FEUILLETON l VIRGINIA'S KEUZE A Naar het Engelsch door THEA BLOEMERS. 33) Ik geloof, dat ik hezig ben op hem ver liefd te worden. Hij is uniek. Op 't oogen- blik zit hij waarschijnlijk ergens verzen op mij te schrijven. En vind je dat prettig? Ik geloof van wel. Als ik jouw geld had, trouwde ik op slag met hem. Hij lachte. Dat meen je niet. Je vindt het alleen maar leuk om het te zeggen. Neen, ik meen het heusch. Hij is veel te jong voor je. Het is juist zijn jeugd, die ik zoo aan biddelijk vind. Toen zij even later stapvoets reden sprak Marty over Virginia. Wat heeft haar bewogen om weg te gaan? De hemel weet het Heeft ze het jou niet gezegd? Alleen, dat er iets gebeurd was, dat haar ertoe noodzaakte. Heb je niet gedacht, Marty's hooge stem klonk als een klokje in de ijle lucht, dat het wel eens McMillan kon zijn? Hij wendde zich heftig naar haar toe. McMillan? Ja. Zij is verliefd op hem. Dat wist je toch. Tony. Neen, dat wist ik niet, en jij evenmin. Marty antwoordde niet. Zij dacht aan Rickey. Als hij maar zoo rijk was als TonyMaar dat was hij nu eenmaal niet en daar mee uit. Op datzelfde oogenblik zat Rickey in de groote logeerkamer, die hem was aange wezen een schets van Marty te maken. Hij teekende haar, niet zooals zij in het wer kelijk leven was, maar zooals hij haar in zijn verbeelding zag. Zij zat op den rand van een vijver en staarde in het water. Hij werkte er heel lang aan en legde de schets pas terzijde, toen het tijd was, om zich te kleeden voor het diner. Na het eten troonde hij Marty mee naar de schilderijen-galerij. Ik moet je iets laten zien, zei hij en gaf haar de schets van de Zilveren Too- verfee bij den vijver. Zij keek er lang naar. Ben ik zóó? vroeg zij toen. Zooals je ziet. Maar er is iets in de oogen Dat niet in jouw oogen is? Ja, dat weet ik. Wacht even, dan zal ik er achter schrijven wat ik bedoel. Hij draaide de teekening om en schreef snel iets aan de achterzijde. Marty keek naar hem het voorovergebogen hoofd met de verwarde, rossige krullen, het jon gensachtige gezicht, de gratie van zijn lan ge, lenige gestalte.... Shelley, Keats? By ron? Even later hief hij zijn hoofd op en las haar voor wat hij geschreven had. De Zilveren Tooverfee sprak tot den vijver: Borrel' en brand van het vuur, dat aan uw koele hart brandt. Want ook mijn hart is koel, maar erbinnen in gloeit een vuur, en de rook die opstijgt komt van de asch van mijn oude begeerten. Zij zijn uitgebrand en hebben mijn hart gereinigd achtergelaten. Marty staarde hem vragend aan. Rickey, hoe wist je dat? Dat je anderen hebt liefgehad? Hoe kon het anders? Maar je hebt toch altijd meer van jezelf gehouden dan van die an deren. Waarom ook niet? Dan hoefde ik het alleen maar mijzelf te verwijten als ik te leurgesteld werd. Hij schudde het hoofd en ging weer door met schrijven. Luister, zei hij even later. En de tooverfee zei tegen den vijver: Laat uw rook opstijgen en de oogen van mijn beminde verblinden, zoodat hij mij altijd in mijn schoonheid zal zien, zelfs wan neer ik oud zal zijn geworden. Laat de be- toovering steeds om hem blijven, dat wan neer mijn oogen dof worden en mijn zachte huid rimpelig, en wanneer mijn haar uit valt. Niet doorgaan! Je bent wreed! Hij lachte triomfantelijk. Ik ben niet wreed, maar ik wilde 'je laten denken. Waarom wil je een man met geld trouwen? Je hebt genoeg van jezelf en ik kan meer voor je zijn dan Tnoy Bleecker. Hij kan alleen een paar millioen aan jouw millioenen toevoegen. Ik kan je onsterfelijk maken in een boek! Zij probeerde hem uit te lachen. Wat ben je daar zeker van! Waarom zou ik er niet zeker van zijn? Niemand weet wat hij kan, voordat hij het eerst bewezen heeft. Hij wierp zijn hoofd in zijn nek, zijn oogen schitterden. Met jou als mijn inspiratie. Haar stem trilde. O, Rickey, Rickey Zij stond er op om naar beneden te gaan, daarna. Als ik nog langer blijf, zal ik din gen zeggen, die ik niet meen, zei ze. Eens zul je ze meenen, had hij met zekerheid gezegd. Je bent voor altijd de mijne, Marty, maar je beseft het zelf nog niet. XVI „Ik ben mijn eigen baas". Na de bekentenis van Rickey te hebben gehoord, was Virginia naar haar kamer ge vlucht en had zich op het bed geworpen. Niets kon meer zijn zooals het geweest was. Het gevoel van schaamte over de wijze waarop Rickey Michael behandeld had, overweldigde haar. Zij voelde zich zelf er door besmeurd en verlaagd. Ten slotte had zij Rickey laten roepen. Wat bedoelde je, toen je zei, dat je Michael McMillan duizend dollar schuldig was? vroeg zij, toen hy by haar in de kamer was. Wie heeft je dat verteld? vroeg hy scherp. Ik hoorde je met McMillan praten. Ik zat achter het scherm in de bibliotheek. Luistervink te spelen? Je weet heel goed, dat het dat niet was. Vertel mij alles, Rickey. Je hoeft niet zoo'n toon aan te slaan; maar hy vertelde haar toch van het spel met Lute Carney en zyn vrienden, de ont moeting bij de rivier en het aanbod, dat Michael hem had gedaan. En jy beloofde hem je manuscript? Ja. En nu ben je niet meer van plan het hem te geven? Hij wil het immers niet eens meer. Zelfs al wilde hij het niet meer dan had jij hem nog niet de dingen mogen zeg gen, die je gezegd hebt, Rickey. Waarom zou ik niet mogen zeggen, wat ik denk? Ik ben toch zijn lakei niet, ik hoef zyn schoenen toch niet te likken.... Rickey stond tegen den voet van het bed geleund, verhit en opgewonden, lichtelijk aangeschoten en het leek Virginia, alsof ze hem nu voor 't eerst zag zooals hij wer kelijk was: een zelfzuchtige zwakkeling, bezeten door het abnormale gevoel van zijn eigen belangrijkheid. Ik vind dat je mr. McMillan een ex cuus schuldig bent, zei ze langzaam. Zoo, vind je dat? viel hij uit. Waar houd je me voor? Voor een gentleman, Rickey. Iets in Rickey's gezicht, nadat zii dat ge zegd had, maakte haar. bang. Zij schoof een stoel tusschen hem en haar in. Ik ben een gentleman, riep hij razend uit, en ik daag ieder uit, die het tegen deel durft beweren. Maar wat Michael Mc Millan betreft hij maakte een gebaar met hem heb ik afgedaan. En jy hoeft niet te denken dat je de baas over me kunt spe len, Jinny. Ik ben mijn eigen heer en mees ter en ik zal precies doen wat my belieft. En één van de dingen, waar ik mee zal be ginnen, is de invitatie van Marty van Duy- ue aannemen om met haar vader's jacht naar Florida te gaan. Zij neemt een stel vrienden mee. En ik zal er een boek over schrijven. (Wordt vervolgd). Ter gelegenheid van het 10-jarig bestaan der luchtverbinding met Praag, werd de bemanning van het Maandag op Waalhaven aankomende Tsjechische vliegtuig feestelijk begroet en werden den gezagvoerder bloemen aangeboden De heer B. J. van Trotsen- burg, voorzitter van den De internationale hockeywedstrijd Duitschland Nederland eindigde in een 3 1 overwinning voor het Kon. Ned. Schaakbond, is Duitsche team. Een spelmoment uit de ontmoeting overleden De president-oprichter van de „Club Artistique et Sportif de la Publicité te Parijs, de heer P. G. Bastide, die Woensdag a.s. voor de „Óub van Veertig" een lezing zal houden over „geschiedenis, ontwikkeling en organisatie van het Fransche publiciteitswezen arriveerde Maandagavond te Den Haag, waar hij door het bestuur van genoemde club werd verwelkomd. Derde van links de heer Bastide De Fransche wielrenner Laurent werd winnaar van den bekenden wegwed strijd Bordeaux Parijs. De winnaar na aankomst in de Fransche hoofdstad Op Buitenveldert is Maandag met militaire eer het stoffelijk overschot ter aarde besteld van officier-vlieger W. Dusseldorp, die Donderdag bij het vliegongeluk te Eelde om het leven kwam Een schip op een schip. Aan boord van de „Mapia" der Stoomvaart Mij. „Nederland" werd Maandag een olietankboot van 37'/ meter lengte, bestemd 'voor Genua, geheschen. Het gevaarte in de takels

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 5