Lustrumviering Nat. Verbond der K.J.M.V. Dit jaar 125 millioen méér voor werkverruiming Het nieuwe spel der oude waarden KERKNIEUWS VRIJDAG 27 MEI 1938 DE LEIDSCHE COURANT üERSTE BLAD - PAG. I Tweede Kamer Een fong Initiatief in de oude bisschopsstad LATER KOELER. De Bilt seint: Verwachting: Zwakke tot matige wind, aanvankelijk uit Oostelijke, later wellicht omloopend naar Noordelijke richtingen, toenemende bewolking met kans op re gen of onweer, later koeler. Hoogste barometerst.: 762.8 te Danzig. Laagste barometerst.: 747.2 te Brest. De depressie, welke Woensdag nog over Scandinavië lag, trok naar het Noord-Oos ten af. Zij werd gevolgd door een druk- stijging over het Oostzeegebied. Een nieu we depressie naderde Woensdag uit het Noord-Westen, welke zich snel uitbreidde, vooral naar het Zuiden, en snel dieper werd. Zij splitst zich thans in tweeën, de Noordelijke kern ligt over Schotland, de Zuidelijke in de omgeving van Brest. On der invloed van deze depressie is de be wolking op de Britsche Eilanden en in West-Frankrijk zwaar, met regen. De wind is matig uit Zuid tot Zuid-Oost. Alleen in Ierland is de wind omgegaan en waait daar krachtig uit het Noorden. Op het overige vasteland van West-Europa waaien zwakke, Zuid-Oostelijke winden, met ge deeltelijk bewolkte lucht. De ochtendtem- peraturen waren over het algemeen vrij laag. Langs de Zuid-Westkust van Noor wegen waait een krachtige Zuidelijke wind met metrokken lucht. Overigens is ook in Scandinavië het weer opgeklaard. Voor onze omgeving wordt voor morgen aanvankelijk Oostelijke wind verwacht, later wellicht naar het Noorden omloopend, met kans op regen of onweer, en afkoelend. LUCHTTEMPERATUUR. 22.2 gr. C. vM LICHT OP VOOR FIETSERS e.a. Van Vrijdagnamiddag 9.34 uur tot Zaterdagmorgen 4.19 uur. HOOG WATER. Te Katwijk aan Zee op Zaterdag 28 Mei voorm. 2.05 en nam. 2.29 uur. WATERTEMPERATUUR. Zweminrichting „De Zijl": 16.5 gr. C. Maan op 3.55 uur Zaterdagmorgen. Maan onder 19.57 uur Zaterdagavond. EEN CARMEL OP IJSLAND. U hebt gelezen, dat de Zusters Carmeli- iessen willen gaan bidden op IJsland. U hebt gelezen dat er niet meer dan 240 katholieken wonen in dit land van hondei-d- cluizend menschen. De regeering van IJs land heeft echter alle medewerking toege zegd, mits de Carmel wordt gebouwd door IJslandsche krachten. Daarvoor moet geld zijn. Niet veel, want Ut Zusters zijn met iedere behuizing tevre den. 't Zal al.es sober en eenvoudig zijn. Maar die arbeiders moeten worden betaald en de Bisschop wenscht, dat de Zusters c'aar den arbeid van haar gebed zullen be ginnen zonder schuld. Stort dus Uw kleine gave op giro-reke ning 13431 van den H.E. Heer Deken E. P. Kengs, R. K. Pastorie, Verdronkenoord 76, Alkmaar of op 39730 van de Zusters Car re elitessen te Egmond aan den Hoef. HET MOND- EN KLAUWZEER. Het aantal sterfgevallen 'ten gevolge van het mond- en klauwzeer bedroeg in de week van 15 t/m 21 Mei 4 runderen, 8 kalveren, 1 varken. 1 schaap en 1 geit. Sedert 19 September van het vorig jaar zijn totaal aan deze ziekten bezweken 3141 runderen, 3991 kalveren, 3079 varkens en biggen, 243 schapen en 51 geiten. DE AARTSBISSCHOP TEGENWOORDIG Wat jong is, zoekt nieuwe wegen. En 't is goed, dat het zoo is, want het voortdu rend begaan van de oude platgetreden paden leidt tot sleur en doodt ieder frisch initiatief. Er zijn evenwel waarden, oer-oude waarden, welke tot geen prijs los gelaten mogen worden, omdat zij tot de wezens elementen van het leven zelf behooren, en gelukkig de jeugd, die deze oude waar den in het gewaad, dat bij haar tijd past, weet te kleeden en aldus nieuwen vorm geeft aan datgene wat behoort tot de kern vai het leven. Van een dergelijke levenskracht heeft gisteren de viering van het eerste lustrum van het Nationaal Verbond der KaJ.M.V. getuigd. In grooten getale ongeveer 1200 waren de K.J.M.V.-ers in Utrecht sa mengekomen uit alle oorden van het land, om dit jubileum te vieren. En zij hebben van dit feest iets zeer ooïspronkelijks gemaakt. Na de plechtige Hoogmis in de St. Do- minicuskerk, welke door den Verbonds- moderator, rector L. Beune, werd opgedra gen en onder welke H. Mis de Verbonds- moderator zijn jongemannen in 't kort heeft toegesproken, werd in de zaal van „Tivoli" aan de Kruisstraat te Utrecht een groote gezinsmiddag gehouden. Daar wa ren bijeen: behalve het groote contingent K.J.M.V.-ers, op de eerste plaats verschil lende ouders. Zij mogen op de eerste ge noemd worden .omdat zij op dezen ge zinsmiddag in het middelpunt der feest viering stonden. Doch er waren ook hoo- ge gasten, zeer hooge zelfs. Z. H. Exc. mgr. J. de Jong, de aartsbischop van Utrecht, deed de K.J.M.V. de eer aan, den gehee- len middag haar gast te zijn. Z. H. Exc. was vergezeld van zijn vicaris-generaal, mgr. D. Huurdeman, van deken Knuvel- der en van nagenoeg de heele geestelijk heid van Utrecht. Ook pastoor Timp was aanwezig, de man, aan wien de oprichting van het Nat. Verbond te danken is, vele geestelijken ook uit andere bisdommen en verscheidene autoriteiten uit Utrecht, als mede vertegenwoordigers van diverse Middenstands-organisaties. De nationaal-voorzitter, de heer G. Peet uit Hilversum, had heel wat te doen met hen allen te verwelkomen. In tegenwoordigheir van al deze deelne mers en genoodigden voerden de K.J.M. V.-ers een soort revue op, welke getiteld was: „Het nieuwe spel der oude waarhe den", doch geen spel was in den eigenlij- het oorspronkelijke van deze viering, de ken zin des woords. En dit was nu juist opvoering voor en door K.J.M.V.'ers van 'n ideeën-revue, de neerslag van het pro gramma, dat in den afgeloopen winter in de afdeelingen des lands was verwerkt en bestudeerd. Wij hebben er de vorige week reeds een voor-bespreking aan ge wijd en toen reeds gewezen op de tref fende uitwerking van de gezinsgedachte. eHt spel of de ideeën-revue neemt zijn oorsprong in het verheven mysterie van het Goddelijk Vaderschap. Gods vruchtbaarheid manifesteert zich op on doorgrondelijke wijze in den schoot der Drievuldigheid zelf en naar buiten in de schepping. In de schepping van de natuur lijke orde heeft God den mensch verheven tot de bovennatuurlijke orde en hem de H. Kerk tot Moeder gegeven. En zoo kun nen wij juichend constateeren, dat wij kinderen Gods zijn. Deze verheven gedachten worden uitge drukt in het eerste deel door de Harp zang van Joost v d. Vondel, gereciteerd dcor twee engelen figuren, en in een spel van Gabriel Smit, waar grauwe zoekende gestalten om uitkomst bidden in hun ziele,- nood en de H. Kerk tegen den achtergrond van de St. Pieter hen uit de duisternis voert naar het eeuwige licht. In nauw verband met Gods vaderschap wordt dan het christelijk gezin in het tweede deel beschouwd. Het gezin is een weerspiegeling van de Drie-eenheid Gods; een onverbrekeiijke eenheid van drie ele menten, waarin Gods liefde en Gods schep pingskracht uitstralen. Deze gedachten zijn het uitgangspunt en onderwerp van een tekst van Gabriel Smit en van een decla- matorium, tekst van A. J. D. v. Oosten, waarin vier groepen (Geloof, Hoop, Liefde en Vrede voorstellende), spreken over de taak, plichten en rechten van het christe lijk gezin, eindigend met een lofzang op de moeders. De achtergrond wordt hier gevormd door een boom in bloesem. Als voorbeeld voor alle katholieke gezin nen wordt dan in het derde deel het God delijk Huisgezin van Nazareth uitgebeeld, waarbij een tekst wordt gezegd van Jan Muller: „Hij was hun onderdanig", beslo ten met de hymne van het feest der H. Familie, gezongen door een Schola Can torum. Hierbij sluit zeer natuurlijk aan een Ma- riahulde, waarbij de figuur der H. Maagd in een krans van groen en bloemen wordt gehuldigd door twee teksten van Gabriel Smit en door het zingen van Guido Gezel- le's lied „O Maria, die daar staat". Het geheele auditorium sluit zich bij deze hul de aan door het gezamenlijk zingen van het Magnificat. Het gedeelte van het „gezinsverband" wordt besloten door het declarrïeeren van Vondels wonderschoone rei uit de „Gijs- breght': „Waar werd oprechter trouw". En dan komt het groote „gezin" der K. J.M.V. aan de beurt. Het lied van den ar beid (tekst van Jan Muller) verzinne beeldt de werklust van den Kath. Jongen Middenstander en een samenspraak tus- schen een boer, een arbeider en een jon gen middenstander geeft de taak aan van den middenstand in 't maatschappelijk ge heel. Het slottafereel is wel bijzonder geslaagd, Daarin zijn n.l. de onvermijdelijke woordjes-na-afloop verwerkt tot een ge lukkige slot-apotheose. Ongeveer 40 K.JM. V.-ers vullen het tooneel; zij dragen een voor deze gelegenheid geïmproviseerde „uniform" en brengen een hulde aan de ouders. Dan worden vaandels aangedragen en 't tooneel lijkt een legerkamp, vol strijd lustige jongemannen, geschaard achter hun vanen. De nationaal voorzitter, de heer Peet brengt hulde aan de pioniers, van de beweging en aan de moderatoren. Daarop beklimt rector Beune 't tooneel, een zwar te toga tusschen de witte shirts der K.J. M.V.-ers. Hij dankt de werkers van het heden en brengt vooral hulde aan den nationaal voorzitter en den nationaal-secre- taris, en voorts aan allen, die hun mede werking gaven. Aangekondigd wordt, dat „Het Gezag" het programma punt zal zijn voor de a.s. wintercampagne. Daarop volgt het Kruislied, van Guido Gezelle en tenslotte spreekt de aai'tsbis- schop mgr. de Jong, de jongemannen toe. „Alleen het opnieuw beleven dr oude waarden, zegt mgr., kan het Christendom redden. Hier ligt uw taak, katholieke jonge middenstandrs. De nieuwe eisch van onzen tijd is het leeken-apostolaat. Wat gij doen kunt, is: de oude waarden van het echte katholieke gezin in toepassing brengen en zoo een voorbeeld zijn voor anderen. Mo ge dit de vrucht zijn van dezen lustrum dag, dat gij opnieuw doordrongen zijt van de schoonheid en verhevenheid der oude waarden van het huisgezin". Daarna gaf Z. H .Exc. zijn bisschoppelij- ken zegen. En hiermede was de glorierijke viering v4n dit eerste lustrum ten einde. Is deze proeve van een nieuwe soort lee- kenspel geslaagd? Zij heeft in elk geval haar waarde bewezen. De verschillende ta- fereelen waren ieder op zich goed verzorgd en verantwoord. De verbinding tusschen de tafereelen werd verzorgd door den zeer- eerw. heer H. de Greeve, die van het eene op het andere tafereel de theologische en bespiegelende draad spon, waardoor de opzet van het geheel den toeschouwers duidelijk werd. Deze schakels waren on misbaar, daar anders het verband te loor zou zijn geraakt. De redenaar had zijn taak niet licht opgevat en dat was oorzaak, dat zijn schoone gedachten over het mysterie der Triniteit en het wezen van het huis gezin het bevattingsvermogen van velen zijner hoorders wellicht te boven gingen. De structuur van het spel kwam er ech ter in alle stevigte door vast te staan en daardoor vormden zijn inleidingen, prach tig van vorm en inhoud, medë de fraaiste onderdeelen van den middag. Het is ook de groote verdienste van den ontwerper en den regisseur van het spel, den heer Jan Muller, dat hij een wel doordacht en in elk opzicht verantwoord geheel gemaakt heeft van zoovele hetero gene deelen en dat hij gewoekerd heeft met de beperkte mogelijkheden, welke de opzet der ideeën-revue hem bood. Een be zwaar dat van te voren bekend was en welbewust was aanvaard is wel geble ken zwaar te wegen en dat was het gemis aan een doorloopende handeling, welke een of meer hoogtepunten heeft. Er was hier nergens een climax en dat maakte het verwerken van de uitgebeelde gedachten, in welk een kunstvollen vorm ook gego ten en hoe schoon van inhoud zij ook wa ren, niet gemakkelijk. De onderdeelen van het spel waren afzonderlijk voorbereid en ingestudeerd in de plaatselijke afdeelin gen en de verdienste van dezen opzet was ongetwijfeld, dat er aldus een spel ge speeld werd, dat voortkwam uit de K.J. M.V. zelf. Deze gedachte de echte lee- kenspel-gedachte moet worden vastge» houden en gezocht moet worden naar een vorm, welke de uitvoering van die gedach te mogelijk maakt in een levendiger han deling. Op het tooneel wil men iets zien ge beuren. De gezinsmiddag van de K.J.M.V. van gisteren heeft bewezen, dat de gedach te goed is, dat de opzet voor verwezenlij king vatbaar is; als proef, als initiatief was het een hoopvol, perspectief-biedend be gin, de volmaaktheid was nog niet bereikt. Ook op het gebied van decors en costuums was de volmaaktheid niet bereikt, al moet erkend worden, dat deze een voorbeeld wa ren van wat er te bereiken valt, met zeer sobere middelen. Decors en costuums wa ren ontworpen door Harry Sterk en door de Utrechtsche K.J.M.V. met eigen mid delen vervaardigd. De lustrum-viering van de K.J.M.V. was een belangrijk experiment, dat het leeken- spel zeer zeker een goeden stimulans heeft gegeven en een wenk, in welke richting iets goeds kan worden bereikt. Z. H. Exc. de Bisschop van Haarlem zal de volgende week geen audiëntie verlee- nen. DE BEDRIJFSRADENWET HERZIEN Voortgezet wordt de behandeling van het wetsontwerp tot wijziging van art. 22 en 29 der bedrijfsradenwet. De heer STElNMETZ (R. K.) wenscht vertegenwoordiging ook van de hoofdar beiders in de bedrijfsraden. Bij verdere wetswijziging worde hieraan aandacht be steed. Mevr. MACKAY—KATZ (C. H.) ziet gevaren in de thans ingestelde richting, o.m. dat de leiding der bedrijven steeds meer in handen van de regeering zou ko men. De heer WIJNKOOP (Comm.) criti- seert de te dezer zake ingekomen adres sen van werkgevers welke spr. een hoon noemt voor de arbeiders en voor de Ka mer. De MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN, de heer ROMME, zegt dat het een over wonnen standpunt is te bestrijden, dat bij bespreking van economische aangelegen heden van hoog tot laag het arbeidsele- ment geen woord zou mogen meespreken. Aan de bedrijfsraden is in 1933 een so ciale taak opgelegd, doch wel degelijk in art. 13 sub f. ook reeds een economische. De quaestie van de verordenende be voegdheid kan niet ten einde worden ge bracht zoolang we met de bedrijfsraden nog in het onzekere verkeeren. Er be staat geen gevaar voor bemoeienis van een bedrijfsraad met de leiding van een bepaalde onderneming. Zijn 'de bedrijfs raden de vertegenwoordiging van een be paald bedrijf, dan behooren daarin ook de hoofdarbeiders thuis. De groei in die rich ting is nog gaande. Het wetsontwerp wordt zonder hoofde lijke stemming aangenomen (met aantee- kening dat de N.S.B. en mevr. Mackay Katz (C. H.) geacht willen worden, te hebben tegen gestemd). WERKVERRUIMING. Aan de orde is het wetsontwerp tot verhooging van het zevende hoofdstuk B der Rijksbegrooting voor 1938 (verhoo ging crediet voor werkverruiming). Bij de algemeene beraadslaging over dit wetsontwerp is tevens aan de orde de in terpellatie van den heer van Gelderen omtrent het beleid der regeering ten aan zien van de bestrijding van de zeer om vangrijke werkloosheid. Interpeilatie-van Gelcleren. De heer VAN GELDEREN (S. D.) stelt den minister de volgende vragen: 1. Is de regeering niet van oordeel, dat aan de bestrijding van de werkloosheid haar politiek op financieel-economisch en sociaal gebied meer dan tot nu toe dienst baar gemaakt moet worden? 2. Is de regeering niet van oordeel, dat, naast een zoo krachtig mogelijk bevorde ren van den export, vooral een vergroo ting van de afzet mogelijkheden voor Ne- derlandsche producten op de binnenland- sche markt de meest duurzame voorwaar de voor een uitbreiding der werkgelegen heid hier te lande biedt? 3. Is de regeering niet van oordeel, dat thans ter bereiking van dit doel zoowel de kapitaalsinvesteeringen, welke een uiterst geringen omvang hebben, als de binnenlandsche koopkracht door haar doelbewust gestimuleerd moeten worden? 4. Is de regeering bereid onverwijld alle voorzieningen van organisatorischen en technischen aard te treffen o.m.: a. op doeltreffender wijze dan tot nu toe geschiedde de bedrijvigheid hier te lande te bevorderen en inzonderheid de uitbrei ding der nijverheid te organiseeren; b. De tewerkstelling van arbeiders lste door openbare werken van allerlei aard; 2de door verstrekking aan de gemeen ten van gelden a fonds perdu tot het doen verrichten van werkzaamheden; 3de door steun aan particuliere werk zaamheden, in den eerstkomenden tijd dermate op te voeren, dat hierdoor aan stonds gelden verwerkt kunnen worden, hetgeen reeds op de begrooting 1938 is uitgetrokken, op den voet van ten minste 150 millioen in 12 maanden? 5. Is de regeering bereid om. indien zulks ter bespoediging van de uitvoering van de vraag 4 bedoelde politiek noodig mocht blijken zich hiertoe ook de wette lijke middelen (o.m. door wijziging of aan vulling van de onteigeningswet) te ver schaffen? 6. Is de regeering bereid ook andere maatregelen te treffen welke van aanvul lende beteekenis voor de vermindering van de werkloosheid zijn als: a. verlenging van de leerplichtwet met 1 jaar; b. verlaging van de geldende leerlingen schalen; c. verkorting van den arbeidstijd zoo wel in die gevallen waarin langer dan 48 uur per week wordt gewerkt, als door een nieuw onderzoek naar de mogelijkheid in daartoe in aanmerking komende be drijfstakken van vermindering tot bene den 48 uur; d. bevordering van den export door ver- leenen van financieelen steun en voor zoover noodig de Staten-Generaal bin nen bekwamen tijd de hiertoe vereischte voorstellen te doen? 7. Is de regeering bereid de Kamer op gezette tijden een overzicht te verschaf fen van de resultaten van hetgeen ter termindering van de werkloosheid is ver richt, opdat voor zoover noodig in gemeen overleg verdere maatregelen ge nomen kunnen worden om het voortwoe kerend euvel der werkloosheid doeltref fend te bestrijden? De regeering moet veel verder gaan dan nu, en wel door een politiek van daden. Ze bevestige de eenheid des volks door werken des vredes. ANTWOORD VAN MINISTER COLIJN. De MINISTER VAN ALGEMEENE ZA KEN, voorzitter van den ministerraad, de heer COLIJN, kan niet op alle opmerkin gen ingaan, omdat er reeds 18 namen op het sprekerslijstje staan. Er zal ook wel onderlinge tegenspraak komen. De re geering moet dus thans niet al te zeer op bijzonderheden ingaan, en daarmede wach ten tot in tweeden termijn. Spreker beantwoordt de vragen als volgt: 1. Uit de memorie van antwoord op dit wetsontwerp is reeds gebleken, dat de regeering er zich ten volle rekenschap van geeft, dat hier en daar reeds weer achteruitgang in het bedrijfsleven is op getreden en dat dus de vrees voor toene ming van het aantal werkloozen aller minst denkbeeldig moet worden geacht. Het is om die reden, dat de regeering reeds ten vorigen jare besloten heeft voor het jaar 1938 hoogere geldbedragen ter bevordering van de werkgelegenheid be schikbaar te stellen. Men kan, in vergelij king met het gemiddelde der voorafgaan de jaren, die verhooging voor het jaar 1938 op rond 125 millioen stellen. Hieruit blijkt, dat de regeering aan het werkloosheids probleem de aandacht schenkt, die het verdient. 2. Inderdaad is de regeering van oor deel, dat naast vergrooting van onzen ex port vergrooting van den afzet op de bin nenlandsche markt van beslissende betee kenis is voor den omvang der werkloos heid. Alleen plegen die beide verlangens in den regel maar zelden gelijktijdig te worden vervuld. 3. Stimuleering van kapitaalsvestee- ring valt reeds binnen het werkplan der regeering. Zij verwacht van deze wijze van geldbesteding een duurzame ver hooging van binnenlandsche koopkracht als een gevolg van in het leven geroepen blijvende werkgelegenheid. Van de z.g. planmatige verhooging der binnenlandsche koopkracht, door middel van het schep pen van voorbijgaande werkgelegenheid, is naar het oordeel der regeering, daarin nog gesterkt door elders opgedane erva ringen, geen heil te verwachten. Erken nend de noodzaak van openbare werken tot het tegemoetkomen aan de directe ar- beidsbehoefte en dien overeenkomstig handelend, wijst de regeering een politiek van openbare werken, welke geen blij vende werkgelegenheid nalaten, als mid del tot koopkracht-verhooging op grond van ondeugdelijkheid met beslistheid af. 4. Doeltrefende middelen tot bevorde ring van de bedrijvigheid worden dooi de regeering reeds sinds veel jaren geno men. Zoo er nog andere tot heden nog niet aangewende doeltreffende middelen mochten worden ontdekt, dan zullen die stellig ook worden toegepast. Op het tweede deel der vierde vraag vervat onder B. wordt ontkennend ge antwoord. De bedragen die in 1938 voor de bestrijding van de werkloosheid door het rijk ter beschikking zullen worden gesteld, en die, gelijk voormeld, rond 125 millioen hooger liggen dan de laatst daar aan voorafgaande jaren, kunnen zeker niet met 10 millioen voor de komende 12 maanden worden verhoogd, aangezien een dergelijk verhoogd bedrag niet kan worden uitgegeven aan werken, die voldoen aan den nuttigheidseisch, dien de regeering moet stellen, terwijl, al bestond dit be zwaar niet. een dergelijke verhooging zou moeten worden afgewezen met het oog op den financieelen toestand van het Rijk en in verband met de noodzakelijke werk verruiming en werkverschaffing in de komende jaren. 5. De regeering heeft medegedeeld (me morie van antwoord), dat reeds een onderzoek gaande is naar de vraag, of het noodzakelijk en mogelijk moet worden geacht ruimere bevoegdheden te erlangen, teneinde vertraging bij de uit voering van openbare werken te voorko men en de arbeidsspreiding te bevorde ren. 6. Op de eerste twee punten in de zesde vraag genoemd (verlenging van den leer plicht en verlaging van de geldende leer lingenschalen) wordt ontkennend geant woord. Als onderdeel van het streven naar be tere arbeidsspreiding heeft ook de verkor ting van den arbeidsduur, waar dit eco nomisch en financieel mogelijk is, de volle aandacht der regeering en hetzelfde geldt, gelijk bekend mag worden geacht,voor de bevordering van den export. 7. Een driemaandelijksch overzicht no pens den gang van zaken bij de bestrijding der werkloosheid schijnt weinig doelma tig. De vergadering wordt om vijf uur ver daagd tot a.s. Dinsdag één uur. AGENDA LEIDEN. Woensdag, Leidsche Kunstkring „Voor Allen", In den Vergulden Turk, 8.15 uur. De avond-, nacht- en Zondagsdienst der apotheken wordt van Donderdag 26 Mei Hemelvaarts dag) tot en met V r ij d a g 26 Mei neemt waar apotheek C. B. Duyster, Nieuwe Rijn 18, tel. 523. Voor Oegstgeest: Mej. J. Doedens, Wil- helminaparlc 8, Tel. 274.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 2