Waar wereldpolitiek
wordt gemaakt.
De Quai cTOrsay in Parijs
BINNENLAND
PACHTWET
KERKNIEUWS
DINSDAG 27 SEPTEMBER 1938
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
Frankrijk kent reeds eeuwen het begrip
van een Ministerie van Buitenlandsche Za
ken. Is er reeds tijdens Hendrik II, om
streeks de helft der 16de eeuw, van Staats
secretarissen sprake, ongeveer een halve
eeuw later werden de functies zoodanig
verdeeld, dat een dezer (Revol was de eer
ste) zich uitsluitendmet internationale
aangelegenheden had te bemoeien. Hij
was, gelijk de andere Staatssecretarissen,
de dienaar des Konings; al behandelde hij
zaken van het land, hij was koninklijk
ambtenaar. Dit verklaart, dat hij in den
regel lang in functie bleef; merkwaardig
is het wel, dat Lode wijk XIV in zijn bijna
70-jarige regeering slechts vijf dergelijke
Staatssecretarissen heeft gekend, van wie
Lionne de meest beteekenende, Brienne
de langdurigste was. De toenemende betee-
kenis van Frankrijk's positie leidde ertoe,
dat de Staatssecretaris zich moest omge
ven met beroepsdeskundigen. Dit waren
personen, doorkneed in de internationale
politiek; als Commies of, bij bevordering,
eerste Commisies, werden zij naar Versail
les geroepen, waar zij dan vrijwel geheel
hun verder leven bleven. De diplomatie
vormde een stand op zichzelf; men moest
als Commies wel over zeer bijzondere be
kwaamheden beschikken om zelfs in aan
merking te komen voor de meest beschei
den gezantschapspost. De revolutie wierp
geheel dit systeem overboord; zij schiep
een soort openbare diplomatie, waarbij
Commisarissen optraden, die, tengevolge
van hun korten ambtsduur en den naijver
der anderen, weinig konden uitrichten.
Eerst onder Napoleon werd de continuïteit
hersteld; Talleyrand bleef het langst in
functie; nadat hij in 1807 in ongenade was
gevallen, hebben in nauwelijks 7 jaren tijds
3 opvolgers zijn functie gedeeld. Verande-
ringe van beteekenis schiep het Napoleon
tische regime niet; wat Talleyrand aan cen
tralisatie had tot stand gebracht, bleef be
waard. De wil van den Keizer gaf echter
bij de behandeling van het meerendeel der
zaken, zelfs van de kleinste, den doorslag.
Dit veranderde reeds onder de Bourbons,
maar in nog sterker mate toen, gevolg van
het optreden van Louis Philippe in 1830,
parlementaire gebruiken op den voorgrond
traden. De Minister van Buitenlandsche
Zaken, als hoedanig Guizot jaren fungeer
de, was verantwoording aan het Parle
ment schuldig, en dit had op de totdusver
gebruikelijke behandeling der zaken een
grooten invloed.
Toch kan men niet zeggen, dat in de in
richting van het Fransche ministerie in
den loop der 19de eeuw groote veranderin
gen zijn ontstaan. Twee af deelingen be-
heerschten het departement: de politieke
en de handelsafdeeling, scherp gescheiden,
zelfs wat het bewaren der officieele en ge
heime stukken betrof. De Freyeinet pro
beerde in 1880 'n stoutmoedige hervorming,
stoutmoedig omdat zij met alle tradities
brak. Hij had een aanvankelijk succes, dat
echter spoedig teloor ging. Eerst Clemen-
ceau in 1906 waagde zich aan een nieuwe
poging tot verbetering, die inderdaad drin
gend noodig was. Immers, Frankrijk had
zijn bondgenootschappen te verzorgen, aan
zijn nieuw verworven koloniaal gebied te
denken, rekening te houden met interna
tionale veranderingen. Dank zij het door
tasten van Clemenceau, die zich Pichon tot
medewerker had gekozen, kwam het tot
een samensmelting van politieke en eco
nomische zaken, die te veel in elkander
grepen om deze gescheiden te houden. De
creten werden uitgevaardigd en weer in
getrokken; posities werden geschapen en
verdwenen, maar de lijn, door Clemenceau
uitgestippeld, werd gevolgd. Het had ech
ter tot minder gewenscht en ook niet voor
zien resultaat, dat de invloed van den ver-
derstaatssecretaris, politicus gelijk hij, af-
antwoordelijken minister en van zijn on-
hankelijk werd, in nog sterker mate dan
tevoren, van den leider der politieke af-
deeling. In den regel zijn dit personen, die
later een belangrijke diplomatieke rol
hebben gespeeld, die deze functie vervul
den. Tot hen heeft Paléalogue behoord, die
vooral in de Marokkaansche crisis den weg
voor de Fransch-Engelsche Entente heeft
geëffend.
De inrichting van het Fransche Departe
ment is thans zoo, dat den Minister, den
naar binnen en naar buiten verantwoorde
lijken staatsman, een kabinet ter zijde
staat. De chef van die kabinet kan, als hij
een persoonlijkheid van beteekenis is, in
vloed uitoefenen. Rechtstreeks aan dezen
ondergeschikt zijn de bureaux van het
personeel en van de correspondentie, die
ten aeele slechts administratieve beteeke
nis hebben. Naast den minister staat het
Protocal, een bij uitstek belangrijke posi
tie in Frankrijk, waaraan groote waarde
wordt gehecht. Maar de afdeeling van po
litieke en economische zaken overschaduwt
al de andere. Er zijn thans een groot aantal
onderdirecties, die den arbeid verdeelen;
een voor Europa, opnieuw in onderdeelen
gesplitst; een voor Azië en Australië; een
voor Afrika; een voor Amerika; een voor
de mededeelingen aan gezanten en ten
deele aan de pers; een voor Fransche in
stellingen in den vreemde, terwijl hieron
der ook de afdeeling der archieven ressor
teert. De administratieve en technische af-
deelingen komen, met de comptabiliteit, in
de laatste plaats. Deze indeeling, die reeds
van den vooravond van den grooten oor
log stamt, is vrijwel dezelfde gebleven.
Zoo nu en dan ondergaat de indeeling der
politieke ressorten verandering, maar van
veel beteekenis is dit niet.
De positie van een Minister in Frankrijk
is een bij uitstek politieke en parlemen
taire. Geen land kent zooveel ministers
in zoo korten tijd als Frankrijk, en slechts
zelden maakt de Minister van Buitenland
sche Zaken daarop een uitzondering. Wel
is het waar, dat men bij politieke wijzigin
gen eerder geneigd is dezen bewindsman
te laten zitten dan eenig ander lid van een
gevallen Kabinet, maar dikwerf brengt dit
een verandering van portefeuille met zich.
Na den oorlog behooren Poincaré en
Briand tot de uitzonderlijke figuren, die
geruimen tijd aan het roer bleven; Poin
caré had zijn principieele herstelpolitiek
voort te zetten, Briand om langs meer vre-
te bereiden. De minister is voor alles ver-
delievenden weg een nieuw Europa voor
antwoording verschuldigd aan het Parle
ment; niet slechts kent elke oppositie zich
het recht toe om over buitenlandsche aan
gelegenheden mede te spreken, maar het
is een geliefkoosde gewoonte van de Fran
sche Kamer om terwille van buitenland
sche aangelegenheden een minister, die
men uit binnenlandsche overwegingen
kwijt wenscht te zijn, te doen vallen. Dit
maakt de positie van Minister van Buiten
landsche Zaken voor personen van het
vak, voor aangewezen kenners van den
internationalen toestand, weinig aantrek
kelijk. Zelden of nooit heeft een Fransch
ambassadeur van beteekenis zijn diploma
tieke carirère geofferd voor een minister
schap, dat hij slechts tijdelijk weet. En
toch ziet men in Frankrijk meer dan
elders, dat de gezanten uit alle kringen
der samenleving voortkwamen; de gebroe
ders Cambon, die terecht een groote repu
tatie genoten, waren tevoren prefect ge
weest; Barrère was tevoren journalist; de
Jouvenel en Hennessy waren politici.
Eenige verandering is daarin gekomen; er
is meer contact gebracht tusschen het de
partement en de diplomatieke posten; er
wordt ook meer op dienst en deskundige
aanspraken gelet dan tevoren. Doch dit
geldt vooral de lagere rangen; in de hoo-
gere blijft een verrassing altijd mogelijk.
De Minister van Buitenlandsche Zaken
in Frankrijk is in zekeren zin bevoorrecht
boven zijn collega's in andere landen.
Want Frankijk beschikt over een Departe
ment van Buitenlandsche Zaken, sedert
1845 aan de Quai d'Orsay gevestigd, dat
speciaal ervoor gebouwd is en overvloedig
over de noodige ruimte beschikt. De Mi
nister woont er, gelijk met bijna al zijn
collega's het geval is. Maar bovendien, de
Minister kan er als gastheer optreden, niet
slechts tegenover staatslieden uit andere
landen, maar ook jegens Souvereinen. Be
zoekt een Souverein Parijs en Frankrijk,
hij logeert op den Quai d'Orsay in de sta-
tievertrekken, die over historisch ameuble
ment beschikken. Vele zijn de zalen voor
receptie geschikt, maar slechts één ervan
heeft een algemeene erkende historische
beteekenis: de Salie de l'Horloge, aldus ge
naamd naar het prachtig uurwerk, dat de
schoorsteenmantel siert. Hier kwamen be
langrijke conferenties samen; hier werd de
Vredesconferentie in 1919 geopeend; hier
werd het Kelloggpact geteekend, kortom,
hier speelde zich een deel van de politieke
geschiedenis van dezen tijd af. De Minister
is niet ver verwijderd van zijn voornaam
ste strijdtooneel: de Kamer van Afge
vaardigden, die het hem in den regel las
tiger maakt dan de Senaat. Hij heeft
slechts weinige schreden te gaan, kan deze
te voet afleggen, gelijk Ferdinand van Bul
garije, toen hij in 1908, kort na zijn ver
heffing tot koning, in Parijs logeerde, een
belangstellend toeschouwer was bij het op
trede van den toenmaligen socialistischen
Minister Briand, die de groote spoorweg
staking had te bestrijden. Zoozeer was de
vorst zelfs geïnteresseerd, dat hij geheel
het uur vergat, waarop hij bezoeken had
aangekondigd, en dat het den dienaren
van het Protocol heel wat moeite kostte
om hem ervan te overtuigen, dat hij deze
niet zonder meer kon afzeggen!
In tegenstelling met vroeger tijden, rei
zen Ministers van Buitenlandsche Zaken
veel. Waren het voor den oorlog bezoe
ken, die de Souvereinen elkander over en
weer brachten thans zijn het de staats
lieden, die van gedachten wisselen. Tot
voor den grooten oorlog was het geenszins
een ongewoon verschijnsel, dat een En-
gelsch Minister van Buitenlandsche Zaken
nimmer zijn eiland had verlaten; Grey
ondernam voor het eerst een buitenland
sche reis, toen hij in 1912 Koning Edward
VH naar Parijs vergezelde en op de vraag,
of men persoonlijk voor hem iets kon
voorbereiden, ten antwoord gaf, dat hij de
Mona Lisa in het Louvre wilde zien! Thans
is dat heel anders; de veelvuldige confe
renties, de samenkomsten van den Vol
kenbond, dikwerf ook het verleden der
ministers stellen andere eischen. De Fran
sche ministers van buitenlandsche zaken,
die slechts de groote landen van Europa
kenden, waren niet zeldzaam. Ook Briand
en Poincaré hadden weinig gereisd. Met de
tegenwoordige functionarissen is dit an
ders, en dit komt hen bij het uitoefenen
van hun functie zeker te stade. Niet alleen
bij de beoordeeling van belangrijke za
ken, die aan hun aandacht of goedkeuring
worden onderworpen, maar evenzeer bij
de debatten in het Parlement, die zij met
meer psychologisch inzicht jegens anderen
kunnen beheerschen.
Als politieke stormen over Europa gaan,
is het naar het staatsgebouw aan de Quai
d'Orsay, waarvoor Briand's standbeeld se
dert eenigen tijd prijkt, dat veler gedach
ten uitgaan!
Op 1 November in werking
Gisteren is uitgegeven het staatsblad no.
285. Besluit van 23 September 1938, hou
dende vaststelling van den dag van inwer
king treding van:
1. de pachtwet (staatsblad 1937, no. 205),
voor zoover de inwerkingtreding nog niet
is bepaald.;
2. hét pachtbureaubesluit (staatsblad
1938, no. 657);
3. het Koninklijk besluit van 25 Juli 1938
(staatsblad no. 248), tot vaststelling van
een algemeenen maatregel van bestuur ter
uitvoering van artikel 58 der pachtwet.
Datum van inwerkingtreding 1 Nov. 1938
DE KAASUITVOER NAAR BELGIë.
In het gisteren gepubliceerde telegram,
dat het Kamerlid M. P. van der Weijden
gezonden heeft aan den Minister van Eco
nomische Zaken zijn eenige fouten geko
men. Men gelieve de 2e alinea als volgt
te lezen:
Door bekende cóntingenteeringsvoorne-
mens van België ten anzien van kaas komt
de vrijwel eenige factor can elasticiteit bij
den kaasafzet naar het buitenland in ge
vaar.
R K. LAND- EN TUINBOUW-
ONDERWIJZERS.
Vereeniging in bisdom Haarlem,
opgericht.
Op initiatief der onderwijzersvereeniging
L. T. B. is Zaterdagmiddag j.l. een ver
eeniging van katholieke land- en tuin-
bouwonderwijzers opgericht in het bisdom
Haarlem.
De leiding der vergadering was bij den
heer C. P. Vergouwen te Voorhout. Ter
oprichtingsvergadering was een verblij
dend groote opkomst, welke omstandig
heid nog hoopvoller werd, doordat de tien
verhinderden zich alvast als lid meldden.
De besprekingen hadden eeji zeer geani-
rneer karakter en het pleit tot oprichting
door den voorzitter gehouden, werd uit de
vergadering herhaaldelijk krachtig onder
steund. Bijzonder werd een nauwer contact
met den L. T. B. en de katholieke jonge
ren organisatie noodzakelijk geacht.
Alle aanwezige heeren oordeelden niet
alleen de oprichting nogdzakelijk, doch ga
ven zich allen spotaan als lid der vereeni
ging op.
Omdat hier sprake is van een interdio
cesane organisatie werden bij de bestuurs
verkiezing slechts drie leden aangewezen
om voorloopig zitting te nemen in het be
stuur. Utrecht wijst dan twee andere le
den' aan.
De heer Vergouwen gaf daarom de lei
ding over aan den heer B. Machielse te
Beverwijk, terwijl voorloopig secretaris
werd de beer P. H. IVferkies, M. H. Tromp
straat 37 huis, Amsterdam-West.
De heer Sergers, lid van het federatieve
bestuur der organisatie, gaf verschillende
toelichtingen, prof. A. Cleophas, voorzit
ter der onderwijsvereeniging L. T. B.
alsook de heer C. A. J. van Baar, secreta
ris van den L. T. B. zegden volle medewer
king toe, terwijl rector L. Beune, mode
rator der K. J. M. V. een beroep deed op
den steun der leden bij zijn mooi jongeren
werk.
Algemeen werd de verwachting uitge
sproken, dat bij zulk een grootsch begin,
de overige katholieke land- en tuinbouw-
onderwijzers zich spoedig als lid zullen
melden.
IMIVnGRATIE- EN ARBEIDSOVEREEN
KOMST MET ARGENTINIë
Op 6 September te Buenos-Aires
onderteekend
Het ministerie van Buitenlandsche Zaken
maakt bekend, dat 6 September j.l. te
Buenos-Aires de onderteekening is geschied
van een immigratie-en arbeidsovereen
komst met Argentinië
TEGEN SCHIPHOL ALS CENTRAAL
VLIEGVELD.
In de gisteren door de Rotterdamsche
Kamer van Koophandel bijeengeroepen
spoedvergadering is zeer beslist stelling
genomen tegen het voornemen der Re
geering om Schiphol te bestemmen tot
centrale luchtvaarthaven.
DE INDISCHE VORSTEN NAAR DE
HEMBRUG
Vanmiddag hebben vier pangerans onder
leiding van den heer A. A. G. Feuillteau
de Bruyn, generaal-majoor b.d van het
K.N.I.L., hoofd van de zesde afdeeling van
het Departement van Koloniën, een be
zoek gebracht aan het staatsbedrijf der
artillerieinrichtingen aan de Hembrug.
DE WERELDTENTOONSTELLING TE
NEW YORK
Het Nederlandsch paviljoen
Wij vernemen, dat na gehouden aanbe
steding door de stichting „De Nederland-
sche deelneming aan de Wereldtentoon
stelling te New York in 1939" aan de N.V.
van Werven's Timmer- en Aannemings
bedrijf te Amsterdam is opgedragen de
vervaardiging van het interieur van het
Nederlandsche paviljoen, volgens plannen
DE MYDRECHTSCHE MILLIOENEN-
ZAAK.
Nieuwe getuigen en nieuwe documenten?
In de nog steeds niet geëindigde Mij-
drechtsche millioenenzaak is door de
Haarlemsche advocaten mr. ten Bokkel en
mr. Venhuizen een aanvullend revisie-on
derzoek ingediend.
Er zijn n.l., naar verzekerd wordt, twee
nieuwe getuigen op het tooneel versche
nen. 1 Bovendien heeft zich onlangs nog
een merkwaardige gebeurtenis voorge
daan, n.l. het vinden van een geheime
bergplaats in de woning van de overleden
mevr. van Wieringen- van Soest.
Bij testamentaire beschikking vermaak
te mevrouw van W. haar villa aan de ge
meente Mijdrecht. Deze villa zou kunnen
dienen als gemeentehuis. Er werd echter
een clausule in opgenomen, dat de villa
tien jaren leeg zou moeten staan en dan.
moest worden afgebroken. Sedert 1932, het
jaar, waarin mevr. van W. overleed, staat
de villa leeg. In het park mag men wan
delen met goedvinden van B. en W. De
eertijds zoo statige villa komt echter steeds
meer in verval en het vandalisme der
jeugd heeft geen grenzen. Er is geen.
ruit meer heel.
Het was echter de jeugd niet alleen, die
aan de vernieling schuldig is, ook ouderen
hebben hiertoe het hunne bijgedragen. Tij
dens de behandeling van de Mijdrechtsche
millioenenzaak voor de rechtbank werd er
steeds gezinspeeld op geheime bergplaat
sen en er was groot anirno, iets van deze
geheimen te ontsluieren. Dit schijnt thans
gelukt te zijn aan eenige kermisexploitan
ten, die in het park van de villa attracties
hadden ingericht bij gelegenheid van de
feesten om het regeeringsjubileüm van H.
M. de Koningin. Losse steenen werden uit
hun voegen gehaald en nauwkeurig werd
gespeurd, of er iets bijzonders te ontdek
ken viel. Toen men buiten met het onder
zoek klaar was, werd dit binnen voortge
zet. Het geheele huis werd nagesnuffeld,
zelfs het behang werd op verschillende
plaatsen van den muur getrokken.
Documenten gevonden.
In de kleedkamer van wijlen mevr. W.
troffen zij een schoorsteenblad aan, dat los
zat. Het schoorsteenblad werd weggeno
men, het cement werd stuk gemaakt en
men vond inderdaad een opening. Hierin
zagen de snuffelaars een bundeltje papie
ren liggen, dat met groote nieuwsgierig
heid werd opengemaakt. Dit werd al spoe
dig bekend in he dorp en de geruchten er
omheen namen zelfs fantastische vormen
aan. Een der vinders heeft zich daarop
naar den veldwachter begeven, om een en
ander af te geven. De veldwachter was
echter op dat moment niet thuis en daar
,de vinder een officieele verklaring wilde
hebben, dat hij een en1 ander had afgege
ven, wilde hij de papieren aan de vrouw
van den veldwachter niet afstaan. Daarop
is hij verdwenen en op het oogenblik is
nog niets omtrent zijn verblijfplaats be
kend.
Al klinkt het verhaal van de twee opge
doken getuigen nog niet zoo erg overtui
gend, de vondst der documenten kan mis
schien de sluier over het mysterie van
Mijdrecht oplichten. De kweeker Broerse
rekent er vast op, dat hij in de gelegen
heid zal worden gesteld, nader aan te
toonen, dat hij zijn aanspraken op de er
fenis met het volste recht kan laten gel
den.
KOOPT GEEN GASMASKERS DIE NIET
ZIJN GOEDGEKEURD.
Waarschuwing van de zijde van de
regeering.
De dienst der Volksgezondheid van het
ons:
Er bestaan gegronde redenen om te ver
moeden, dat onverantwoordelijke elemen
ten trachten in deze dagen van internatio
nale spanning gasmaskers aan het publiek
te verkoopen, welke niet voldoen aan de
van overheidswege gestelde eischen en dan
ook niet zijn voorzien van het officieele
goedkeuringsmerk. Dergelijke gasmaskers
bieden den drager geen enkelen waar
borg, dat zij hem bescherming geven tegen
oorlogsgassen. Het bezit van een dergelijk
masker is een gevaar, omdat men in ge
val van nood daarop vertrouwt en dit ver
trouwen met verlies van gezondheid of
leven zal kunnen bekoopen.
Het publiek wordt derhalve met klem
aangeraden bij aankoop van een gasmas
ker te letten op het officieele keu-
ringsmerk. Dit bestaat uit twee ovale
ringen, waarin boven een kroon, links de
letter G, rechts het getal 37, onder de let
ters S. Z. en in het midden het nummer.
Dit merk komt op het gelaatstuk en op
de filterbus voor. Op beide onderdeelen
moeten tevens voorkomen het jaar van
aanmaak en naam en adres van den fabri
kant of importeur.
De medewerking van het publiek wordt
verzocht om te voorkomen, dat ondeugde
lijke gasmaskers in omloop worden ge
bracht. Bij aanbieding van gasmaskers
welke niet van het goedkeuringsmerk
zijn voorzien waarschuwe men den direc
teur van den Keuringsdienst van waren in
het gebied waar die aanbieding plaats
vindt, zoo noodig door tuschenkomst van
de plaatselijke politie.
STAKING IN DE WERKVERSCHAFFING
TE AARLE-RIXTEL.
Gisterochtend is bij de werkzaamheden
voor de omlegging van de Aa, onder de
gemeente Aarle-Rixtel, welke onder lei
ding van de Grontmij voor het water
schap de Aa in werkverschaffing worden
uitgevoerd, een conflict uitgebroken, waar
bij ruim zevenhonderd man zijn betrok
ken.
Tweehonderd tewerkgestelden uit 's-Her-
togenbosch weigerden aan den arbeid te
gaan, omdat een wijziging in het ploe-
genstelsel was gekomen. Zij oefenden op
de andere tewerkgestelden een zoodanige
pressie uit, dat ook dezen het werk neer
legden. Een groep van' zeventig man uit
Helmond, die vanochtend voor het eerst
onder Aarle-Rixtel aan het werk zouden
gaan, keerde heel spoedig naar Helmond
terug, waar zij zich aan de arbeidsbeur
zen vervoegden en mededeelden, dat zij
niet met het werk durfden te beginnen.
Op het oogenblik ligt het werk stil. Een
groep Bosschenaren heeft zich later naar
de werkverschaffing aan de Aa, nabij^
sluis 9, onder Stipdonk, begeven, waar zij
de daar tewerkgestelden eveneens wisten
over te halen, het werk neer te leggen.
Ongeregeldheden hebben zich niet voor
gedaan.
Frauduleuze reisdeclaraties
Ten vervolge op de beantwoording van
vragen van den heer Van der Weijden,
naar aanleiding van de in het verslag der
algemeen rekenkamer over 1937 gedane
mededeeling omtrent frauduleuze reis
declaraties heeft de Minister van Justitie
medegedeeld, dat hem bij onderzoek is ge
bleken, dat het hier niet betreft reisde
claraties van een ambtenaar doch van een
functionnaris in dienst van een particuliere
instelling, welke in het genot van Rijks
subsidie is. De onregelmatigheden hingen
samen met onbekendheid met de ter zake
geldende voorschriften, terwijl alleszins
aannemelijk werd, dat kwade trouw niet
aanwezig was, de mogelijkheid van per
soonlijk voordeel was reeds van den aan
vang af uitgesloten.
Het bedoelde geval geeft, gelijk uit het
medegedeelde blijkt, geenerlei aanleiding
tot een indruk, als zoude het opmaken van
onjuiste reisdeclaraties ten eigen voor-
deele of anderszins te kwader trouw ge
makkelijk worden ondernomen.
De minister stelt zich voor, over de vraag
of hij kan toezeggen, het treffen van
maatregelen te bevorderen, welke ertoe
leiden, dat in den vervolge elk geval van
valschheid in reisdeclaraties in handen
van de justitie zal worden gesteld, ter be
oordeeling van de vraag of aanleiding voor
een strafvervolging aanwezig is, nog in
overleg te treden met zijn ambtgenoot van
financiën, die met de uitvoering van het
reisbesluit is belast.
NIEUWE MAATREGELEN TEGEN DE
KERK IN OOSTERIJK.
Kerkvervolging schrijdt onverminderd
voort.
Naar het „Vaterland" (Luzern) uit
Oostenrijk verneemt, is het Jezuïetencolle
ge in Feldkirch zonder eenige schade
loosstelling onteigend. Verschillende groo
te provinciale huizen van een Zwitsersche
congregatie van Onderwijszusters onder
gingen hetzelfde lot. Deze beide maatre
gelen, wier omvang nog niet is na te gaan,
hebben in Zwitserland grooten indruk ge
maakt.
DE H. VADER SPREEKT OVER
KATHOLIEKE ACTIE.
De H. Vader heeft dezer dagen bij een
audiëntie opnieuw de beteekenis van het
gebed in deze moeilijke tijden onderlijnd.
Tegelijkertijd waarschuwde hij ervoor
dat men alle zorg moest besteden aan de
Katholieke Actie, en dat men Haar moest
beschermen voor verdachtmakingen: „Let
goed op, wat gij met de Katholieke Actie
doet, want zij is de Kerk zelf." Staten
kunnen verdwijnen en ook volkeren zijn
soms uitgestorven. Alleen de Kerk zal
nooit vernietigd worden, want aan Haar
is de eeuwigheid beloofd.
E
Het wijst niet op wijs
beleid als de richtingaan
wijzer nog wijst hoewel er
na de bocht niets meer
te wijzen is. Wijst uw ver
geetachtige medeauto
mobilisten daar eens opl
'n Richtingaanwijzer
is een nuttige helper,
maar