RECHTZAKEN
FAILLISSEMENTEN
Poging tot
ontsnapping!
DE LAATSTE LES VAN LANGELOT
VRIJDAG 29 APRIL 1938
DF. LEIDSCHE COURANT
DERDE BLAD - PAG. 11
Rfe van Veen en Ragnhild Hveger tikken
tegelijk aan.
Gisteren zijn te Kopenhagen internatio
nale zwemwedstrijden gehouden, waaraan
ook een aantal dames van de Rotterdam-
sche dames zwemclub deelnemen.
Het belangrijkste nummer van den avond
was de 200 M. borstcrawl, waarop de we
reldrecordhoudster, Rie van Veen, en
Ragnhild Hveger tegen elkaar uitkwamen.
Zooals men zich zal herinneren vestigde de
R. D. Z.-zwemster haar wereldrecord 2 min.
24,6 sec., op 26 Februari j.L te Rotterdam,
toen Ragnhild Hveger haar tegenstandster
was en verloor. De ontmoeting van gister
avond kon dus als een revanche voor de
Deensche zwemster beschouwd worden. Het
werd een zeldzaam spannende race, waarin
beide zwemsters tevergeefs trachtten voor
te komen. Beiden tikten in den fraaien tijd
van 2 min. 26.3 sec. aan.
Op de 100 meter borstcrawl behaalde Jo
Groeneweg de overwinning. Op de tweede
plaats eindigde haar clubgenoote Cobi van
Zuuren, die 0,2 sec. voor de Deensche mej.
Mathiassen aankwam.
Op de 100 meter schoolslag zegevierde
Valborg Christensen, terwijl Jeanne Groe
nendijk nog achter Inge Soerensen derde
werd.
Op de 4 x 50 meter borstcrawl estafette
gaven de Rotterdamsche en Deensche ploe
gen elkaar niet veel toe. Slechts met 0,1 se
conden verschil tikten de Rotterdamsche
meisjes ten slotte als eersten aan.
De uitslagen luiden:
200 meter borstcrawl: 1. en 2. Rie van
Veen (RDZ) en Ragnhild Hveger (Dene
marken) beiden 2 min. 26.3 sec.
100 meter borstcrawl: 1. Jo Groeneweg
(RDZ) 1 min. 10,3 sec., 2. Cobi van Zuuren
(RDZ) 1 min. 12,8 sec., 3. Esther Mathias
sen (enemarken) 1 min. 13 sec.
100 meter schoolslag: 1. Valborg Chris
tensen (Denemarken) 1 min. 23,5 sec., 2.
Inge Soerensen (Denemarken) 1 min. 26,2
sec., 3. Jeanne Groenendijk (RDZ) 1 min.
30,4 sec.
4 x 50 meter borstcrawl estafette: 1. RDZ,
2 min. 5,1 sec., 2. Deensche ploeg 2 min.
5,2 sec.
WIELRENNEN
„SWIFT"
Voor Zondag staat er een sprint op het
programma. Indien er tijd over is, gevolgd
door een koppelwedstrijd.
De samenkomst is bepaald op 8.45 uur
aan het clublokaal. Vertrek uiterlijk 9 u.
Voor de op 15 Mei te houden wedstrij
den, uitgaande van de Z.H.W.F. op de Rijs-
wijksche baan komt „Swift" met de vol
gende renners uit:
Sprint: C. Paats, N. de Romijn.
Achtervolging: N. de Römijn, H. Hols-
wilder, P. Mink, C. Kapaan.
Koppedlwedstrij dC. de Vink, C. Paats,
C. Gros, W. Severijnen.
„NIEUW SWIFT"
Daar de secretaris, de heer J. A. Otten,
in verband met zijn functie in de Zuid-
Hollandsche Wielerfederatie, zich genood
zaakt heeft gezien voor zijn bestuursfunc
tie in bovengenoemde vereeniging te moe
ten bedanken, en tevens een vacture ont
stond voor de functie van 2den voorzit
ter, heeft de bestuursformatie een alge-
heele verandering ondergaan, en ziet er
thans als volgt uit; J. K. van Polanen, le
voorz., W. Segaar, 2e voorz., J. Riethoven,
le secr., Nieuwe Rijn 112; A. Lodewijks,
2e secr.; P. Benning, le penningm.; R. Riet
hoven, 2e penningm.; H. van Rooyen, com
missaris.
De sportcommissie ziet er thans als
volgt uit: H. van Rooyen, voorz., tel. 2416;
J. iRethoven, sec., J. Groenewegn en W.
Segaar. Als tijdwaarnëmer zal de heer J.
A. Otten blijven fungeeren.
De licentiehouders hebben de komende
Zondagen wederom niet over startgele
genheid te klagen. Op 8 Mei rijdt R. Riet
hoven te Heemstede mede in den koppel
wedstrijd, terwijl een drietal nieuwelingen
nl. J. Laven, J. Hintzbergen en W. Rijs-
bergen in de voorwedstrijden zullen uit
komen. Dienzelfden dag rijden de nieuwe
lingen Jac. de Groot, W. Geenjaar en B.
Lodewijks in een klassementswedstrijd op
de Alexanderbaan te Rotterdam, alwaar
tevens de amateur J. Schüller uit zal ko
men in een 2 uurs koppelwedstrijd met
den bekenden Rotterdamschen sprinter J.
Spijker.
Op 15 Mei a.s. zullen de leden deelnemen
aan de Federatiewedstrijden te Rijswijk.
22 Mei geeft de „Feyenoord"-wielerbaan
een groote wedstrijd en komen de vier
sterkste nieuwelingen uit in een klasse
mentwedstrijd. Voorts zal een ploeg van
drie amateurs en onafhankelijken worden
gevormd tot deelname aan den koppelwed-
strijd.
A.s. Zaterdag zullen zes leden deelne
men aan de Ronde van Purmerend, o.a.
A. van Amsterdam, B. Lodewijks, J. de
Groot en W. Rijsbergen.
Zondag zal er wederom een clubwed
strijd worden verreden en daar „Nieuw
Swift" op zijn sterkst zal uitkomen, zal
worden gereden tegen een combinatie van
twee Haagsche vereenigingen, n.L W. V.
„'s Gravenhage" en „de Residentie". Eerst
genoemde telt de bekende sprinters Ge
rard en Bernard Leene onder haar leden.
Met het oog op de vroege start zullen ren
ners en supporters reeds om half acht
vanaf het clublokaal vertrekken.
VLEESCHSTEMPELS VERVALSCHT.
Commissaris van een fabriek krijgt
twee maanden.
De commissie van de conserven-fabriek
S. te Poeldijk, die onlangs wegens vleesch-
knoeierijen door den Delftschen Kanton
rechter tot viermaal een week hechtenis
is veroordeeld, heeft op 14 April wegens
het vervalschen van merkstempels op var-
kensvleesch voor de Haagsche rechtbank
moeten terechtstaan. Dit feit was reeds in
1935 gepleegd, dus eerder dan de genoem
de, reeds berechte knoeierijen, doch door
omstandigheden werd deze strafzaak later
behandeld.
De vervalschingen hadden ten doel door
verandering van de data op het vleesch
een hoogere uitkeering van de veehoude
rij-centrale te verkrijgen.
De officier van justitie vorderde tegen
den commissaris een gevangenisstraf van
vier maanden. De rechtbank veroordeelde
hem tot twee maanden gevangenisstraf.
De boekhouder van deze fabriek, die be
hulpzaam is geweest bij de stempelverval-
schingen werd veroordeeld tot een voor
waardelijke gevangenisstraf van twee
maanden.
De eisch tegen hem was twee maanden
onvoorwaardelijk.
BELEEDIGING VAN EEN BEVOLKINGS
GROEP.
Tegen twee verdachten ƒ.150.boete,
subs. 50 dagen hechtenis geëischt.
Gisteren heeft de arrondissementsrecht
bank te Breda de zaak behandeld tegen
een tweetal medewerkers van het week
blad „Zwart Front", terzake van beleedi-
ging van de Nederlandsche Joden, zijnde
een groep der bevolking van Nederland.
Terecht stonden de 23-jarige C. A. M. Th.,
teekenaar te Bussum en de 34-jarige L. M.
A. K., letterkundige te Bilthoven.
Verdachten waren niet ter terechtzitting
aanwezig, zoodat verstek tegen hen werd
verleend.
Als getuige werd gehoord Jhr. J. de Kuy-
per, uitgever van het weekblad ,;Zwart
Front" te Oisterwijk, die verklaarde, dat
hem bij afwezigheid van den heer Arnold
Meijer het toezicht op de redactie was op
gedragen.
Getuige deelde mede( dat hij oorspron
kelijk bezwaar had gemaakt tegen de op
name van bedoeld stuk, doch dat ver
dachte K., die leterkundige is, hem had
overgehaald de opname toe te laten.
Hij wist niet precies wie van beide ver
dachten den tekst voor het onderschrift
heeft gemaakt, doch wel dat verdachte Th.
de teekening heeft gemaakt.
De Officier van Justitie, mr. G. J. B. van
der Dussen, erkende dat niet is komen vast
te staan, wie van beide verdachten het on
derschrift of de verschillende gedeelten
daarvan heeft gemaakt. Wel echter staat
vast, dat beide verdachten gezamenlijk den
tekst hebben gemaakt, en dat is volgens een
uitspraak van den Hoogen Raad voldoen
de. In het bewuste stuk worden inderdaad
ernstige beleedigingen geuit aan het adres
van de Joden en dat hiermede Nederland
sche Joden worden bedoeld blijkt duidelijk
uit het gebruik van specifiek Nederlandsche
namen.
De Officier meende, dat de verdachten
veel te ver zijn gegaan en eischte tegen
ieder hunner een geldboete van 150, subs.
50 dagen hechtenis.
Uitspraak over veertien dagen.
Gaarne wil ik U 'eenige plaatsruimte
vragen, om enkele opmerkingen te maken
over:
DIPLOMA'S HANDELSKENNIS,
VESTIGINGSWET EN.... DE KOSTEN.
De eerste keer dat er examens worden
afgenomen voor het Z.g. middenstands
diploma Handelskennis Vestigingswet
Kleinbedrijf is de animo daarvoor, zooals
wel verwacht kon worden, zeer groot. Uit
goede bron vernamen wij dat het getal
aangiften rond de 6000 loopt. Op zich zelf
een heel gelukkig verschijnsel. Het blijkt
dat er belangstelling bij de middenstand
voor dit onderwijs bestaat. De voorbeel
dige ijver door de Middenstandsbonden,
inzonder ook door de Hanze, ter bevorde
ring daarvan aan den dag gelegd, heeft
zeer goede resultaten gehad.
Toch is er naar onze meening iets ver
keerd in deze zaak. Dat is namelijk de te
hooge kosten aan het verkrijgen van
Middenstandsdiploma verbonden. In
meeste gevallen zullen de candidaten wel
een z.g. „middenstandscursus" hebben ge
volgd, d.w.z. een cursus welke in 1937 is
opgericht. Het schoolgeld voor deze cursus
is gewoonlijk 30.per leerling en per
cursusjaar, buiten de kosten van boeken
en leermiddelen. Een bedrag dat voor de
exploitatie van een goede cursus in den
regel ook wel noodig zal zijn.
Echter is dat bedrag o.i. in het algemeen
veel te hoog. Te hoog voor den kleinen
middenstander, die men vooral op het
platteland zoo veelvuldig aantreft, te hoog
vooral ook voor anderen, wien ouders
geen middenstanders zijn, die toch de idea
len koesteren van zich in de toekomst van
ondergeschikte tot zelfstandige op te wer
ken.
Nu willen wij niet de middenstandsbon
den de zorgen opleggen voor de niet-mid-
denstanders. Zij zullen moeite genoeg
hebben om de zorgen van eigen vaak
hulpbehoevende leden te verlichten.
Witter dan wit 3004
worden Uw tanden wanneer U poetst met
wat goeds, namelijk met I If Q R O L
Tube 60 en40 ct. Doos 20 ct.
Het mag evenwel zeker niet zoo zijn dat
de kans om zelfstandig middenstander te
worden voor jonge menschen uit de ar
beidersklasse hierdoor wordt ontnomen.
Er is o.i. wel een goede kans dat alle jonge
menschen de bij de vestigingswet ver-
eischte handelskennis zich aankweeken,
n.l. door de reeds vele jaren bestaande
Handelsavondscholen.
Dezen zijn in den regel opgericht en
worden bestuurd door gedelegeerden van
plaatselijke middenstandsorganisaties en
zij worden belangrijk financieel gesteund
door Rijk, Provincie en Gemeenten. Fi-
nancieele steun welke naar onze meening
niet verwacht kan worden door de pas op
gerichte middenstandscursussen omdat
naar wij meenen door de Regeering het
standpunt wordt ingenomen, dat voor de
Vestigingswet, voor zoover dit het onder
wijs betreft, althans, geen gelden van het
Rijk worden uitgetrokken. Ook is reeds
ons gebleken dat Ged. Staten gemeente
lijke subsidies afwijzen.
De cursussen van de gesubsidieerde
Handelsavondscholen zijn in den regel
driejarig. Het onderwijs staat onder toe
zicht van de inspectie M. O., van de Ka
mers van Koophandel en de gemeenten.
Het bezoeken.-van-die scholen is voor
niemand een financieel bezwaar. Zij hef
fen uiteraard een veel lager en sterk pro
gressief schoolgeld.
Nu zouden wij wenschen dat de einddi
ploma's van die scholen mits het on
derwijs voldoende is ingesteld op de eischen
van de Vestigingswet Kleinbedrijf als
voldoend werd geacht voor de eischen
handelskennis van die wet.
Nu zal men zeggen: volg het onderwijs
op zoo'n Handelsavondschool en doe dan
een examen van het z.g. middenstandsdi
ploma. Ook dat lijkt ons meer bezwaarlijk
dan noodig, ook al om de kosten. Wij den
ken aan gevallen ons uit naaste omgeving
bekend. In het eerste geval was het een
jongeman klaar voor het examen doch te
arm om het examengeld in te zenden. Na
veel moeilijkheden te hebben gepasseerd,
werd hij in staat gesteld het geld te lee-
nen. In het tweede geval was het een flin
ke leerling van een handelsavondschool
even arm, die (en niet zonder rede) het
geld moest vragen bij Maatschappelijk
Hulpbetoon. In het derde geval betrof het
een middenstander die het examengeld gi
reerde, doch aan zijn kind mededeelde:
Nu doe ik het wel, doch liever had ik de
belasting betaald, want een dwangbevel
kan elke dag komen. Zouden vooral ge
vallen gelijkstaand aan het laatste niet een
groot percentage van de 6000 candidaten
iritmaken?
Hoe groot zal daarnaast het getal niet-
middenstandskinderen zijn. dat om die re
den niet heeft ingeschreven?
Welnu veel moeilijkheden kunnen ver
vallen als de einddiploma's van de vaak
reeds tientallen jaren bestaande en met
veel succes werkende Handelsavondscho
len worden „erkend".
Dit moeten m.i. de organisaties in de
hand werken. Helaas wordt wel wat de
indruk gevestigd dat men het aan die zij
de vrijwel het alleenrecht in handen wil
hebben. Dit zou ö.i. vooral voor de kleine
man een niet gelukkig gevolg zijn van de
overigens zoo mooie vestigingswet op het
kleinbedrijf.
N. NOOY,
Bestuurslid eener Handels
avondschool.
Purmerend.
Uitgesprokens
A. Waanders, winkelier, Rotterdam, Zo
merhofstraat 77, cur. mr. E. Haubrich.
L. A. van Driel, koopman, Rotterdam,
Mathenesserweg 77a. cur. mr. R. J. M. H.
Brouwers.
P. Schepers, zonder beroep, Dordrecht,
Singel 262. Cur. mr. M. Th. Mijnlieff.
A. Verhoeven, Bunnik, Smalleweg 9 bis;
cur. mr. O. E. Hogenbrug.
J. A. M. Schreyer Jr., brandstoffenhan-
delaar, Utrecht, Bremstraat 108, cur. mr.
baron K. de Wykerslooth.
F. F. Voest, Utrecht, Gansstraat 13. Cur.
mr. B. v. d. Hemel.
G. P. Nannings, Zeist, Ernst Casimirlaan
44, cur. mr. J. F. Drüghom, Zeist.
M. TAYLOR
Het was juist één uur in den ochtend,
toen de gevangene begon te schreeuwen. De
oppasser liep eerst kalm, doch zoodra hij
ontdekte uit welke cel het gekerm kwam,
verhaastte hij zijn schreden. De zieke rukte
aan zijn deken en rolde met zijn oogen,
wanneer een pijnaanval door zijn lichaam
schoot. De oppasser sloeg hem eenige
oogenblikken door de tralies gade en rende
toen terug om directeur Toomey op te bel
len. „Ik heb hier een zieke", zeide hij. „Hij
gaat te keer als een bezetene pijn in z*n
buik".
„Loop naar de weerlicht, Sam. Je moet
dr. Bull winkle hebben en niet mij!"
„Het is Lew Leddy".
„Leddy?" De stem van den directeur ver
anderde. „Ik kom".
Leddy was een groote kerel, met een dik-
rood gezicht.
De politie van het heele land had er aan
te pas moeten komen om te ontdekken,
waar hij zich verborgen hield. Thans liepen
er de meest fantastische verhalen over zijn
vermetelheid. Hij vormde het voornaamste
nieuws van de bladen. De kleine, landelijke
gevangenis had nog nooit zoo'n beroemden
gast geherbergd.
Directeur Toomey was een voorzichtig
man. Toen hij in de gevangenis aankwam,
ging hij uit van de veronderstelling, dat de
gevaarlijke bandiet simuleerde. Hij stond
naast het bed, waarop Leddy, met van pijn
vertrokken gezicht en groote zweetdruppels
op het voorhoofd, lag te kreunen. „Je laat
er mij niet inloopen, Leddy", sprak hij op
koelen toon. „Die pijn van jou zal wel los-
loopen".
Als Leddy onmiddellijk had Peantwoord,
zou de directeur nog meer op zijn hoede
zijn geweest. Maar Leddy hield den adem
in, alsof de pijn een hoogtepunt bereikte en
mompelde met trillende stem: „Nou heeft
't me pas goed te pakken".
„Wat heb je dan, Leddy?"
Leddy streek met de rechterhand over
zijn buik. ..Had 'm eruit moeten laten ha
len", fluisterde hij. „Jaren geleden was ik
bang om hem te laten uitsnijden en
nou.
Toomey wendde zich snel tot den oppas
ser. „Haal dr. Bullwinkle's rapport", beval
hij. „Het ligt in de map". Hij was blij, dat
de dokter Leddy bij zijn aankomst grondig
had onderzocht. Een gevangenisdirecteur
draagt de verantwoordelijkheid voor de
misdadigers, die hem worden overgeleverd
en bij een belangrijken arrestant kon men
het best aan alles denken.
Leddy's kreunen werd zachter. „Het be
gon na 't eten. Ik kon 't haast niet meer uit
houden. Destijds waarschuwde de dokter
me, dat het stom van me was om me niet
te laten opereeren.
De directeur trok de wenkbrauwen op,
toen hij de kaart aannam en haar las.
„Chronische blindendarmontsteking zeer
duidelijke verschijnselen", stond er in dr.
Bullwinkle's bekende handschrift. Hij stak
de kaart in zijn zijzak. „In orde, Lew", zei
hij ruw. „Ik zal den dokter waarschuwen".
Dr. Bull winkle was toevallig bij een
ernstigen patiënt. Op een boerderij, 12 mijl
buiten de stad, konden ze hem telefonisch
bereiken. Hij luisterde aandachtig naar de
symptomen. „Het heeft geen zin voor mij
om te komen", antwoordde hij. „Het blijkt
een acuut geval. Breng hem naar het zie
kenhuis, daar zal ik 'm wel onder handen
De directeur aarzelde. „Ziekenhuis? Daar
voel ik niet veel voor. Hij is mijn gevan
gene.
„Als we hem niet dadelijk opereeren
gaat hij 't hoekje om. Het is de vraag of
we nog vföeg genoeg zijn.
De directeur mompelde een verwen-
sching, toen hij afbelde. Met verlangen zag
hij uit naar den dag, waarop zijn „logé"
naar een van de groote staatsgevangenissen
zou worden overgebracht. Nu verkeerde
Leddy echter in levensgevaar en bij een
eventueel overlijden van dezen misdadiger,
zouden de kranten hierin een welkome ge
legenheid vinden om eens flink uit te varen
over de onmenschelijke opvattingen van
6ommige gevangenisdirecteuren.
Met een zucht nam Toomey den hoorn
weer op om een ziekenauto te bestellen.
Toen belde hij het hoofdbureau op om als
voorzorgsmaatregel twee mannen naar het
ziekenhuis te laten dirigeeren. Hun orders
waren, dat ze bij Leddy moesten blijven,
vanaf het oogenblik, dat hij de aut« ver
liet.
Twee minuten later was de ziekenauto
op weg naar de gevangenis. De leege stra
ten en de loeiende sirene zouden er voor
zorgen, dat de vijf mijlen in recordtijd zou
den worden afgelegd. Alleen bij de scherpe
bocht in Lake Drive zou men voorzichtig
heidshalve snelheid moeten minderen.
De bestuurder zag de twee mannen mid
den op den weg en trapte op de rem. "Toen
voelde hij zijn snelheid weer op. Maar do
twee mannen waren vlug en handig. Ze
sprongen op de treeplanken. De chauffeur
en de jonge assistent naast hem voelden,
dat een revolver in hun ribben werd ge
drukt Hierna was het spoedig gebeurd. Bei
den werden gebonden en langs den weg
tusschen het struikgewas neergelegd. Ge
kleed in ziekenhuis-wit vervolgden de twee
plaatsvervangers met loeiende sirene den
weg.
„Het gaat gesmeerd", zei een van hen.
„Wat zal Lew lachen als-ie 't hoort".
De bestuurder grinnikte. „Lew boft. Die
blindedarm van hem is nog zoo kwaad
niet".
Ze kenden den weg; reeds verschillende
malen hadden ze hun taak gerepeteerd.
Voor de directeur de gevangenisdeur kon
openen, renden ze met de draagbaar reeds
de stoep op.
„Dezen kant", zei Toomey.
„Wie is 't?"
„Lew Leddy. Blindedarm".
De cipier was aanwezig toen de celdeur
werd geopend. Leddy kreunde zacht. Zoo-
dra de twee in het wit gekleede mannen
zich over hem heenbogen, ontspanden zijn
trekken zich één ondeelbaar oogenblik. Hij
draaide het hoofd om een onmerkbaar
herkenningsteeken, toen sloot hij opnieuw
de oogen. Hij beet op z'n onderlip, hield den
adem in, totdat zij gelaat vurrood werd en
spande elke spier, zoodat de zweetdruppels
hem op het voorhoofd parelden.
Ze legden hem op de draagbaar. De di
recteur toonde zich ongeduldig. „Laten we
maar gauw vertrekken", spoorde hij aan.
De mannen in het wit richtten zich op.
„We?" zei een van hen. „Gaat u dan mee?"
„Natuurlijk het is immers mijn gevan
gene".
Ze bukten zich opnieuw en wederom be
antwoordde Lew Leddy hun vragenden,
verbaasden blik met een gejaagd, schier
onmerkbaar knikje een teeken van in
stemming. Een van de mannen zei: „U
moet 't zelf weten hij zal anders niet
wegloopen."
Ze brachten hem in de groote. witte auto
en de bestuurder klom achter het stuur. De
directeur zat binnenin op een stoel. De
tweede man in he wit knielde naast de
draagbaar, sloeg Leddy aandachtig gade
en opende toen een trommel, die hij in den
wagen had gevonden.
„Rolt u zijn mouw even op, mijnheer,
dan zal ik 'm een inspuiting geven", zei hij
bedaard.
De directeur knikte ert bukte zich.
Leddv's dikke gezicht had thans een pur
peren kleur. „Vooruit!" schreeuwde hij.
„Geef 'm er een!"
Er volgde een doffe slag en directeur Too
mey zakte bewusteloos naast zijn gevange
ne in elkaar.
De aanvaller lachte voldaan. Vlug ledig
de hij de zakken van het slachtoffer. „Het
is gebeurd. Lew!" riep hij verheugd. „Je
bent vrij. We zetten dezen wagen aan den
kant van den weg. Jimmy wacht op ons
met een andere auto. Morgenochtend zitten
we al honderden kilometers ver".
Leddy antwoordde echter niet en met
een lachend gezicht draaide de ander zich
om. „Vooruit, Lew, opstaan! We zijn direct
op de plaats van bestemming. Peggie wacht
op je. Lew! Luister dan! Lew! Ik zeg: Peg
gie! Lew!"
Eerst nadat hij langen tijd naar Leddy's
hart had gevoeld en Leddy's hand had op
getild, die bij het loslaten slap langs den
zijkant van de draagbaar viel, kreeg de man
de kaart in het oog, welke hij gelijk met
de andere voorwerpen uit den vak van den
directeur had gehaald. Langzaam las hij
het rapport, dat dr. Bullwinkle over Lew
Leddy's gezondheidstoestand had uitge
bracht:
„Chronische blindedarmontsteking
zeer duidelijke verschijnselen. Conditie
van het hart buitengewoon zwak. Angina
pectoris. Opwinding of buitengewone in
spanning is zeer gevaarlijk. Gevangene is
zich van zijn toestand niet bewust".
Langen tijd keek de man naar Leddy's
vertrokken gezicht. „Alles was in orde,
Lew", mompelde hij. „Het kón niet misloo-
pen, wat een tegenvaller". Hij zei het ver
wijtend, alsof hij sprak tegen iemand, die
een loopje met hem had genomen.
33. Het eerste concert werd gegeven voor het huisje van
de. grootmoeder van Langelot en Duimelot. Grootmoeder
dacht eerst, dat er inbrekers of moordenaars waren. Gil
lend sprong ze haar bed uit en holde naar beneden. Maar
toen ze zag, dat het de wraak van de koffiepot was, zei ze
vele leelijke dingen.
34. Daarna zette, de koffiepot en zijn gevolg het dorp
zelf op stelten, Ze maakten zoo'n lawaai, dat niet alleen
de menschen ontwaakten, maar zelfs de schoorsteenen op
de daken. Deze puften zwarte wolken uit en riepen elkaar
toe, wat er aan de hand was.