BINNENLAND
Opent
Rekeningcourant
WOENSDAG 29 JUNI 1938
DE LEÏDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 9
KATHOLIEKE ONDERWIJZERS
VERBOND.
Het Verbondsbestuur van het K.O.V. ver
gaderde j.L Zondag in „Noord-Brabant" te
Utrecht. In zijn openingswoord legde de
voorzitter, de heer Willem Wiltschut, er
den nadruk op, dat groote waakzaamheid
van het K.O.V. hard noodig is met betrek
king tot de verbetering van den leerlingen-
schaal; een hernieuwde actie zal onver
kort worden gevoerd. Gelukkig is door Re
geering en Departement een aanzienlijk
bedrag beschikbaar gesteld voor werk
verruiming, maar tot hun groote teleur
stelling is daarbij voor de werklooze onder
wijzeres absoluut niets uitgetrokken. Bij
het gevoerde debat werd de zaak der werk
looze onderwijzers weer verwezen naar het
Departement van Onderwijs. Wij zullen,
aldus spr. daar weer moeten aankloppen.
Het is te hopen, dat wij daar dan weer niet
verwezen worden naar de regeering.
De actie voor verbetering der leerlingen-
schaal is ons voornaamste werk, zoo ver
volgde spr. Het K.O.V. zal niet rusten, voor
dat de standaard waait met het woord ver
betering leerlingenschaal.
Daarna spoorde spreker aan tot krachti-
ge propaganda voor het aankweeken van
Missie-liefde onder de jeugd in den geest,
zooals het Priester-Missiecomité dat
wenscht.
Met eenige gevoelvolle woorden her
dacht spreker het overlijden van de echt-
genoote van den Vice-voorzitter, den heer
Van den Berg, daarbij den wensch uitspre
kende, dat God hem en zijn kinderen moge
troosten met dit vreeselijke verlies.
Tot den heer Speller richtte de voorzit
ter nog een gelukwensch met den hem ver
leende pauselijke onderscheiding.
Vervolgens complimenteerde hij den
heer De Boer, die op 1 Juli a.s. gedurende
25 jaar redacteur van Het Katholieke
Schoolblad zal zijn geweest. Met welge
kozen woorden dankte hy hem voor het
vele goede, dat in die kwarteeuw door den
jubilaris is verricht en overhandigde hem
als blijk van waardeering door het Ver-
bondsbestuur een stoffelijk aandenken.
Bij de besprekingen werd gememoreerd
de openbare demonstratie vergadering,
welke j.l. Zaterdag op initiatief van de
vereeniging tot vereenvoudiging van onze
spelling te Amsterdam is gehouden tot
behoud van de spelling 1934 en waar het
Dagelyks Bestuur geheel tegenwoordig is
geweest, terwijl ook vele Katholieke col
lega's uit het geheele land aanwezig waren.
Uitvoerig werd gesproken over „SChool-
voeding in het algemeen" en over „Melk op
school". Hoewel bleek, dat de vergadering
in principe van meening was, dat het ver
strekken van voeding en melk op de school
niet thuis behoort, werden toch geen con
clusies gesteld, omdat dikwijls met plaat
selijke omstandigheden rekening gehouden
moet worden, Wèl werd vastgesteld, dat
niemand de onderwijzers kan verplichten
daarbij hun assistentie te verleenen; een-
ieder moet voor zich beslissen of hij zal
medewerken.
Besloten werd actie te voeren, opdat het
pensioen van een afgekeurden onderwijzer
zoodanig verhoogd worde, dat zyn be
staansmogelijkheid zal zijn gewaarborgd.
Aan de regeering zal worden verzocht
doeltreffende maatregelen te nemen tot
bestrijding van het besmettingsgevaar voor
T.B.C. door de leerlingen der lagere school.
Het K.O.V. zal zich blijven verzetten te
gen de herinvoering van de geslachtregels
van de spelling-De Vries en Ten Winkel.
Een verzoek zal worden gericht tot de
Commissie voor georganiseerd overleg in
onderwijzerszaken om maatregelen te bera
men, opdat vakonderwijzers aan de bijzon
dere school, wier inkomsten door de jong
ste wetswijziging aanzienlijk zijn gedaald,
door een zekere garantiebepaling in him
salaris worden tegemoet gekomen.
Het Verbondsbestuur zal blijven ijveren
voor verlaging der examengelden, die nog
steeds te hoog worden geacht, terwijl ook
getracht zal worden een bepaling te ver
krijgen, dat afgewezen candidaten in de ge
legenheid gesteld worden zich wederom
aan het examen te onderwerpen voor de
helft van het vastgestelde bedrag.
Aan het einde der vergadering werd de
voorzitter gelukgewenscht met de pause
lijke onderscheiding, welke hij ter gelegen
heid van het 40-jarig bestaan der St. Le-
buinusvereeniging heeft mogen ontvangen.
Medegedeeld werd, dat het Congres van
het Wereldverbond der Katholieke Onder
wijzersorganisaties, dat in Augustus 1938 te
Boedapest zou worden gehouden niet door
gaat, omdat het Bureau van dit Wereldver
bond, dat gevestigd is te Weenen, door de
huidige machthebbers aldaar is gesloten,
zoodat over het archief niet kan worden be
schikt.
DE „KARIMATA" IN DEN STORM.
In den afgeloopen nacht hoeft de „Kari-
mata" een zwaren zuidwesterstorm, met
windkracht 10, moeten doorstaan, d.w.z. de
hevigste storm, welke hij tot nu toe te ver
duren heeft gehad.
De berichten voor boord van den tinbag
germolen luiden niettemin ook thans vol
komen geruststellend; het gevaarte ligt vei
lig en kalm voor ankers. Wel is natuurlijk
de verbinding tusschen den molen en den
vasten wal ten gevolge van de woelige zee
niet mogelijk. Mocht de wind afnemen, dan
zal vandaag getracht worden, de „Karima-
ta" te bereiken, doch zelfs wanneer dit de
eerste dagen niet mogelijk zou zijn, levert
zulks geen groote bezwaren op, aangezien
voor de bemanning geischikte verblijven
aan boord aanwezig zijn, alsmede een over
vloed van levensmiddelen.
DR. H. VAN MANEN VRAAGT ONTSLAG
Als directeur der Nederlandsche
Spoorwegen.
Naar wij vernemen heeft dr. H. van Ma
nen directeur der N.V. Nederlandsche
Spoorwegen, tegen 1 October a.s. eervol
ontslag uit zyn functie gevraagd.
Zaterdag j.l. heeft hij dit officieel mede
gedeeld in de vergadering van commissa
rissen.
Dr. Hugo van Manen werd op 26 Septem
ber 1874 te Winkel geboren. Hij bezocht het
gymnasium te Leiden en studeerde rechts
wetenschappen aan de rijksuniversiteit al
daar. In 1897 promoveerde hij op een proef
schrift, getiteld: „Hoofdelijke omslagen in
gemeenten der Nederlandsch Hervormde
Kerk". Na eenige jaren in de hoofdstad als
advocaat en procureur te zijn werkzaam ge
weest, kwam hij in 1902 in dienst van de
Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschap
pij. Sedert 1920 bekleedt hy de functie van
directeur der Nederlandsche Spoorwegen.
Wijziging van het Arbeidsbesluit 1920.
By den Hoogen Raad van Arbeid is, zoo
als reeds in het kort gemeld, ingediend het
voorontwerp van een algemeenen maat
regel van bestuur, strekkende tot wijziging
van het Arbeidsbesluit 1920.
De toelichting luidt:
Uit artikel 3, onder b. en c., van het Ar
beidsbesluit 1920 blijkt niet duidelijk, dat
het verrichten van arbeid door jeugdige
personen nabij deelen van hooge spanning
onder alle omstandigheden is verboden.
Wijziging der redactie verdient daarom
aanbeveling. In de nieuwe onderdeelen b.
en c. zijn de verbodsbepalingen met betrek
king tot het arbeiden door jeugdige perso
nen aan of in de nabijheid van deelen van
hooge spanning vervat, terwijl de nieuwe
onderdeelen d. en e. de voorwaarden in
houden, waaronder aan jeugdige personen
het verrichten van werkzaamheden aan of
nabij deelen van lage spanning is toege
staan. Een nieuwe tweede lid geeft aan
wat onder installaties van lage en hooge
spanning is te verstaan.
Artikel 3, onder b. en c. van het Arbeids
besluit 1920, zooals dat thans luidt, staat
voorts in den weg aan het electrisch las-
schen door jeugdige personen. Dit levert
bezwaar op voornamelijk met het oog op
abituriënten van ambachtsscholen, waar
electrisch lasschen als vak wordt onder
wezen. Wdnneer deze abituriënten de school
verlaten met een diploma voor electrisch
lasschen, kunnen zy zich de opgedane ken
nis in de practyk niet ten nutte maken,
doch moeten zij tot hun achttiende jaar
wachten, alvorens als lasscher tewerkge
steld te kunnen worden. De ervaring heeft
echter geleerd, dat de gevaren, verbonden
aan het electrisch lasschen onder normale
omstandigheden gering zyn, mits de noo-
dige voorzorgsmaatregelen in acht worden
genomen. In verband hiermede wordt onder
f. van het nieuwe artikel 3 voorgesteld,
het werken met electrische laschinrichtin
gen aan jeugdige personen van 15 jaren
of ouder onder de daar vermelde voorwaar
den toe te staan.
Verder is de wenschelijkheid gebleken,
dat, mits onder voldoende toezicht, door
jeugdige personen in opleiding eenvoudige
werkzaamheden in de electrotechnische in
dustrie kunnen worden verricht. In het
nieuwe onderdeel g. is hiervoor een voor
ziening getroffen.
Bij de wet van 10 Juni heeft de Kroon
zich de bevoegdheid voorbehouden, toe te
treden tot het in de derde, van 25 October
tot 19 November 1921 te Genève gehouden,
zitting der algemeene conferentie van de
vertegenwoordigers van de leden van de
int. organisatie van den arbeid van den
Volkenbond aangenomen ontwerp-verdrag
betreffende het gebruik van loodwit in verf
stoffen.
In verband hiermede zijn in de artikelen
13 e.v. der Veiligheidswet 1934 voorschrif
ten opgenomen betreffende het gebruik van
loodhoudende stoffen bij schilderwerk. Het
ligt in het voornemen een spoedige inwer
kingtreding van deze artikelen te bevor
deren.
Met het oog hierop is nog een wijziging
van het Arbeidsbesluit 1920 noodig. Arti
kel 3 van bedoeld bedrag bepaalt n.l. dat
het verboden is jeugdige personen beneden
18 jaren en vrouwen te werk te stellen bij
werkzaamheden in het schildersbedrijf,
waarbij loodwit, loodsulfaat of andere pro
ducten, welke deze stoffen bevatten, ge
bruikt worden. De voorgestelde'wijziging
strekt om artikel 8, onder m., van het Ar
beidsbesluit 1920 met het verdrag in over
eenstemming te brengen.
De lord-mayor van Liverpool in den Haag.
De lord-mayor van Liverpool, de heer
M. Cory Dixon, is hedenochtend in gezel
schap van Alderman Hogan en den ge
meentesecretaris van Liverpool, den heer
Baines, uit Amsterdam in den Haag aange
komen. De burgemeester van 's-Gravenha-
ge. mr. S. J. R. de Monchy, heeft de drie
heeren, wier bezoek een niet-officieel ka
rakter draagt, om 12 uur in zijn werkkamer
ten stadhuize ontvangen. Met wethouder
Feber hebben de Engelsche gasten, na deze
ontvangst, het Escampkanaal en de Binck-
horsthaven bezocht, waarna de burgemees
ter hen als gastheer een lunch in het Kur-
haus aanbood. De Engelsche gezant, sir Hu-
bert Montgomery, zat mede aan.
CONGRES VEREENIGING VAN
GASFABRIKANTEN IN NEDERLAND.
Op den eersten dag van het tweedaagsch
congres van de vereeniging van gasfabri-
kanten in Nederland, is met groote meer
derheid van stemmen besloten, den heer P.
Hydelaar uit Zeist, voorzitter der vereeni
ging, te benoemen tot secretaris-gedelegeer
de van het hoofdbestuur. Ingevolge dit be
sluit zal de heer Hydelaar zijn functie als
directeur van de gasfabriek te Zeist, neer
leggen.
Voorts ging de vergadering accoord met
een voorstel, om het examengeld voor fit
ters en gastechnici van 7.50 tot 10 te
verhoogen. Op voorstel van het hoofdbe
stuur is ir. J. Putten, directeur van het gas
bedrijf te 's Gfavenhage, die wegens het be
reiken van den pensioengerechtigden leef
tijd zijn functie als directeur neerlegt na
gedurende meer dan veertig jaar de gas-
industrie hier te lande met tal van nieuwe
vindingen en verbeteringen verrijkt te
hebben het eerelidmaatschap der ver
eeniging aangeboden.
Tot voorzitter van het hoofdbestuur der
vereeniging is benoemd ir. C. L. Philips uit
Nijmegen, terwijl ter vervulling van een
vacature in het,hoofdbestuur werd gekozen
ir. J. Leyn uit Meppel.
Voorts werden o.m. gekozen tot leden
van: ondersteuningsfonds: O. S. Knottne-
rus uit Rotterdam; redactiecommissie: ir. A.
F. Meyer uit Dordrecht; kolencommissie: ir.
G. A. van Klinkenberg uit Leiden; exa
mencommissie: J. H. Schenke uit Voor
burg, ir. A. F. Meyer uit Dordrecht en G.
Pietersen uit Doetinchem; propaganda com
missie: L. P. J. M. Santer uit den Haag;
gastechnische commissie: ir. C. G. Driessen
uit Maastricht en Th. A. M. F. van Mierlo
uit Tilburg; commissie voor gasvoorziening
op verren afstand: dr. ir. P. G. F. T. Feh-
mers uit Leiden.
Tijdens de ochtendvergadering werd een
telegram van hulde verzonden aan H. M. de
Koningin.
De middagvergadering van den eersten
dag, tijdens welke prof. van Iterson een be
langwekkende voordracht heeft gehouden
over de toekomst en ontwikkeling van het
gasbedrijf, werd bijgewoond door jhr. dr.
C. G. C. Quarles van Ufford, burgemeester
van Apeldoorn.
BLOEMBOLLENCULTUUR.
Bestrijding van de virus-ziekte in de
bol-iris-teelt.
Het Weekblad voor Bloembollencultuur
meldt, dat het hoofdbestuur van de Alge
meene Vereeniging voor Bloembollencul
tuur een iris-keuringsinstelling voorbereidt.
In de laatste jaren is een nieuw vraagstuk
voor de bol-iristeelt geworden het verschijn
sel van de mozaïek- of virus-ziekten, het
verzwakken van de partijen, doordat ze veel
„grijze" planten bevatten. Met dergelijke
verzwakte partijen is geen loonende teelt
te bereiken, en ook wordt de exporthandel
er door bedreigd, daar als gevolg van de
bestudeering van de virusziekten door
wetenschappelijke onderzoekers over de ge
heele wereld rekening wordt gehouden
met de gevaren van mogelijke besmetting
van andere teelten.
Partijen, die vij van grijze planten zijn,
worden verkregen door voortdurende zui
vering van de partijen van planten, die
niet geheel groen zijn. Voor dit zuiverings-
werk worden voorlichting en controle noo
dig geacht. Er wordt gedacht aan een keu
ring te velde door deskundigen tijdens den
bloeitijd en aan een deugdelijke controle
op het naleven van de daarbij gegeven aan
wijzingen.
Buitenlandsche minimumprijzen.
De Bond van Bloembollenhandelaren
heeft onder zijn leden een enquête gehou
den, om na te gaan, hoe deze denken over
buitenlandsche minimumprijzen. Naar het
Weekblad voor Bloembollencultuur ver
neemt, is het resultaat, dat 102 leden zich
hebben uitgesproken voor wederinvoering
van buitenlandsche minimum-prijzen, dat
35 leden zich hiertegen verklaarden, en 7
stemmen blanco werden uitgebracht. Der
tien leden hebben niet gestemd.
„Spoor- en Tramwegen".
„Spoor- en Tramwegen" het 14-daagsche
orgaan van de Spoor- en Tramwegmaat
schappijen, bestaat 1 Juli a.s. 10 jaar.
Ter gelegenheid hiervan zal Dinsdag a.s.
een jubileumnumme rverschijnen, waartoe
de Directie der Ned. Spoorwegen haar
medewerking heeft verleend.
UITVOERING VAN DE
VEILIGHEIDSWET.
Bij den Hoogen Raad van Arbeid is in
gekomen een vooonrtwerp van een alge
meenen maatregel van bestuur, als bedoeld
in artikel 16 der Veiligheidswet 1934, met
de daarbij behoorende toelichting.
Het ontwerp bevat o.m. bepalingen tot
vermijding van het gevaar van gezond-
heidsbenadeeling door giftige verf en het
vermijden van gevaar van stof versprei
ding door droog schuren, bikken en afkrab
ben.
Aan een commissie uit den raad zal wor
den opgedragen omtrent dit voorontwerp
praeadvies uit te brengen.
NADERE REGELING
TANDHEELKUNDIGEN.
De minister van Sociale Zaken heeft in
gediend een wetsontwerp tot nadere voor
zieningen in zake de tandheelkunde.
Aan de Memorie van Toelichting wordt
het volgende ontleend:
De wetgever heeft in 1929 aan al dege
nen, die vóór 10 Juni 1913 de volledige
tandprothese als beroep toepasten zonder
de bevoegdheid tot uitoefening der tand-
heelkunst te hebben verkregen, en die niet
later bevoegd waren verklaard tot hét uit
oefenen der prothese, een kans willen ge
ven, alsnog van hun bekwaamheid hiertoe
te doen blijken. Te dien einde is een prac-
tisch examen ingesteld en afgenomen.
De opzet van het examen schijnt den
minister evenwel niet zoo deugdelijk te zijn
geweest als uit een oogpunt van de door
den wetgever beoogde doeltreffendheid
noodig ware geweest.
Een en ander leidt tot de conclusie, dat
de organisatie van het examen in 1930 niet
aan de bedoeling van den wetgever van
1929 recht heeft gedaan en wijst bovendien
den weg aan, langs welken redres moge
lijk is.
Het wetsontwerp bedoelt, dit redres mo
gelijk te maken voor degenen, die tot het
examen in 1930 zijn toegelaten en daar
voor niet zijn geslaagd, zonder onderscheid.
Het deelneme naan een vooronderzoek
wordt gesteld als voorwaarde voor het af
leggen van het examen, opdat de betrokke
nen in de gelegenheid zijn, zich daarvoor
behoorlijk voor te bereiden.
De organisatie van dat vooronderzoek is
aldus gedacht, dat in enkele plaatsen des
lands eenige malen aan de examinandi ge
legenheid wordt gegeven, werkzaam te
zijn onder leiding en toezicht van een of
meer, door den minister aan te# wijzen,
tandartsen, die zich omtrent de practi-
sche bekwaamheid dan reeds een voorloo-
pig oordeel kunnen vormen. Daardoor zal
het tevens mogelijk worden gemaakt, dat
de beslissing niet alleen afhankelijk is van
de prestaties op het examen.
Dit laatste wordt in het ontwerp uit
drukkelijk gestipuleerd als een voorwaarde,
welke dient te worden in acht genomen bij
de voor het vooronderzoek en het examen
vast te stellen regelingen. Hierbij zal bo
vendien slechts één examencommissie voor
alle candidaten mogen worden ingesteld.
Het ligt in de bedoeling, dat zooveel mo
gelijk degenen, die het vooronderzoek lei
den, eveneens deelnemen aan het afnemen
van het examen. Het ligt in het voornemen
van den minister te bevorderen, dat het
examen zoo spoedig mogelijk plaats vindt,
zoodat de noodzakelijke uiteindelijke af
wikkeling van deze kwestie binnenkort
haar beslag krijgt.
De minister heeft van- deze gelegenheid
tevens gebruik gemaakt, om te trachten,
nog een andere moelijkheid, welke zich op
dit gebied voordoet, tot oplossing te bren
gen. Het betreft hier de bevoegdheid van
de tandheelkundigen. Thans wordt voorge
steld om aan de tandheelkundigen, behal
ve de bevoegdheid tot het toepassen van
de tandprothese, de bevoegdheid te geven
tot het dpen van extracties in alie geval
len.
Voorgesteld wordt echter hun bevoegd
heid te limiteeren tot de behandeling van
personen van zestien jaar en ouder.
Dit wetsontwerp is tot stand gekomen na
een veelzijdig overleg, waarbij den minis
ter is gebleken, dat de organisaties van
de het meest bij deze zaak betrokkenen
met den inhoud van het ontwerp in hoofd
zaken instemmen. Voor zoover dat niet het
geval is, zal de tot stand koming der voor
gestelde regeling zonder tegenkanting wor
den aanvaard en zal eventueel bij de uit
voering medewerking worden verleend.
Eerste Leidsche
Begrafenisonderneming
voor Roomsch Katholieken
GEVESTIGD 1882
G, H. KLEBMHANS
Pieter de la Courtstraat 22
TRANSPORT - TELEFOON 1455
HET ELECTRISCH LASSCHEN
DOOR JEUGDIGEN.
Bij den Hoogen Raad van Arbeid is in
gediend het voorontwerp van een algemee
nen maatregel van bestuur, strekkende tot
wijziging van het arbeidsbesluit 1920.
De toelichting luidt:
Uit artikel 3, onder b. en c. van het ar
beidsbesluit 1920 blijkt niet duidelijk, dat
het verrichten van arbeid door jeugdige
personen nabij deelen van hooge spanning
onder alle omstandigheden is verboden.
Wijzigng der redactie verdient daarom
aanbeveling.
Artikel 3, onder b. 'en c. van het ar
beidsbesluit 1920, zooals dat thans luidt,
staat voorts in den weg aan het electrisch
lasschen door jeugdige personen. Dit le
vert bezwaar op voornamelijk met het oog
op abituriënten van ambachtsscholen, waar
electrisch lasschen als vak wordt onder
wezen. Wanneer deze abituriënten de
school verlaten met een diploma voor
electrisch lasschen, kunnen zij zich de op
gedane kennis in de practyk niet ten nutte
maken, doch moeten zij tot hun achttiende
jaar wachten, alvorens als lasscher te
werk gesteld te kunnen worden. De erva
ring heeft echter geleerd, dat de gevaren,
verbonden aan het electrisch lasschen on
der normale omstandigheden gering zyn,
mits de noodige voorzorgsmaatregelen ln
acht worden genomen. In- verband hier
mede wordt onder f. van het nieuwe arti
kel 3 voorgesteld, het werken met elec
trische laschinrichtingen aan jeugdige per
sonen van 15 jaren of ouder onder de daar
vermelde voorwaarden toe te staan.
Verder is de wenschelijkheid gebleken,
dat, mits onder voldoende toezicht, door
jeugdige personen er in opleiding eenvou
dige werkzaamheden in de electrotechni
sche industrie kunnen worden verricht. In
het nieuwe onderdeel g. is hiervoor een
voorziening getroffen.
„HOPLA" IS TEVREDEN
Nederland een bijzonder dankbaar
arbeidsveld.
Men meldt uit Zürich: Onder leiding
van den heer Duttweiler heeft een alge
meene vergadering plaats gehad van de
Zwitsersche Hotelplan-maatschappij.
De president heeft in deze vergadering
een overzicht gegeven van de ontwikkeling
van de hotel-plan-actie en hij stelde vast,
dat het doel, meer vreemdelingen naar
Zwitserland te trekken, bereikt is. Het
aantal week-arrangementen bedroeg gedu
rende de laatste drie jaren: 1935/1936
52.648, waarvan 17.989 buitenlanders; 1936/
1937 61.943, waarvan 29,691 buitenlanden
en 1937/1938 73.731, waarvan 47.969 bui
tenlanders. De vermindering van het aan
tal aan Zwitsers verkochte week-arrange
menten wordt toegeschreven aan de ver
minderde koopkracht sinds de devaluatie.
Onder de bewerkte landen was vooral
Nederland een dankbaar arbeidsveld. Het
aantal Nederlandsche gasten was hier en
daar grooter dan het aantal Zwitsersche.
Ook in Engeland en België werden goede
resultaten bereikt. Frankrijk was moeilij
ker te bewerken.
De Hotelplan-maatschappij heeft over
het afgeloopen boekjaar een netto-winst
gemaakt van 31.295 francs, waardoor het
mogelijk is aan aandeelhouders een divi
dend uit te keeren van vijf procent.
DE LAATSTE LES VAN LANGELOT
129. Den volgenden morgen hoorde grootmoeder dat er in 1
Amerika een heel geleerde professor woonde, die betoover-
de menscheii weer gewoon kon maken. Ze had wel geen
geld voor de lange reis, maar ze besloot niets onbeproefd
te laten en ze nam de bezem en Langelot meer.
130. 't Was een heele wandeling, naar de zee. Het drie
tal wandelde den heelen nacht dooi en den nacht ook. Tegen
den morgen bereikten ze de zee. De zon was juist opgegaan.