" spreekt van een brutalen Tsjechischen terreur in Slo- wijke en zegt, dat ook in Praag weer de ge volgen van de anti-Duitsche hetze té onder scheiden zijn. Het ,,12-uhr' Blatt" spreekt van Benesj-methoden" en de ,.B. Z. am Mittag" stelt vast, dat de situatie zich op dreigende wijze verscherpt. Voorts maakt het Duitsche Nieuwsbureau melding van een reeks tegen Duitschers ge richte incidenten in verschillende steden van Slowakije, met name te Bruenn, waar gisteravond een Duitscher, een zekere dr. Schwabe, door Tsjechen zou zijn overval len en mishandeld. In Iglau had de Duit sche bevolking ter gelegenheid van den Duitschen heldendag de hakenkruisvlag uitgehangen. Tsjechische politiebeambten zouden toen geëischt hebben, dat deze vlag gen werden ingehaald, en door de Tsjechi sche vlag vervangen. De leider der Duit schers in Iglau en twee andere Duitschers, die hieraan geen gevolg gaven, zouden daarom in arrest zijn genomen. De Weensche radio-omroep ruit de Slowaken op. De Weensche radio-omroep zendt ieder half uur een opwekking aan de bevolking van Slowakije uit den strijd tegen de Praag- sche regeering voort te zetten. Deze uitzendingen geschieden in het Slo- waaksch. BESTUUR PERSVEREENIGING TE PRAAG AFGEZET. Omdat de heer Aletrino er deel van uitmaakte. De regeering te Praag heeft het bestuur van de buitenlandsche persvereeniging te Praag afgezet en een commissaris voor de controle en een commissie voor de behan deling der vereenigingszaken benoemd. Eenige maanden geleden had Duitsch- land het aftreden geëischt van het bestuurs lid, den Nederlander L. Aletrino, die waar schijnlijk te democratisch werd geacht. Praag had Aletrino vergeefs verzocht zich terug te trekken, in het belang der goede betrekkingen tusschen Duitschland en Tsje- cho-Slowakije. De Duitschers eischten toen an Praag de toepassing op de buitenlandsche persver eeniging van een wet, welke de regeering machtigt een commissaris te benoemen voor alle in Tsecho-Slowakije bestaande vereen i- gingen, indien zij dat nuttig acht. Thans traden tezelfdertijd de Duitsche en Italiaansche leden uit het bestuur, waar na het bestuur voor ontbonden werd ver klaard. BELGIË DEGRELLE VEROORDEELD TOT ACHT DAGEN GEVANGENISSTRAF. Degrelle, de leider der Belgische Rexis- ten is. tot acht dagen gevangenisstraf ver oordeeld wegens tijdens een vergadering jegens den gewezen minister Jasper geuite beleedigingen. DUITSCHLAND HEEFT DE BEWAPENINGSBEPERKING EEN KANS? Het Duitsche standpunt. Van semi-officieele Duittsche zijde wordt medegedeeld: De recente uitlatingen van Chamberlain en sir Samuel Hoare, waarin beide Engel- sche staatslieden op hoopvolle wijze spra ken over de mogelijkheid van overeenkom sten over beperking in de bewapeningen, worden in politieke kringen te Berlijn uiteraard beschouwd met de aandacht, die iederen wensch naar ontspanning toekomt. Men beschouwt het als een niet onverheu-' gend teeken, dat men thans ook in Engeland erkent en indirect toegeeft, welke waarde volle gelegenheden de Westelijke mogend heden hebben verzuimd, toen zij niet ingin gen op de herhaalde voorstellen van Duitschland betreffende maatregelen tot beperking der bewapening. Men kan te Berlijn echter van verschillende kanten de mening hooren uitspreken, dat het volstrekt wenschelijk zou zijn, wanneer het streven naar een Europeesche ontspanning door vredesb ij dragen der Westelijke mogendhe den werd ondersteund. Inderdaad moet men constateeren, dat juist den laatsten tijd de openbare meening der volkeren door ten dentieuze en onware beweringen over Duitschland en de Duitsche politiek in een tegen den vrede gerichten zin is beïnvloed. Overigens mag de Duittsche opvatting als bekend verondersteld worden, dat de bes te bijdrage tot de ontspanning er niet in kan liggen te willen voorbijgaan aan de problemen, die uit den weg geruimd moe ten worden, maar daarin, ze moedig aan te pakken en op-te lossen. BOODSCHAP VAN AARTSHERTOG OTTO AAN DE OOSTENRIJKERS. „Paris Soir" publiceert het volgende be richt: i Aartshertog Ottto, die sedert een jaar een stilzwijgen heeft in acht genomen, heeft ter geler geheid van den elfden Maart, den dag, waarop een jaar geleden Oostenrijk bij Duitschland werd ingelijfd, tot alle Oosten rijkers de volgende boodschap gericht: „Ter gelegenheid van den eersten ver jaardag der brutale bezetting van ons va derland, dank ik allen, die blijk hebben gegeven van hun onwrikbare trouw aan de gedachte van het eeuwige Oostenrijk en daardoor aan mijn huis. Deze tallooze blij ken van verknochtheid toonen duidelijk aan, dat Oostenrijk, beroofd van zijn rech ten en op hatelijke wijze onderdrukt, toch sterker en bewuster dan ooit blijft leven. Dat onze Oostenrijkers zich kunnen door dringen van de overtuiging, dat ondanks de wederwaardigheden van het heden de rechtvaardige zaak ten slotte zal triumfee- ren. Nooit zal God Oostenrijk verlaten. In toallinschap: 11 Maart 1939, w.g. Otto". ENGELAND DE PALESTIJNSCHE CONFERENTIE. De besprekingen te Londen. De Britsche minister Macdonald heeft het plan van de Engelsche regeering inzake Palestina aan de Joodsche afgevaardigden uiteengezet. Het schijnt evenwel, dat de nieuwe voorstellen niet veel afwijken van het plane, dat reeds veertien dagen gele den werd voorgelegd, en wederom neer komen op het stichten van een onafhanke- lijken Palest ij nschen staat na een over gangsperiode, gedurende welke zoowel Jo den als Arabieren zitting zullen hebben in consultatieve en executieve raden. Zooals men weet, heeft het Joodsche Agentschap deze oplossing reeds van de hand gewezen en'naar men meent hebben ae Joden thans verzocht, dat hun de ver zekering zal worden gegeven, dat in het p?an van de regeering het denkbeel van een Joodsch Nationaal Tehuis gehandhaafd zél worden. Er is geen nieuwe datum voor een bij eenkomst vastgesteld en men veronder stelt, dat de Joden zullen wachten tot het plan van de regeering hen schriftelijk zal worden voorgelegen. Zij kunnen dan be slissen of het nut heeft op grond van dit plan de besprekingen voort te zetten. RUSLAND STALIN FULMINEERT TEGEN LONDEN EN PARIJS. Zij zouden een conflict hebben willen uitlokken. Voor het achttiende communistische par tijcongres heeft Stalin Vrijdagavond een groote rede gehouden, waarin hij een over zicht gaf van de economische situatie der Sovjet-Unie en van den internationalen De tegenstand heelt een week geduurd MIAJA IS TOESTAND TE MADRID MEESTER Drie duizend gijzelaars vrijgelaten Het rechtsche radiostation aan het front van Madrid heeft gisteravond medege deeld, dat Miaja de controle over den toe stand te Madrid scheen te hebben her kregen. Na van Zaterdagmiddag 5 uur tot 's avonds 10 uur te hebben vergaderd, heeft de nationale verdedigingsraad over Union-Radio laten omroepen, dat in de hoofdstad volkomen rust heerscht. Er' is een oproep gepubliceerd, waarin de arbeiders werden aangespoord Maandag het werk te hervatten. „De misdadige op stand tegen den Verdedigingsraad is ge heel onderdrukt', wordt o.a. gezegd, „De redenen, welke de arbeiders noodzaakten hun werk te verlaten zijn dus verdwenen" Tegen den middag hebben de communis ten gisteren 3.000 gijzelaars vrijgelaten Union-Radio meldt, dat pas tegen 2 uur Zaterdagmiddag afdelingen van den Nationalen Verdedigingsraad het Nebrija- lyceum hebben veroverd, waardoor 1.500 gevangenen konden worden bevrijd. De communisten hebben op hun terug tocht echter de luitenant-kolonels Frajua en Plet, die den Verdedigingsraad trouw waren gebleven, meegevoerd. Een der vrij gelaten personen, de commissaris Parlorio, heeft verklaard, dat hij en zijn lotgenoo- ten door de muiters waren mishandeld. De tegenstand van de communisten heeft dus precies een week geduurd. Ge durende welke men heeft kunnen vast stellen, dat de beide communistische bevel hebbers van de legercorpsen, waaraan de verdediging van de hoofdstad was toever trouwd, ongeveer dertigduizend man in het vuur hebben gebracht tegen den Ver dedigingsraad, waardoor het front werd gedesorganiseerd. De communisten be schikten over voldoende wapens en levens middelen. Uit het einde van het avontuur blijkt wel, aldus seint Madrid, dat de commu nisten in Madrid slechts een gering deel van de bevolking achter zich hebben. Dank zij de maatregelen van den Verdedi gingsraad mag men het aantal slachtoffers betrekkelijk gering noemen. In het geheele republikeinsche Spanje zijn de communistische functionarissen uit hun functies verwijderd. De troepen van generaal Miaja hebben vijfhonderd ge vangenen van de communisten bevrijd, waaronder de civiele gouverneur van Ma drid, José Gomez Osorio. Deze gevangenen waren opgesloten in het vroegere konink lijke paleis El Pardo, 15 K.M. ten Noord- Westen van Madrid. De communisten zelf hebben, zooals gemeld, tot nu toe 3.000 ge vangenen vrijgelaten. toestand, zooals de communisten dien zien. Stalin fulmineerde in het bijzonder tegen de politiek van Groot-Brittannië en Frank rijk, wien hij verweet, alleen daarom niet tegen aanvallers te zijn opgetreden, om dat zij geen oorlog wenschen te ontketenen tusschen andere landen, om dan zelf als overwinnaars te voorschijn te komen en handel te drijven, zoowel met overwin naars als met overwonnenen. Hij verweet de Fransch-Britsch-Amerikaënsche pers een conflict te hebben willen uitlokken, tusschen Duitschland en de Sovjet-Unie .ever de Oekraine, alleen met het doel de atmosfeer te vergiftigen en een strijd tus schen deze twee rijken uit te lokken. Over deze politiek van, zooals Stalin het noemde, anderen de kastanjes uit het vuur te laten halen, weidde de Sovjet-dictator langdu rig uit. De schepping van de as RomeBerlijn en daarnaast van den driehoek van het anti-Kominternpact, noemde Stalin een „uitstapje in de geometrie", waarmede de staatslieden van Europa zich z. i. thans be- zighouden. Deze geometrische figuren acht- <c hij evenwel voor de zwaarbewapende Sovjet-Unie ongevaarlijk. Als zy gevaar lijk zijo, zij zij het meer voor de demo cratieën dan voor de Sovjets. TRANSJORDANIË OPSTAND IN TRANSJORDANIë. De berichten maken melding van een opstand in Transjordanië. In een strijd tusschen geregelde troepen en opstandelingen in Transjordanië zijn 45 opstandelingen en vijf leden van het Ara bische legioen gesneuveld. Vijftien vlieg tuigen hebben de opstandelingen bestookt, waardoor zij gedwongen werden een toe vlucht te zoeken in een vallei, waar zij werden omsingeld door het Arabische le gioen. Volgens de laatste berichten omtrent de gevechten in Transjordanië zijn de opstan delingen tenslotte verspreid en is de re geering den toestand weder volkomen meester. Bnltenlaiidscfie Berichten EEN SCIIIP MET JOODSCHE VLUCHTELINGEN VERGAAN. Ter hoogte van het eiland Kreta. De Poolsche pers verneemt uit Boekarest, dat gisteravond in de haven van Constan- za inlichtingen waren ontvangen, volgens welke het onder Panameesche vlag varen de schip „Kiepo" bij het eiland Kreta zou zijn vergaan. De „Kiepo" is enkele dagen geleden uit Constanza vertrokken, met 700 Joodsche emigranten uit Polen en Tsjecho-Slowa- kije aan boord, die zich naar Palestina be gaven. Nadere bijzonderheden omtrent den ramp ontbreken nog. FELLE SNEEUWSTORM TE NEW YORK. Uit New York wordt gemeld: Ten ge volge van een felle sneeuwstorm zijn vijf menschen om het leven gekomen en ver scheidene gewond. CYNISCHE HOUDING VAN DEN MASSA-MOORDENAAR. De „groote onbekende." Zooals gemeld is Vrijdag te Versailles het proces teegen den massa-moordenaar Weid- marin begonnen. Er is weinig spanning in dit proces, doordat Weidmann volledig be kent. Het eenige sensationeele is het ten too- neele voeren van „den grooten onbekende" door den verdediger mr. de Moro Giafferi. Typisch is, dat Weidmann zelf meehelpt aan het proces te bekorten. Hij neemt een houding aan, die doet gelooven, dat het hem ernst is met de bewering, zoo spoedig mo gelijk berecht te willen zijn. Volgens den Parijschen correspondent van de „Maasbode", worden allen, die het proces bij wonen, getroffen door zijn vreemden blik, die inderdaad iets onheil spellends heeft. Overigens is zijn houding die van iemand, die voor alles minachting heeft. Zijn antwoorden zijn kort en correct. Op verzoek van de verdediging werd Za terdag niet de volgorde van het dossier ge volgd, doch werd eerst de laatste moord behandeld, die op den verhuurkantoorhou der te St. Cloud, Lesorbe, die met den moordenaar een leegstaande villa bezocht en overrompeld werd en van vijf duizend francs beroofd. Het onderzoek heeft uitgewezen, dat Weidmann bij dien moord geen directe me deplichtigen kan hebben gehad. Hij heeft trouwens bekend, maar op die bekentenis is hij eerst kortgeleden teruggekomen, zeg- gend, dat hij te zijner tijd wel zou spreken. Dien tijd achtte hij ook nu blijkbaar niet gekomen, want hij legde opnieuw een vol ledige bekentenis af, wat aanleiding gaf tot een eigenaardig incident, aangezien de ver dediging van een terugkomen op de vroe gere bekentenis niets wil weten en Weid mann ondanks hem zelf wil verontschuldi gen. Mr. Planty, een zijner verdedigers, legde de verklaring af: „De verdediging volgt Weidmann niet in zijn bekentenissen". En als Weidmann opnieuw zegt: „Ik zweer dat ik Lesorbe alleen gedood heb", komen de advocaten hem bezweren, de waarheid te zeggen, verklarend, dat hij zich beschuldigt ter wille van een derde, die hem dierbaar is, en met een zekere plechtigheid zegt mr. Planty, door de Moro Giafferi gesteund, dat de verdediging zich geplaatst ziet tusschen het ambtsgeheim en den plicht, de waarheid te doen kennen. De verdediging wil tot eiken prijs doen gelooven, dat niet Weidmann, maar een an der den villaverhuurder zou hebben ver moord. Wie die andere is, zal Weidmann moeten vertellen, die volgens de verdedi ging niet spreken wil. Wanneer de zaak Frommer in behande ling wordt genomen, een ambulant koop man, die naar de villa is gelokt, onder be lofte van een betrekking', en die daar 20 November 1937. dus een week vroeger dan Lesorbe, vermoord is, legt Weidmann op nieuw een volledige bekentenis af. Hij zegt Frommer, den uitgeweken Duitscher, op den Parijschen boulevard ontmoet te heb ben en bij zich genoodigd te hebben. Toen hij bij hem was, kwam plotseling het denk beeld bij hem op, den man te dooden en te berooven. Hij vond slechts drie honderd francs na zijn misdaad. Tijdens het onderzoek is Weidmann een oogenblik op die bekentenis teruggekomen. Nu echter herhaalt hij ze en springt de ver dediging op, om opnieuw te verklaren, dat Weidmann ook ten aanzien van dezen moord niet de waarheid zegt en dat een ander den moord heeft gepleegd. En de ver dediger stelt aan den medebeklaagde, Mil lion, de vraag, of de vermoorde een zekeren Sauerby zou hebben kunnen kennen, een bankier die indertijd met Weidmann in de gevangenis zou hebben gezeten, doch latei- spoorloos is verdwenen en die door de in structie voor een van de vele pseudoniemen van Weidmann wordt gehouden. Na zelf het noemen van dien Sauerbry te hebben ge provoceerd, constateert de verdediging met veel spektakel, dat de naam Sauerby is uitgesproken. De zitting van heden liep dan ook ten einde met de vraag van mr. de Moro Giaf feri: „Heeft Weidmann die beide moorden gepleegd? Weidmann zegt ja, wij zeggen neen. Niets is de dossiers bevestigt, dat Weidmann gelijk heeft". Men ziet intusschen. waar het naar toe gaat: de verdediging wil de moorden geheel op den grooten onbekende schuiven.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 10