Wie is mijn man? DE „KARIMATA" EN DE „LUTINE". FEUILLETON door OTFRID VON HANSTEIN. (Nadruk verboden). 17) „Ik begrijp er maar niets van. Ik kan niet gelooven, dat hij een misdadiger is." Zoo ver als ik naar de foto oordeelen kan, lijkt mij dat ook niet waarschijnlijk. Ik moet ook bekennen, dat „de andere" my in' het geheel niet sympathiek was. Maar het blijft natuurlijk uiterst moeilijk zich een oordeel te vormen." „In geen geval kan ik „die andere" trou wen." „Niemand kan u daartoe dwingen." „Hoe vind ik een uitweg?" Buiten klonk het signaal van een auto, die binnenreed. Juffrouw Turner streelde het meisje over haar gezicht. „Nu vraagt uw vader in de allereerste plaats onze aandacht en wat hem toekomt, wilt u hem naar Lissabon laten overbren gen?" „Er is iets in mij, dat er zich tegen ver zet hem nu naar Lissabon en naar die lie den te vervoeren." „Geeft u hem dan hier op Madeira, waar hij de laatste maanden van zijn leven door bracht, zijn laatste rustplaats. Ik ga met u mee en u blijft mijn gast op Quinta Espe- ranca, totdat alles voorbij is." Slechts enkele personen stonden rond het graf. De Duitsche en Amerikaansche consul, de Portugeesche gouverneur. De overledene was eigenlijk Duitscher, Amerikaan en Portugees tegelijk geweest. Verder waren er alleen de dochter en juf frouw Turner. Eerst den morgen van de begrafenis zond Iracema bericht van het overlijden naar Lissabon. Ze had willen vermijden, dat de beide mannen, die zij vreesden, zouden overkomen en de laatste droeve plechtig heid rond haar vader door hun aanwezig heid verstoren. Ook gedurende deze dagen had zij geen taal of teeken van Robert ver- Hij was dus niet op Madeira aan wal ge stapt, hij had haar ook geen telegram ge stuurd, wat hij toch tijdens zijn reis had kunnen doen, wanneer hij door eenig belet sel misschien ziekte verhinderd was geweest van boord te gaan. Door bemiddeling van den Duitschen consul had zij hem als passagier van de Royal Mail een radiotelegram doen toeko men. Het schip had hierop geantwoord: „Geadresseerde niet meer aan boord". Hij had dus het schip verlaten, hoe wel het schip geen andere haven aange daan had dan Funchal op Madeira en zooals de Duitsche consul had vastgesteld daar in geen geval aan land was ge gaan. Had hij werkelijk een slecht geweten? Was hij toen hij zich ontdekt zag over boord gesprongen en had hij zelfmoord ge pleegd? Iracema kon, en wilde het niet gelooven. Desondanks was zij er juist van over tuigd, dat hij nooit een bedrieger was ge weest. Zij zat met juffrouw Turner alleen op het groote terras van Quina Esperanca. Ze was zichzelf nu volkomen meester en vast beraden. „Ik ga morgen met de boot naar Lissa bon. Ik zal mij tot den Duitschen consul wenden en rechtskundigen bijstand nemen. Ik ben geen kind, waar men mee doen kan wat men wil!" Maar toen verloor zij weer moed. „Maar als het mij niet gelukt, juffrouw Turner, als het mij niet gelukt?" „Dan moet u niet vergeten, dat ik deze dagen van u ben gaan houden. Komt u dan bij mij terug, en wees er zeker van, dat ik u altijd met open armen zal ontvangen!" ZESDE HOOFDSTUK. De stoomer, aan boord, waarvan Irace ma zich bevond, naderde Lissabon, en gleed langzaam voorbij het majesteitelijk op de rotsen troonende kasteel van Cintra. Ira cema, die gedurende den overtocht kalm was geweest, voelde zich in het gezicht van Lissabon weer wat onrustiger worden. Haar bagage stond reeds op het dek opeens viel haar oog op een courant, die naast haar dekstoel lag. Om zich wat te ver strooien nam zij hem op en begon te le zen. Daar stond de naam van haar vader. Het was een courant uit Lissabon, van enkele dagen geleden, die door een of ander toe val daar lag. Bijna de geheele laatste blad zijde werd door overlijdensaankondigingen haars vaders ingenomen. „Den 12en Juli stierf te Funchal op Ma deira tot ons groot leedwezen onze gelief de vader en oom Severing in den ouder dom van 73 jaar. In groote droefheid. Iracema Severing, geboren Severing Robert Severing. Ze kromp ineen, maar dwong zich ook de andere aankondigingen te lezen. Ten zeerste getroffen berichten wij het overlijden van onzen hoogvereerden com pagnon en het hoofd onzer firma, consul- generaal Emmerich Severing, die na 'n langdurig lijden op Madeira overleed. Wij zullen de zaken der firma, die nu in ons be zit is overgegaan, opdezelfde "vijze blij ven voortzetten. Robert Severing Alfonso Figueira. Iracema lei het blad weer neer. Een ijzige rust was over haar gekomen; het be richt in die courant was goud waard. Voor al omdat zij het in handen kreeg, voor dat zy den bodem van Portugal betrad. Het sprak vanzelf, dat deze Robert Se vering, die geheel buiten haar om, deze aankondiging had laten plaatsen, niet haar Robert was, maar Jenkins. Het was duide lijk, dat hij en Figueira bondgenooten wa ren, om haar de zaak afhandig te maken. Nu zij dit volkomen duidelijk aanvoelde en zag, werd zij veel rustiger. Tegen bedrie gers toch, bestond de bescherming van het gerecht. Toen de boot aanlei, mengde zij zich zoo góed mogelijk in het gedrang. Aan de wal had zij Jenkins al zien staan de rouw band om zijn arm en het gelukte haar hem ongemerkt voorbij te komen en in een gesloten auto te stappen. „Hotel Metropole". Ze koos met opzet haar verblijf in een hotel. Wel stond natuurlijk de villa van haar vader in de Rue Rio de Janeiro te ha- rer beschikking, maar daar woonde op de eerste verdieping Figueira. Ze nam een kamer in het hotel en schreef van daaruit naar Figueira: Beste Oom, Ik weet eigenlijk niet, of ik u zoo nog moet noemen. Ik was het van kind af aan gewoon, omdat u de beste vriend van papa was. Maar ik weet nu niet meer wat van u te denken. Er gebeuren dingen die niet kloppen. Daarom ben ik niet naar mijn huis gegaan, maar in het hotel afgestapt. Voordat ik mij tot de rechtbank wend, wilde ik gaarne nog eenmaal met u maar uitsluitend met u! nader overleg plegen. Ik noodig u dus uit mij te komen bezoeken. Ira." Een uurtje later bracht de hotelbediende het antwoord. „Mijn teerbeminde Iracema, Oom Figueira is gisteravond voor een langdurige vacantieTeis en rustkuur naar Brazilië vertrokken. Hij zal wel in het geheel niet meer op ons bureau terug- keeren, daar hij meent, reeds lang ge noeg gewerkt te hebben en het verlies van je vader, mijn lieve oom, hem zwaar geschokt heeft. Ik heb dus de leiding der zaken van de firma te Lissabon overge nomen. Ik smeek je nogmaals je dwaze plannen op te geven en verwacht je zeer beslist zoo spoedig mogelijk na ontvangst van dit schrijven in onze echtelijke wo ning op de Praca de Rio de Janeiro, Als steeds, je Robert." Dit schandelijke brutale schrijven was het toppunt! Ze was volkomen radeloos. Blijk baar had men alles achter haar rug in orde gemaakt. (Wordt vervolgd). Rond de „Karimata". Boven: „Oome Jan" vindt bij de vacantie- gangers op Terschelling gretig gehoor met zijn verhalen over Lutine-kogels en ballastbrooden; midden: moderne verkeers regeling op Terschelling: er worden hekjes geplaatst om de bezoekers „in toom" te houden; onder: de journalist gekleed op zijn Terschellinger veldbed, om gereed te zijn bij het eerste alarm: goud Leden der Ned. Anthropologische Vereeniging hebben een excursie gemaakt naar de onlangs opgegraven Romeinsche steenoven onder de gemeente Groesbeek Onder leiding van den heer Ruisch maken drie dames uit Den Haag een rit te paard door Nederland over een afstand van ongeveer 750 K.M. Souvenir-jagers op Terschelling in actie. Het groote anker van de „Lutine„ wordt onder handen genomen De „Lutine-koorts" heeft Terschelling bevangen. Iedere boot, die op West- Terschelling aanlegt, brengt een nieuwe stroom nieuwsgierigen naar het eiland

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 5