HET GOUDEN PRIESTERFEEST VAN Z.D.H. MGR.H.J.M. TASKIN ZATERDAG 13 AUGUSTUS 1938 29ste Jaargang No. 9107 S)e Ccid&eh^Goti/fca/nt Telefoon: Redactie 15. Telefoon: Administratie 935. DAGBLAD VOOR LEIDEN EN OMSTREKEN ZIJN FEEST, EEN FEEST VOOR ALLEN Wel schoon is de roeping van 'hem, wien straks binnen de muren van Warmond's Seminarie de dankbare hulde van heel ons Bisdom gelden zal. Verheven taak! dat gestadig aankwee- ken van nieuwe krachten voor den Wijn gaard Gods, waar eigen arbeid reeds zoo rijken oogst deed rijpen; dat telkens weer uit 's Heeren kudde, met zooveel zorg ge weid, het allerbeste kiezen, opdat het Hem ten offer voor eeuwig worde toegewijd; dat altoos weer, in jonge priester-harten, nieu wen geestdrift wekken voor den Christus- Koning, in Wiens dienst men zelf mocht voorgaan en vergrijzen. Voorzeker, al wie den jubel van dit gou den Priesterfeest gaan deelen, zij mogen wel verwachten, dat daarbij met den groot sten nadruk nog eens zal worden gezegd, hoe het allereerst en meest de aankomende Priesterschap van ons Seminarie genieten mocht, van wat binnen die heilige muren, hun ten zegen, door Monseigneur Taskin gewerkt werd en gewonnen. Deze verwachting is rechtmatig. In een hier volgend artikel zal daaraan dan ook ten volle worden voldaan. Ieder echter, die deze 50 jaren in vollen omvang aan zich voorbij laat trekken, hij zal een rijker oogst ontdekken dan welke enkel binnen Warmond's heiligdom mooht v/orden weggeborgen. „Apostolatum vestrum veneror. Coro- nam vestram saluto" „Ik eer uw apostel- werk en groet uw kroon". Zoo zeggen, bij dit feest, wij allen priesters en leeken het den heiligen Paus Leo na (Post Epist. 51) en daarbij gedenken wij den schat van zegen, welken het apostolisch werk van dezen eerbiedwaardigen Feeste ling over heel het Haarlemsch Bisdom bracht, al den glans, waarvan zijn nu reeds gouden Priesterkroon in wijdsten omtrek lichtte. Heeft niet het priester-leven van Zijne Doorluchtige Hoogwaardigheid Monseig neur H. J. M. .Taskin zich gekenmerkt door algemeene waarden vooral? Als hij rusteloos ijverde om a.lles te zijn voor zijn studenten, ging dan tegelijk zijn in vloed niet ver èn diep over geheel het Ker kelijk leven, ook buiten hunnen kring? Onder het dubbel teeken van dood en leven is ook hij eens neergeknield om in zijn vaderstad den 15en Augustus 1888 van Cods onvolprezen goedheid het H. Priester schap te aanvaarden. Onder 'het teeken des doods, want toen werd hij der wereld ge kruisigd; onder het teeken des levens, want voor het vergankelijke, dat hij offe ren mocht, werd hem op dien onvergete- lijken morgen het onvergankelijke in ruil gegeven. En uit de kracht van dat dubbel- heilig teeken is in hem, van den beginne af, een ontembaar enthousiasme, een niet te dooven geestdrift gegroeid voor alles, wat hem dienstig leek, om in heel ons Roomsche volk het zuiver-Katholiek denkend en doen te behouden en te ver sterken. Het moge dan waar zijn, dat deze vroe gere Subregent van het Klein-Seminarie en latere Praesident van het Groot-Semi narie, bij de d.agelijksche en zoo strenge behartiging zijner vele plichten, allereerst zyn toekomstige mede-priesters genieten deed van zijn lessen, zijn voorbeeld en ge bed toch stond het vast voor ieder, dat zijn hoogste toeleg was, over het altijd wisselend getal zijner leerlingen heen, de christelijke wereld daarbuiten, kwij nend in haar godsdienstig leven en altoos luchtiger in haar levensopvatting, te dwin gen in meer degelijke, meer uitgesproken Katholieke richting. Ja! by het klimmen van zijn jaren, bij het rijpen zijner kostbare ervaring, scheen zijn belangstelling voor al wat het open baar leven te zien gaf eveneens gestadig te groeien. En dit, terwijl toch de beslo tenheid van een zóó langdurig Seminarie leven licht de aanleiding had kunnen wor den tot een langzame vervreemding van al datgene juist, wat het meer publieke leven, 'het zoogenaamde praktijks-leven, van onze Priesters vragen moet. Zoo kon het gebeuren, dat Warmond's Praesident niet enkel zich gaf aan de we tenschappelijke en vooral geestelijke vor ming zijner Theologanten, maar tegelijker tijd en immer bereid bleek tot practische voorlichting van al wie reeds de zielzorg droegen, op het zich steeds meer ontwikke lend parochiaal terrein. Zoo ook was het verklaarbaar, dat hij niet enkel en wel tot in de kleinste bij zonderheden het eigen huiselijk com- muniteits-leven wist te moderniseeren, te vergemakkelijken, te vervolmaken, maar tevens met warme en daadwerkelijke be langstelling volgen bleef al hetgeen op cul tureel, religieus, paedagogisch, sociaal of ander gebied, buiten zijn Seminarie, in aan passing vooral aan dezen nieuwen tijd, zich ging vormen of ontwikkelen. Geen wonder dan ook, dat de leidende figuren er steeds op uit waren den naam van Monseigneur Taskin, op eenigerlei wijze althans, te verbinden aan zoo-goed- als elke nieuwere stichting of beweging; dat men geen actie of manifestatie, van meer algemeene beteekenis, ten volle ge slaagd dorst noemen, indien bij hare open baring of ontplooiing ook hij, door zijn per soonlijke deelname of verschijning, daar- ean niet het waarmerk zijner bijzondere waardeering hechtte. Hebben echter eigen aanleg en ijver den Jubilaris steeds gemakkelijk in deze rich ting voortgestuwd, zijn naam en persoon mochten vooral toen aan beteekenis en in vloed winnen, toen het hoogste Kerkelijk Gezag, bij herhaling, hem riep tot een of andere 't zij tijdelijke 't zij meer blij vende functie in het Centraal Bisschop pelijk Bestuur. Onschatbaar zijn voor ons allen, bijzonder voor de meer ingewijden, de talrijke en gewichtige diensten, welke hij als Proost van het Hoogw. Kapittel, meer nog als Vikaris-Kapitularis van het Bisdom tot twee malen toe aan Haarlem's Diocees heeft bewezen. Mag echter, om wille van dit alles, het g a n s c h e Bisdom op dezen hoog ver dienstelijken Jubilaris groot gaan, dan mogen dat zeker heel bijzonder de Katho lieken van wat wij noemen willen het „district Leiden". Hier immers mocht hij, alles wèl geteld, gedurende 55 jaren worden gerekend onder de meest achtens waardige bewoners. Wie hem als zoodanig met goud zou willen kronen, komt heden reeds een lustrum te laat! Daarom!.... hier vooral in Leiden en omgeving, hier steken wij allen, van wo ning en van torenspits, op 15 Augustus a.s. den feestvlag met zijn Roomschen wimpel uit. Hier vooral leeft dankbaarheid, nu naar het woord der H. Schrift van hem ge zegd mag worden: „God heeft hem gesterkt en tot in zijn ouderdom zijn hem de krachten gebleven". (Eccl. 46, 11). Hier vooral zal worden gebeden, dat hij in 's Heeren huis geplant nog tal van jaren zijn overvloedige vrucht moog' geven (Ps. 91, 14) en dat God hem schenke het eigen 50-jarig priesterleven te blijven vermenig vuldigen in telkens nieuwe, door hem zelf geleide Priesters. Zij immers zullen altoos blijven zijn „Gaudium et Corona", zijn heiligste blijdschap en kostbaarste kroon. L. WESTERWOUDT pr. Noord wij kerb out. DE PRAESES GOUDEN PRIESTERJUBILARIS In den gouden gloed van zijn avondzon staat het leven van den Praeses van War mond. Van een avondzon, die vol nog van helder zomerlicht het levenslandschap, waarover zij haar stralen uitzendt, in zijn kleurige, rijk afgewisselde schoonheden overstraalt. Op dezen feestdag van Maria Hemelvaart viert Monseigneur Praeses Taskin zijn vijftigjarig priesterfeest en hon derden priesters verheugen zich met hem mee. Zeer moeilijk is het om dit prachtige, rijk gevarieerde priesterleven van een halve eeuw in al zijn schakeeringen te overzien, ondoenijk het in al zijn variaties te beschrij ven. Een halve eeuw van heel werk. Wat al gewichtige functies heeft deze veelzijdige gouden jubilaris, ridder van Oranje Nasau, ridder van den Nederland- schen Leeuw, door den Paus al sinds jaren met de hoogste kerkelijke eere onderschei den, in zijn vijftig priester jaren niet ver vuld. Kapelaan in een kiesche stelling, leeraar er. subregent van het klein-seminarie „Ha- geveld", hoogleeraar in de moraal, kanun nik en proost van het Haarlemsche kapittel, voorzitter der Haarlemsche liturgische com missie, officier van justitie bij de kerke lijke rechtbank, examinator der priester examens, kapittelvicaris en bestuurder van het Bisdom Haarlem bij vacature van den bisschoppelijken zetel tot twee malen toe, visitator van vele religieuze communiteiten en vooral Praeses van het Groot-Seminarie te Warmond. De opsomming alleen reeds dezer func ties, die waarschijnlijk niet compleet is. zal een ieder, die ze leest, van de veelzijdig heid van dit priesterleven en den rijkdom in verdiensten bij dit gouden jubilé over tuigen. Een ieder evenwel, die dit leven kent, weet het ook: het middenstuk, het hoofd thema van deze halve eeuw van priester lijken arbeid is het presidentschap van Haarlemsch Groot-Seminarie te Warmond. Wie dezen gouden jubilaris kent en wie kent hem niet kent hem als „De Praeses" en noemt hem zoo. Van de vijftig jaren van priesterschap, welke Gods gunst op dezen dag voor dezen gouden jubilaris vol maakt, zijn het er ruim twee-en-dertig, gedurende welke de Praeses het bestuur van het War- mandsche groot-seminarie heeft uitge oefend. Een feit wel eenig in de geschie denis. Drie opeenvolgende Bisschoppen van Haarlem's diocees benoemden of bevestig den hem in deze voor het bisdom zoo onbe rekenbaar belangrijke functie. Geen won der dan ook, dat van al degenen, die de Praeses in 1906, het jaar zijner ambtsaan vaarding, in het seminarie aantrof, nie mand meer daar aanwezig is. Hij alleen is gebleven. Zoo is het zijn naam geworden onder priesters en onder leeken: De Prae ses. En aan hem als „De Praeses" willen wij op dit zijn gouden priesterfeest met zoo vele anderen gaarne een woord van hulde, dat van zelf ook een woord van dank is, uit het hart neerschrijven. Ieder toch, die hem in 1906 als Praeses van Warmond zijn ambt heeft zien aan vaarden en beginnen en die zijn ambtsver vulling gedurende een deel van de 32 ja ren met eigen oogen van nabij heeft aan schouwd, moet wel met eerlijke bewonde ring en oprechten eerbied naar dezen stoe- ren priester en zijn priesterlijk werk op zien. Hoe delicaat was zijn komst, hoe moei lijk was het begin van zijn presidentschap doch met welk een volkomen inzet van de krachtige constitutie van zijn geest en lichaam beide heeft hij zijn ambt opgeno men en vast gegrepen. En wij weten het allen, wat hij vast greep, dat hield hij ook vast. Nooit is er een deel van zijn zware en verantwoordelijke plichten uit zijn ster ke vuist losgekomen of aan zjjn vasten greep ontglipt. Met een strak getrokken vastheid van wil, met een onverzettelijke en nooit versagende sterkte van geest, met een eerbiedafdwingende volharding heeft hij de plichten van zijn ambt als Praeses van jaar tot jaar, van dag tot dag, van het vroege morgenuur tot het late daguur stiptelijk en onberispelijk vervuld. Ieder onderdeel van zijn taak had steeds zijn volle zorg. Het materieele innerlijk en uiterlijk van het huis, waar bij zijn komst de patentolie lamp nog flakkerde en spetterde, heeft hij geheel van aanzien doen veranderen en ge moderniseerd. Hoe interessant zou het zijn, als wij nog eens een moment het oude huis konden zien en het vergelijken met wat het geworden is. Een oude gerimpelde en verschrompelde grootmoeder was het en nu staat het daar als een frissche, fleurige mo dern gekleede jongedochter van dezen tijd. Doch de groote glorie van deze ambts vervulling ligt niet zoozeer op het stoffe lijke gebied. Niet de moderniseering van het gebouw, de staag voortgezette ver fraaiing van de kapel, de bouw of inrich ting van college- c-n ontspanningszalen, aanleg van plantages of sportterreinen, van lichtinstallatie, bakkerij of keukengerei, van betegeling of toepassing van moderne Adv. en Aboon.-tarieven zie peg. A, Giro 103003. Postbus 1L Wegens het Feest van Onze L. Vr. Ten Hemelopneming zal de Leidsche Courant Maandag a.s. niet verschijnen. DE DIRECTIE. techniek in en om en aan t' huis, neen dit alles, hoe goed verzorgd dan ook, is onder geschikt geweest en als bijkomstig gere kend by het eigenlijke, het hoofdwerk van een Praeses van een groot-seminarie: de vorming en opvoeding van jonge mannen tot geschikte priesters in een moderne we reld. Op dit terrein heeft deze gouden pries terjubilaris zijn groote verdiensten gehaald, cp dit veld heeft hij zijn triomfen voor de Kerk en voor Jezus Christus bevochten en gewonnen. Verreweg de meesten der Haar lemsche priesters en de jongeren allen zijn opgeleid en gevormd door dezen Praeses, patriarchaal in jaren en verdiensten, maar sterk nog van lijf en jong van geest en hart. Hoe straalt als een klare ster het voor beeld van zijn nooit verslapte stiptheid in de stage vervulling van zijn plicht voor het gezicht van alle priesters, wier Praeses hU is geweest. Door dit licht alleen reeds is zijn invloed op de levensopvatting en plichtsvervulling van de honderden pries ters van Haarlem's bisdom niet licht te overschatten. Als een luid klinkende waar schuwing tegen sleur en verslapping in de vervulling van het opgedragen werk, als een steeds opstuwende drang om de begon nen taak vast te houden en fier met vol harding door te zetten, zoo is het leven van den nu gouden Priester geworden voor hon derden andere priesters van ons bisdom. Het alternatief, dat over den Praeses on bewust in een geest der studenten leefde was dit: trouw en op tijd voor uw taak of dood. Eénmtal :n de ruim 32 jaren van zijn presidentschap is het voorgekomen, dat de jubilaris niet op de gewone minuut in de kapel verscheen om voor de studenten de dagelijksche meditatie te doen en de H. Mis te lezen. Toen het morgengebed buiten zijn tegenwoordigheid was beëindigd en hij nog niet was verschenen, ontstond onder de studenten een merkwaardige stilte en span ning. Hier tn daar werd gefluisterd: Dot wordt een Missa „Requiem". Slechts ééne verklaring van zijn afwezigheid scheen mogelijk: de Praeses moest wel dood op zijn bed liggen. Na eenige oogenblikken deed zijn forsch binnentreden een geruisch van ontspanning door de rijen der studen ten gaan. Ziedaar den man getypeerd: dood of trouw en stipt bij zijn plich't en trouw tot den dood. Daarbij niettemin geen geestelijke rheu- matïek, geen onredelijke, starre vasthou dendheid aan wat eenmaal is, geen opgeslo tenheid binnen de enge grenzen van het eenmaal meenomen standDunt. Iedere ver nieuwing, welke een verbetering, op welk terrein dan ook, wezen kon, was hem wel kom. Hoe bt luisterde hij ieder nieuw ge luid over opvoeding, vorming, wetenschap of zielzorg ook buiten het seminarie. En wanneer een herziening of aanvulling der geldende opvatting of der ideeën op eenig terrein, grenzende aan dat der practische zielzorg, noodig of nuttig scheen, hoe gaar ne noodigde hij dan de best georiënteerden op dit gebied uit, om zijn studenten daar mede bekend te maken en voor te lichten. Heeft hij door deze voortdurende stuwing naar het betere en het beste o.a. niet de uitvoering van den Gregoriaanschen zang en der liturgische plechtigheden in het se minarie tot een model gemaakt voor het gansche bisdom! En aldus heeft hij als een wakkere kapi tein zijn volgeladen schip steeds in den juisten koers op doen stoomen en kostbare ladingen binnen gebracht. Krachtig, snel en rechtuit. Ik zal u zegenen en Ik zal uw nage slacht maken talrijk als de sterren des he mels, sprak God tot Abraham. Aan deze woorden mogen wij denken op dit jubel feest. De geestelijke zonen van dezen in dubbelen zin gouden priester zijn bij hon derden als priesters over het bisdom Haar lem verspreid en zij allen dragen de her innering van zijn voorbeeldige plichtsge trouwheid, van zijn gaaf voorbeeld en van zijn benijdenswaardige volharding bij den opgelegóen arbeid als een helder licht in het geheugen met zich mede. Onder dat licht zien zij, hoe zij moeten facere et do- cere, doen en onderrichten en daarbij nooit versagen. Zoo was zijn leven als een zon, waaruit honderden kleurige sterren zijn ge vloeid en verspreid. En nu, wij weten het: de dood is een al- leenheerscher, een dictator. Ware het niet aldus, hij zou geen kans krijgen dezen ster ken man te verslaan, te overwinnen en neer te leggen. Intusschen staat het vast, dat Hij, die ook den dood heeft overwon nen, de Hoogepriester, dezen priester in het Hart draagt en dat Hij hem als vooi^ecldi- gen priestervormer van groot formaat een maal zal zetten in het schitterende glorie- licht. Hij leve hoog: „De Praeses". FOTO VAN DEN HOOGWAARDIGEN JUBILARIS KORT NA DIENS PRIESTERWIJDING. J. H. VISSER. Wateringen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 1