Waar wereldpolitiek wordt gemaakt. De Quai cTOrsay in Parijs BINNENLAND PACHTWET KERKNIEUWS DINSDAG 27 SEPTEMBER 1938 DE LEIDSCHE COURANT TWEEDE BLAD - PAG. 6 Frankrijk kent reeds eeuwen het begrip van een Ministerie van Buitenlandsche Za ken. Is er reeds tijdens Hendrik II, om streeks de helft der 16de eeuw, van Staats secretarissen sprake, ongeveer een halve eeuw later werden de functies zoodanig verdeeld, dat een dezer (Revol was de eer ste) zich uitsluitendmet internationale aangelegenheden had te bemoeien. Hij was, gelijk de andere Staatssecretarissen, de dienaar des Konings; al behandelde hij zaken van het land, hij was koninklijk ambtenaar. Dit verklaart, dat hij in den regel lang in functie bleef; merkwaardig is het wel, dat Lode wijk XIV in zijn bijna 70-jarige regeering slechts vijf dergelijke Staatssecretarissen heeft gekend, van wie Lionne de meest beteekenende, Brienne de langdurigste was. De toenemende betee- kenis van Frankrijk's positie leidde ertoe, dat de Staatssecretaris zich moest omge ven met beroepsdeskundigen. Dit waren personen, doorkneed in de internationale politiek; als Commies of, bij bevordering, eerste Commisies, werden zij naar Versail les geroepen, waar zij dan vrijwel geheel hun verder leven bleven. De diplomatie vormde een stand op zichzelf; men moest als Commies wel over zeer bijzondere be kwaamheden beschikken om zelfs in aan merking te komen voor de meest beschei den gezantschapspost. De revolutie wierp geheel dit systeem overboord; zij schiep een soort openbare diplomatie, waarbij Commisarissen optraden, die, tengevolge van hun korten ambtsduur en den naijver der anderen, weinig konden uitrichten. Eerst onder Napoleon werd de continuïteit hersteld; Talleyrand bleef het langst in functie; nadat hij in 1807 in ongenade was gevallen, hebben in nauwelijks 7 jaren tijds 3 opvolgers zijn functie gedeeld. Verande- ringe van beteekenis schiep het Napoleon tische regime niet; wat Talleyrand aan cen tralisatie had tot stand gebracht, bleef be waard. De wil van den Keizer gaf echter bij de behandeling van het meerendeel der zaken, zelfs van de kleinste, den doorslag. Dit veranderde reeds onder de Bourbons, maar in nog sterker mate toen, gevolg van het optreden van Louis Philippe in 1830, parlementaire gebruiken op den voorgrond traden. De Minister van Buitenlandsche Zaken, als hoedanig Guizot jaren fungeer de, was verantwoording aan het Parle ment schuldig, en dit had op de totdusver gebruikelijke behandeling der zaken een grooten invloed. Toch kan men niet zeggen, dat in de in richting van het Fransche ministerie in den loop der 19de eeuw groote veranderin gen zijn ontstaan. Twee af deelingen be- heerschten het departement: de politieke en de handelsafdeeling, scherp gescheiden, zelfs wat het bewaren der officieele en ge heime stukken betrof. De Freyeinet pro beerde in 1880 'n stoutmoedige hervorming, stoutmoedig omdat zij met alle tradities brak. Hij had een aanvankelijk succes, dat echter spoedig teloor ging. Eerst Clemen- ceau in 1906 waagde zich aan een nieuwe poging tot verbetering, die inderdaad drin gend noodig was. Immers, Frankrijk had zijn bondgenootschappen te verzorgen, aan zijn nieuw verworven koloniaal gebied te denken, rekening te houden met interna tionale veranderingen. Dank zij het door tasten van Clemenceau, die zich Pichon tot medewerker had gekozen, kwam het tot een samensmelting van politieke en eco nomische zaken, die te veel in elkander grepen om deze gescheiden te houden. De creten werden uitgevaardigd en weer in getrokken; posities werden geschapen en verdwenen, maar de lijn, door Clemenceau uitgestippeld, werd gevolgd. Het had ech ter tot minder gewenscht en ook niet voor zien resultaat, dat de invloed van den ver- derstaatssecretaris, politicus gelijk hij, af- antwoordelijken minister en van zijn on- hankelijk werd, in nog sterker mate dan tevoren, van den leider der politieke af- deeling. In den regel zijn dit personen, die later een belangrijke diplomatieke rol hebben gespeeld, die deze functie vervul den. Tot hen heeft Paléalogue behoord, die vooral in de Marokkaansche crisis den weg voor de Fransch-Engelsche Entente heeft geëffend. De inrichting van het Fransche Departe ment is thans zoo, dat den Minister, den naar binnen en naar buiten verantwoorde lijken staatsman, een kabinet ter zijde staat. De chef van die kabinet kan, als hij een persoonlijkheid van beteekenis is, in vloed uitoefenen. Rechtstreeks aan dezen ondergeschikt zijn de bureaux van het personeel en van de correspondentie, die ten aeele slechts administratieve beteeke nis hebben. Naast den minister staat het Protocal, een bij uitstek belangrijke posi tie in Frankrijk, waaraan groote waarde wordt gehecht. Maar de afdeeling van po litieke en economische zaken overschaduwt al de andere. Er zijn thans een groot aantal onderdirecties, die den arbeid verdeelen; een voor Europa, opnieuw in onderdeelen gesplitst; een voor Azië en Australië; een voor Afrika; een voor Amerika; een voor de mededeelingen aan gezanten en ten deele aan de pers; een voor Fransche in stellingen in den vreemde, terwijl hieron der ook de afdeeling der archieven ressor teert. De administratieve en technische af- deelingen komen, met de comptabiliteit, in de laatste plaats. Deze indeeling, die reeds van den vooravond van den grooten oor log stamt, is vrijwel dezelfde gebleven. Zoo nu en dan ondergaat de indeeling der politieke ressorten verandering, maar van veel beteekenis is dit niet. De positie van een Minister in Frankrijk is een bij uitstek politieke en parlemen taire. Geen land kent zooveel ministers in zoo korten tijd als Frankrijk, en slechts zelden maakt de Minister van Buitenland sche Zaken daarop een uitzondering. Wel is het waar, dat men bij politieke wijzigin gen eerder geneigd is dezen bewindsman te laten zitten dan eenig ander lid van een gevallen Kabinet, maar dikwerf brengt dit een verandering van portefeuille met zich. Na den oorlog behooren Poincaré en Briand tot de uitzonderlijke figuren, die geruimen tijd aan het roer bleven; Poin caré had zijn principieele herstelpolitiek voort te zetten, Briand om langs meer vre- te bereiden. De minister is voor alles ver- delievenden weg een nieuw Europa voor antwoording verschuldigd aan het Parle ment; niet slechts kent elke oppositie zich het recht toe om over buitenlandsche aan gelegenheden mede te spreken, maar het is een geliefkoosde gewoonte van de Fran sche Kamer om terwille van buitenland sche aangelegenheden een minister, die men uit binnenlandsche overwegingen kwijt wenscht te zijn, te doen vallen. Dit maakt de positie van Minister van Buiten landsche Zaken voor personen van het vak, voor aangewezen kenners van den internationalen toestand, weinig aantrek kelijk. Zelden of nooit heeft een Fransch ambassadeur van beteekenis zijn diploma tieke carirère geofferd voor een minister schap, dat hij slechts tijdelijk weet. En toch ziet men in Frankrijk meer dan elders, dat de gezanten uit alle kringen der samenleving voortkwamen; de gebroe ders Cambon, die terecht een groote repu tatie genoten, waren tevoren prefect ge weest; Barrère was tevoren journalist; de Jouvenel en Hennessy waren politici. Eenige verandering is daarin gekomen; er is meer contact gebracht tusschen het de partement en de diplomatieke posten; er wordt ook meer op dienst en deskundige aanspraken gelet dan tevoren. Doch dit geldt vooral de lagere rangen; in de hoo- gere blijft een verrassing altijd mogelijk. De Minister van Buitenlandsche Zaken in Frankrijk is in zekeren zin bevoorrecht boven zijn collega's in andere landen. Want Frankijk beschikt over een Departe ment van Buitenlandsche Zaken, sedert 1845 aan de Quai d'Orsay gevestigd, dat speciaal ervoor gebouwd is en overvloedig over de noodige ruimte beschikt. De Mi nister woont er, gelijk met bijna al zijn collega's het geval is. Maar bovendien, de Minister kan er als gastheer optreden, niet slechts tegenover staatslieden uit andere landen, maar ook jegens Souvereinen. Be zoekt een Souverein Parijs en Frankrijk, hij logeert op den Quai d'Orsay in de sta- tievertrekken, die over historisch ameuble ment beschikken. Vele zijn de zalen voor receptie geschikt, maar slechts één ervan heeft een algemeene erkende historische beteekenis: de Salie de l'Horloge, aldus ge naamd naar het prachtig uurwerk, dat de schoorsteenmantel siert. Hier kwamen be langrijke conferenties samen; hier werd de Vredesconferentie in 1919 geopeend; hier werd het Kelloggpact geteekend, kortom, hier speelde zich een deel van de politieke geschiedenis van dezen tijd af. De Minister is niet ver verwijderd van zijn voornaam ste strijdtooneel: de Kamer van Afge vaardigden, die het hem in den regel las tiger maakt dan de Senaat. Hij heeft slechts weinige schreden te gaan, kan deze te voet afleggen, gelijk Ferdinand van Bul garije, toen hij in 1908, kort na zijn ver heffing tot koning, in Parijs logeerde, een belangstellend toeschouwer was bij het op trede van den toenmaligen socialistischen Minister Briand, die de groote spoorweg staking had te bestrijden. Zoozeer was de vorst zelfs geïnteresseerd, dat hij geheel het uur vergat, waarop hij bezoeken had aangekondigd, en dat het den dienaren van het Protocol heel wat moeite kostte om hem ervan te overtuigen, dat hij deze niet zonder meer kon afzeggen! In tegenstelling met vroeger tijden, rei zen Ministers van Buitenlandsche Zaken veel. Waren het voor den oorlog bezoe ken, die de Souvereinen elkander over en weer brachten thans zijn het de staats lieden, die van gedachten wisselen. Tot voor den grooten oorlog was het geenszins een ongewoon verschijnsel, dat een En- gelsch Minister van Buitenlandsche Zaken nimmer zijn eiland had verlaten; Grey ondernam voor het eerst een buitenland sche reis, toen hij in 1912 Koning Edward VH naar Parijs vergezelde en op de vraag, of men persoonlijk voor hem iets kon voorbereiden, ten antwoord gaf, dat hij de Mona Lisa in het Louvre wilde zien! Thans is dat heel anders; de veelvuldige confe renties, de samenkomsten van den Vol kenbond, dikwerf ook het verleden der ministers stellen andere eischen. De Fran sche ministers van buitenlandsche zaken, die slechts de groote landen van Europa kenden, waren niet zeldzaam. Ook Briand en Poincaré hadden weinig gereisd. Met de tegenwoordige functionarissen is dit an ders, en dit komt hen bij het uitoefenen van hun functie zeker te stade. Niet alleen bij de beoordeeling van belangrijke za ken, die aan hun aandacht of goedkeuring worden onderworpen, maar evenzeer bij de debatten in het Parlement, die zij met meer psychologisch inzicht jegens anderen kunnen beheerschen. Als politieke stormen over Europa gaan, is het naar het staatsgebouw aan de Quai d'Orsay, waarvoor Briand's standbeeld se dert eenigen tijd prijkt, dat veler gedach ten uitgaan! Op 1 November in werking Gisteren is uitgegeven het staatsblad no. 285. Besluit van 23 September 1938, hou dende vaststelling van den dag van inwer king treding van: 1. de pachtwet (staatsblad 1937, no. 205), voor zoover de inwerkingtreding nog niet is bepaald.; 2. hét pachtbureaubesluit (staatsblad 1938, no. 657); 3. het Koninklijk besluit van 25 Juli 1938 (staatsblad no. 248), tot vaststelling van een algemeenen maatregel van bestuur ter uitvoering van artikel 58 der pachtwet. Datum van inwerkingtreding 1 Nov. 1938 DE KAASUITVOER NAAR BELGIë. In het gisteren gepubliceerde telegram, dat het Kamerlid M. P. van der Weijden gezonden heeft aan den Minister van Eco nomische Zaken zijn eenige fouten geko men. Men gelieve de 2e alinea als volgt te lezen: Door bekende cóntingenteeringsvoorne- mens van België ten anzien van kaas komt de vrijwel eenige factor can elasticiteit bij den kaasafzet naar het buitenland in ge vaar. R K. LAND- EN TUINBOUW- ONDERWIJZERS. Vereeniging in bisdom Haarlem, opgericht. Op initiatief der onderwijzersvereeniging L. T. B. is Zaterdagmiddag j.l. een ver eeniging van katholieke land- en tuin- bouwonderwijzers opgericht in het bisdom Haarlem. De leiding der vergadering was bij den heer C. P. Vergouwen te Voorhout. Ter oprichtingsvergadering was een verblij dend groote opkomst, welke omstandig heid nog hoopvoller werd, doordat de tien verhinderden zich alvast als lid meldden. De besprekingen hadden eeji zeer geani- rneer karakter en het pleit tot oprichting door den voorzitter gehouden, werd uit de vergadering herhaaldelijk krachtig onder steund. Bijzonder werd een nauwer contact met den L. T. B. en de katholieke jonge ren organisatie noodzakelijk geacht. Alle aanwezige heeren oordeelden niet alleen de oprichting nogdzakelijk, doch ga ven zich allen spotaan als lid der vereeni ging op. Omdat hier sprake is van een interdio cesane organisatie werden bij de bestuurs verkiezing slechts drie leden aangewezen om voorloopig zitting te nemen in het be stuur. Utrecht wijst dan twee andere le den' aan. De heer Vergouwen gaf daarom de lei ding over aan den heer B. Machielse te Beverwijk, terwijl voorloopig secretaris werd de beer P. H. IVferkies, M. H. Tromp straat 37 huis, Amsterdam-West. De heer Sergers, lid van het federatieve bestuur der organisatie, gaf verschillende toelichtingen, prof. A. Cleophas, voorzit ter der onderwijsvereeniging L. T. B. alsook de heer C. A. J. van Baar, secreta ris van den L. T. B. zegden volle medewer king toe, terwijl rector L. Beune, mode rator der K. J. M. V. een beroep deed op den steun der leden bij zijn mooi jongeren werk. Algemeen werd de verwachting uitge sproken, dat bij zulk een grootsch begin, de overige katholieke land- en tuinbouw- onderwijzers zich spoedig als lid zullen melden. IMIVnGRATIE- EN ARBEIDSOVEREEN KOMST MET ARGENTINIë Op 6 September te Buenos-Aires onderteekend Het ministerie van Buitenlandsche Zaken maakt bekend, dat 6 September j.l. te Buenos-Aires de onderteekening is geschied van een immigratie-en arbeidsovereen komst met Argentinië TEGEN SCHIPHOL ALS CENTRAAL VLIEGVELD. In de gisteren door de Rotterdamsche Kamer van Koophandel bijeengeroepen spoedvergadering is zeer beslist stelling genomen tegen het voornemen der Re geering om Schiphol te bestemmen tot centrale luchtvaarthaven. DE INDISCHE VORSTEN NAAR DE HEMBRUG Vanmiddag hebben vier pangerans onder leiding van den heer A. A. G. Feuillteau de Bruyn, generaal-majoor b.d van het K.N.I.L., hoofd van de zesde afdeeling van het Departement van Koloniën, een be zoek gebracht aan het staatsbedrijf der artillerieinrichtingen aan de Hembrug. DE WERELDTENTOONSTELLING TE NEW YORK Het Nederlandsch paviljoen Wij vernemen, dat na gehouden aanbe steding door de stichting „De Nederland- sche deelneming aan de Wereldtentoon stelling te New York in 1939" aan de N.V. van Werven's Timmer- en Aannemings bedrijf te Amsterdam is opgedragen de vervaardiging van het interieur van het Nederlandsche paviljoen, volgens plannen DE MYDRECHTSCHE MILLIOENEN- ZAAK. Nieuwe getuigen en nieuwe documenten? In de nog steeds niet geëindigde Mij- drechtsche millioenenzaak is door de Haarlemsche advocaten mr. ten Bokkel en mr. Venhuizen een aanvullend revisie-on derzoek ingediend. Er zijn n.l., naar verzekerd wordt, twee nieuwe getuigen op het tooneel versche nen. 1 Bovendien heeft zich onlangs nog een merkwaardige gebeurtenis voorge daan, n.l. het vinden van een geheime bergplaats in de woning van de overleden mevr. van Wieringen- van Soest. Bij testamentaire beschikking vermaak te mevrouw van W. haar villa aan de ge meente Mijdrecht. Deze villa zou kunnen dienen als gemeentehuis. Er werd echter een clausule in opgenomen, dat de villa tien jaren leeg zou moeten staan en dan. moest worden afgebroken. Sedert 1932, het jaar, waarin mevr. van W. overleed, staat de villa leeg. In het park mag men wan delen met goedvinden van B. en W. De eertijds zoo statige villa komt echter steeds meer in verval en het vandalisme der jeugd heeft geen grenzen. Er is geen. ruit meer heel. Het was echter de jeugd niet alleen, die aan de vernieling schuldig is, ook ouderen hebben hiertoe het hunne bijgedragen. Tij dens de behandeling van de Mijdrechtsche millioenenzaak voor de rechtbank werd er steeds gezinspeeld op geheime bergplaat sen en er was groot anirno, iets van deze geheimen te ontsluieren. Dit schijnt thans gelukt te zijn aan eenige kermisexploitan ten, die in het park van de villa attracties hadden ingericht bij gelegenheid van de feesten om het regeeringsjubileüm van H. M. de Koningin. Losse steenen werden uit hun voegen gehaald en nauwkeurig werd gespeurd, of er iets bijzonders te ontdek ken viel. Toen men buiten met het onder zoek klaar was, werd dit binnen voortge zet. Het geheele huis werd nagesnuffeld, zelfs het behang werd op verschillende plaatsen van den muur getrokken. Documenten gevonden. In de kleedkamer van wijlen mevr. W. troffen zij een schoorsteenblad aan, dat los zat. Het schoorsteenblad werd weggeno men, het cement werd stuk gemaakt en men vond inderdaad een opening. Hierin zagen de snuffelaars een bundeltje papie ren liggen, dat met groote nieuwsgierig heid werd opengemaakt. Dit werd al spoe dig bekend in he dorp en de geruchten er omheen namen zelfs fantastische vormen aan. Een der vinders heeft zich daarop naar den veldwachter begeven, om een en ander af te geven. De veldwachter was echter op dat moment niet thuis en daar ,de vinder een officieele verklaring wilde hebben, dat hij een en1 ander had afgege ven, wilde hij de papieren aan de vrouw van den veldwachter niet afstaan. Daarop is hij verdwenen en op het oogenblik is nog niets omtrent zijn verblijfplaats be kend. Al klinkt het verhaal van de twee opge doken getuigen nog niet zoo erg overtui gend, de vondst der documenten kan mis schien de sluier over het mysterie van Mijdrecht oplichten. De kweeker Broerse rekent er vast op, dat hij in de gelegen heid zal worden gesteld, nader aan te toonen, dat hij zijn aanspraken op de er fenis met het volste recht kan laten gel den. KOOPT GEEN GASMASKERS DIE NIET ZIJN GOEDGEKEURD. Waarschuwing van de zijde van de regeering. De dienst der Volksgezondheid van het ons: Er bestaan gegronde redenen om te ver moeden, dat onverantwoordelijke elemen ten trachten in deze dagen van internatio nale spanning gasmaskers aan het publiek te verkoopen, welke niet voldoen aan de van overheidswege gestelde eischen en dan ook niet zijn voorzien van het officieele goedkeuringsmerk. Dergelijke gasmaskers bieden den drager geen enkelen waar borg, dat zij hem bescherming geven tegen oorlogsgassen. Het bezit van een dergelijk masker is een gevaar, omdat men in ge val van nood daarop vertrouwt en dit ver trouwen met verlies van gezondheid of leven zal kunnen bekoopen. Het publiek wordt derhalve met klem aangeraden bij aankoop van een gasmas ker te letten op het officieele keu- ringsmerk. Dit bestaat uit twee ovale ringen, waarin boven een kroon, links de letter G, rechts het getal 37, onder de let ters S. Z. en in het midden het nummer. Dit merk komt op het gelaatstuk en op de filterbus voor. Op beide onderdeelen moeten tevens voorkomen het jaar van aanmaak en naam en adres van den fabri kant of importeur. De medewerking van het publiek wordt verzocht om te voorkomen, dat ondeugde lijke gasmaskers in omloop worden ge bracht. Bij aanbieding van gasmaskers welke niet van het goedkeuringsmerk zijn voorzien waarschuwe men den direc teur van den Keuringsdienst van waren in het gebied waar die aanbieding plaats vindt, zoo noodig door tuschenkomst van de plaatselijke politie. STAKING IN DE WERKVERSCHAFFING TE AARLE-RIXTEL. Gisterochtend is bij de werkzaamheden voor de omlegging van de Aa, onder de gemeente Aarle-Rixtel, welke onder lei ding van de Grontmij voor het water schap de Aa in werkverschaffing worden uitgevoerd, een conflict uitgebroken, waar bij ruim zevenhonderd man zijn betrok ken. Tweehonderd tewerkgestelden uit 's-Her- togenbosch weigerden aan den arbeid te gaan, omdat een wijziging in het ploe- genstelsel was gekomen. Zij oefenden op de andere tewerkgestelden een zoodanige pressie uit, dat ook dezen het werk neer legden. Een groep van' zeventig man uit Helmond, die vanochtend voor het eerst onder Aarle-Rixtel aan het werk zouden gaan, keerde heel spoedig naar Helmond terug, waar zij zich aan de arbeidsbeur zen vervoegden en mededeelden, dat zij niet met het werk durfden te beginnen. Op het oogenblik ligt het werk stil. Een groep Bosschenaren heeft zich later naar de werkverschaffing aan de Aa, nabij^ sluis 9, onder Stipdonk, begeven, waar zij de daar tewerkgestelden eveneens wisten over te halen, het werk neer te leggen. Ongeregeldheden hebben zich niet voor gedaan. Frauduleuze reisdeclaraties Ten vervolge op de beantwoording van vragen van den heer Van der Weijden, naar aanleiding van de in het verslag der algemeen rekenkamer over 1937 gedane mededeeling omtrent frauduleuze reis declaraties heeft de Minister van Justitie medegedeeld, dat hem bij onderzoek is ge bleken, dat het hier niet betreft reisde claraties van een ambtenaar doch van een functionnaris in dienst van een particuliere instelling, welke in het genot van Rijks subsidie is. De onregelmatigheden hingen samen met onbekendheid met de ter zake geldende voorschriften, terwijl alleszins aannemelijk werd, dat kwade trouw niet aanwezig was, de mogelijkheid van per soonlijk voordeel was reeds van den aan vang af uitgesloten. Het bedoelde geval geeft, gelijk uit het medegedeelde blijkt, geenerlei aanleiding tot een indruk, als zoude het opmaken van onjuiste reisdeclaraties ten eigen voor- deele of anderszins te kwader trouw ge makkelijk worden ondernomen. De minister stelt zich voor, over de vraag of hij kan toezeggen, het treffen van maatregelen te bevorderen, welke ertoe leiden, dat in den vervolge elk geval van valschheid in reisdeclaraties in handen van de justitie zal worden gesteld, ter be oordeeling van de vraag of aanleiding voor een strafvervolging aanwezig is, nog in overleg te treden met zijn ambtgenoot van financiën, die met de uitvoering van het reisbesluit is belast. NIEUWE MAATREGELEN TEGEN DE KERK IN OOSTERIJK. Kerkvervolging schrijdt onverminderd voort. Naar het „Vaterland" (Luzern) uit Oostenrijk verneemt, is het Jezuïetencolle ge in Feldkirch zonder eenige schade loosstelling onteigend. Verschillende groo te provinciale huizen van een Zwitsersche congregatie van Onderwijszusters onder gingen hetzelfde lot. Deze beide maatre gelen, wier omvang nog niet is na te gaan, hebben in Zwitserland grooten indruk ge maakt. DE H. VADER SPREEKT OVER KATHOLIEKE ACTIE. De H. Vader heeft dezer dagen bij een audiëntie opnieuw de beteekenis van het gebed in deze moeilijke tijden onderlijnd. Tegelijkertijd waarschuwde hij ervoor dat men alle zorg moest besteden aan de Katholieke Actie, en dat men Haar moest beschermen voor verdachtmakingen: „Let goed op, wat gij met de Katholieke Actie doet, want zij is de Kerk zelf." Staten kunnen verdwijnen en ook volkeren zijn soms uitgestorven. Alleen de Kerk zal nooit vernietigd worden, want aan Haar is de eeuwigheid beloofd. E Het wijst niet op wijs beleid als de richtingaan wijzer nog wijst hoewel er na de bocht niets meer te wijzen is. Wijst uw ver geetachtige medeauto mobilisten daar eens opl 'n Richtingaanwijzer is een nuttige helper, maar

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 6