BLOEMENFEEST TE NOORDWIJK.
VIRGINIA'S KEUZE 4
Tijdens zijn bezoek aan Amsterdam voor besprekingen om-
trent de IJ-tunnel-plannen, bezichtigde de minister van Water-
staat, mr. dr. ir. J. A. M. van Buuren (x) Donderdag de
verkeerslicht-installatie bij het Vondelpark
Na de onlusten in Tunis. De verdachten worden
onder strenge bewaking naarden krijgsraad gebracht
Alvorens naar Indië te vertrekken werd Hr. Ms. kruiser .Java" Donderdag
in de Amsterdamsche haven in het dok opgenomen, om een laatste revisie
te ondergaan
Terwijl Hr. Ms. kruiser „Java" In het dok te Amsterdam Is opgenomen,
worden de oefeningen der Jantjes regelmatig voortgezet. Op oen achter
grond de oorlogsbodem
Het Australisch cricket-team, dat in Engeland komt spelen,
werd bij aankomst te Southampton door den Lord Mayor
hartelijk verwelkomd
Een bloeiende industrie, welke aan duizenden Inlandsche mannen en vrouwen
werk verschaft, is de vervaardiging der Pandan-hoeden nabij Tanggerang
op Java. Het materiaal wordt geleverd door de bladeren der Pandanplant
waarvan de hoofddeksels in velerlei soort en kleur worden gevlochten
Jeugdige han
den helpen
mede aan de
finishing touch
voor het bloe-
menfeest te
Noordwijk, dat
Donderdag ge
opend is
FEUILLETON
Naar het Engelsch
door
THEA BLOEMERS.
Het paartje, de oude dame en de
kat, vormden 'n vredig tafreeltje, maar toch
voelde Anthony zich teleurgesteld bij het
zien er van. Virginia had dus voor een cha
peronne gezorgd, terwijl hij zich juist zoo
verheugde had op een tète-a-tète met haar!
Toen hij echter had gebeld en Virginia
hem opendeed, verdween zijn misnoegen
als bij tooverslag. De hall was eveneens
door een ijzeren lantaarn verlicht, en het
schaarsche schijnsel er van deed Virginia's
haar glanzen als goud. Zij droeg een een
voudig jurkje van een zachtgroene wollen
stof, met een wit kraagje en witte manchet
jes en een klein, wit schortje. Tony vond
haar nog mooier dan den vorigen dag.
Ben ik te vroeg? sprak hij.
Prachtig op tijd. De ander gast is al
gearriveerd.
Die oude dame? Ik zag haar door het
raam. Wie is zij?
Iemand van het Tehuis, lichtte Virgi
nia hem in. Eén van de lieve, oude dames,
die daar wonen. Zij is dol op intieme sou-
pertjes.
Hebt u haar daarom geinviteerd,
omdat zü dol is op intieme soupertjes?
Virginia raadde zijn gedachten.
Ik heb haar gevraagd, omdat mijn
moeder er niet is.
Zij zei het eerlijk, en Anthony moest haar
zijns ondanks daarvoor respeeteeren. Hij
volgde haar naar de keuken en werd aan
de oude dame, mrs. Montgomery, voorge
steld
Mrs. Montgomery had destijds grootheid
gekend. Zij stamde uit een oud-adellijk ge
slacht, had een schitterend huwelijk ge
daan, maar was na den dood van haar man
door een verkwistende zoon tot armoede
gebracht. Zij gedroeg zich nog steeds als
iemand, die zich van haar waardigheid be
wust is, hoewel er ook oogenblikken wa
ren, dat zij eenvoudig een kindsch gewor
den vrouwtje was, dat van geen goede ma
nieren meer wist. Zij hield ontzettend van
lekker eten en op dit oogenblik was zij op
het gulzige af. Zij was erg doof, en zat
meestal maar glimlachend voor zich uit te
staren. De toebereidselen voor het maal
ontlokten haar echter een ononderbroken
reeds van opmerkingen tegen Virginia, die
bij het gascomfortje bezig was.
Toen de oesters aan de randjes begon
nen te krullen, was zij even fel als de kat.
Ze zijn klaar, zei ze scherp. Waarom
beginnen wij niet?
Wij wachten op Rickey, zei -Virginia
luid, opdat de doove ooren haar zouden
verstaan. Hij zou om zeven uur thuis zijn.
Maar de klok sloeg zeven en Rickey
kwam niet. Het drietal ging dus aan tafel,
Virginia aan het hoofd, Anthony tegenover
haar, de oude dame aan haar rechterhand.
Anthony had een gevoel alsof hij een
sprookje uit zijn kinderjaren beleefde. Het
schemerig interieur, de roode vuurgloed en
het zachte kaarslicht. Virginia als de schoo-
ne sprookjesprinses en de oude mrs. Mont
gomery als de goede, oude tooverfee, die
haar bewaken moest. Hij lachte tegen Vir
ginia
Het lieve menschje is doof, heb ik ge
merkt, ik kan dus tegen u zeggen wat ik
wil.
Zij bloosde, maor verbood hem niet
Mademoiselle, vous êtes trés jolie.
(Juffrouw, u bent erg mooi).
Monsieur me flatte! (Mijnheer vleit
me).
Virginia had nog nooit te voren aan flir
ten gedacht, maar al de vrouwen uit haar
geslacht hadden het vóór haar gedaan en
daarom ging het ook haar met gemak af.
Dat zullen andere mannen u zeker al
verteld hebben.
Ik ken geen andere mannen.
U denkt toch niet, dat ik dat geloof?
Het is waar.
Haar eerlijkheid vond hij aanbiddelijk.
Hij boog zich over tafel naar haar toe.
De andere mannen weten niet wat zij
missen!
Virginia had toch geen pleizier in zijn
manier van doen. Zij voelde zich een beetje
angstig en verlangde naar Rickey. Zij keek
naar de klok.
Waar blijft Rickey?
Waarom zoudt u zich bezorgd maken?
Ik voel mij heel gelukkig zonder hem.
Maar ik wilde u vragen: Wanneer zal ik u
wéér mogen zien?
Dat weet ik niet.
U wilt toch niet zeggen, dat u mij niet
meer wilt zien?
Legt u het niet een beetje te ernstig
aan?
Het is mij ernst En als het u niets
kon schelen, waarom hebt u mij vanavond
dan laten komen?
Zij zei hem ronduit de waarheid.
Omdat uw moeder mij zoo neerbui
gend behandelde.
Wat bedoelt u?
Zij wilde niet, dat u mij gisteren naar
huis bracht. Zij vond mij beneden haar
stand. Dat wondde mijn trots, daarom sloeg
ik alle conventionaliteiten in den wind en
inviteerde u.
Het was een harde klap voor zijn jjdel-
heid, maar hij accepteerde 't als een man.
Hij staarde haar een oogenblik aan en
lachte toen.
Enfin, nu ik eenmaal hier ben, moet
u maar lief tegen mij zijn en mij niet straf
fen voor mijn moeder's zonden.
Ik had u niet moeten laten komen. Ik
weet niets van u, behalve dat u Anthony
Bleecker bent, en luitenant-ter-zee.
O, ik ben gen wolf in schaapsvacht,
maakt u zich daar maar niet ongerust over.
Mrs. Mongomery had haar bord leeg en
kwam plotseling tot de werkelijkheid terug.
Waar praten jullie over, Virginia?
Over schapen, galmde Anthony's stem
door de keuken en Virginia haastte zich
op te marken, dat het tijd werd om de cake
aan te snijden.
De oude oogen glinsterden.
Wat voor cake?
Cocos.
Mrs. Montgomery was zeer voldaan.
Toen Virginia de cake aansneel, viel het
Anthony op, hoe slank en welgevormd haar
handen waren.
U zout harp moeten spelen, zei hij, u
hebt er echte handen voor, ze zijn prach
tig. Houd ze eens tegen het licht?
Zij gehoorzaamde, lichtelijk blozend. Uit
gespreid voor het licht van den kandelaar
leken haar handen doorschijnend als broos
rozig glas.
Waarom doe je dat? vroeg de oude da
me wantrouwig.
Om ze te wannen, schreeuwde Antho
ny en toen zacht:
Arme stakker, is zij haar jeugd verge
ten?
Zou iemand ooit zijn jeugd kunnen
vergeten? vroeg Virginia droomerig. Toen
hief zij plotseling het hoofd op, want er
werd gebeld.
Daar is Rickey, zei ze opspringend,
hij heeft zeker zijn sleutel vergeten.
Maar het was Rickey niet, het was het
meisje in den Schotschen mantel.
U herinnert zich mij misschien niet,
zei ze tegen Virginia, maar ik was gïstren
op de veiling en ik heb verschillende van
uw mooie, oude meubels gekocht en kennis
gemaakt met uw broer.
Rickey?
Ja. Ik wilde hem iets vragen over het
antieke bureau.
Hij is niet thuis.
Misschien kunt u het mij wel zeggen.
Stoor ik u?
Het zou beter zijn, als u morgen te
rug kwam.
Maar ik vertrek morgen vroeg.
Er lag zulk een oprechte teleurstelling in
de blauwe oogen te lezen, dat Virginia toe
gaf.
Als u het niet erg vindt, dat wij nog
aan tafel zitten....?
O neen, ik vind niets erg, als ik maar
een oogenblikje in dit heerlijke, oude huis
mag blijven.
(Wordt vervolgd).