BINNENLAND DE LEIOSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 6 PROGRAM DER KONINGIN. Conferentie van H. M. met Haar Commissarissen in de provinciën. Men meldt ons van officieele zijde: H. M. de Koningin heeft Vrijdag ten pa- peize Noordeinde te Den Haag een bijeen komst gehouden met de Commissarissen der Koningin in de provinciën ter bespreking van de mogelijkheden, welke zouden kun nen leiden tot practische uitvoering van de denkbeelden ten grondslag liggend aan de geestelijke en moreele herbewapening. De minister van Binnenlandsche Zaken was by deze bijeenkomst tegenwoordig. PRINSES ARMGARD IN SOESTDIJK. De moeder van den Prins, Prinses Arm gard, logeert op het oogenblik bij het Prinselijk Paar in het paleis Soestdijk. NAAR DE NIEUWE GEMEENSCHAP In verband met de thans reeds gebleken behoefte om voor de actie naar de Nieuwe Gemeenschap te beschikken over een eigen tijdschrift meer speciaal bedoeld als do cument a tie-middel voor de nationale, dio cesane en plaatselijke bestuurders van de verschillende Katholieke organisaties werd op de laatste vergadering van het Werkcomité in beginsel besloten tot de uitgifte daarvan over te gaan. Getracht zal worden de Katholieke Jeugd ten nauwste bij de actie te doen be trekken door de vorming van een speciaal comité, dat tot taak zal hebben een hauw contact te leggen en te onderhouden tus- schen het Nationaal Werkcomité en de jeugdbeweging en daarnaast de verschil lende vraagstukken en mogelijkheden on der het oog zal zien, welke zich mfet be trekking tot de propaganda voor en de beleving van het gemeenschapsideaal in de kringen van de jeugd voordoen. Plannen zijn daarnaast in voorbereiding om de leerlingen van de hoogste klassen der lagere scholen, de nijverheids- en mid delbare scholen met geëigende middelen vertrouwd te maken met begrip ei> inhoud van de gemeenschapsgedachte. Als gevolg van het toenemend aantal verzoeken uit allerlei kringen, tot het houden van inleidingen over de actie naar de Nieuwe Gemeenschap zal worden over gegaan tot het opstellen van een sprekers lijst, terwijl binnenkort een eerste bro chure zal worden gepubliceerd, waarin een beknopte samenvatting van doel, op zet en middelen van de actie is opgenomen. De opbouw van het p.aatsenjk-propa- ganda-apparaat heeft behoorlijk voort gang, aangezien uit de ingekomen berich ten blijkt, dat in talrijke plaatsen de vor ming van plaatselijke commissies van sa menwerking tot stand is gekomen, terwijl in andere plaatsen deze plannen in een vergevorderd stadium van voorbereiding zijn. Uit het zeer groot aantal sinds de vorige vergadering van het Werkcomité ingeko men brieven, zoowel van individueele personen als van organisaties en instellin gen, is opnieuw de sterke weerklank ge bleken, welke de actie zoowel in katholieke kring als daarbuiten heeft gevonden. DE BELASTINGPLANNEN DER REGEERING Invoering op 1 Me! Is uitgesloten. In de gisternamiddag gehouden vergade ring van de Eerste Kamer heeft de minis ter van Financiën over de regeeringsplan- nen in zake de belastingen medegedeeld, dat deze wat sprekers departement betreft klaar zijn. Zij verkeeren thans in een sta dium van interdepartementaal overleg. Voor 1 Mei zal de sanctie van H. M. de Ko ningin op deze plannen zeker niet zijn ver kregen, zoodat invoering op dien datum wel uitgesloten is. TUNNELBOUW TE GOUDA. De Nederlandsche Spoorwegen hebben aanbesteed: het maken van een onderdoor gang, bestaande uit een tunnel onder den spoorweg Utrecht—Rotterdam, bij K.M. 31.885 met daartoe leidende toegangswegen en een viaduct ter verbinding van den Sta tionsweg en de Noothoven van Goorstraat in de gemeente Gouda. Hoogste inschrijfster: N.V. Aann. bedrijf v.h. fa. T. den Breejen van de Bout te Berg en Dal voor 396.200. Laagste inschrijfster: N.V. Holl. Aanne mersbedrijf Zan en-Verstoep te 's-Graven- hage voor 319.600. De raming bedroeg 366.000. HOEVEEL OLIE IN DE FLESCH? Het „Hbld." verneemt, dat er besprekin gen gaande zijn, om de bepalingen der Spijsolieconventie in dier voege uit te breiden, dat op de flesch voortaan de hoe veelheid van den inhoud zal moeten wor den vermeld. 1 VAKORGANISATIE VAN WINKELIERS IN HET HEEREN- EN KINDER CONFECTIEBEDRIJF. Dezer dagen werden de besprekingen voortgezet tusschen belanghebbenden, om te komen tot organisatie van de winkeliers ir. de heeren- en kinder-confectie hier te lande. De werkzaamheden van het ingestel de, voorloopige comité bleken zoo ver ge vorderd te zijn, dat definitief kon worden besloten tot oprichting van een vakorgani satie in deze branche. Besloten werd deze organisatie ter hand te nemen zoowel in de kringen van de ka tholieke, protestar.tsch-christelijke als neu trale winkeliers, en van meet af aan een federatieve samenwerking tot stand te brengen. Tot het comité dat de werkzaamheden voorloopig ter hand zal nemen is de heer J A. C. Lindeman, directeur van de Coöp. Manufacturenhandelsvereeniging „De Faam" toegetreden, zoodat het thans als volgt is samengesteld: W. Berbers, Roer mond, B. Kamerbeek, „St. Homobonus", Rotterdam, Flucie Witteveen, „Noord Ne derland", Heerenveen, W. Woss, Leeuwar den, J. A. C. Lindeman „De Faam", Am sterdam, J. Heeger, Zwolle. Het secretariaat van dit comité werd na der opgedragen aan het bureau van den Ned. R.-K. Middenstandsbond, Mauritskade 23, Den Haag. VRIJWILLIGE DISTRIBUTIEREGELING IN HET SCHOENBEDR1JF. Zooals bekend, is de spertijd voor de ves tiging van schoenwinkels afgeloopen en zou ieder, die aan de bij algemeene maatregel van bestuur vastgestelde minimumeischen voldoet, van 10 Februari af een schoenwin kel kunnen beginnen. Naar wy thans vernemen, is uit den boe zem der schoenindustrie en -handel de wensch nar vorer. gekomen om de uitbrei ding van winkels nader te regelen, tenein de over de geheele linie gezonder toestan den ir. den schoenhandel te krijgen. In cverleg met het departement van eco nomische zaken, schoenfabrikanten, schoen- iridustrieelen met eigen winkels, grootbe drijven met filialen enz. zijn besprekingen gevoerd om te komen tot regeling van de distributievryheid. De organisaties van bovengenoemde groe pen van belanghebbenden, alsook de fir ma's Bata en Van Haren, hebben reeds hun medewerking toegezegd, dat gedurende de eerste zes maanden, op enkele noodzakelij ke uitzonderingen na, geen nieuwe zaken of afdeelingen voor den verkoop van schoe nen zullen worden gevestigd. Het ligt in de bedoeling, het overleg voort te zetten ook met andere groepen in den schoenhandel, n.l. met de schoenwin keliers, die geen filialen hebben, welker medewerking zal worden gevraagd. Een commissie van enkele onpartijdige personen buiten de branche zal worden be noemd voor bijzondere gevallen, om, in dien de overeenkomst niet wordt geschaad, eventueel afwijking toe te staan. BEVOEGDHEDEN DER TANDTECHNIC1. Einde der thans bestaande onzekerheid. Aan de Memorie van Antwoord aan d*. Tweede Kamer over het wetsontwerp hou dende nadere voorzieningen inzake de tand heelkunde, zegt de minister van Sociale Zaken o.m. het volgende: Bij de thans bestaande onzekerheid kan op de uitoefening van de tandheelkundige practijk toezicht nu eenmaal niet naar wensch worden uitgeoefend. Tegen de on bevoegden, die in strijd met de geldende wetten werkzaam zijn, doch '.en aanzien van wie niet zondei meer kan worden ge zegd, dat hun niet ook in rechte is te kort gedaan, kan bezwaarlijk met de vereischte kracht strafrechtelijk worden opgetreden vóór dat de toestand wat hen betreft en ten aainzien van den omvang van de wet telijke bevoegdheder is gesaneerd. Tegen het denkbeeld, om aan hen, die krachtens de wet van 1925 een visum heb ben verkregen en die thans ouder zijn dan 55 jaar, de bevoegdheid van den tandheel- huldige te verleenen zonder examen, heeft de minister bezwaar. Met betrekking tot de nadere omschrij ving van de bevoegdheid van den tandheel kundige worde in de eerste plaats opge merkt, dat die omschrijving geheel overeen komt met de practijk, zooals deze zich on danks het arrest van den Hoogen Raad van 9 Februari 1920 heeft ontwikkeld. Het ligt in de bedoeling, ook thans het vooronderzoek en het examen op die om schrijving geheel ir te stellen. De minister omschrijft dan het verschil tusschen de bevoedheid der tandartsen en die der tandheelkundigen. Tenslotte maakt de minister van deze ge legenheid gebruik een correctie te brengen in de verhouding van den tandheelkundige tot het medisch tuchtrecht. Tenslotte behandelt de minister de kwes tie van het strafrechtelijke optreden tegen de onbevoegde uitoefening der tandheel kunde. De ordening in de cotton-kousenindustrie. Het voorloopige vestigings- en uitbrei- dir.gsverbod dat op grond van de Bedrijfs- vergunningenwet voor de cotton-kousen industrie is uitgevaardigd, is voor den tijd van vier maanden verlengd. Belgische uitnoodiging aan Dudok. Naar wij vernemen is architect W. Du- dok door den Belgischen minister van openbare werken uitger.oodigd tot het uit brengen van stedebouwkundig advies in verband met de plaatsing van een belang rijk bouwwerk in liet centrum van Brus sel. AUTOMATISEERING DER RUKSTELEFOON. Plannen vermoedelijk na zes jaar verwezenlijkt. Het in 1932 vastgesteld automatiseerings- plan der rijkstelefoon voorzag in automa tische verkeersmogelijkheid tusschen alle netten binnen hetzelfde telefoondistrict, zoomede met nog acht andere telefoon districten bereikbaar. Bij dit systeem pas ten de uit één „K" of nul en drie cijfers in totaal derhalve uit vier cijfers bestaande kengetallen. Daar ons land in twintig districten ver deeld is, bood dit systeem slechts beperkte verkeersmogelijkheid. Door eenige technische voorzieningen, waardoor buiten de „K" of nul nog 4 cij fers moeten worden gedraaid om automa tisch interlocaal te telefoneeren, het z.g. vier-kencijferssyteem, zal op den duur zon der eenige beperking automatisch telefoon verkeer tusschen alle Nederlandsche tele fooncellen mogelijk zijn. Het automatisch verkeei concentreert zich op z.g. groepscentralen: Amsterdam, Rotterdam, Zwolle, Arnhem en 's-Hertogen bosch. in welk net men zich ook bevindt, men zal door de „K" of nul te draaien on middellijk met éér dezer groepscentralen worden verbonden. Het eenige wat men dient te weten is het kengetal van het op te bellen net, dat in de interlocale naam lijst is opgegeven, voorzoover dit net reeds geautomatiseerd is. Zoolang het automatisch interlocaal ver keer nog niet over het geheele land vol tooid is wat vermoedelijk nog zes jaar duren zal leze men daarom steeds zorg vuldig de aanwijzingen bij eiken naam en een net in de naamlijst, waaruit blijkt, of het gewenschte net van de plaats, waar men telefoneert automatisch bereikbaar is. FOKKER WERKT HARD Aan den bommenwerper T 9 voor Indië Fokker, heeft op het oogenblik niet over gebrek aan werk te klagen. Er werken in de Amsterdamsche fabriek ongeveer 1500 man en bovendien zijn nog 500 man in de fabriek van Werkspoor te Zuilen werk zaam gesteld. Dit zijn de houtbewerkers, die bij Werk spoor vliegtuigonderdeelen maken, omdat het voor hen aan de overzijde van het IJ aan behoorlijke plaatsruimte ontbreekt. Het merkwaardigste vliegtuig, dat thans in aanbouw is, is de bommenwerper T 9. Men weet, dat dit type in samenwerking met de regeering wordt gebouwd. De re geering heeft Fokker een bijdrage ver leend om de groote kosten, welke aan den bouw van het proto-type zijn verbonden, te bestrijden. Het is voor den eersten keer, dat Fokker thans een geheel metalen bom men werper bouwt. Deze bommenwerper, een tweemotorige middendekker, is be stemd voor Indië en zal op den duur de thans in ons Overzeesch Gewest in ge bruik zijnde Glenn Martin-vliegtuigen, welke in de Ver. Staten zijn vervaardigd, vervangen. De romp is ruimer dan bij andere bom bardeervliegtuigen. Er zijn twee romp- neuzen van verschillenden vorm en model vervaardigd. In de practijk zal nog worden vastgesteld, welke rompneus het best aan de verschillende eischen voldoet. Als mo toren zullen Bristol-motoren van het type Hercules worden gebezigd. Deze motoren ontwikkelen elk 1375 pk en zijn thans de zwaarste Engelsche met luchtgekoelde mo toren. Het vliegtuig wordt natuurlijk van intrekbare wielen voorzien. De snelheid zal op diensthoogte tusschen de 350 en 450 km per uuur liggen en het vliegbereik zal tenminste 2000 km bedra gen. Het ontwerp van de T 9, welke heel wat ruimer is dan van de T 5, is van ir. M. Beeling, hoofd-constructeur bij Fokker, die ook het type G I en het jachtvliegtuig D 23 heeft ontworpen. Verwacht wordt dat de T 9 in den zomer zal proefvliegen. Wanneer de proefvluch ten hier te lande een bevredigend resul taat hebben opgeleverd zal het vliegtuig worden gedemonteerd en per schip naar Indië worden vervoerd. Wanneer de proefvluchten in Indië het gewenschte resultaat hebben opgeleverd en het vliegtuig tot in de kleinigheden aan de Indische practijk is getoetst, zal opdracht voor een serie van dit type worden gegeven De bouw in serie kan vervólgens zeer vlot en snel geschieden. „Vaderland" VERHOOGING TARWEPRIJS GEVRAAGD. Wegens dood vriezen van wintertarwe. Het Tweede-Kamerlid, de heer Droesen, heeft aan den minister van Economische Zaken de volgende vragen gesteld: 1. Is het den minister bekend, dat zeer veel, in sommige deelen des lands bijna alle, wintertarwe is doodgevroren? 2. Acht de minister het niet zeer ge- wenscht, dat de mislukte tarwe zooveel mogelijk wordt vervangen door zomertar- we en niet door gerst, aardappelen en an dere gewassen, waarvan de afzet toch reeds greote moeilijkheden ontmoet? 3. Zoo ja, is de minister dan bereid het ter bereiking van dat doel meest geschik te middel aan te wenden, namelijk een verhooging van den tarweprijs voor het oogstjaar 1939? 4. Is de minister bereid, met het oog op den aanstaanden zaaitijd, zijn beslissing spoedig bekend te maken? Offlcleële CrlsispubUcatles STEUNVERGOEDING ERWTEN EN VELDBOONEN. De Nederlandsche Akkerbouwcentrale maakt bekend, dat de steun vergoeding voor erwten van den oogst 1938, gedenatureerd van 6 tot en met 11 Februari 1939, zal be dragen 1.75 per 100 K.G. voor groene erwten, door handelaren gedenatureerd en voldoende aan het standaardmonster van kwaliteitsklasse C, en f 1.25 per 100 K G. voor voedererwten, gedenatureerd door te lers, die deze zelf hebben geteeld. De steunvergoeding voor veldboonen van den oogst 1938, welke in genoemd tijdvak door telers of handelaren zijn gedenatu reerd en voldoen aan de kwaliteitseischen, zal 2.15 per 100 K.G. bedragen. 's-Gravenhage, 10 Februari 1939. 4720 TERAARDEBESTELLING SIR HENRI DETERDING. Gedachtenisrede van den heer J. B. Aug. Kessler. Het stoffelijk overschot van Sir Henri Deterding, oud-directeur-generaal van de Petroleum Mij., is, zooals gemeld, gisteren op het landgoed van den overledene te Dobbin in Mecklenburg ter aarde besteld. De heer J. B. A. Kessler, directeur van de Koninklijke, hield een rede namens di rectie en commissarissen van de Koninklij ke Nederlandsche maatschappij tot exploi tatie van petroleumbronnen in Neder- landsch-Indië en het employé-corps van de Koninklijke Shell groep. Wij staan hier aan de laatste rustplaats van een groot Nederlander, aldus spreker. Wel een ongewoon begrip is .rustplaats" voor een man als Deterding. Werk en in tense belangstelling waren waarop hy ge dijde. Voortbouwende op hechte, doch naar ons tegenwoordig begrip kleine fundaties, heeft hij gedurende drie dozijn jaren van de zaak, waarvan ry aan het hoofd gesteld werd, weten te maken een bedrijf gekend en geacht over de heele wereld en wat nog meer zegt, kerngezond in al zijn geledin gen. Sinds Awee jaren had dr. Deterding zich teruggetrokken uit de directie van de Ko ninklijke Shell-groep en deze overgedra gen aan jongere handen Zijn heengaan zal door ons allen, commissarissen en directie, als een onherstelbare leemte worden ge voeld. Doch 't richtsnoer, door hem aan ons nagelaten, n.l. de creeërende kracht van internationalen goodwill en loyale samen werking in het belanj van allen, zal nooit ter zijde gesteld wo-den. Integendeel, de verantwoordelijkheid voor den verderen groei en bloei van üeterding's zaak kan slechts met blijkend succes vervuld wor den, wanneer die internationale coöpera tie ons richtsnoer blijft. Spr. herinnert aan het Bijbelwoord: De dooden rusten van hun arbeid, maar hun werken volgen nen. Hoezeer slaan deze mooie woorden ,ov den vriend, dien wij nu de laatste eer bewijzen. Zyn drijfkracht en zijn toewijding aan het groote werk, dat hij tot het zyne gekozen had, waren een voortdurende en nimmer verflauwende aansporing voor uns, jongeren. Van hem straalde een charme uit, die niemand kan vergeten, die haar ooit ondervonden heeft. Deze groote eigenschappen heeft hij tot het laatst behouden. Er was geen lauwheid in Deterding, slechts overtuiging en onbegrensde toewij ding in wat hij zich ten doel had gesteld. Zijn leven was plicht en zijn gaven stel den hem in staat taken te vervullen, die vuor de meesten te twaar zouden zijn ge weest. De invloed, di n hy gedurende zijn lang actief leven op ns allen heeft gehad, zal nimmer verdwijnen. Inderdaad zijn werken volgen hem. Voor zijn nagelatenen moge dit een troost zijn in hun onherstelbaar verlies. Sir Henry sterding is gedurende den tijd, dat hij de opperste leiding van de Ko ninklijke Shell-groep in handen had, met een zeer groot gedeelte van het employé corps van die zaak in geregelde aanraking geweest. Zijn invloed op hen was als die op zijn jongere collega's. Zijn belangstel ling in de velen, die aan hem hun werk en welvaart te danken hebben, uitte zich op talrijke milde wijzen. Spreker was verzocht, in naam van de employé's blijvende dankbaarheid uit te spieken voor de belangstelling, voor de warme toewijding, voor den steun van hun onvergetelijken chef en vriend. Ik vind het moeilijk passende woorden te vinden voor de gevoelens van diep leed, dat de vier oudere commissarissen van de Koninklijke heeft getroffen. Zij hebben ge durende zoo vele jaren van voorspoed en van tegenspoed hun vriend mogen steunen in zijn levenswerk. Zij waren tezamen op gegroeid. Een hechte vriendschap was daaruit voortgekomen en nu is hij heenge gaan. Tot de kinderen van de overledene zei spreker: lk herinner mij niet den tijd, dat ik uw v-'ider niet gekend heb. Nadat hij zijn woon plaats naar Engeland verlegd had, zijn er tien jaren geweest, dat ik hem weinig ont moette, doch daarna is mij het voorrecht besc.ioren geweest, gedurende vele jaren onder zijn leiding zeer nauw met hem sa men te mogen werken. Het contact, dat ik met uw vader had, was geenszins altijd slechts zakelijk. Ik herinner mij vele intie me gesprekken met hem, waarin zijn lief de vooi zijn kinderen naar voren kwam. Zijn kinderen zijn ^or hem gedurende zijn heele leven de groote bron van warm te geweest, waaraan zijn ziel zoo'n behoef te had. Naar mevrouw Deterding, die na de zon nige jaren met haar man beleefd, nu zijn steun en liefde zal moeten missen, doch voor wie de verheven taak is weggelegd zyn jeugd:ge kinderen voor het leven voor te bereiden, gaan onze gedachte uit, vol van medegevoel. Uw echtgenoot en vader is thans van hier weggeroepen naar het hiernamaals, het eeuwige leven. Hij ruste in vrede. Landgoed van Deterding aan Duitsche stichting vermaakt. Dr. Henri Deterding heeft in zyn testa ment zyn landgoed Dobbin, met uitzonde ring van het woonhuis en het park, ver maakt aan de „Friedrich Heinrich-stich- ting", die zich vooral de opleiding van jon ge landbouwers ten doel stelt. VADERLANDSLIEVENDE VRAGEN? Het eerste Kamerlid de heer Van Ves- sem, heeft aan den Minister van Alge meene Zaken, en aan de ministers van Bui- tenlandsche Zaken en van Defensie de vol gende vragen gesteld: 1. Hebben de Ministers kennis geno men van het bericht volgens hetwelk de Britsche onderstaatssecretaris van buiten- landsche zaken in het Britsche Lagerhuis op 9 Februari j.l. op een vraag betreffen de samenwerking tusschen de Nederland sche en de Britsche regeeringen op het stuk van defensie-aangelegenheden in het Verre Oosten heeft verklaard, dat in zoo verre besprekingen hebben plaats gevon den als betreffende „de normale uitwis seling van inlichtingen omtrent technische punten verband houdende met defensie aangelegenheden"? 2. Zijn de Ministers bereid mede te dee len, of zy het houden van zoodanige be sprekingen in ovreeenstemming achten met de verklaring, door den minister van Defensie bij de behandeling der vorige be grooting van Defensie in de Tweede Kamer afgelegd: „Coaliseeren doen wij niet en evenmin hebben er besprekingen plaats gehad tus schen de generale staven" en met de ver klaring op een vraag van den ondergetee- kende door den minister in de Eerste Ka mer afgelegd: „Er bestaat schijn noch scha duw van eenig militair verbond, in welken vorm ook"? 3. Zijn de Ministers bereid mede te deelen, sinds wanneer besprekingen als door den Britschen onderstaatssecretaris van buitenlandsche zaken aangeduid tus schen de Nederlandsche en de Britsche re geeringen plaats vinden en sinds wanneer zoodanige „uitwisseling van inlichtingen" omtrent de defensie-aangelegenheden met een buitenlandsche mogendheid als nor maal worden beschouwd? 4. Vinden zoodanige besprekingen ook plaats met andere buitenlandsche regee ringen als de Britsche, en zoo ja, welke? 5. Hebben de ministers zich er van over tuigd, en zoo ja, op welke wijze, dat ande re regeeringen en zoo ja, welke, zoodanige besprekingen van de Nederlandsche re- geering met een of meer buitenlandsche re geeringen niet beschouwd als in strijd met een Nederlandsche politiek van zelfstan dige neutraliteit en als een aanwijzing, dat de Nederlandsche regeering het voornemen zou hebben aan een eventueel toekomstig gewapend conflict deel te nemen aan de zijde der mogendheid, waarmede zij ge woon in inlichtingen omtrent defensie-aan gelegenheden uit te wisselen? 6. Indien het antwoord op de vorige vraag ontkennend luidt, zijn de ministers dan niet van meening, dat zoodanige be sprekingen Nederland ernstig in gevaar brengen om in een eventueel toekomstig gewapend conflict tusschen andere mogend heden betrokken te worden? Wij willen hier een paar andere vra gen bijvoegen: 1. Is de heer van Vessem niet van meening, dat een dergelijke verdacht making van Nederland's neutraliteit, als in de gestelde vragen, Nederland in ge vaar kan brengen (als 't „ernstig" wordt opgenomen) om in een eventueel gewa pend conflict tusschen andere mogendhe den te worden betrokken? 2. Acht de heer van Vessem een der gelijk verdachtmakend optreden dan niet in strijd met de plichten van een goed Ne derlander en een betrouwbaar vaderlan der? DE VLEESCHCONSERVEN- INDUSTRIE. Naar het „Vad." verneemt, heeft een belangrijke groep fabrikanten in de vleeschconservenindustrie besloten de Regeering te verzoeken een algemeen verbindende vleeschconservenconventie met een quoten-regeling in het leven te roepen. Het desbetreffende verzoek is be reids bij den minister van Economische Zaken ingediend. De normale beleefdheid; Geldl zeker ook voor het

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 6