Van Schaapherder Fabrieksdirecteur CORRESPONDENTIE Voor vandag wil ik alleen een paar brie ven beantwoorden en dan plaats ruimen voor den brief van Anny van Diest. Zoo'n brief geef ik als voorbeeld voor de vele nichtjesi die me aanhoudend schrijven „aan brieven schrijven heb ik 't land en ik ben zoo uitgepraat!" Het ware beter te zeggen: „ik ben zoo uitgeschreven, want ik vermoed, dat allen die zoo schrijven, haar mondje best kunnen roeren als ze onder d'r kornuiten zijn, zou het niet Jansje, Dientje, Fientje en Sisca of hoe je anders heeten zult? Zou het niet? Schrijf zooals Anny hieronder; zooals Cor verle- dent zooals zoovele Nichtjes, die er den slag van beet hebben, schrijf zooals je spreekt en je schrijft goed. Onthoudt dus: leer schrijven als je het niet kunt en houdt vol zooals ik schrijf in het versje hieronder Oom W i m Vera, Den Haag. Wat vind ik dat aardig van je, dat je me zoo trouw op de hoogte houdt van al je betrekkingen, wederwaardigheden, avun- turen en wat dies meer zij. Jammer, dat ik jou niet mag tellen onder mijn geregelde medewerksters, zooals weleer in den Haag. Maar daarom apprecieer ik iedere brief van jou, dubbel. Ik geloog ook, dat je moest in die richting doorgaan. Journa- listieken arbeid tenslotte voor jou „het werk". Waar en hot? Dat is de quaestie! Op mij kun je steeds rekenen. Dag Vera! Groet moeder van me! Voor jou de hand en mijn dank voor dit allerhartelijkst schrijven. Lies de Heer, Den Haag. Onnoodig te zeggen, dat ik het fijn vond ook van jou weer eens wat te hooren. Zoo, zoo, ben jij van de M.U.L.O. af en nu up 't kantoor! Dus het volle leven ingetreden net als Verona! Ik wensch je in je be trekking het beste en ik hoop dat je de plaats gevonden hebt, waar je met je ta lenten kunt woekeren! Dag Lies. Groet moeder en zusje van me en wees bedankt voor je goede wenschen voor dit jaar. Daag! Rietje Kortmann, Alphen. Wel Riet, heb jij geprobeerd mee te doen aan afd. E. en voor die feestelijke ge legenheid een versje ingestuurd? Dat js braaf! Wil ik het eens laten hooren? Wel ja! Om jou plezier te doen, dan! Daar komt Rietje en zegt: MIJN EERSTE VERSJE door Rietje Kortmann Dit is 't eerste versje Van uw nichtje Riet En dat zal ik U zeggen: 't Is m'n laatste niet. Want ieder volgend keertje Doe ik vast weer mee Met 'n mooier versje! Bent u dan tevree*? Of ik dan tevreden zal zijn? Iemand, die zoo'n versje kan maken, zou ik niet graag bij den wedstrijd willen missen, laat staan bij de trouwe lezeresjes van ons we- kelijksch krantje. Ga zoo door Rietje en als je dit zelf gemaakt hebt, wensch ik me zelf geluk met zoo'n nichtje. Oom Wim En nu tot slot van deze correspondentie den brief van onze trouwe Anny. die ik hierbij dank zeg en met moeder en Cor de hand druk. Dag Anny! DE BRIEF VAN ANNY VAN DIEST Beste Oom Wim. Nee maar, is dat even wat? Daar staat me zoowaar boven aan, bij de toch al mooie prijzen, een fiets! Wie die wint, is toch werkelijk al een echte geluksvogel; en die is dan wel een felicitatie waard ook! De directie verwent ons, zou ik zoo zeg gen! En als dankt zou ik zoo zeggen, moe ten er maar zooveel mogelijk, liefst alle jeugdige kindercourantlezers- en lezeressen meedoen om hun werk of oplossingen in te zenden. Lieve hemel, ik wed dat er zoo'n berg inzendingen komen dat Oom Wim er niet tusschen uit te vinden is!!!! Moet ik dan medelijden met U hebben, wijl U zoo verbazend veel werk krijgt? Ik droomde vannacht van den wedstrijd en droomde van al die brieven, die binnenkwamen. Met groote tankwagens werden ze aange bracht! Er waren geen handen genoeg om al die pakken te verwerken! En steeds kwamen er karrevrachten bij! 't Werd een heele opstopping op de Papengranht; "t verkeer werd er door versperd! De ver keersagenten stonden met hun handen in 't haar; ze wisten er geen raad meer op! 't Werd een chaos van brieven op 't re dactie-bureau; zoo erg dat ze zelfs tegen de ruiten- aanvielen. Die ruilen konden 't niet bolwerken en met hevig geraas be zweek één der groote spiegelruiten! Ik werd met een schrik wakker en merkte, dat het hevig geraas veroorzaakt was door de wekker, die afgeloopen was Tableau Cor heeft zijn paperassen ook meege geven ter verzending en tevens is hierbij ook een inzending van de Homannetjes. Dat die kleinen er nog hulp bij krijgen is natuurlijk van zelfsprekend! Ze zijn ook nog zoo jong! Maar ze doen hun best en hun rapporten op school zien er steeds goed uit. Vooral onze Piet is een bolle boos! A.s. Dinsdag komt Z.H. Exc. de Bis schop het H. Vormsel toedienen aan de vormelingen. Wij allen repeteeren op school volop de gezangen, die dan in de kerk gezongen zullen worden. Neen, ik was bij de vorige gelegenheid al in aanmerking gekomen; maar de meeste van onze klas zijn nu bij de vormelingen. Om half vier zal Z.H. Exc. in de kerk arriveeren; 't zal wel weer een mooie plechtigheid zijn! We hebben vanmiddag een mooie wan deling gemaakt; 't was heerlijk weer; echt om nog eens van te genieten! Herfstkleu ren in het park zijn zoo n ooi! In den tuin is evenwel niet veel moois meer te zien; bloemen zijn er uit, die hebben hun best gedaan. En wat er nog was overgebleven is in de laatste weken verregend en ver waaid! Jammer; maar niets aan te doen! We zullen den tuin nog eens extra oprui men en een flinke wied-t hark- en spit- beurt geven en hopen op 't volgend voor jaar. Maar zoo gaat dat toch! Als in 't najaar de turn weer kaal wordt, wordt er daarvoor weer gezorgd dat in 't vroege voorjaar weer nieuwe Kleuren en geuren in den tuin komen! O zoo! Maar daar moe ten we eens een mooie middag met goed weer voor hebben; anders vind ik tuin werk niet prettig! Woensdag 's middags hebben we altijd club van ae kruiskinderen; 't is er altijd zoo gezellig! Nee, onze club is niet zoo groot meer als in het begin! Jammer; hoe meer zielen hoe meerWat zegt u, Oom? Hoe meer ruzie? Niks hoor, daar doen we niet aan! Lieve deugd, ik ga vlug mijn aardrijks kunde leeren; anders ken ik er morgen geen snars van en zit er weer strafwerk op. Ik kan nu juist niet zeggen, dat ik dat zoo dolletjes vind! Dat is te zeggen, die aardrijkskunde wel; maar dat strafwerk, dat is niet mijn prettigste vak! Ot ik kom er ook niet altijd vanaf! 't Valt niet altijd mee om mondje dicht te houden, zoo een paar uur achter elkaar; nou, dan weten we er -lies van, hé! Enfin, soit! Maar ik zeg „tot een volgende keer, Oom Wim!" Ik wensch u karrevrachten vol inzendingent maar niet zoo bar dat de rui ten er van breken! Dat zou een schade post beteekenen! En nu groet ik u heel hartelijk van Moes en mij, Uw nicht Anny van Diest Hallo! hallo! door Anton Roels. Hallo! Hier is de K. R. O.! Wij brengen, Dames, Heeren, Een bont programma, dat U vast Weer goed zal amuseeren! Als eersten treden voor U op Ja juistde Melodisten! Vanavond krijgt U nog iets toe: De zang van twee solisten! Dan komt Marinus van 't Wout! Die speelt een ouverture! Maar.zet Uw toestel niet te hard! Denkt ook eens aan uw buren! En aanstondsdan komt Paul de Waard, Een korte reportage; Hij overziet de heele Dam Vanaf de KRO-stellage! Hallo! Hier is de K R. O.! Wij waren blij te zórgen, Dat U zich hebt geamuseerd! En daarom weer: tot morgen! Niets nieuws onder de zon door Anton Roels. De menschen praten over 't weer, Maar zijn steeds ontevreden; Ze hebben het te warm gehad Of weer veel kou geleden. Je hoort niet vaak: „Mooi weer van daag!" Maar meestal: „Wat een zorgen Geeft ied'ren dag dat hondenweer! Wat brengt de dag va nmorgen?" Het is te somber of te nat. Te droog, te kil, te broeiend; En als je drukke zaken hebt, Dan werkt het weer vermoeiend. Maar ja, zoo is het steeds geweest, En zoo zal 't altijd blijven; Dus kon ik met een rustig hart „Niets nieuws" hierboven schrijven. U vraagt 1. Hoeveel katholieken zijn er in Ame rika? 2. Wanneer is de eerste krant gedrukt? 3. Wat is een aardwolf? 4. Hij maakt een blunder. Wat is dat? 5. Wie was John Buil? 6. Wat zijn braceletten? 7. U schrijft: Alkemade telt 6347 inwo ners. Is dat niet te veel voor dit dorp? VVif antwoorden 1. De Vereenigde Staten met Alaska en de Hawaï-eilanden hebben om en om de 21 millioen katholieken. 2. Dat is veel gevraagd. Het oudste dag blad van de wereld schijnt het licht te heb ben gezien in China, ten tijde van keizer Tsoen-Tsoeng, zoowat 2500 jaar geleden. Thans verschijnen er in China ongeveer 600 verschillende bladen, waaronder twee op 200.000 exemplaren per dag gerekend kunnen worden, aldus lees ik in: de Bode van de H. Familie in No. 2 van Jaargang no. 32... 3. Een roofdier behoorende tot de orde der Civetkatten; leeft in Zuid-Afrika, woont in holen en gelijkt veel op kleine hyena's. 4. Dat is een fout, een domme zet, een stommiteit. 5. Dat is de caricatuur voor Engeland. Bull is stier. 6. Dat is Fransch, beteekent armbanden; in fig. zin boeien. Als een gevangene de fcracheletten worden aangelegd, dan weet ie wel, dat de gevangenis voor hem open staat. 7. Niks te veel. Tot dit dorp behooren ook Oude Wetering, Nieuwe Wetering, Roelofarendsveen, Oud-Ade en de Kaag. Oom Wim. Houdt vol, gij allen, klein en groot, die mij lezen door Oom Wim. Houd vol, mijn kleine vriendje, Houd vol en wees niet bang .Voor alle moeilijkheden! Ga door en ga je gang! Houd vol en ga steeds door Bij rekenen vooral! Houd vol, tot d' uitkomst goed is; Hoe lang 't duren zal! Houd vol bij 't talen leeren Gesproken buiten 't land! Houd vol, al doende leert men, Je leert wel onderhand! Houd vol bij. 't memoreeren Van vakken, welke z' ook zijn! Houd vol, al doende leer men, Al ben je ook nog klein! Houd vol bij 't schaatsenrijden, Al val je op je. wang! Wie daar niet tegen kan, Blijft 'n kruk z'n leven lang. Houd vol ook bij d'n wedstrijd, Dien 'k jaariijks één keer geef. Dan komt Fortuna zeker", Zegt Antoon Roels, mijn Neef. Houd vol, mijn kleine vriendje, Als je groot bent, flink en sterk! Zoo zul je eenmaal worden, Een voorbeeld bij 't werk. Houd vol ook bij 't bidden, Voor wie je dierbaar zijn! Ons Lieve Heertje weet wel Iets goeds voor groot en klein. Sneeuwpret door Rie v. Buël. „Hoera! jongens, 't sneeuwt", juichte Ti neke, en vloog de kinderkamer in. „Is 't heusch waar?" vroeg Henk ongeloovig, en Gonny keek al even verbaasd. „Heusch waar", bevestigde Tineke, „ik heb 't ge zien, tc-en vader thuis kwam. Hij was hee- lemaal wit". Met z'n drieën dansten ze in 't rond; steeds maar juichend: ,,'t Sneeuwt, hoera! 't sneeuwi... Opeens ging de deur open en een vroo- lijke stem zei: „Zeg jongelui, maak niet zoo'n drukte" „Ja, maar vader", lachte Henk „we zijn ook zoo blij. Al een heele tijd hebben we er naar verlangd en „Nu de sneeuw er is, breken jullie zoowat 't huis af', onderbrak vader hem. „Maar ik begrijp 't best hoor", voegde hij er lachend aan toe. Maar komen jullie eten, of hebben jullie geen trek", plaagde hij. „Nou, en of", klonk 't dooreen, en ze duw den elkander weg, om toch maar 't eerst beneden te zijn. In de eetkamer ging Henk voor 't raam staan, ,,'t Sneeuwt nog steeds", juichte hij. Na 't eten vroeg Tiny aan moeder of ze nog even naar buiten mochten met de slee. ..Goed", vond moe- Wie zijn jarig? Van 10 tot en met 16 Februari. Op 10 Februari Adriaan Elderhorst, Kerkweg 79, Nootdorp. Tonny v. d. Ploeg, Vondel weg 5. Nellie van Graas, Leimuiden. Annie van Zijp, Wald. Pyrmontstr. 70. Joop Geene, Vondelweg 20. Maria Bakker, Zukoi. 420 B, R'Veen. Kees Vendrig, Groenoordstraat 27. Gerard v. d. Berk, Kastanjel. 8. Sassenheim Op 11 Februari Herman v. Kesteren, Kamerl. Onneslaan 6. Adri v. Zuylen, Otweg 17, Boskoop. Hans de Kruys, Lammeschansweg 47. Mientje Zonneveld, Hoogmade B 362. Siska Sessink, Langeraar. Bet je Ba velaar, Heerenstraat 47. Anna de Grijs, Bakkerkorfstraat 11. Marie Mooyman, Wilsveen 11, Leidschen- dam. Op 12 Februari Marietje Bel, Mgr. Broerenstr., Voorhout. Tonny Winkelmolen, Stad.laan 30. Nellie de Groen, Toussaintkade 13. Hans Hockx, Meerburgerstraat 11. Wim Dijkmans, Witte Rozenstraat 42a. Jeanne Uljéa, Heerenstraat 45. Toosje Brakel, Je Genestetstraat 75. Op 13 Februari Elly Antoni, Jan Lievenstraat 33. Jansje v. Smorenberg, Langeraar A 60. Dirk Bakker, Engelsehel. 15, Voorhout. Leo v. Tol, Buys Ballotstraat 77. Wim de Grijs, Bakkerkorfstraat 11. Margriet Noordman, Haagweg 59. Jan Over de Vest, Nooidb. E 167, Z'Woude. Op 14 Februari Wim Uitenhout, Kooipark 14. Wimpie v. Beek, Oude Duinw., Voorhout. Annie Borst, B 270, Hoogmade. Piet Kriek, de Laat de Kanterstraat 20. Gerarda Boexe, Langeraar. Adriana Spierenburg, Borneostraat 42a. Jansje Spierenburg, Os- enPaardenlaan 42. Adriana Ouwerkerk, Leliestraat 35. Corrie de Jong, W.Einde, Z.Woude. Cor Rozenstraten, Hoofdstraat 267. Lida Vink, v. Leeuwenstr. 2, Noordw.(B.). Op 15 februari Coba Blauwhof, Nieuwveen. Nanny Roozen, Sassenheim. Cor v. d Zalm, Zuidb. C 12 Z'Woude. Wimmy Hart wijk, Burgsteeg. Herman Post, St. Jorissteeg 21. Johanna Koot, Voorv 82c, Zoetermeer. Coba Hockx, Pr. Hendrikstraat 16. Rietje Ottenheim, Rijnsb.w. la. Voorhout. Bertje Rijsbergen, Rijn-en Schiekade 56. Op 16 Februari Thedora v. d. Werf, D 141, H'Woude. Ans Karreman, Tomatenstraat 10. Piet Heemskerk, Heerenw. 237, Lisse. Dora Kerkvliet, H'Woude, Rijnegomstr. Annie v. d. Ploeg, ^'Woude. Bernard de Vogel. H. Rijnd. 142a, H'Woude Gerard de Roo, Sc! ooistraat 6. Ik feliciteer de jarigen. Wie zijn of haar naam in deze lijst wil opgenomen zien. of bij iet verlaten der school van deze lijst wil afgevoerd worden, schrijve me minstens 14 dagen vóór den verjaardag. Zoo ook wie verandert van woonplaats, straat of huisnummer. Oom Wim. der, „maar niet met de slee, hoor. Dat kun nen jullie beter morgenochtend doen, en denk er aan, om half 8 thuis hoor!" Lachend en stoeiend ging het vroolijke troepje naar buiten, 't Sneeuwde nog steeds. Toen begon de pret. Ze gooiden elkaar met sneeuwballen, dat het een lust was om te zien. Toen Tineke even rustte, om haar schoenveter vast te maken, duw de Henk pardoes een sneeuwbal in haar hals. Oei! wat schrok ze! Wat was dat koud! Ze rilde ervan. Jammer, dat de tijd zoo hard ging. Het was half 8, voor ze 't wisten. Henk wilde nog wel een poosje blijven, maar toen hij zag, dat de meisjes naar binnen gingen, moest hij ook mee. Toen Henk den volgenden morgen wak ker werd, kleedde hij zich vlug aan en toog naar den zolder om de slede te ha len. Gonny bood haar springtouw aan, en toen was 't spel weldra in volle gang. Ze trokken de slede door de tuin, gingen in de nog versche sneeuw liggen om hun por tret te maken, en natuurlijk ontbrak een sneeuwballengevecht niet. Om half 9 riep moeder hen binnen. Ze moesten eerst eten, en droge kousen en schoenen aandoen. Omdat de Kerstvacantie nog niet ten einde was, konden ze naar hartelust spelen en stoeien in de sneeuw. Ze maakten een sneeuwman, die een oude, hooge hoed van vader op kreeg, en een wortel in zijn mond als pijp. Natuurlijk ontbrak de be zem niet en een paar steunkolen. Toen de school weer begon, viel ook de dooi in. Spoedig voor oogen was er van de sneeuw niet veel meer te bekennen, dan vuil en modder in de straten. Maar Gonny, Tineke en Henk herinnerden zich later nog dik wijls die heerMjkp fe*"""T-rpt. tot door Oom Wim. XLV. Nou maar, jarig feestvarken, ik vind het hier zoo gezellig dat ik zou willen voorstellen hier te blijven. Bij ons is la waai genoeg en hier is het altijd even stil. Een mensch moet afleiding hebben. Wat u, juffrouw Pietersen! En daarbij ik kon hier veel beter studeeren. De studie hangt hier in de lucht. Mij dunkt, hier leert men zon der te studeeren; zonder inspanning en dat was net iets voor mij. Wel, wel, juffertje, dat zou je tegen vallen, geloof dat maar! Ik wou zegt Jan, tot je eens één dag bij ons was; niet cp visite, zooals nu maar om te werken of te zien hoe er gewerkt wordt. Daar heb ben de jonge dames van veertien jaar, van oen tegenwoordigen tijd nog geen idéé van! Hoor me zoo'n ouwe zedepreker eens aan! En dat zegt een student, die achttien jaar is geworden en slechts vier jaartjes ouder is dan mijn persoontje, die straks ook op de M. U. L. O. schatten van ge leerdheid gaat verzamelen en in de hoo- gere welsprekendheid onze geleerde cijfer- professor de loef -zal afsteken. Hoe zegt uwe veertienjarige geleerde dochter dat, moedertje? Dat is wat je noemt, een antwoord van Dora! Precies moeder, veel gezegd in weinig woorden. Allen lachen nu met Dora mee en mees ter slaat haar met belangstelling gade en is op het punt haar zelfs een complimentje te maken, als aan de deur geklopt wordt en niemand minder dan een der leeraren binnentreedt, die Jan noodzakelijk spreken moet over een nieuw werk, dat hij van den uitgever brengen wil, maar eerst het oordeel van Jan wil hooren. Jan stond zelf perplex om het vertrou wen van dien leeraar in zijn leerling. Dat was iets, wat hij nooit had kunnen droo- men en hij beloofde dan ook met de hem eigen goedhartigheid en dienstvaardigheid het werk door te zien en naar waarheid zijn oordeel te geven.... voorzoover zijn mee- rmg van gewicht kon zijn en iets af kon deen aan de waarde van dit werk. Het was een bewijs, dat Jan gezien was bij zijn medestudenten niet alleen maar bij zijn leeraars eveneens. In één woord, het was een onderscheiding, die meester s'echts naar waarde wist te schatten, de man van rijpe ervaring en gezette studie. Toen het onderhoud dan ook afgeloopen was dat gevoerd werd in het kleine zit kamertje, maar zoo dat woord voor woord door de binnenzittenden verstaan werd de leeraar vertrokken was en Jan met het handschrift binnen kwam, was meester de eerste, die naar hem toekwam; hem de hand drukte enmet verheffing van stem, zeide de tolk te zijn van alle aanwe zigen, als hij Jan complimenteerde met deze groote onderscheiding, des te grooter, waar hij nog geen negentien jaar oud, reeds een meening en oordeel mocht zeg gen over een werk, van een man, die vergrijsd was in den dienst der weten- schop. Daar moeten we eens op drinken en de daad bij het woord voegende zag hij boer Jansen met ondeugenden blik' aan en zij samen dronken „ad fundum" de gezond heid en de eer van den jubilaris. En een spontaan „lang zal hij leven met moe der er neven" daverde door de kamer, die r.ooit nog zoo een lustig gezelschap, om Jan geschaard, had gezien. „Je schijnt het bijzonder met dezen leeraar in handelsrekenen te kunnen vin den Jan en je schijnt zijn favoriet te zijn", zegt Rie, die binnen een paar maanden haar eind-examen zou afleggen. Wat zal ik je zeggen Rie! Ik kan het met alle leeraren vinden, maar ik voel me ook in handelsrekenen het veiligste, het zekerste, getuige mijn punten in dit vak. Vandaar dan ook, dat hij juist mij uitkoos, om zijn boek in te zien en mijn oordeel te geven. Hij meent, dat het boek te moeilijk is en wil nu eens hooren of ik hem in zijn vlucht volgen kan. Dat is alles! Maar daarom is zijn opdracht even eervol zooals meester strak zei. Doch laten we daar niet meer aan denken. Op een ver jaardag van een schaapherdertje moet men niet te zwaar boomen, maar liever wat zingen en grapjes vertellen en aardigheid jes lanceeren, zooals dit Dora zoo goed kent. Bravo! bravo! zoo wil ik het hooren: „Lang zal hij leven" en daar gaat het weer heen, tot het schalt door de kamer en de menschen, die voorbij gaan, blijven even staan en gaan lachende verder op de maat van het lied, dat daarbinnen uit volle borst werd aangeheven. En ieder op zijn beurt zong een lied en moeder Jansen en Juffrouw Pieterse ook kregen een beurt, hoe ze zich ook verzetten en beriepen op: „niet kunnen en geen stem" hebben. Het deed er niet toe, stem of geen stem, men moest zingen en zoo had men de grootste schik totmen ein delijk laat in den avond opstond en af scheid r^rn. -■»

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1939 | | pagina 16