DE KAAGWEEK-WEDSTRIJDEN. Wie Is mijn man? 3)e £cid^cli&6ou/&Mit Na afloop van de zwemwedstrijden om de nationale kampioenschappen te Haarlem reikte mevr. Triebeis Koen de medailles en diploma's uit. Rie van Veen neemt haar prijs in ontvangst Over gebrek aan wind hadden de deelnemers aan de Kaagweek-wedstrijden Zondag niet te klagen. Eenige booten waren tegen de stevige bries niet opgewassen en kapseisden Het nummer „oude achten" tijdens de ..Holland-Beker'-roeiwedstrijden op de Amsterdamsche Boschbaan werd ge wonnen door „Nereus". De winnende ploeg- brengt-baar boot aan wal Samuel Insull, bekende figuur in de internationale zakenwereld, is te Parijs op 79-jarigen leeftijd overleden Finish van de 220 yards tijdens de Engelsche A.A.A.- kampioenschappen in White City-stadion te Londen. Van Beveren passeert als eerste de eindstreep De Duitsche équipe, die den landenwedstrijd om den grooten Hollandschen molen tijdens het internationaal concours hippique te Amsterdam won, werd door Z. K. H. Prins Bernhard met haar fraaie prestatie geluk gewenscht Het Nederlandsche jacht „Zeearend" van den heer Bruynzeel na den start te Dover voor de groote „Oceaan-Regatta" naar Christiaansand in Noor wegen FEUILLETON door OTFRID VON HANSTEIN. (Nadruk verboden). Geautoriseerde vertaling I 1) Voor de laatste keer klonk het start schot. De koortsachtige spanning der dui zenden had haar hoogtepunt bereikt. De menigte, die de tribunes van het groote stadion in Centralpark te New-York vulde, hield den adem in. De groote beslissende wedstrijd begon. De inzet was het kam pioenschap tennis voor Amerika. Maud Shuller en Tim Brooker, die de bezitters er van waren, hadden het te ver dedigen tegen Fred Withe en Iracema Se vering. Iedereen kende Fred White, maar wie was Iracema Severing? Een volkomen onbekende naam in Amerika had ze ten minste nog nooit ge speeld. Een vreemde naam. Iracema? Dat moest Brazilaansch zijn een Brazilaansch Indiaansche meisjesnaam. Severing? Dat was misschien een Duitsche familienaam. „Drommels, waar komt die Iracema Se vering vandaan?" „Ze moet de dochter zijn van een Duit- schen consul-generaal, die jaren lang in Brazilië was." „En nu in New-York?" „Nee, de eigenaar van een groote export firma. Hoofdkantoor te Lissabon. Maar hij moet ziek op Madeira liggen." „U is buitengewoon goed op de hoogte." „Ik ben met mijnheer Joe Hosband be vriend, waar juffrouw Iracema nu lo geert." „Hallo! Hallo! Three cheers for Miss Ira cema!" Duizenden scheeuwden aanmoedigende kreten. Het spel was begonnen. Met een krachtigen slag speelde Tim Brooker den bal uit, handig sloeg Fred White hem terug. Voorloopig hielden de dames zich op den achtergrond, waagden zich nauwelijks aan den bal totdat op eens Brooker een Amerikaanschen draai- slag maakte, het racket links van zijn hoofd Maar bliksemsnel greep Iracema in het spel in en zond den bal terug eveneens met een draaislag. Dit was het oogenblik, waarop voor het eerst het gejuich losbarstte. Ze was prach tig in vorm en liet White niet meer aan den bal komen, speelde alsof ze vloog zoo bliksemsnel bewoog zij zich van het eene einde van het veld naar het. andere. Alle soorten van slagen wisselden elkaar af. Brooker wierp met opzet te kort, Iracema boog zich ver over het net zonder dit aan te raken, wist den bal te pakken te krij gen. De scheidsrechter was haast net zoo buiten adem als de spelers zelf. Toen klonk opeens het signaal de wedstrijd was uit. Met reuzenletters verscheen op het groo te witte bord de naam van het tweetal, dat gewonnen had: Fred WhiteIracema Se vering. Die waren nu de bezitters van het kampioenschap tennis voor Amerika. Iracema Severing, hiep, hiep, hoera, voor Iracema Aan haar was de overwinning te danken, haar partner, de gevierde kam pioen voor enkel-spel, had in den strijd bijna geen rol gespeeld. Waanzinnig ge juich; alles drong op de eere-tribune. Iracema stond voor de jury. Knap was ze! Klein, elegant, maar zwarte krullen wat in de war, haar oogen nog schitterend van het vuur van den strijd. Sterke handen grepen haar, tilden de kampioene op de schouders en droegen haar rond het veld. Lachend liet zij zich dit gevallen, naar alle zijden knikkend en wuivend. „Hiep, hiep, hoera! Iracema Severing!" Op een der goedkoopste plaatsen had on der de toeschouwers een jonge Duitscher gestaan. Veel belangstelling had hij niet voor de tennis-match. Alleen om den tijd te dooden was hij er terecht gekomen. Hij had door de straten van New-York geloo- pen in afwachting van het uur, dat de Lloyd-stoomer zou vertrekken, waarop hij dank zij een gelukkig toeval een plaats als hulp van den pantry-steward had gevonden. Onverschillig had hij de eerste wedstrijden gevolgd, tot de beslis sende match gespeeld zou worden en hij op eens den naam Iracema Severing las. Hij veranderde als een blad aan een boom. Nu drong hij door de menigte, naar de jury-tribune, ten slotte naar den ingang van de kleedkamers der spelers. „Hallo, meneer, zonder kaart is hier geen toegang." „Ik wil juffrouw Severing spreken." „Dat wil iedereen, volkomen uitgeslo ten!" „Maar mij zal zij ontvangen, ik ben fa milie van haar. Met potlood schreef hij zijn naam op een stukje papier, terwijl de portier tamelijk minachtend keek naar den zeer eenvoudig gekleeden Duitscher, die niet eens een vi sitekaartje had. Daarna stak hij een van de beide dollars, die de jongeman nog bezat, in zijn zak en verwijderde zich mopperend. Even later kwam hij alweer terug, maar niet alleen. Iracema, nog in haar sportpak- je, was hem voor en snelde op Robert toe: „Robert, ben je het werkelijk?" Een straal van vreugde gleed over het zorgelijke gezicht van den jongen man. „Heusch, herinner jij je mij nog?" „Wat een vraag, domme jongen, kom mee!" Ze nam hem bij de hand en bracht hem naar de spreekkamer. „Hoe kom jij in New-York? Hoe gaat het je? Is je wond heelemaal genezen? Wat doe je in Amerika? Waarom heb jij mij in het geheel geen bezoek gebracht?" Als een waterval kwamen de woorden over haar lippen. Ze gaf hem nauwelijks gelegenheid tot antwoorden en dat was maar goed ook, want het onverwachte weer zien had hem zoo ontroerd, dat hij nauwe lijks kon spreken. „Ik ben zoo blij je weer te zien en met je schitterend succes. Is je vader ook hier? „Nee, vader is op Madeira; hij is ziek, sedert drie maanden logeer ik bij de fa milie Hosband je weet wel: de petro- leumkoning Hosband om het Amerikaan- sche leven te leeren kennen. Kom mee, ik zal je direct aan de dames Hosband voor stellen; je moet natuurlijk vanavond met ons eten. Je weet toch van het groote feest diner in hotel Ostoria?" Hij schudde het hoofd. „Nee, Ira hij noemde haar bij haar naam, waarmee zij in den familiekring werd aangesproken binnen twee uur moet ik aan boord zijn." „Ga je weer naar Duitschland terug? Daar ben ik jaloersch op! Ik ben in lang niet in Duitschland geweest. Op welk schip heb je passage genomen?" Een bittere trek kwam om zijn mond. „Ik heb heelemaal geen passage bespro ken. Ik ga als lid van de bemanning naar Duitschland terug. Nog lang na den oor log leed ik aan de gevolgen van mijn ver wonding en, wezenlijk, ik was niet lui of moeilijk, maar ik heb geen grond on der de voeten weten te krijgen. Ook hier in Amerika is het mij niet meegeloopen." „Ik zal met mijnheer Hosband praten." „Dank je wel, Ira, maar ik kan mijn schip niet in den steek laten." „Waarom ben je niet bij vader geweest, zooals je mij beloofd had?" „Omdat ik niet wist welke houding de rijke, heelemaal Engelschman geworden oom tegen den armen neef aan zou ne men. Je weet ook, dat ik niettegenstaande mijn wond weer naar Duitschland terug wou en weer naar het front. Tenslotte Hij stokte en zij vroeg: „Wat ten slotte „Nu dan, openhartig gezegd, ik wou je uit den weg blijven." „My?" „Je weet toch!" Ze zag hem aan en een warme gloed sprak uit haar oogen. „Domme jongen het heeft mij pijn ge daan, dat je zonder afscheid te nemen weg- geloopen bent." De deur ging open en een zeer deftige, zeer stijve, zeer magere oude dame kwam de spreekkamer binnen en keek beiden ver wonderd aan. (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 9