BINNENLAND Opent Rekeningcourant WOENSDAG 29 JUNI 1938 DE LEÏDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 9 KATHOLIEKE ONDERWIJZERS VERBOND. Het Verbondsbestuur van het K.O.V. ver gaderde j.L Zondag in „Noord-Brabant" te Utrecht. In zijn openingswoord legde de voorzitter, de heer Willem Wiltschut, er den nadruk op, dat groote waakzaamheid van het K.O.V. hard noodig is met betrek king tot de verbetering van den leerlingen- schaal; een hernieuwde actie zal onver kort worden gevoerd. Gelukkig is door Re geering en Departement een aanzienlijk bedrag beschikbaar gesteld voor werk verruiming, maar tot hun groote teleur stelling is daarbij voor de werklooze onder wijzeres absoluut niets uitgetrokken. Bij het gevoerde debat werd de zaak der werk looze onderwijzers weer verwezen naar het Departement van Onderwijs. Wij zullen, aldus spr. daar weer moeten aankloppen. Het is te hopen, dat wij daar dan weer niet verwezen worden naar de regeering. De actie voor verbetering der leerlingen- schaal is ons voornaamste werk, zoo ver volgde spr. Het K.O.V. zal niet rusten, voor dat de standaard waait met het woord ver betering leerlingenschaal. Daarna spoorde spreker aan tot krachti- ge propaganda voor het aankweeken van Missie-liefde onder de jeugd in den geest, zooals het Priester-Missiecomité dat wenscht. Met eenige gevoelvolle woorden her dacht spreker het overlijden van de echt- genoote van den Vice-voorzitter, den heer Van den Berg, daarbij den wensch uitspre kende, dat God hem en zijn kinderen moge troosten met dit vreeselijke verlies. Tot den heer Speller richtte de voorzit ter nog een gelukwensch met den hem ver leende pauselijke onderscheiding. Vervolgens complimenteerde hij den heer De Boer, die op 1 Juli a.s. gedurende 25 jaar redacteur van Het Katholieke Schoolblad zal zijn geweest. Met welge kozen woorden dankte hy hem voor het vele goede, dat in die kwarteeuw door den jubilaris is verricht en overhandigde hem als blijk van waardeering door het Ver- bondsbestuur een stoffelijk aandenken. Bij de besprekingen werd gememoreerd de openbare demonstratie vergadering, welke j.l. Zaterdag op initiatief van de vereeniging tot vereenvoudiging van onze spelling te Amsterdam is gehouden tot behoud van de spelling 1934 en waar het Dagelyks Bestuur geheel tegenwoordig is geweest, terwijl ook vele Katholieke col lega's uit het geheele land aanwezig waren. Uitvoerig werd gesproken over „SChool- voeding in het algemeen" en over „Melk op school". Hoewel bleek, dat de vergadering in principe van meening was, dat het ver strekken van voeding en melk op de school niet thuis behoort, werden toch geen con clusies gesteld, omdat dikwijls met plaat selijke omstandigheden rekening gehouden moet worden, Wèl werd vastgesteld, dat niemand de onderwijzers kan verplichten daarbij hun assistentie te verleenen; een- ieder moet voor zich beslissen of hij zal medewerken. Besloten werd actie te voeren, opdat het pensioen van een afgekeurden onderwijzer zoodanig verhoogd worde, dat zyn be staansmogelijkheid zal zijn gewaarborgd. Aan de regeering zal worden verzocht doeltreffende maatregelen te nemen tot bestrijding van het besmettingsgevaar voor T.B.C. door de leerlingen der lagere school. Het K.O.V. zal zich blijven verzetten te gen de herinvoering van de geslachtregels van de spelling-De Vries en Ten Winkel. Een verzoek zal worden gericht tot de Commissie voor georganiseerd overleg in onderwijzerszaken om maatregelen te bera men, opdat vakonderwijzers aan de bijzon dere school, wier inkomsten door de jong ste wetswijziging aanzienlijk zijn gedaald, door een zekere garantiebepaling in him salaris worden tegemoet gekomen. Het Verbondsbestuur zal blijven ijveren voor verlaging der examengelden, die nog steeds te hoog worden geacht, terwijl ook getracht zal worden een bepaling te ver krijgen, dat afgewezen candidaten in de ge legenheid gesteld worden zich wederom aan het examen te onderwerpen voor de helft van het vastgestelde bedrag. Aan het einde der vergadering werd de voorzitter gelukgewenscht met de pause lijke onderscheiding, welke hij ter gelegen heid van het 40-jarig bestaan der St. Le- buinusvereeniging heeft mogen ontvangen. Medegedeeld werd, dat het Congres van het Wereldverbond der Katholieke Onder wijzersorganisaties, dat in Augustus 1938 te Boedapest zou worden gehouden niet door gaat, omdat het Bureau van dit Wereldver bond, dat gevestigd is te Weenen, door de huidige machthebbers aldaar is gesloten, zoodat over het archief niet kan worden be schikt. DE „KARIMATA" IN DEN STORM. In den afgeloopen nacht hoeft de „Kari- mata" een zwaren zuidwesterstorm, met windkracht 10, moeten doorstaan, d.w.z. de hevigste storm, welke hij tot nu toe te ver duren heeft gehad. De berichten voor boord van den tinbag germolen luiden niettemin ook thans vol komen geruststellend; het gevaarte ligt vei lig en kalm voor ankers. Wel is natuurlijk de verbinding tusschen den molen en den vasten wal ten gevolge van de woelige zee niet mogelijk. Mocht de wind afnemen, dan zal vandaag getracht worden, de „Karima- ta" te bereiken, doch zelfs wanneer dit de eerste dagen niet mogelijk zou zijn, levert zulks geen groote bezwaren op, aangezien voor de bemanning geischikte verblijven aan boord aanwezig zijn, alsmede een over vloed van levensmiddelen. DR. H. VAN MANEN VRAAGT ONTSLAG Als directeur der Nederlandsche Spoorwegen. Naar wij vernemen heeft dr. H. van Ma nen directeur der N.V. Nederlandsche Spoorwegen, tegen 1 October a.s. eervol ontslag uit zyn functie gevraagd. Zaterdag j.l. heeft hij dit officieel mede gedeeld in de vergadering van commissa rissen. Dr. Hugo van Manen werd op 26 Septem ber 1874 te Winkel geboren. Hij bezocht het gymnasium te Leiden en studeerde rechts wetenschappen aan de rijksuniversiteit al daar. In 1897 promoveerde hij op een proef schrift, getiteld: „Hoofdelijke omslagen in gemeenten der Nederlandsch Hervormde Kerk". Na eenige jaren in de hoofdstad als advocaat en procureur te zijn werkzaam ge weest, kwam hij in 1902 in dienst van de Hollandsche IJzeren Spoorweg Maatschap pij. Sedert 1920 bekleedt hy de functie van directeur der Nederlandsche Spoorwegen. Wijziging van het Arbeidsbesluit 1920. By den Hoogen Raad van Arbeid is, zoo als reeds in het kort gemeld, ingediend het voorontwerp van een algemeenen maat regel van bestuur, strekkende tot wijziging van het Arbeidsbesluit 1920. De toelichting luidt: Uit artikel 3, onder b. en c., van het Ar beidsbesluit 1920 blijkt niet duidelijk, dat het verrichten van arbeid door jeugdige personen nabij deelen van hooge spanning onder alle omstandigheden is verboden. Wijziging der redactie verdient daarom aanbeveling. In de nieuwe onderdeelen b. en c. zijn de verbodsbepalingen met betrek king tot het arbeiden door jeugdige perso nen aan of in de nabijheid van deelen van hooge spanning vervat, terwijl de nieuwe onderdeelen d. en e. de voorwaarden in houden, waaronder aan jeugdige personen het verrichten van werkzaamheden aan of nabij deelen van lage spanning is toege staan. Een nieuwe tweede lid geeft aan wat onder installaties van lage en hooge spanning is te verstaan. Artikel 3, onder b. en c. van het Arbeids besluit 1920, zooals dat thans luidt, staat voorts in den weg aan het electrisch las- schen door jeugdige personen. Dit levert bezwaar op voornamelijk met het oog op abituriënten van ambachtsscholen, waar electrisch lasschen als vak wordt onder wezen. Wdnneer deze abituriënten de school verlaten met een diploma voor electrisch lasschen, kunnen zy zich de opgedane ken nis in de practyk niet ten nutte maken, doch moeten zij tot hun achttiende jaar wachten, alvorens als lasscher tewerkge steld te kunnen worden. De ervaring heeft echter geleerd, dat de gevaren, verbonden aan het electrisch lasschen onder normale omstandigheden gering zyn, mits de noo- dige voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen. In verband hiermede wordt onder f. van het nieuwe artikel 3 voorgesteld, het werken met electrische laschinrichtin gen aan jeugdige personen van 15 jaren of ouder onder de daar vermelde voorwaar den toe te staan. Verder is de wenschelijkheid gebleken, dat, mits onder voldoende toezicht, door jeugdige personen in opleiding eenvoudige werkzaamheden in de electrotechnische in dustrie kunnen worden verricht. In het nieuwe onderdeel g. is hiervoor een voor ziening getroffen. Bij de wet van 10 Juni heeft de Kroon zich de bevoegdheid voorbehouden, toe te treden tot het in de derde, van 25 October tot 19 November 1921 te Genève gehouden, zitting der algemeene conferentie van de vertegenwoordigers van de leden van de int. organisatie van den arbeid van den Volkenbond aangenomen ontwerp-verdrag betreffende het gebruik van loodwit in verf stoffen. In verband hiermede zijn in de artikelen 13 e.v. der Veiligheidswet 1934 voorschrif ten opgenomen betreffende het gebruik van loodhoudende stoffen bij schilderwerk. Het ligt in het voornemen een spoedige inwer kingtreding van deze artikelen te bevor deren. Met het oog hierop is nog een wijziging van het Arbeidsbesluit 1920 noodig. Arti kel 3 van bedoeld bedrag bepaalt n.l. dat het verboden is jeugdige personen beneden 18 jaren en vrouwen te werk te stellen bij werkzaamheden in het schildersbedrijf, waarbij loodwit, loodsulfaat of andere pro ducten, welke deze stoffen bevatten, ge bruikt worden. De voorgestelde'wijziging strekt om artikel 8, onder m., van het Ar beidsbesluit 1920 met het verdrag in over eenstemming te brengen. De lord-mayor van Liverpool in den Haag. De lord-mayor van Liverpool, de heer M. Cory Dixon, is hedenochtend in gezel schap van Alderman Hogan en den ge meentesecretaris van Liverpool, den heer Baines, uit Amsterdam in den Haag aange komen. De burgemeester van 's-Gravenha- ge. mr. S. J. R. de Monchy, heeft de drie heeren, wier bezoek een niet-officieel ka rakter draagt, om 12 uur in zijn werkkamer ten stadhuize ontvangen. Met wethouder Feber hebben de Engelsche gasten, na deze ontvangst, het Escampkanaal en de Binck- horsthaven bezocht, waarna de burgemees ter hen als gastheer een lunch in het Kur- haus aanbood. De Engelsche gezant, sir Hu- bert Montgomery, zat mede aan. CONGRES VEREENIGING VAN GASFABRIKANTEN IN NEDERLAND. Op den eersten dag van het tweedaagsch congres van de vereeniging van gasfabri- kanten in Nederland, is met groote meer derheid van stemmen besloten, den heer P. Hydelaar uit Zeist, voorzitter der vereeni ging, te benoemen tot secretaris-gedelegeer de van het hoofdbestuur. Ingevolge dit be sluit zal de heer Hydelaar zijn functie als directeur van de gasfabriek te Zeist, neer leggen. Voorts ging de vergadering accoord met een voorstel, om het examengeld voor fit ters en gastechnici van 7.50 tot 10 te verhoogen. Op voorstel van het hoofdbe stuur is ir. J. Putten, directeur van het gas bedrijf te 's Gfavenhage, die wegens het be reiken van den pensioengerechtigden leef tijd zijn functie als directeur neerlegt na gedurende meer dan veertig jaar de gas- industrie hier te lande met tal van nieuwe vindingen en verbeteringen verrijkt te hebben het eerelidmaatschap der ver eeniging aangeboden. Tot voorzitter van het hoofdbestuur der vereeniging is benoemd ir. C. L. Philips uit Nijmegen, terwijl ter vervulling van een vacature in het,hoofdbestuur werd gekozen ir. J. Leyn uit Meppel. Voorts werden o.m. gekozen tot leden van: ondersteuningsfonds: O. S. Knottne- rus uit Rotterdam; redactiecommissie: ir. A. F. Meyer uit Dordrecht; kolencommissie: ir. G. A. van Klinkenberg uit Leiden; exa mencommissie: J. H. Schenke uit Voor burg, ir. A. F. Meyer uit Dordrecht en G. Pietersen uit Doetinchem; propaganda com missie: L. P. J. M. Santer uit den Haag; gastechnische commissie: ir. C. G. Driessen uit Maastricht en Th. A. M. F. van Mierlo uit Tilburg; commissie voor gasvoorziening op verren afstand: dr. ir. P. G. F. T. Feh- mers uit Leiden. Tijdens de ochtendvergadering werd een telegram van hulde verzonden aan H. M. de Koningin. De middagvergadering van den eersten dag, tijdens welke prof. van Iterson een be langwekkende voordracht heeft gehouden over de toekomst en ontwikkeling van het gasbedrijf, werd bijgewoond door jhr. dr. C. G. C. Quarles van Ufford, burgemeester van Apeldoorn. BLOEMBOLLENCULTUUR. Bestrijding van de virus-ziekte in de bol-iris-teelt. Het Weekblad voor Bloembollencultuur meldt, dat het hoofdbestuur van de Alge meene Vereeniging voor Bloembollencul tuur een iris-keuringsinstelling voorbereidt. In de laatste jaren is een nieuw vraagstuk voor de bol-iristeelt geworden het verschijn sel van de mozaïek- of virus-ziekten, het verzwakken van de partijen, doordat ze veel „grijze" planten bevatten. Met dergelijke verzwakte partijen is geen loonende teelt te bereiken, en ook wordt de exporthandel er door bedreigd, daar als gevolg van de bestudeering van de virusziekten door wetenschappelijke onderzoekers over de ge heele wereld rekening wordt gehouden met de gevaren van mogelijke besmetting van andere teelten. Partijen, die vij van grijze planten zijn, worden verkregen door voortdurende zui vering van de partijen van planten, die niet geheel groen zijn. Voor dit zuiverings- werk worden voorlichting en controle noo dig geacht. Er wordt gedacht aan een keu ring te velde door deskundigen tijdens den bloeitijd en aan een deugdelijke controle op het naleven van de daarbij gegeven aan wijzingen. Buitenlandsche minimumprijzen. De Bond van Bloembollenhandelaren heeft onder zijn leden een enquête gehou den, om na te gaan, hoe deze denken over buitenlandsche minimumprijzen. Naar het Weekblad voor Bloembollencultuur ver neemt, is het resultaat, dat 102 leden zich hebben uitgesproken voor wederinvoering van buitenlandsche minimum-prijzen, dat 35 leden zich hiertegen verklaarden, en 7 stemmen blanco werden uitgebracht. Der tien leden hebben niet gestemd. „Spoor- en Tramwegen". „Spoor- en Tramwegen" het 14-daagsche orgaan van de Spoor- en Tramwegmaat schappijen, bestaat 1 Juli a.s. 10 jaar. Ter gelegenheid hiervan zal Dinsdag a.s. een jubileumnumme rverschijnen, waartoe de Directie der Ned. Spoorwegen haar medewerking heeft verleend. UITVOERING VAN DE VEILIGHEIDSWET. Bij den Hoogen Raad van Arbeid is in gekomen een vooonrtwerp van een alge meenen maatregel van bestuur, als bedoeld in artikel 16 der Veiligheidswet 1934, met de daarbij behoorende toelichting. Het ontwerp bevat o.m. bepalingen tot vermijding van het gevaar van gezond- heidsbenadeeling door giftige verf en het vermijden van gevaar van stof versprei ding door droog schuren, bikken en afkrab ben. Aan een commissie uit den raad zal wor den opgedragen omtrent dit voorontwerp praeadvies uit te brengen. NADERE REGELING TANDHEELKUNDIGEN. De minister van Sociale Zaken heeft in gediend een wetsontwerp tot nadere voor zieningen in zake de tandheelkunde. Aan de Memorie van Toelichting wordt het volgende ontleend: De wetgever heeft in 1929 aan al dege nen, die vóór 10 Juni 1913 de volledige tandprothese als beroep toepasten zonder de bevoegdheid tot uitoefening der tand- heelkunst te hebben verkregen, en die niet later bevoegd waren verklaard tot hét uit oefenen der prothese, een kans willen ge ven, alsnog van hun bekwaamheid hiertoe te doen blijken. Te dien einde is een prac- tisch examen ingesteld en afgenomen. De opzet van het examen schijnt den minister evenwel niet zoo deugdelijk te zijn geweest als uit een oogpunt van de door den wetgever beoogde doeltreffendheid noodig ware geweest. Een en ander leidt tot de conclusie, dat de organisatie van het examen in 1930 niet aan de bedoeling van den wetgever van 1929 recht heeft gedaan en wijst bovendien den weg aan, langs welken redres moge lijk is. Het wetsontwerp bedoelt, dit redres mo gelijk te maken voor degenen, die tot het examen in 1930 zijn toegelaten en daar voor niet zijn geslaagd, zonder onderscheid. Het deelneme naan een vooronderzoek wordt gesteld als voorwaarde voor het af leggen van het examen, opdat de betrokke nen in de gelegenheid zijn, zich daarvoor behoorlijk voor te bereiden. De organisatie van dat vooronderzoek is aldus gedacht, dat in enkele plaatsen des lands eenige malen aan de examinandi ge legenheid wordt gegeven, werkzaam te zijn onder leiding en toezicht van een of meer, door den minister aan te# wijzen, tandartsen, die zich omtrent de practi- sche bekwaamheid dan reeds een voorloo- pig oordeel kunnen vormen. Daardoor zal het tevens mogelijk worden gemaakt, dat de beslissing niet alleen afhankelijk is van de prestaties op het examen. Dit laatste wordt in het ontwerp uit drukkelijk gestipuleerd als een voorwaarde, welke dient te worden in acht genomen bij de voor het vooronderzoek en het examen vast te stellen regelingen. Hierbij zal bo vendien slechts één examencommissie voor alle candidaten mogen worden ingesteld. Het ligt in de bedoeling, dat zooveel mo gelijk degenen, die het vooronderzoek lei den, eveneens deelnemen aan het afnemen van het examen. Het ligt in het voornemen van den minister te bevorderen, dat het examen zoo spoedig mogelijk plaats vindt, zoodat de noodzakelijke uiteindelijke af wikkeling van deze kwestie binnenkort haar beslag krijgt. De minister heeft van- deze gelegenheid tevens gebruik gemaakt, om te trachten, nog een andere moelijkheid, welke zich op dit gebied voordoet, tot oplossing te bren gen. Het betreft hier de bevoegdheid van de tandheelkundigen. Thans wordt voorge steld om aan de tandheelkundigen, behal ve de bevoegdheid tot het toepassen van de tandprothese, de bevoegdheid te geven tot het dpen van extracties in alie geval len. Voorgesteld wordt echter hun bevoegd heid te limiteeren tot de behandeling van personen van zestien jaar en ouder. Dit wetsontwerp is tot stand gekomen na een veelzijdig overleg, waarbij den minis ter is gebleken, dat de organisaties van de het meest bij deze zaak betrokkenen met den inhoud van het ontwerp in hoofd zaken instemmen. Voor zoover dat niet het geval is, zal de tot stand koming der voor gestelde regeling zonder tegenkanting wor den aanvaard en zal eventueel bij de uit voering medewerking worden verleend. Eerste Leidsche Begrafenisonderneming voor Roomsch Katholieken GEVESTIGD 1882 G, H. KLEBMHANS Pieter de la Courtstraat 22 TRANSPORT - TELEFOON 1455 HET ELECTRISCH LASSCHEN DOOR JEUGDIGEN. Bij den Hoogen Raad van Arbeid is in gediend het voorontwerp van een algemee nen maatregel van bestuur, strekkende tot wijziging van het arbeidsbesluit 1920. De toelichting luidt: Uit artikel 3, onder b. en c. van het ar beidsbesluit 1920 blijkt niet duidelijk, dat het verrichten van arbeid door jeugdige personen nabij deelen van hooge spanning onder alle omstandigheden is verboden. Wijzigng der redactie verdient daarom aanbeveling. Artikel 3, onder b. 'en c. van het ar beidsbesluit 1920, zooals dat thans luidt, staat voorts in den weg aan het electrisch lasschen door jeugdige personen. Dit le vert bezwaar op voornamelijk met het oog op abituriënten van ambachtsscholen, waar electrisch lasschen als vak wordt onder wezen. Wanneer deze abituriënten de school verlaten met een diploma voor electrisch lasschen, kunnen zij zich de op gedane kennis in de practyk niet ten nutte maken, doch moeten zij tot hun achttiende jaar wachten, alvorens als lasscher te werk gesteld te kunnen worden. De erva ring heeft echter geleerd, dat de gevaren, verbonden aan het electrisch lasschen on der normale omstandigheden gering zyn, mits de noodige voorzorgsmaatregelen ln acht worden genomen. In- verband hier mede wordt onder f. van het nieuwe arti kel 3 voorgesteld, het werken met elec trische laschinrichtingen aan jeugdige per sonen van 15 jaren of ouder onder de daar vermelde voorwaarden toe te staan. Verder is de wenschelijkheid gebleken, dat, mits onder voldoende toezicht, door jeugdige personen er in opleiding eenvou dige werkzaamheden in de electrotechni sche industrie kunnen worden verricht. In het nieuwe onderdeel g. is hiervoor een voorziening getroffen. „HOPLA" IS TEVREDEN Nederland een bijzonder dankbaar arbeidsveld. Men meldt uit Zürich: Onder leiding van den heer Duttweiler heeft een alge meene vergadering plaats gehad van de Zwitsersche Hotelplan-maatschappij. De president heeft in deze vergadering een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de hotel-plan-actie en hij stelde vast, dat het doel, meer vreemdelingen naar Zwitserland te trekken, bereikt is. Het aantal week-arrangementen bedroeg gedu rende de laatste drie jaren: 1935/1936 52.648, waarvan 17.989 buitenlanders; 1936/ 1937 61.943, waarvan 29,691 buitenlanden en 1937/1938 73.731, waarvan 47.969 bui tenlanders. De vermindering van het aan tal aan Zwitsers verkochte week-arrange menten wordt toegeschreven aan de ver minderde koopkracht sinds de devaluatie. Onder de bewerkte landen was vooral Nederland een dankbaar arbeidsveld. Het aantal Nederlandsche gasten was hier en daar grooter dan het aantal Zwitsersche. Ook in Engeland en België werden goede resultaten bereikt. Frankrijk was moeilij ker te bewerken. De Hotelplan-maatschappij heeft over het afgeloopen boekjaar een netto-winst gemaakt van 31.295 francs, waardoor het mogelijk is aan aandeelhouders een divi dend uit te keeren van vijf procent. DE LAATSTE LES VAN LANGELOT 129. Den volgenden morgen hoorde grootmoeder dat er in 1 Amerika een heel geleerde professor woonde, die betoover- de menscheii weer gewoon kon maken. Ze had wel geen geld voor de lange reis, maar ze besloot niets onbeproefd te laten en ze nam de bezem en Langelot meer. 130. 't Was een heele wandeling, naar de zee. Het drie tal wandelde den heelen nacht dooi en den nacht ook. Tegen den morgen bereikten ze de zee. De zon was juist opgegaan.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 9