Oranje bewerkt een gelijk spel tegen de Denen
MAANDAG 24 OCTOBER 1938
DE LE1DSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
Van Leur en van der Veen maken
de Hollandsche doelpunten
VAN LEUR
't Was echter geen
grootsche strijd
In het gemoedelijke sportpark van Ko
penhagen vond deze ontmoeting plaats,
zeker 30.000 toeschouwers woonden den
wedstrijd bij. Het veld was uitstekend, de
weersomstandigheden minder goed, want
er stond een vrij sterke, koude wind o^er
de lengte van het veld. Vlak voor den aan
vang arriveerde de Deensche koning. Ge
moedelijk liep hij het veld over, geëscor
teerd door den voorzitter van den K.N.V.
B., dr. D. van Prooye en zijn ambtgenoot
van den Deehschen Voetbalbond. Vlak bij
de lijn was een plaatsje gereserveerd en
niet op de hooge eeretribune.
Beide ploegen werden hartelijk ontvan
gen, het Oranjeteam met het „Wien Neer-
lands bloed", de Denen met hun zangerig
volkslied. Joergensen won den toss en koos
den wind mee. Toen de heer Nordboe om
ruim half twee Deensche tijd liet beegin-
nen, stonden de elftallen klaar.
Het begin was veelbelovend. Een vrije
trap, een van de vele, welke nog zouden
volgen, werd door Paauwe voor doel ge
plaatst. Joergensen kopte het leder weg,
Anderiessen zorgde er echter voor, dat de
bal weer voor het Deensche doel terug
kwam.
Even een mis
verstand in de
Deensche verdedi
ging, enkele De
nen en Hollanders
stonden vlak voor
elkaar, maar van
dit moment van
aarzelen profiteer
de van Leur, die
heelemaal naar bin
nen gekomen was
en hij trapte den
bal keurig in het
net. (0—1).
Ondanks het feit
dat onze tegenstan
ders den wind mee hadden, kwamen bij
er eerst langzaam in. In dat eerste kwar
tier domineerde het oranjeteam sterk,
waarbij men niet dient te vergeten, dat
de spelers het consigne hadden meege
kregen, in die eerste vijftien minuten vol
ledig op den aanval te spelen. Goede kan
sen om den stand te verhoogen deden zich
voorloopig echter niet meer voor. De
Deensche voorhoede trachtte met kort
spel, waarin alle spelers betrokken wer
den, de Nederlandsche achterhoede voor
bij te komen, doch gemakkelijk ging dit
niet.
Na 20 minuten zette Caldenhove den
rechtsbuiten Soebirk stevig, doch fafjr
opzij. Natuurlijk floot de heer Nordboe.
De vrije trap, halverwege de cornervlag
genomen, werd keurig voor doel ge
plaatst. Van Male vergat uit te loopen,
Uldaler werkten den bal keurig in het
Nederlandsche doel. ('11).
Dit doelpunt prikkelde het Nederland
sche elftal dermate, dat enkele snelle aan
vallen werden opgezet.
Uit een daarvan
belandde de bal bij
Dumortier. Zwaar
gehinderd door
Joergensen, die hem
volkomen schaduw
de, zag de Utrech
tenaar nog kans
den bal een tikje
naar den vrijstaan-
den van der Veen- te
geven, die van wel
20 M. afstand on
middellijk inschoot.
Het goed gerichte
schot trof doel
(1—2).
Holland bleef in den aanval en van Leur
mocht de eerste hoekschop nemen, welke
door hem achter werd geplaatst. De laat
ste 20 minuten voor de rust waren geheel
voor de Denen. Het begon met een schit
terend schot van Kaj Hansen, prachtig
door van Male gestopt. De snelle linksbui
ten Thielsen trachtte na een van zijn ren
nen zelf te scoren, doch zijn schot ging
over. Ook Denemarken kreeg nu den eer
sten hoekschop te nemen, maar zonder re
sultaat. In deze periode viel het op, hoe
zwak het wegwerken van de Nederland
sche achterhoede en middenlinie was,
waardoor de Denen telkenmale op gemak
kelijke wijze aan den bal kwamen. De
heer Nordboe had inmiddels zijn vorm ge
vonden. Hij floot voor de onmogelijkste
wissewasjes, waardoor het spel veel te
veel onderbroken wred. Een tweede hoek
schop voor Denemarken volgde, zelfs een
derde, waaruit Uldahler fraai inkopte,
maar nu had van Male het gevaar gezien
en met zijn lange armen greep hij het le
der uit den hoek.
Zoowel van rechts als van links dreigde
nu gevaar en uit een gemeenschappelijken
aanval wist de Deensche debutant, de
midvoor Christensen, keurig in den hoek
te koppen. Op zeer gelukkige wijze sloeg
van Male den bal uit zijn doel tot hoek
schop. De vierde al. Ook deze leverde geen
resultaat op, een vijfde volgde, zelfs een
zesde, maar tcf de rust kon Nederland den
21 sprong behoud
Na de pauze. f
Vlak voor de hervatting liet de Deen
sche konin; zich aan alle spelers voorstel
len.
In het eerste kwartier van de tweede
helft speelde Denemarken uitstekend.
Deze ploeg had nimmer samen geoefend.
Men kent de gezamelijke training niet,
zooals wij dat in den Haag doen. Geen
wonder, dat, toen in de tweede helft de
spelers meer aan elkaar gewend waren,
het in de ploeg onzer tegenstanders meer
en meer ging vlotten. Bij het snelle aan
vallen, over beide vleugels en ook over
het midden geleid, werd de Nederlandsche
verdediging zwaar op de proef gesteld. En
kele schoten werden gelost, eenmaal trad
Weber als redder op, een tweede keer
stompte van Male een schot van Hansen
tot hoekschop. Deze hoekschop was reeds
de negende, want direct na de hervatting
had Denemarken reeds twee corners aan
zijn totale aantal gevoegd. Na een
kwartier, een „Deensch" kwartiertje en
geen Hollandsch, week de druk op ons
doel. Wat er nu volgde, was zeer matig,
aan beide zijden. Dumortier kwam in aan
raking met Paul Hansen, beiden moesten
even bijgewerkt worden, zoo hard wa
ren de hoofden tegen elkaar gekomen. De
Utrechtenaar zag vlak na dit ongevalletje
kans om een zuiver schot op doel te los
sen, doch doelman Nielsen toonde zich een
betrouwbaar verdediger. De kansen, die
Denemarken kreeg, waren van beter ge
halte.
Na een half uur Denemarken had in
middels den tienden hoekschop genomen
kwam Christensen onverwachts alleen
voor van Male te staan. In zijn verbouwe
reerdheid schoot de midvoor. naast.
De gelijkmaker.
Ook Nederland kreeg een hoekschop te
nemen door de Harder. Thielsen wist ech
ter al spoedig een elfde corner voor zijn
land er aan toe te voegen. Vijf minuter^
voor tijd kwam de gelijkmaker.
Weber onderbrak een snellen aanval van
den linkervleugel, hij zag evenwel geen
kans om den bal behoorlijk weg te wer
ken, Caldenhove trachtte in te grijpen,
doch ook hij wist den bal niet op te rui
men. Daar kreeg de Deensche midvoor
plotseling zijn kans. Van vrij verren af
stand loste hij een kogel, mooi in den
rechterbovenhoek, buiten het bereik van
de lange armen van van Male (22). Een
schitterend doelpunt.
Even reageerde Nederland fel, doch aan
den anderen kant zat men ook niet stil.
F— twaalfde en dertiende hoekschop
DE SAMENSTELLING DER ELFTAL LEN:
Denemarken
NIELSEN
P. HANSEN GLÜMER
werden nog genomen op het Hollandsche
doel, doch zonder resultaat, zoodat het ein
de kwam met een puntenverdeeling.
EEN VAN DE SLECHTSTE
WEDSTRIJDEN
Inderdaad is de algemeene indruk,
dat deze ontmoeting een van de slecht
ste wedstrijden van het Nederlandsch
elftal uit de laatste jaren is geweest;
met het gelijke spel 2—2, mag de
Oranje-ploeg dubbel en dwars tevre
den zijn. Een overwinning heeft het
Nederlandsch elftal zeker niet verdiend,
immers Denemarken speelde, met uit
zondering van het eerste kwartier van
den wedstrijd, beter en aantrekkelijker
voetbal, was over het algemeen iets
meer in den aanval, kreeg ook veel
meer scoringskansen dan de Holland
sche voorhoede, maar aan het afwer
ken van de aanvallen ontbrak veel, zeer
veel zelfs.
Wij zijn geen uitgesproken voorstanders
van het systeem om uit het aantal hoek
schoppen voor en tegen de conclusie te
trekken, dat de eene pdrtij veel sterker en
gevaarlijker geweest moet zijn dan de an
dere. Ditmaal willen wfj echter een uit
zondering maken: de cornerverhouding was
vandaag 132 ten gunste van Denemarken,
cijfers, die spreken van een duidelijke
veldmeerderheid der gastheeren.
Het Nederlandsch elftal heeft niet aan de
verwachtingen voldaan. De voorhoede is
sterk tegengevallen, wij zullen dadelijk
uiteenzetten waarom; de middenlinie was
nog het beste deel van het team. De achter
hoede, voornamelijk de beide backs, was
goed, maar speelde met te weinig over
tuiging. Er was geen heilig willen, geen
moeten, er was misschien wel een, overi
gens begrijpelijke, onderschatting van de
tegenstanders, omdat het Deensche elftal
van te voren niet bepaald als een sterk elf
tal bekend stond.
Het wegwerken was slordig, zoodat het
leder in de meeste gevallen bij een Deen
terecht kwam en alle energie voor niets was
gebruikt.
Het verband tusschen de linies was er
niet en dat bij de Oranje-ploeg, die meestal
haar meest glorieuze overwinningen be
haalt door homogeniteit, elke linie, iedere
speler, wist, wat hij te doen had, wat er
van hem verwacht werd. In dit elftal was
geen eenheid, er bestond geen samenwer
king tusschen de spelers, sommigen speel
den zeer zeker buitengewoon ijverig, maar
een sterke ploeg bewust van haar kracht,
van haar mogelijkheden, was het niet.
Teleursteling wekt dit, indien men dit
ontdekt bij spelers, die jarenlang in het
Nederlandsch elftal hebben gespeeld, m
het bijzonder bedoelen wij hier de spelers
van achterhoede en middenlinie.
Dat de voorhoede niet aan de ver
wachtingen voldaan heeft, is veel meer
begrijpelijk. Immers, hier stond een
vijftal, dat practisch debuteerde in
internationaal voetbal. Deze spelers
hadden tegenover zich een systeem,
het drieback-spel, hetwelk door de
Denen tot in de puntjes werd uitge-
gevoerd. Met hun weinige ervaring
Liepen onze aan valsspelers op dit
systeem dood.
SöBIRK
JENSEN
K. HANSEN
O. JöRGENSEN
CHRISTENSEN
DE HARDER DE VROET DUMORTIER
VAN HEEL ANDERIESEN
CALDENHOVE WEBER
Nederland VAN MALE
SöRENSEN
UJDALER THIELSEN
v. d. VEEN VAN LEUR
PAAUWE
Joergensen, de Deensche aanvoeder en
spil, vertolkte een uitstekende stopperspil-
partij. Hij had Dumortier voortdurend vol
komen in zijn macht.
De beide backs dekten de Nederlandsche
vleugelspelers en dit deden zij zoo conse
quent, dat van Leur en de Harder geen mo
ment bewegingsvrijheid genoten. Van
snelle rennen langs de lijn hebben wij de
zen middag niets kunnen ontdekken. Men
heeft bij de verkiezing van van Leur er op
gewezen, dat Dumortier en hij zoo goed
met elkaar in het veld overweg kunnen.
Menigmaal ontstonden in de competitie
doelpunten door samenwerking van die
twee. Welnu, men kon nu alweer consta-
teeren, dat goed clubvoetbal spelen nog
niet beteekent, dat de betrokkene rijp is
voor internationaal spel. Wij hebben speci
aal gelet op de verrichtingen van dit twee
tal. En wij hebben kunnen constateeren,
dat het samenspel tusschen hen niet vlotte.
Duidelijker gezegd, zij kregen totaal geen
gelegenheid om ook maar een poging in
die richting te ondernemen. En verder was
de Harder er aan den anderen kam hope
loos uit, zijn spel was absoluut onvoldoen
de.
Achter dit drietal stonden de Vroet en
van der Veen, die, het zij vooropgesteld,
zeer hard gewerkt hebben. Na afloop wa
ren zij volkomen uitgespeeld, hetgeen van
de andere voorhoedespelers niet bepaald
gezegd kan worden. Van begin tot het
einde hebben beiden gezwoegd, veel werk
verricht, voornamelijk in teruggetrokken
positie, waar zij overigens vrij scherp door
de Deensche kanthalfs bewaakt werden.
Beiden waren evenwel niet bij machte om
op het juiste moment ook voor het Deen
sche doel te zijn om eventueele scorings
kansen te benutten. Zij hebben de zwevers
capaciteiten van Smit nie*, maar wat niet
is. kan wellicht nog komen. Het feit was
nu eenmaal zoo en daarom was het o.i.
beter geweest, indien zoowel van der Veen
als de Vroet opdrachr hadden gekregen om
meer in de voorhoede op de lijn van Du
mortier en de vleugelspelers te opereeren
en minder in het gebied, waar de midden-
linie haar domein heeft. Bovendien had
den de aanvallen een gevaarlijker karakter
gekregen, had het aantal scoringskansen
grooter geweest, en wat nog belangrijker
zoü zijn, dat in bovengenoemden zin ge
wijzigde tactiek het verdedigingssysteem
der Denen wellicht gebroken zou hebben.
Het merkwaardige was, dat de Deensche
voorhoede ook met teruggetrokken binnen-
spelers aanviel, maar toch niet in dien uit
gesproken vorm als bij het Nederland elf
tal. Het gevolg was, dat, in het Hollandsche
doelgebied gekomen, de vijf Deensche aan
vallers daar altijd gezamenlijk te vinden
waren.
Uit dit bovenstaande moge blijken, dat
het Deensche elftal qua-spelopvating etn
beteren weg had gekozen dan het Neder
landsche team. Technisch was niet veel ver
schil merkbaar. Aan beide kanten werd
VAN VEEN
"nK I Mr THRISTIAAN WOONDE DEN VOETBALWEDSTRIJD DENEMARKENNEDERLAND TE KOPENHAGEN BIJ.
KONING CHK1^^hst laat de SPELERS VAN HET £RANJE-TEAM AAN ZICH VOORSTELLEN.
goed gekopt, vele spelers hadden een mag-
nifique balcontrole, waren handig, doch
het aantal schoten, op het doel van van
Male en op dat van Nielsen gelost, was
gc-enszins groot.
Het is zoo de gewoonte geworden, dat
aan het slot van oen lang verslag ook eenige
regels gewijd worden aan den scheids
rechter. Wij moeten dikmaal een uitzonde
ring maken en hem nu reeds voor het voet
licht brengen. Deze scheidsrechi er, de heer
Nordboe uit Noorwegen, moge in Oslosche
voetbalkringen een goed leider zijn, voor
internationaal voetbal is nij niet geschikt.
Het was zijn eerste internationale ontmoe
ting en.... misschien is het zijn laatste
wel geweest. Deze mijnheer Nordboe is er
in geslaagd om de ontmoeting „stuk" te
fluiten, deze man speelde het klaar de
meest opvallende figuur uit den geheelen
wedstrijd te zijn. Voor ieder duwtje floot
hij af, gaf een vrijen trap, ook al was er
niets aan de hand. „Fair charging" kent
hij waarschijnlijk niet. Groote, zware spe
lers als Dumortier, Andriesen en anderen
hebben daar groot nadeel van. Eerst hadden
wij den indruk, dat hij streng zou beginnen
in het eerste kwartier, om den spelers te
toonen, dat hij de leiding in handen had,
een opvatting, welke misschien nog te bil
lijken zou zijn geweest. Maar geen moment
ie er van forsch spel in dezen wedstrijd
sprake geweest, een botsing, een duwtje en
dergelijke ontstonden door te groot enthou
siasme, snel inloopen, maar al die duwtjes
waren nog geenszins strafbaar. Niettemin
meende de heer Nordboe telkenmale te
moeten fluiten voor een vrijen schop, ook
al was dit vaak in het nadeel van de partij
welke trap kreeg toegewezen. Want de
tegenstanders kregen door de onderbre
king gelegenheid zich te herstellen. Na af
loop hoorden wij van verscheiden zijden,
niet het minst van Deenschen kant, dat de
heer Nordboe misschien bij een dames-
ontmoeting misschien een goed figuur zou
maken, voor voetbalwedstrijd echter niet
geschikt was.
Gelukkig heeft de heer Nordboe zijn fou
tieve beslissingen over de beide partijen
gelijkelijk verdeeld en op het uiteindelijk
resultaat heeft het dan ook geen invloed
gehad. Maar indien spelers bemerken dat
voor elk wissewatje gefloten wordt,
gaan zij met een zekere reserve spelen,
geven zich niet meer geheel, het werkt
ontmoedigend, en ook dit moge een ver
klaring van het matige spel geven, dat aan
beide zijden vertoond werd.
VAN DE SPELERS.
Van Male heeft zijn
,'doel goed verdedigd.
Hij liep bij enkele
hoekschoppen o.i. te
weinig uit, terwijl hij
door zijn lengte toch
een groot voordeel
bij het onderbreken
had kunnen hebben.
Weber was goed,
zonder meer. Er zat
echter te weinig tem
po in zijn spel, hetgeen wij ook bij Cal
denhove constateerden. Beiden vatten
het te licht op. Zij speelden zonder inner
lijke spanning, alsof het hier de jongste
oefenpartij tegen York City betrof. Voor
al het wegwerken duurde van beiden te
lang. Bovendien was het aangeven verre
va nzuiver.
Paauwe is dit seizoen in Feijenoord nog
niet op dreef. Vooral in de eerste helft
van dezen wedstrijd kwam dit duidelijk
tot uiting. Hij had groote moeite met den
snellen, Deenschen linksbuiten. In de
tweede helft ging het wat beter.
Wim Anderiessen heeft een prachtigen
wedstrijd gespeeld. Hij zwoegde van be
gin tot het einde, verrichtte zijn destruc
tief werk weer naar behooren. En al
kwam er van goed plaatsen niet veel te
recht, van de drie spelers der middenli
nie was hij toch ook op dit onderdeel, bo
vendien niet zijn sterkste zijde, de beste.
Van Heel speelde zijn gewone spel,
doch kwam nimmer boven het middelma
tige uit. Over de voorhoedespelers heb
ben wij reeds het noodige gezegd.
Bij Denemarken vonden wij spil Joer
gensen, rechtsbinnen Hansen en linksbui
ten Thielsen de besten. De laatste was
pas uit "het ziekenhuis ontslagen, zoodat
zijn medespelen tot kort voor den wed
strijd niet zeker mocht worden genoemd.
Niettemin heeft hij zeer verdienstelijk
werk gedaan. Kaj Hansen is een ervaren
binnenspeler. Christensen, de jeugdige
midvoor, zoo uit de provincie naar Koper
hagen gekomen, heeft nog veel te leer
Zijn doelpunt mocht er zijn.