Na den dood
van den Paus
VRLTO&G 10 FERRIJARI 1939
DE LEICSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
Als een voornaam werk van Leeken-
apostolaat beschouwde Z. H. de Katholieke
Pers. De grandiose Wereld-perstentoon
stelling, waarvoor de Paus zooveel be
langstelling toonde en welke in Zyn eigen
paleis wordt gehouden, is daarvan een
treffend getuigenis.
Groot was 's Pausen interesse ook voor
de ontwikkeling der wetenschap. Het Vati-
caan kreeg een nieuwe, uiterst-modern in
gerichte sterrewacht een eigen, voortref
felijk radiostation. Een academie werj ge
sticht voor vooraanstaande geleerden, over
de geheele wereld verspreid.
De laatste dagen -an Zijn Pausschap
werden verdonkerd door de kerkvervolging
in Spanje en door de verdrukking van
Duitschlands Katholieken.
De Encyclieken
van Paus Pius XI
Tenslotte geven wij hier de volledige
lijst van de encyclieken, door den H. Va
der Pius XI in de ruim zestien jaren van
zijn vruchtbaar pontificaat uitgevaardigd:
In het eerste jaar van Zijn Pontificaat,
den 23sten December 1922, publiceerde Z.
H. Paus Pius XI de Encycliek „U b i a r-
cano" over den Vrede van Christus in
het Rijk van Christus, waarin een uiteen
zetting werd gegeven van de kwalen der
moderne samenleving en van het eenige
middel, dat afdoende redding kan bren
gen: den terugkeer naar Christusi den
Vredevorst.
Den 26sten Januari 1923 verscheen bij
gelegenheid van het derde eeuwfeest van
den H. Franciscus van Sales de Encycliek
„Rerum o m n i u m", waarin de deugden
van dezen heilige, bijzonder zijn zacht
moedigheid, zijn nederigheid en zijn zie
lenijver ter navolging werden voorgehou
den. Bij dezelfde gelegenheid werd de H.
Kerkleeraar Franciscus van Sales aan de
journalisten tot patroon gegeven.
Den 29sten Juni van hetzelfde jaar bood
het zesde eeuwfeest van den H. Thomas
van Aquino aanleiding tot een nieuwen
wereldbrief „Studiorum Duce m",
waarin de bestudeering van diens godge
leerde en wijsgeerige werken dringend
werd aanbevolen.
Den 12den November behandelde de
Encycliek „Ecclesiam Dei" bij het
eeuwfeest van den H. Martelaar Josaphat
de hereeniging met de Slavische kerken.
Van den 18den Januari 1924 dateert de
Encycliek „M aximam gravissimam-
q u e" over de statuten der diocesane as
sociaties in Frankrijk. Deze brief was bij
zonder tot het Fransche episcopaat en volk
gericht.
Den llden December 1925 werd door
de Encycliek „Quas Primas" het feest
van Christus' Koningschap ingesteld.
Kort daarop, den 28sten Februari 1926,
wendde de H. Vader in de Encycliek „Re-
rum Ecclesiae" Zijn blik naar de
missielanden en spoorde Hij alle geloovi-
gen aan de Missies door gebed en offers
te steunen. In „Rite e x p i a t i s" van 30
April herdacht de H. Vader het zevende
eeuwfeest van den H. Franciscus van As-
sisië, terwijl Hij den 18den November in
„I n i q u i s a f f 1 i c t i s q u e" over de
kerkvervolging in Mexico handelde.
Het jaar 1927 ging zonder Encycliek
voorbij: daarentegen bracht 1928 drie
Pauselijke wereldbrieven: „Mortal ium
animos" van 6 Januari over de eenheid
der Katholieke Kerk; „M is e r e n t i ss i-
mus Redemptor" van 8 Mei over het
gemeenschappelijk eerherstel aan Jesus'
Goddelijk Hart; en „Rerum o ri en ta
li u m" van 8 September over het bevor
deren van de studie der Oostersche Kerk.
Ook in 1929 verschenen drie Encyclie
ken in de laatste helft van December. Op
20 December „Mens nostra" over de
geestelijke oefeningen en retraites; op 23
December „Quinquagesimo ante",
een lof- en dankgebed des Pausen bij Zijn
gouden priesterfeest; op 31 December
„Divini ill ius Magistri" over de
Christelijke opvoeding der jeugd.
„Ad salute m" verscheen den 20sten
April 1930 bij gelegenheid van het vijf
tiende eeuwfeest van den H. Augustinus;
de 31ste December bracht de Encycliek
„C ast i connubii" over het Christelijk
huwelijk.
De veertigste verjaardag van Rerum
Novarum schpnk op 15 Mei 1931 de wereld
de Encycliek „Quadragesimo Ann o",
waarin de Katholieke maatschappijleer
opnieuw aan de menschheid werd voor
gehouden; terwijl den 29sten Juni de En
cycliek „N on abbiamo" opkwam voor
de Katholieke Actie in Italië, welke door
het fascisme bedreigd werd.
Een zeer bijzondere Encycliek „Nova
impendet" schonk ons de H. Vader den
2den October, een opwekking tot den
kruistocht van naastenliefde met het oog
op den nood der tijden.
„Lux veritatis" van 25 December
1931 was aan het tienjarig eeuwfeest van
het oecumenisch concilie van Ephese ge
wijd en behandelde met de Godheid en
menschheid van Chi'istus het Goddelijk
moederschap van Maria.
In het jaar 1932 verschenen twee En
cyclieken; den 3d en Mei het door zoo'n
ontroerende Vaderliefde gedragen rond
schrijven „Caritate Christi com-
p u 1 s i", over smeekbeden en eerherstel
aan Jesus' Goddelijk Hart in deze tijden
van zwaren nood voor het menschelijk
geslacht; den 29sten September de wereld-
brief „Acerba anim i", wederom over
de Kerkvervolging in Mexico.
Nadat dan den 6den Januari 1933 het
schrijven verschenen was, waarbij een
buitengewoon H. Jaar werd afgekondigd,
volgde den 3den Juni van datzelfde jaar
de Encycliek „Dilectissima Nobis",
over de onrechtvaardige behandeling der
Katholieken in Spanje.
Tegen het einde van 1935, den 20sten
December, verscheen het magistrale docu
ment „Ad -catholici sacerdotii",
dat als een hoogste samenvatting van
's Pausen innerlijkste gedachten kan be
schouwd worden.
Op den 2den Juli 1936 kwam uit de En-
IN DE ST. PIE TER.
Den tweeden dag na den dood van den
Paus wordt het stoffelijk overschot naar
den St. Pieter overgebracht, waar het voor
het volk tentoongesteld wordt. Op den
avond van den derden dag, dat het lichaam
van den H. Vader n den St. Pieter ten
toon gesteld is, wordt het, in tegenwoor
digheid der kardinalen, naar de koorkapel
van den St. Pieter overgedragen. Nadat et
nogmaals met uet gewijde water gezegend
is, wordt het in vol Pauselijk ornaat in een
lijkkist van cy pressen-hout gelegd.
De major-domus treedt dan nader en
legt 3 zakjes, met evenveel gouden, zil
veren en koperen munten in eik als le
overledene jaren geregeerd heeft, in de
kist, terwijl de eerste der door wijlen Zijne
Heiligheid benoemde kardinalen een me
talen bus draagt, waarin zich het perka
ment bevindt, dat de beroemde data uit
's Pausen leven en zijn regeeringsjaren ver
meldt. Deze bus wordt door genoemden kar
dinaal in de lijkkist nedergelegd, en daar
op volgt de omhulling met een doek van
de handen en van het aangezicht des doo-
den, terwijl het gansche lichaam met een
rooden sluier wordt gedekt, en daarover
het kleed heengeslagen, dat op het bed
uitgespreid lag.
Nadat vervolgens de gebeden verricht
zijn, wordt de kist gesloten en met de ze
gels van den camerlengo, den major-domus
(ieder twee), van den aarts-priester en van
het kapittel van St. Pieter, gezegend. Deze
eerste kist wordt in een tweede van lood
gezet, en deze met dezelfde zegels ver
zegeld, terwijl een inscriptie op de looden
kist de namen, den leeftijd en de regee
ringsjaren benevens den sterfdag des over
ledene vermeldt. Nu wordt het geheel in
een eikenhouten kist geplaatst, en van een
en ander door den kanselier van het ka
pittel van St. Pieter een protocol opge
maakt.
DE PLECHTIGE LIJKDIENSTEN.
Plechtige lijkdiensten voor de zielerust
van Z. H. den Paus worden gedurende de.
negen dagen opgedragen: de eerste den
derden dag na zijn overlijden.
Elke kardinaal doet op zijn beurt 's mor
gens den plechtigen lijkdienst in de koor
kapel van de St. Pieter.
In het midden der kapel is dan een tijde
lijke graftroon opgericht omgeven door
twintig brandende waskaarsen.
Deze lijktroon of praalbaar blijft staan
tot den zevenden dag, dan is de groote en
prachtige troon in het midden der kerk vol
tooid.
Op het einde van eiken dienst zingt men
het „Libera" en de dienstdoende kardinaal
geeft de absolutie.
Op den eersten dag der lijkdiensten wor
den er in de St. Pieter alleen tweehonderd
en op de andere dagen telkens honderd
lijkdiensten gelezen, waaronder de H. Mis
sen niet gerekend zijn, die in de andere
kerken en kloosters gecelebreerd worden.
Den negenden en laatsten dag spreekt
een daarvoor aangewezen prelaat een lijk
rede uit, tot gedachtenis van he overieuen
opperhoofd der Kerk. Deze lijkrede wordt
gehouden in de eerste algemeene verga
dering der kardinalen.
Daarna gaan al de kardinalen rond den
grooten lijktroon (castrum doloris), waar
op inmiddels net stoffelijk overschot ge
plaatst is. Vijf van de kardinalen die de
lijkdiensten gedaan hebben besproeien de
rouwbaar met wijwater en wijden die nog
eens met wierook en gebeden in.
Wanneer het „Requiescat in pace" gezon
gen is, en zij dit allen met „Amen" beant
woord hebben, verwijderen zij zich en de
plechtigheden zijn geëindigd.
DE VOORLOOPIGE BEGRAAFPLAATS.
De voorloopige rustplaats des Pausen is
in de St. Pieter. Tegenover de deur die
naar de tribune der zangers rechts van de
koorkapel leidt, bevindt zich de zooge
naamde „Foculus", een soort van sarcofaag,
waarin de lijkkist wordt geplaatst. De voor
zijde wordt met een marmeren plaat, die
den naam der overledene draagt, afgeslo
ten. Dit graf is slechts de voorloopige rust
plaats des Pausen, tot na tijd en wijle alles
gereed is voor ue bijzetting in de kerk, die
de doode zich bij zijn leven tot grafplaats
verkoren heeft en de omstandigheden de
overbrenging veroorloven.
HET BESTUUR DER KERK.
Gelijk reeds gemeld, is kardinaal Pacelli,
de staatssecretari: van den Paus, de Kar
dinaal camerlengo van de Heilige Room-
sche kerk. Het is een zeer hooge waardig
heid, die na den dood van den Paus, groote
verplichtingen mede brengt.
Met het sterven van een Paus staat feite-
telijk het geheele raderwerk van de Kerk
stil en houden alle ambten, behalve dat van
groot-pententiarius en camerlengo op.
Alle kardinalen zyn van dat oogenblik
souverein en in rechten gelijk.
Voor den dageli.ikschen gang van zaken
cycliek „Vigilante eura" over de ge
varen en de voordeelen van de film.
In 1937 richtte de Paus zich tot de we
reld in twee groote encyclieken: „Divini
Redemptoris", tegen het goddelooze
communisme, en „Mit brennender
So r g e", tegen de verdrukking van de
Duitsche Katholieken.
In het laatste jaar van zijn pausschap,
dat verduisterd werd door groote zorgen,
heeft de Paus in verscheidene redevoerin
gen zijn verontwaardiging uitgeproken
over de bestrijding van het Katholicisme m
Duitschland en herhaalde malen de „ras
senleer" veroordeeld.
kunnen de kardinalen een commissie vor
men, die den eersten dag gewoonlijk is sa
mengesteld uit de drie dekens van de drie
gepurperde orden. Na drie dagen maken
deze plaats voor hun opvolgers in ouder
dom en zoo gaat de verwisseling door tot
het conclaaf begonnen is.
De camerlengo zit de commissie echter
altijd voor, is daardoor beter dan één van
zijn hooge collega's van alles op de hoogte
en heeft dus gedurende het „Interregnum"
vrijwel het geheele beheer der Kerk in han
den.
DE PAUSKEUZE.
Na verloop van de negen dagen, waarop
de lijkplechtigheden voor den overleden
Voortgezet wordt de behang: ling van
het wetsontwerp tot wijziging der wet be
treffende het recht van vereeniging en ver
gadering.
De heer TRUI JEN (R.K.) wijst op den
zin voor vrijheid van ons volk.
Spr. heeft eerbied voor elke overtui
ging. Maar met alle wettelijke middelen
moet het verderfelijke Nieuw-Malthusia-
nisme bestreden worden. Spr. hoopt dat
deze wet, die propaganda sterker zal tegen
gaan.
De heer DE GEER (Chr.-Hist.) zegt, dat
de minister door een te ruime formulee
ring hier en daar zijn doel is voorbijge
streefd. Overigens vreest spr. niet zulke
groote bezwaren van de toepassing der
wet.
De MINISTER VAN JUSTITIE, de heer
GOSELING, constateert dat de Kamer met
de regeering niet wenscht een preventief
stelsel t.a.v. het vereenigingsrecht. Ons
volk hecht aan zijn vrijheid en bezinne
zich in het gebruik van die vrijheid.
Ons Nederlandsche staatkundig le
ven moet vrij blijven van vreemde
smetten. Dit is een der hoofdpunten
van het wetsontwerp. En daarover is
men het vrij algemeen eens. Daarom
ook moet deze wet geen tijdelijk ka
rakter hebben.
Spr. geeft een korté schets van haar in
houd.
Ook vakvereenigingen vallen onder de
staatkundige vereenigingen. Ze gijn eigen
lijk semi-staatkundige vereenigingen,
waarvoor geen uitzondering bestaat.
Er is afkeer tegen de actie van de nieuw
malthusiaansche vereeniging. Goede zeden
moeten afgemeten worden naar christe
lijke zeden.
Men moet het wetsontwerp zien in het
teeken ook van geestelijke en moreele her
bewapening.
Er zijn groepen die hun werkzaamheid
tot in het buitenland uitstrekken. De
N.S.B. werkt met een blaadje onder de
Nederlanders in het buitenland. Dat moet
niet kunnen gebeuren en dat geldt even
zeer voor andere partijen.
Het bezwaar tegen het betreden van
niet-openbare vergaderingen, waar vreem
delingen zijn, door politie moet niet over
dreven worden. Weigert men den toegang,
dan moet een kantonrechter, politie-com-
mjssaris of burgemeester tr by komen.
Overigens heeft spr. alsnog een wijzi
ging aangebracht, volgens welke het be
lang der openbareorde het betreden der
niet-openbare vergadering door de politie
vorderen moet.
De heer ALBARDA (S.D.) repliceert.
Spr. vreest dat de toelichting van den mi
nister voor de rechterlijke macht aanlei-
wijze, welke noodlottig is voor ons staat-
ding zal worden om op te treden op een
kundig leven.
De heer WENDELAAR (Lib.) gelooft,
dat de heer Albarda het er wel wat dik
heeft opgelegd. Spr. acht de verklaring
van den minister nog al geruststellend.
De heer DE VISSER (Comm.) herhaalt,
dat het wetsontwerp den weg opent tot
alle mogelijke willekeur.
De heer DE GEER (Chr.-Hist.), repli-
ceerend, bestrijdt den heer Albarda.
De heer ROST VAN TONNiNGEN
(N.S.B.) constateert dat uit alles blijkt,
dat dit ontwerp gericht is tegen de N.S.B.
Het gaat hier precies zoo als in Oosten
rijk.
Spr. heeft geen bezwaar tegen het ver
bod van financieelen steun aan staatkun
dige partijen door buitenlanders.
De andere rechtsche partijen zijn de die
naren geworden van de R.K. Staatspartij.
De heer JOEKES (V.D.- repliceert en
komt op tegen de woorden van den heer
Rost van Tonningen.
De mondelinge toelichting van den mi
nister over het wetsontwerp is inmiddels
voor spr. veel aannemelijker dan die in
de stukken.
De heer VAN MAAR SE VEEN (R.K.)
zegt, dat de heer Rost van Tonningen een
der weinigen is, die spr. en zijn geestver
wanten niet kunnen beleedigen.
Minister GOSELING geeft nog eens een
nadere toelichting* van enkele onderdeelen
van het ontwerp.
Een Nederlander in het buitenland, die
aan een Nederlandsche staatkundige ver
eeniging een gift geeft, valt niet onder
deze wet.
Bij art. III verdedigt de heer DONKER
(S.D.) eenige amendementen, gericht op
een verruiming der verbodsbepalingen.
Minister GOSELING kan het eerste
amendement om de woorden „of welker
feitelijke werkzaamheid teweegbrengt" te
veranderen in: „of welker werkzaamheid
is gericht op" overnemen. Wat een der an-
Paus plaats hebben, vereenigen zich de kar
dinalen den tienden dag in de St. Pieters
kerk, waar de kardinaaldeken de H. Mis
zingt voor de keus van een nieuw opper
hoofd.
Daarna houdt een der kardinalen eene
Latijnsche redevoering, waarin hij het Hei
lig College van kardinalen vermaant een
waardige man te kiezen.
Vervolgens gaan de Kardinalen in con
claaf. Onder deze benamenig verstaat men
niet alleen de verzameling der kardinalen
die zich tot de keus van een nieuwe Paus
vereenigen, maar ook de plaats zelf, waar
deze keuze gedaan wordt, n.l. het Vati-
caan.
Tweede Kamer
dere amendementen, het tweede, betreft,
vergete men niet dat immaterieele steun
nog ongewenschter kan zijn dan alleen
financieele steun. Spr. geeft aan de oor
spronkelijke redactie de voorkeur. Het
derde amendement (om te laten vervallen
de woorden „of welke hare werkzaamheid
uitstrekt tot het buitenland", aanvaarde de
Kamer niet. Het vierde, een redactie
wijziging, kan spr. overnemen.
Het tweede amendement-Donker wordt
verworpen met 47 tegen 36 stemmen (voor
de S.D., Com., N.S.B., V.D., Lib. behalve de
heer Wendelaar, Chr. Dem. en de heer
Roosjen, A.R.).
Het derde amendement wordt verworpen
met 42 tegen 41 stemmen (dezelfde stem-
men-verhouding, behoudens dat de heer
Na de pauze is het woord aan den
MINISTER VAN FINANCIëN, mr. DE
WILDE, die zijn beantwoordingsrede aan
vangt met de mededeelingi dat interdepar
tementaal overleg nog gaande is over be
lastingherziening.
Ten aanzien van het financieel beleid
verzekert spr. dat het Kabinet unanieme
besluiten heeft genomen.
De vergelijking met bijna alle andere
landen kunnen wij gerust doorstaan.
Wij leven zoo zeggen buitenlanders,
die ons land bezoeken als het ware in
een paradijs. Spreker geeft toe, dat hierbij
hoffelijkheidsoverwegingen in aanmerking
dienen te worden genomen.
De levensduur is hier te lande hooger
dan in verreweg de meeste andere landen.
De begrootingstekorten moeten worden
opgeheven, doch het ideaal van een slui
tend budget is nog allerminst bereikt.
De defensie zal in 1940 acht millioen
meer vorderen dan in 1939 en in 1941 vijf
millioen meer dan m 1938.
De beoogde loonbelasting wordt op 90
millioen geraamd. Zij zou 1.16 opbrengen,
indien geen rekening werd gehouden met
kinderaftrek (hiervoor moet tien millioen
worden gerekend) en met eenige andere
bijkomende zaken. Tegemoetkoming zal
worden gegeven aan gezinnen met meer
dan drie kinderen, hetgeen ten aanzien van
700.000 gezinnen het geval is.
De belastingplannen moeten, gelijk
spreker in de Tweede Kamer reeds heeft
gezegd, worden bezien als een geheel.
Men kan de lasten van de hoogere in
komens niet ongestraft verhoogen. Reeds
nu zijn er onder hen, die 75 pet. van hun
inkomen aan den fiscus moeten offeren en
die te kennen hebben gegeven, dat zij* te
Belgisch Capelle dan wel Antwerpen of
Brussel wilden gaan wonen, waar zij 15
pet. belasting zouden hebben te betalen.
Het kan echter niet de taak van de over
heid zijn gelden over te hevelen van de
eene categorie op de andere.
Voor zich zelfs sprekend heeft prof. Van
Embden gezegd, dat er best acht of tien
millioen van defensie af kan voor de ver
laging van de leerlingenschaal. Spreker
zou wenschen, dat men zijn ambtgenoot
van Defensie kon bewijzen, dat er wel tien
millioen van de defensie-begrooting af kon.
Indien dat zoo ware dan zou spreker ze
evenwel nog niet willen bestemmen voor
verlaging van de leeringenschaal, doch zou
hij tien millioen minder van de belasting
betalers behoeven te vragen.
De heer VAN VESSEM (N.S.B.) repli
ceert. Men moet de N.S.B. niet verwarren
met de zich nationaal-socialistisch noemen
de partij van den heer Rappard.
Spreker schetst het karakter van den
nationalen jeugdstorm, die gelijk in drie
instanties door den Hoogen Raad is uit
gemaakt geen politieke strijdorgani
satie is
De heer DE ZEEUW (S.D.) wijst in zijn
repliek op verschillen die er bestaan tus-
schen Katholieken en Anti-Revolution-
nairen.
De heer DIEPENHORST (A.R.) zou er
zich buitengewoon over verheugen indien
het beginsel van belasting naar draag
kracht ook tot uiting werd gebracht door
verlaging van op de groote gezinnen druk
kende accijnzen.
Minister COLIJN dupliceert. Spr. licht
nader toe, dat hij het een verdwazing acht
indien men uit ontevredenheid zijn toe
vlucht zoekt in de nationaal-socialistische
beweging of in de communistische partij.
Wat den N.J.S. betreft wijst spr. erop, dat
Roosjen en dr. Vos tegen en de heer Wen
delaar voor stemden, doch de Chr.-Hist.
vóór).
De heer DONKER (S.D. verdedigt ver
volgens een amendement op art. IV, de
procedure betreffende, o.m. de mogelijk
heid van bijstand door een advocaat en be
handeling in het openbaar.
De heer WENDELAAR (Lib.) verdedigt
eveneens een amendement, op art. 4, de
procedure rakende ,en wel om te voor
komen dat van een geval kennis wordt
genomen door een rechtbank in een streek,
waar men voor zekere actie bepaalde sym
pathie of antipathie heeft.
De heer VAN MAARSEVEEN (R.K.)
acht de vrees van den heer Wendelaar
overdreven. De Hooge Raad is er ook nog.
De heer ROST VAN TONNINGEN
(N.S.B.) wijst op de houding van den pro
cureur-generaal Speyart van Woerden om
te betoogen, welke mogelijkheden er hier
voor den minister zijn. (De voorzitter ha
mert). We naderen hier inquisitoriale me
thoden. Spr. wijst op de rechtsverkrach
ting door 's ministers leermeesters in Oos
tenrijk. (De voorzitter hamert weer). Bij
elk fatsoenlijk mensch(De voorzitter
ontneemt spr. het woord.).
Minister GOSELING geeft een redactie
verbetering van het amendement-Donker
in overweging. Alsdan neemt spr. dit over.
Den heer Wendelaar wijst spr. op de be
staande cassatie-mogelijkheid. In Neder
land is het Openbaar Ministerie niet te
gebruiken voor partij-doeleinden. (De heer
Rost van Tonningen interrumpeert, de
voorzitter hamert).
De heer DONKER brengt de bedoelde
verbetering aan.
Het amendement van den heer Wende
laar wordt verworpen met 47 tegen 36
stemmen (vóór de S.D.A.P., Lib., V.D.,
Chr. dem,. Comm., N.S.B.).
De vergadering wordt verdaagd tot
Dinsdag één uur.
Eerste Kamer
de leiders dezelfde zijn als die van de
N.S.B.
Minister DE WILDE antwoordt den heer
Diepenhorst, dat gemiddeld f 12.per
hoofd en per jaar aan accijnzen wordt be
taald. Wil men nu aan de groote gezinnen
tegemoetkoming verleenen, dan moet er
rekening mee worden gehouden, dat er vele
gezinnen zijn, die in het geheel geen directe
belasting betalen. Men zou dan via de
accijnzen aan zulke gezinnen uitkeeringen
doen in plaats van tegemoetkoming in hun
belasting te verkenen. Met deze moeilijk
heden moet worden rekening gehouden.
De algemeene beschouwingen worden
gesloten.
Tegen 4 uur wordt de vergadering ver
daagd tot Vrijdagmorgen elf uur.
Vergadering- van heden.
HET NOODWETJE INZAKE DE
CONCESSIELOOZE AUTOBUSSEN.
Het noodwetje betreffende de ongecon-
cessioneerde autobusdiensten is na dis
cussie aangenomen met 19 tegen 14 stem
men.
Tegen stemden de heeren de Zwaan, Ter
Haar, Pollema en de vorzitter (allen C.H.)
Reinalda, Wiardi Beckmann, Vorrink en
van de Bilt (allen S.D.) de N.S.B. en de
beide V.D.
Hierna wordt pauze gehouden.
FAILLISSEMENTEN
Uitgesproken:
W. J. Brugman Jr., koopman, Amster
dam, Elisatbh Wolffstr. 57. Cur.: mr. F. J.
Strater, Amsterdam, Damrak 44.
Willem Eduard Drucker, zonder beroep,
Amsterdam, Grevelingenstr. 20(1). Cur.:
mr. H. Boasson, Amsterdam, Paliesstraat 14
Adolf Philip Helmer, fabrikant van lif-
tene, handelende onder den naam Machi
nefabriek Diemen, Diemen, Muiderstraat-
weg 52. Cur.: mr. F. Simonstein, Amsterdam
Beethovenstraat 107 (III).
LÉ|
Bi
uHii
Het recht van vereeniging en
vergadering
De beschouwingen over de Rijks-
begrooting.
i Linkerbocht
afsnijden
NOOIT I Een bochi
naar links moet u
ruim nemen, een
bocht naar rechts
echter iuist kort!