BIOSCOPEN TE LEIDEN MAANDAG 18 JULI 1938 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 GEMENGDE BERICHTEN EEN LOCOMOTIEF MET VIER WAGONS IN EEN DIEPTE VAN 20 METER GESTORT. Leerling-machinist gedood, machinist gewond. Bij het vervoer over den steenberg der Staatsmijn Hendrik te Brunssum stortte Zaterdagmiddag een locomotief met vier geladen wagons naar beneden. De hoogte, waarover de trein reed, was twintig me ter. Het ongeluk is te wijten aan een ver zakking. De stoker, zekere B. uit Tree beek, geraakte in den val tusschen de wagons bekneld en was onmiddellijk dood. De machinist, die het ongeluk ver moedelijk heeft zien aankomen, heeft zich, door van de machine te springen, weten te redden. Hij liep ernstige ver wondingen op. Geneeskundige hulp was spoedig ter plaatse. Andere persoonlijke ongelukken kwa men gelukkig niet voor. Verzakking onder de rails. Nader vernemen wij, dat het ongeluk Za terdagmiddag om drie uur is gebeurd. Het betreft hier 'n locomotief, welke drie wa gons, geladen met leisteen op de stortplaats voorttrok. Door een verzakking onder de rails sloeg de trein om en kantelde in een afgrond van ruim tien meter diepte. De machinist slaagde er nog in tijdig van de machine te springen en zich in veiligheid te stellen. Hij trachtte nog den leerling machinist-stoker mee te trekken, doch dit lukte niet. Deze kwam onder de locomotief en de steenen terecht en kreeg een hals wervelbreuk, zoodat de dood onmiddellijk intrad. Het slachtoffer is de zestienjarige J. van Deenen uit Treebeek. Het stoffelijk overschot is naar het lijkenhuisje van de Staatsmijn Hendrik overgebracht. AUTO IN DE WEESPER VAART GEREDEN. De bestuurder verdronken. Gistermorgen omstreeks kwart over elf is aan de Weesperzijde, op den weg naar Diemen, een personenauto, afkomstig uit Enschede, in de Weespervaart gereden. De bestuurder van dezen wagen, de 35- jarige heer A. Suiskind, koopman te En schede, die alleen in den wagen zat, is door verdrinking om het leven gekomen. De heer Suiskind kwam op genoemd tijd stip uit de richting Amsterdam. Waarschijn lijk door de gladheid v&n den weg het regende een beetje waren de wielen van de auto, een gesloten Chevrolet, gaan slip pen. De bestuurder is hierdoor de macht over het stuur kwijt geraakt, tengevolge waarvan de auto in de Weespervaart reed. Deze is ter plaatse zeer diep, zoodat de wa gen geheel onder de oppervlakte van het water verdween. Een bestuurder van een gemeentelijke autobus, die op het moment, dat de auto uit Enschede te water reed, van de tegen overgestelde richting met zijn bus kwam aanrijden en het ongeluk voor zijn oogen zag gebeuren, was de eerste, die te hulp snelde, gekleed sprong hij te water, doch hoe hij het ook probeerde, de portieren ble ken onwrikbaar vast te zitten. Weldra kwamen vele hulpvaardige voor bijgangers toeschieten. Mogelijk door de tuimeling in het diepe water, waarbij het niet uitgesloten moet worden geacht, dat de auto een slag om de lengteas heeft ge maakt, zaten de portieren in zoo sterke mate geklemd, dat men de pogingen ze te openen tenslotte opgaf. Staande op het dak van de auto, maakte men een gat, waar door het na veel moeite gelukte den be stuurder boven water te halen. Geneeskun dige hulp mocht helaas niet meer baten, ■want hoewel de geneeskundige dienst nog geruimen tijd kunstmatige ademhaling toepaste, bleken de levensgeesten van het slachtoffer reeds geweken te zijn. De brandweer, die ter assistentie was uit gerukt, behoefde geen dienst te doen. Een kraan wagen heeft den verongelukten wa gen later op den wal gehaald. Het verkeer ter plaatse moest gedurende eenigen tijd worden omgelegd. KINDJE ONDER AUTO GEDOOD. De vader zag het ongeluk gebeuren. Zaterdagavond ongeveer half zes is op de Hooftstraat te Almelo een ernstig on geluk gebeurd, waarvan het anderhalf-ja- rig zoontje van den heer Bekhuis, wonende aan genoemde straat, het slachtoffer is ge worden. Twee knechten van aannemer L. hadden met een vrachtauto zand gebracht voor een in aanbouw zijne woning. Terwijl de auto gelost werd, moet het kindje er al spelend onder zijn geloopen. Toen de beide mannen wegreden, hebben zij het kind niet be merkt. Eenige meter verder werden de mannen aangeroepen door den vader van het kind, die zijn zoontje zwaar verminkt op den grond zag liggen. Het jongetje moet terstond dood zijn geweest. Het lijkje werd de ouderlijke won in j binnengedragen. De politie heeft een uitgebreid onderzoek in gesteld. ERNSTIG AUTO-ONGELUK TE VEENDAM. Passagier door voorruit geslagen. Gisteravond omstreeks half twaalf, heeft zich een vrij ernstig ongeluk voorge daan op den weg, welke langs het Ooster- diep, naar Veendam loopt. Op dit oogenblik reed een auto, bestuurd door den 24-jari gen A. Thedinga, garagehouder te Emmen, die onder den invlced van sterken drank verkeerde, plotseling tegen een lantaarn paal aan de kanaalzijde. Door den schok vlogen de chauffeur, alsmede een passagier, de 24-jarige T. Klip huis, tandtechniker te Stadskanaal, die eveneens onder den invloed was. door de voorruit van de auto. Voor den chauffeur liep dit ongeval nog het beste af, daar hij slechts lichte snij won den in het gelaat opliep. Van den mede- inzittende echter werd een halslagader doorgesneden, waardoor hij zeer veel bloed verloor. Spoedig na het ongeval waren drie artsen aanwezig, die directe overbrengi. van den gev/onde naar het ziekenhuis te Winschoten noodzakelijk achtten. Hier werd direct na aankomst operatief ingegre pen. Volgens den dokter, die den rit naar het ziekenhuis meemaakte is zijn toestanr ernstig. De bestuurder werd, na verbonden te zijn, naar het politiebureau vervoerd, ter wijl de gehavende wagen in beslag werd genomen. OUDE MAN DOOR AUTOBUS AANGEREDEN EN GEDOOD. Gisteravond omstreeks elf uur is de 72- jarige M. Ruin te Scheemda, die per rij wiel op weg naar zijn woning was, door een autobus gegrepen. Het slachtoffer was vrijwel onmiddellijk dood. Het stof felijk overschot is naar de woning ver voerd. DOODELIJK ONGELUK IN ROTTERDAMSCHE HAVEN. Aan boord van het Engelsche s.s. Nag- pore, dat ligt in de Rijnhaven te Rotter dam, heeft Zaterdagavond een ernstig on geluk plaats gehad, dat den 32-jarigen boutsman C. de Graaf hot leven heeft ge kost. De bootsman hield toezicht bij het ver richten van werkzaamheden aan boord van de Nagpore, die bestonden uit het overslaan van vezels in een naastliggend schip. Toen er een hijsch vezels omhoog kwam, slin gerde dit instrument eenigszins en De Graaf, die hierop niet was voorbereid, kreeg daarop een klap, waardoor hij het even wicht verloor en in het 12 meter diepe ruim stortte. Met zware inwendige kneu zingen en ernstige verwondingen in het ge laat, is hij naar het Ziekenhuis aan den Coolsingel vervoerd. Na aankomst aldaar bleek hij reeds te zijn overleden. ROTTERDAMSCHE DAME IN DE BERGEN VERONGELUKT. Een jeugdige touriste, mejuffrouw C. Borstlap, uit R'dam, die in gezelschap van een vriendin en een gids van Saasfee een bergtocht had ondernomen, is, blijkens een telegram uit Zermatt, bij het passeeren van een gletscher in een twee mter diepen besrg- spreet gevallen en op slag gedood. Haar stoffelijk overschot is naar Taesch vervoerd. Familieleden van mejuffr. Borstlap, die in het Berner Oberland vertoefd hadden, waren op de terugreis naar Rotterdam, maar konden in Bazel van het noodlottige ongeval op de hoogte worden gesteld. VARENDE KOOPMAN VERDRONKEN. Met een been in een tros verward geraakt. Zaterdagmiddag tegen vijf uur is de va rende koopman van K. uit Woudrichem op de Merwede tegenover Papendrecht te wa ter geraakt en verdronken. Hij wilde zijn boot vastmaken aan een voorbijvarende vrachtboot, waarbij zijn been in de tros verward geraakte. De man werd over boord getrokken en verdween onmiddellijk in de diepte. Pogingen tot redding mochten niet baten. Zijn lijk is nog niet gevonden. IN DE ZEE VERDRONKEN. Gistermiddag kort na twee uur is bij het baden in zee te LJmuiden een veertigjarige Amsterdammer verdronken. De man was met zijn familie gaan zwem men. Herhaalde malen hadden andere zwemmers, die gezien hadden, dat hij de zwemkunst niet geheel machtig was, hem gewaarschuwd niet te ver in zee te gaan, waaraan de man geen gevolg blijkt te heb ben gegeven. Zijn familie, die het water reeds verla ten had toen het ongeluk geschiedde, heeft van het gebeurde niet bemerkt. Gisheravond laat was het lijk nog niet aangespoeld. JONGEN VERDRONKEN. Te Gorkum is de zevenjarige H. Exalto buiten de Waterpoort van een steiger in de Merwede gevallen. Twee vriendjes hebben politie en familie gewaarschuwd, doch de hulp kwam te laat. Het lijkje is later door de politie opgehaald. ONTSPORING OP HET MAAS STATION TE ROTTERDAM. Op het stationsemplacement van het Maasstation te Rotterdam is Zaterdagavond omstreeks half acht vermoedelijk ten ge volge van een verkeerden wisselstand, een rangeerend electrisch tweewagenstel ont spoord. De ontsporing geschiedde even over de Boerengatbrug, juist buiten het station. Het stel kwam schuin over den weg te staan en daardoor werd het hoofdspoor voor de binnenkomende treinen volkomen geblokkeerd. Een onmiddellijk ingesteld onderzoek wees uit, dat het uitgaande spoornetdrie centimeter vrij bleef, zoodat de uitgaande Diesels gewoon kon den vertrekken. De D-trein, die om kwart voor acht van het station Maas moest ver trekken, had aan deze drie centimeter niet genoeg, zoodat deze trein werd opgehou den. De reizigers zfjn echter met den Die sel precies op tijd vertrokken naar Gouda, waar zij in het uit Den Haag komende gedeelte van den D-trein konden over stappen. Ook met de andere uitgaande treinen heeft men geen moeite gehad, er moest een beetje voorzichtig worden ge manoeuvreerd, maar dat was alles; het uit gaande treinverkeer heeft in het geheel geen stagnatie ondervonden. Anders was het met de binnenkomende treinen. Daarvoor moesten onmiddellijk maatregelen worden genomen. Het bleek mogelijk, dit verkeer naar het Station D.P. te dirigeeren. Deze regeling bleef geduren de den avond gehandhaafd. De materieele schade tengevolge van de ontsporing is zeer gering. Naar uit het inge stelde onderzoek is gebleken, is er alleen een verbindingsstang gebroken. Men is da delijk met man en macht aan het werk ge gaan om het obstakel op te ruimen; daar mede is men tot laat in den avond bezig geweest ZONDERLING GEDRAG VAN EEN SCHIPPER. De aandacht van de bewoners van de, door Amsterdam geannexeerde, dorpen Ransdorp en Holiesloot, werd Zondaagvond getrokken door het zonderling gedrag van een man, die op zijn rijwiel reed op een der gouwen. Blijkbaar bevielen de wegen hem niet, want op een gegeven oogenblik ver anderde hij van richting en stapte met zijn karretje op den rug in de Westsloot, waadde door het modderige water en be reikte op deze vreemde manier het wei land aan den overkant. De man vervolgde zijn weg van de eene sloot in de andere tot ontsteltenis van de toeschouwers, die ten slotte aan dit zonderlinge gedoe een einde maakten. De man liet zich gewillig grijpen en van droge kleeren voorzien, waarna men hem naar het politiebureau aan den Aelaars- weg bracht. Het bleêk, dat men te doen had met een 37-jarigen schipper, wonende aan de Geldersche kade. De man maakte den indruk aan godsdientwaanzin te lijden. Hij is door den G. G. D. naar het paviljoen van het Wilhelmina-gasthuis overgebracht. RELLETJE IN DE KALVERSTRAAT TE AMSTERDAM. In de Kalverstraat te Amsterdam is het- Zaterdagavond omstreeks halftien rumoe rig toegegaan in de omgeving van den siga renwinkel van de N.S.B. Daar hadden zich politieke tegenstandera verzameld, die wel dra gewikkeld waren in een opgewonden discussie, die ten slotte in handtastelijkhe den ontwaardde. Hierbij liep een persoon een bloedende hoofdwonde op, zoodat h.\j zich in het Binnengasthuis moest laten ver binden. De politie greep terstond in en heeft eenige bij het relletje betrokken lie den medegenomen naar het bureau Singel, waar zij verhoord werden. HET LUTINE-GOUD Hoe groot is dc schat? Men schrijft aan de „Tijd": Knarsend maalt weer de molen Karima- ta. De breede baggerhapper deint op en neer, de luchtige bovenbouw zwaait heen en weer, de emmers rammelen omhoog en omlaag hoven de plek, waar in den nacht 9 op 10 October 1799 een Engelsch oor logsschip vastliep en door de brullende, branding vernietigd werd. Met zand ver zwaarde brekers wierpen zich over de reeling, rukten de masten weg, rammei den de dekken. Een 300 menschen waren aan boord, maar niet een bleef er op het wrak geslagen schip. De overkomende rol lers spoelden de dekken schoon, sloegen alle 300 menschen de golven, den dood in. Eén slechts van die menigte kon in zijn doodsangst een wrakstuk zoo vast en zoo lang omklemd houden, dat hij er mee naar de kust spoelde, een verschrikkelijke reis door de branding van een kilometer of 10. 200 lijken werden in een massagraf ge legd achter de Brandaris op Terschelling, 87 lijken werden gevonden, op den Noordsvaarder en daar begraven, drie officieren vonden op Vlieland een laatste rustplaats. De man, die met een brok van het wrak levend nog op het strand geworpen werd was de eenige, die het veege lijf redde. Terschellingers namen hem op en brach ten hem aan boord van de Arrow, welke ter Vliereede lag. Kapitein Portlack van de Arrow zond bericht naar Admiraal Mitchell, die het Engelsche eskader op de Hollandsche kust commandeerde en deze haastte zich de Admiraliteit te Londen over de ramp in te lichten. Vandaar kwam het bevel den geredde over te brengen en de lading van het schip te bergen. Shal- racq, de eenige overlevende, zeilde terug naar huis en leefde'nog lang als een eer zaam notaris; van het bezorgen der la ding kwam echter niets. De dooden werden spoedig vergeten,, maar de lading niet, want in het wrak lag goud, veel goud Het schip, dat toen zoo roemloos ten onder ging, was Zr. Ms. fregat „La Lu- tine", een zeiler van 90 ton, met 32 stuk ken geschut bewapend, een Engelsch oor logsschip met een Franschen naam. Het was dan ook oorspronkelijk een Fransch schip, op een Fransche werf gebouwd in 1779, zooals de scheepsklok getuigt, die dit jaartal en het Fransche koninklijk wapen, benevens den naam „La Lutine" draagt. Deze bel werd in 1858 uit het wrak op- gevischt en hangt nu in het gebouw van Lloyds en wordt geluid als een scheeps ramp bekend wordt. Een gehaat geluid bij de verzekeraars! In 1793 wisten royalisten te Toulon, die het met het republikeinsche bewind niet een konden worden, door verraad de Lu tine met nog 15 andere schepen den En- gelsohen in handen te spelen. Admiraal Hood zeilde met zijn buit naar Engeland en de schepen werden aan de eigen vloot toegvoegd. Eerst echter werd de Lutine opgekalefaterd; van masttop tot kielbalk werd ze onderhanden genomen, en menig koperen nagel, gemerkt met den hanepoot der Engelsche admiraliteit, werd in den romp geslagen: de fameuze gouden spij kers, welke ook de Karimata weer gevon den heeft. Ook onder de Engelsche vlag bleef het schip zijn ouden naam behouden: La Luti ne, hetwelk kwelgeest beteekent. Een ware kwelduivel is de Lutine ge worden in den nacht, dat zij in tweeën brak en met haar lading in het zand ver zonk, een kwelduivel is zij gebleven tot nu toe, al 140 jaren lang en op het oogenblik sart en tart zij.menschen en machines van de geweldige Karimata. Een kwelduivel van de ergste soort, want het wrak bevat goud, staven goud en schijven goud, sta ven zilver en schijven zilver, duizenden staven en duizenden schijven THEATER HOOFDFILMS INHOUD AANVANGSUUR KEURING Casino: De milloenenerfenis (Eddie Cantor). Bulldog Drummond overwint (Warner Oland, Ronald Col man). Komisch. Spanning. lederen avond 8 uur Zondag van 47 en 811 uur. Za terdag en Woensdag 2 30 uur matinée. Goedgekeurd. Trianon: Hotel de la Poste (Harry Baur). Een radio-moord mysterie (June Tra bis, Ronald Reagan) Speelfilm. Sensatie. lederen avond 8 uur Zondag van 27 uur Zaterdag en Woens dag 2 uur matinée. Goedjgekeurd v. volwassenen. Luxor: Het meisje van gis ternacht (Willy Eritsch, Gusti Hu- ber). Om de heerschappij der zee. Komisch. Spanning. lederen avond 8 uur. Zondag om 2, 4.30 ei 8 uur. Matinée: Zaterdag, Woensdag en Donderdag 2 uur. Toelaatbaar v. volwassenen. Lido: Wee Willie Winkie Shirley Temple, Victor Mc La.glen) Happy landing (Son- ja Henie, Don Amèche). Avontuurlijk. Spanning. lederen avond 8.15 uur. Zondag van 2-7 uur. Zaterdag en Woensdag 2.30 uur matinée. Goedgekeurd v. volwassenen. Rex: De mijnen van ko ning Salomo (Paul Robeson). De gestolen Rem brandt (May Rob- son, Douglas Dum- brille). Avontuurlijk. Detectivefilm. Jjjk, lederen avond 8 uur. Zondag bovendien van 2 tot 7 uur. Matinée iederen werkdag om 2 uur. Goedgekeurd v. volwassenen Toen de Lutine in den morgen van 9 October 1799 de reede van Yarmouth ver liet, zette zij koers naar Texel om er den Engelschen soldaten soldij te brengen. Toen immers was met de Fransche ook de Bataafsche republiek in oorlog met En geland en poogden de Engelschen over Noord-Holland zuidwaarts door te dringen, wat echter niet lukte. Van Texel zou de Lutine doorzeilen naar Hamburg om haar eigenlijke goudlading te lossen tot steun van de Hamburgsche kooplui, die in groote moeilijkheden waren geraakt en te Londen hulp hadden ge vraagd. De Britten moesten wel helpen, daar een catastrophe te Hamburg voor den toch al zoo bemoeilijkten Engelschen han del de nadeeligste gevolgen zou hebben. De vaatjes munten zouden echter nooit onder de solidaten verdeeld, noch de kis ten staven door de kooplui in ontvangst worden genomen. Alles bijna ligt nog in bet zand voor het Vliegat. Twee andere goudschepen werden nu gezonden en zij vergingen niet. Hoeveel goud vervoerde de Lutine? Nie mand weet het precies. Ook Lloyds niet, daar de beursbrand van 1838 te Londen ook het archief van Lloyds vernietigde, zoo dat directe gegevens niet meer voorhan den zijn. Toch is het niet al te moeilijk by be nadering da vermoedelijke goudlading der Lutine te becijferen. Met zekerheid weet men bovendien hoeveel er sinds de stranding officieel geborgen is, zoodat het maar een nuchter sommetje wordt uit te rekenen, wat de Karimata moet kun nen bovenbrengen.... als zij het goud vinden kan. Nadat op 19 October het bericht van Admiraal Mitchell de ramp officieel be vestigd had, sloegen do Engelsche bla den dier dagen aan het rekenen. Op 19 October reeds sprak de St. James Chroni cle van 140.000 guineas, welke voor de troepen op Texel aan boord waren; op 21 October deelt de Aberdeen Journal mee, dat het schip 140.000 guineas ver voerde voor de soldaten, 150.000 voor re kening van de Londensche bankiersfir ma Goldsmid en nog ruim 200.000 guineas voor rekening van andere huizen. Op 26 October noemt de Norwich Mercury hetzelfde bedrag. Maar de Naval Chroni cle weet te vertellen, dat voor de handels huizen alleen al 600.000 pond aan boord was. Verschil genoeg! Wat meer houvast meent men te heb ben aan'de twee volgende opgaven, waar van de eerste, de Nederlandsche, dateert van vóór den Londenschen beursbrand. In 1821 vroeg en verkreeg de Terschël- lingsche burgemeester en strandvonder de koninklijke concessie de Lutine-lading te bergen. 14 Sept. 1821 werd het Konin klijk Besluit uitgegeven, dat de berging toestond op basis: half om half; 50 pet. voor de zoekers, 50 pet. voor de schatkist. In dit document wordt gesproken van een „zeer aanzienlijk kapitaal, volgens veron derstelling bedragende twintig millioen Holiandsch". De arme standvonder kreeg er echter al heel weinig van: een stuk af wat munten, die hij uit roestklompen moest losbiken. Deze concesie gaf zooveel ruchtbaarheid aan de bergingspogingen, dat men het ook in Londen te weten kwam. De Engelsche regeering zond nu via haar gezant in Den Haag nota op nota naar de Neder- 1 landsche regeering en betwistte den Hol- landers het eigendomsrecht van het Lu- tine-goud. In Den Haag gaf men niet toe: de Lutine was als vijandelijk oorlogs schip op onze kust gestrand en dus aan ons vervallen. Toch bood in 1823 Koning Willem I aan Koning George IV de voor J de schatkist gereserveerde helft der Lu- tine-schatten aan als bewijs van vriend- schap, echter niet als erkenning van i eenig recht. George IV nam het geschenk 1 als zoodanig aan en gaf het door naar Lloydstot schadeloosstelling der verzekeraars. Sindsdien moet er met Lloyds gecontracteerd worden over een eventueele bergingspoging. De tweede opgave over de waarde van het Lutine-goud is de nota, welke de hoofdagent van Lloyds te Amsterdam in 1858 aan de toenmalige goudzoekers ver strekte: door de assuradeuren was 900.000 pond uitbetaald, maar daarnaast zou onverzekerd aan boord zijn geweest 160.000 pond van de bankiersfirma Gold smid en 140.000 het landingsleger op Texel. Bij de bergingspogingen van 18001801, 1857—1861, 1886—1891, 1894 en 1895 is officieel voor een waarde van 1.210.063 geborgen. Nadien heeft men al heel wei nig goud opgehaald; de verschillende ondernemingen hebben echter wel veel goud gekost! Dus wacht de Karimata nog een groote buit! Hoeveel echter? Een 18 millioen? De geldverzending bestond niet echter uit goudstaven, er waren ook zilverstaven bij. Hoeveel? Wij laten hier maar buiten beschouwing, dat ook het goud en het zilver der Lutine, indien ooit bovenge bracht, gemeten zal worden met den dan geldenden prijs dier edele metalen. Zal het totaal dan meevallen of juist niet? In de twee eerste jaren na de stranding zijn opgehaald: 59 goud- en 35 zilver staven voor een waarde van 669.240. In de jaren 18571859, de tweede serieuze poging om het geld machtig te worden, zijn 46 goud- en 64 zilverstaven bovenge bracht voor een waarde van 529.487, Zoo het goud en zilver werkelijk in die ver houding aan boord waren geweest en zoo voor nog pl,m. 17 millioen onder het zand zou liggen wij mogen wel 3 millioen rekenen voor wat reeds geborgen is en voor de soldij samen dan becijfere men eens hoeveel goud- en zilverstaven er nog boven moeten komen! Waarschijnlijk hebben de goud baggeraars wel betere gegevens of toch ook niet? maar in hun boeken mogen vreemden niet kijken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 10