Een ongelooflijke
meerderheid voor
Chautemps
Konoje over
Japan's politiek
Rond het
Spaansche conflict
BUITENLAND
„«rjuu/'lCU CHE FfiBRIEK
TEL2257 PQPENBUBG 26
De bisam-rat in
Nederland
LUCHTVAART
ZATERDAG 22 JANUARI 1938
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 5
Slechts één man steunde
tegen de motie van
vertrouwen
De Fransche Kamer heeft gisteren een
motie van vertrouwen, welke door de ra
dicaal-socialistische fractie was ingediend,
aangenomen met 501 tegen 1 stem en 104
onthoudingen.
Een meerderheid, welke waarschijnlijk
eenig is in de parlementaire historie van
den laatsten tijd in Frankrijk.
..Deze motie luidde als volgt:
„De Kamer keurt de verklaring van de
regeering goed, als programma voor den
socialen vooruitgang, economisch en finan
cieel herstel, van vrede, van verdediging
van het regime, hetgeen in overeenstem
ming is met den wil van het land, welke
tot uiting is gekomen bij de algemeene ver
kiezingen. Zij heeft vertrouwen in de re
geering om dit programma tot uitvoer te
brengen, en gaat, iedere toevoeging ver
werpend, over tot de orde van den dag".
In den Franschen Senaat is gistermiddag
de regeeringsverklaring voorgelezen door
den vice-minister-president Daladier. Ook
in dit regeeringslichaam werd de regee
ringsverklaring verscheidene malen door
toejuichingen onderbroken.
CHAUTEMPS' REGEERINGS.
VERKLARING.
De regeeringsverklaring, die Chautemps
gistermiddag in de Kamer aflegde, bevatte
ojn. het volgende:
De regeering zal zeer binnenkort een
reeds voorbereid wetsontwerp afhandelen,
dat doeltreffende hulp moet bieden aan be
jaarde arbeiders. Voorts zullen tal van her
vormingen, die reeds dikwijls werden ter
sprake gebracht, en die met name de pers,
het politieke regiem in Algerije, de bui
tenlanders en onderwijshervormingen be
treffen, of die beoogen aan onze boeren
bescherming te verleenen, in behandeling
komen in een tempi, dat rekening zal hou
den met de financieele mogelijkheden der
natie.
Wij moeten met den steun van het par
lement de formeele verplichting vernieu
wen, te handhaven voor de handhaving van
het evenwicht op de begrooting, en de
krachtige verdediging van de nationale
munt, binnen het kader der monetaire vrij
heid en de drie mogendheden-overeenkom-
sten, die ons op zoo gelukkige wijze verbin
den met de groote Angelsaksische demo
cratieën.
Een der voornaamste taken der regee
ring zal zijn een commissie van onderzoek
naar de productie in te stellen, teneinde het
tempo dezer productie te versnellen en den
weerstand te accentueeren tegen de ver
hoogde kosten van levensonderhoud, de
smartelijke toeneming der werkloosheid te
beperken en het verontrustend deficit op de
handelsbalans te verminderen.
De continuïteit der actie met die van vo
rige kabinetten, welke het essentieele ken
merk van deze regeering zal zijn, zal ook
door het voortzetten van haar buitenland-
sche politiek, die reeds vele malen door
het parlement is goedgekeurd en de gevoe
lens des lands vertolkt, tot uitdrukking
worden gebracht.
In afwachting ervan, dat de regeeringen
den plicht begrijpen, die hun wordt opge
legd: een einde te maken aan den bewape
ningswedloop, welke de volken tot den af
grond en tot den oorlog brengt, is de eer
ste waarborg van onze veiligheid gelegen
in een krachtig verzekerde nationale ver
dediging.
De man, die tegen stemde.
Bij de debatten zeide de frontist Ber-
gery, dat hij voor het eerst tegen een re
geering van het volksfront zal stemmen,
aangezien deze regeering geen juiste af
spiegeling is van het volksfront.
Bergery analyseerde vervolgens het af
treden van Chautemps. „Gij trachtte u te
ontworstelen aan de voogdij van Moskou,
en hierom laak ik u niet; doch hierdoor
vielt gij in de voogdij van de banken". Ber
gery geloofde niet, dat Chautemps zijn doel
zal bereiken.
Tijdens de onderbreking van de kamer
zitting besloten de communisten de door
de rad.-soc. ingediende motie van vertrou
wen aan te nemen.
Na de heropening van de zitting verklaar
de de leider van de socialistische fractie,
Serol, een scheiding in het volksfront te
willen voorkomen.
De socialisten moeten de regeering steu
nen en de steun zal even groot zijn als die,
welken de vorige regeering genoot.
Vervolgens nam minister-president Chau
temps het woord. Hij wees erop, dat het
programma van de regeering gelijk is aan
dat van de vorige regeering en dat hij dus
kort kon zijn.
De regeering zal alle pogingen in het
werk stellen om de hervormingen te doen
aannemen, waarvan de Senaat om ernstige
redenen de besprekingen heeft gestaakt.
Japan moet nog grootere
offers brengen
HET EINDDOEL IS THANS NOG NIET IN
ZICHT.
Bij de opening van het Japansche par
lement heeft minister-president Konoje
een rede gehouden, waarin hij zeide, dat
de Japansche politiek gericht is op den
moet daarom nog grootere offers bren-
slag van onverbrekelijke samenwerking
tusschen Japan, China en Mandsjoekwo.
Terwijl de Japansche regeering vastbe
sloten is, niet meer met de halsstarrige
Kwomintang-regeering te onderhandelen,
aldus Konoje, zal zij er naar streven
vriendschappelijke betrekkingen tot de an
dere mogendheden te onderhouden. Het is
toe te juichen, dat het anti-communistische
pact aangevul dis door de toetreding van
Italië.
De regeering zal thans steun verleenen
aan een nieuw Chineesch bekind, waar
mede de Chineesch-Japansche betrekkin
gen geregeld zullen worden, het herstel van
China mogelijk zal worden en de grondslag
voor een duurzamen vrede in het Verre
Oosten gelegd kan worden. Er behoeft niet
de nadruk op gelegd te worden, dat de
Japansche politiek ten aanzien van de sou-
vereiniteit en de territoriale onschend
baarheid van China en ten aanzien van de
uit de verdragen voortvloeiende rechten
van derde mogendheden in China niet ver
anderd is.
De taak, die Japan heeft als stabilisee-
rende factor in Oost-Azië, legt het land
groote moeilijke verplichtingen op. Japan
moet daaro mnog grootere offers bren
gen. De nationade mobilisatie moet op
geestelijk en stoffelijk gebied ten uitvoer
gelegd worden. Men moet er op bedacht
zjjn, leger en vloot sterk te maken en het
economische en financieele leven eenvor
mig te organiseeren. De industrie moet ge
organiseerd worden met het oog op de
oorlogsbehoeften en de productie vergroot
worden iri het kader van samenwerking
met China en Mandsjoekwo. Konoje sprak
de verwachting uit, dat het geheele volk
zich met vreugde achter de regeering zou
scharen om het einddoel, dat thans nog niet
in zicht is, te bereiken. De regeering zal
met geduld streven naar een bevredigende
regeling van het conflict.
De rede van den minister-president werd
stormachtig toegejuicht.
De vredesvoorwaarden van Japan.
Na Konoje voerde de Japansche minister
van buitenlandsche zaken, Hirota, het
woord. Hij deelde mede, dat de Chinee-
sche regeering door de goede diensten der
Duitsche regeering de volgende Japansche
vredesvorwaarden waren gedaan.
1. Staking van de procommunistische
anti-Japansche en anti-Mandsjoerijsche po
litiek en samenwerking met Japan en
Mandsjoekwo op den grondslag der anti-
Kominternpoli tiek.
2. Instelling van gedemilitariseerde zo
nes onder speciaal bewind in bepaalde stre
ken.
3. Een economisch verdrag tusschen
Japan, China en Mandsjoekwo.
4. Schadeloosstelling voor de kosten
van den oorlog.
Hirota verklaarde in dit verband op
nieuw, dat Japan in China geen territoria
le bedoelingen heeft. Daar de nationale
Chineesche regeering getoond heeft niet
oprecht met Japan te willen onderhande
len, heeft Japan moeten steunen op het
nieuwe bewind te Peiping.
DE JAPANSCHE OPMARSCH
VERTRAAGD.
De opmarsch van de Japansche troepen
langs den spoorweg TientsinPoekau is
volgens mededeelingen van Chineesche
zijde vertraagd door hevige gevechten. In
het Noorden van den spoorweg is vertra
ging ingetreden tengevolge van het slech
te weer.
Van Japansche zijde wordt medegedeeld,
dat de bedreiging van Hangtsjau door de
Chinezen geweken is, de Chineesche troe
pen onder Tsjang Fa Kwei zijn terugge
trokken.
De Japanneezen verklaren verder Min
Kwang te hebben bezet.
Wederom vooraanstaand Chinees
vermoord.
Terwijl hij zijn huis in de Fransche ne
derzetting te Sjanghai betrad, is Jang Fo
Joen, een der leden van de burgerlijke
vereeniging te Sjanghai, door een onbe
kend man vermoord. Hij werd in den rug
aangevallen en met drie schoten in het
hoofd gedood.
Jang was een goede vriend van Lo Pe
Hong, den voorzitter van genoemde ver
eeniging, die op 30 December doodelijk
werd gewond.
Jang is het laatste slachtoffer van de le
den van den bond, welke is opgericht om
met steun van de Japansche autoriteiten
de gebieden rond Sjanghai te bevolken. Zij
worden door vele Chineezen als verraders
beschouwd, aangezien zij wel met de Ja
pansche autoriteiten moeten samenwerken.
ONDERZEEëRS WEER ACTIEF.
Een torpedojager zou in de Middellandsche
Zee zijn aangevallen.
Een Britsoh stoomschip, dat den naam
„Camma" heeft opgegeven, heeft mede
gedeeld, dat het in de Westelijke Middel
landsche Zee heeft gezien, dat een topedo-
jager door een onderzeeër werd aangeval
len. Het gebied wordt door Fransche on
derzeeërs afgezocht.
In de laatste dagen wordt melding ge
maakt van een verhoogde acitiviteit van
onderzeeërs in het Westen van de Mid
dellandsche Zee.
De Britsche admiraliteit heeft bevestigd,
dat twee leden van de bemanning van de
„Thorpness" werden ^gedood, toen het schip
in de haven van Tarragona door een bom
werd getroffen. Zeven matrozen werden
gewond en vijf worden vermist. Het schip
werd ernstig beschadigd, doch is niet ge
zonken.
Het is niet waarschijnlijk, dat de Britsche
regeering stappen zal doen bij de autori
teiten van Salamanca, aangezien de be
scherming van Britsche vaartuigen alleen
geldig is buiten de territoriale wateren, ter
wijl de „Thorpness" zich op het oogenblik,
dat het schip door een bom werd getroffen,
in de gevechtszone bevond.
REGEERINGSAANVAL OP SALAMANCA.
Negen dooden, vele gewonden.
Salamanca heeft gisteren het ergste lucht
bombardement sedert het begin van den
burgeroorlog ondergaan bij een aantal van
zeven regeeringsvliegtuigen.
Voor zoover thans reeds bekend is, von
den hierbij negen personen den dood en
vielen talrijke gewonden.
De Britsche agent by de reohtsche re
geering en zijn staf ontkwamen aan ernstig
gevaar: de ruiten van hun hotel werden
versplinterd. Er werden echter geen Brit
sche onderdanen gewond.
BELGIË
GEEN ERKENNING VAN DE
VEROVERING VAN ABESSINIë.
De geruchten, welke in het buitenland
de ronde hebben gedaan, volgens welke de
Belgische ambassadeur te Londen minister
president Neville Chamberlain zou hebben
medegedeeld, dat de Belgische regeering
besloten zou hebben de verovering van
Abessinië door Italië te erkennen, worden
in welingelichte Britsche kringen tegenge
sproken.
DU1TSCHLAND
TERECHTSTELLINGEN TE BERLIJN.
Vanmorgen zijn Gerhard Diehl en Felix
Bobek, die wegens voorbereiding tot hoog
verraad en landverraad door het Volksge
rechtshof te Berlijn ter dood waren veroor
deeld, terechtgesteld. Verder is de wegens
landverraad ter dood veroordeelde Arthur
Peschke terechtgesteld.
JOEGO-SLAVIE
BIJEENKOMST VAN HET ZUID-
SLAVISCHE EPISCOPAAT.
Vandaag heeft te Belgrado een buitenge
wone vergadering van het Zuid-Slavische
orthodoxe episcopaat plaats, vermoedelijk
ter bespreking van de betrekkingen tus
schen de Orthodoxe Kerk en de regeering.
Zooals men weet, heeft de regeering het
ontwerp tot het sluiten van een Cancor-
daat met het Vatikaan teruggetrokken, na
dat de Heilige Synode een halve excommu-
nisatie had uitgesproken over de leden
van de regeering en van het parlement, die
het ontwerp steunden. Toch schijnt nog een
zekere oppositie tegen de regeering onder
de geestelijkheid te bestaan, vooral op het
platte land.
Naar verluidt willen de orthodoxe pries
ters, die van het platte land zijn gekomen
om den rouwdienst, welke zal worden op
gedragen ter herdenking van den dood van
patriarch Barnabas een half jaar geleden,
bij te wonen, na den dienst in processie
door de voornaamste straten der stad naar
de kathedraal gaan, zelfs wanneer de auto
riteiten dit verbieden.
De pers te Belgrado waarschuwt tegen
een dergelijke bëtooging.
Een heerlijk beroep hebt a ge-
kozen. Allerlei schoone dingen te
schilderen.
Verekskuseerik ben por*
tr.etschilder.
(Lachende Welt)* j
(Vervolg).
De jachtwet 1923 noemt enkele bepa
lingen, welke bevoegdheden inhouden tot
het dooden en vangen van schade
lijk gedierte, behoorende tot soor
ten, door de regeering hiertoe aangewezen.
In 1924 is de toenmalige minister van Bin-
nenlandsche Zaken en Landbouw overge
gaan tot opsomming van schadelijke dieren
welke aantal bij besluit van 19 Februari
1937 is uitgebreid met „bisamratten". Door
deze opsomming is de bevoegdheid tot het
dooden en vangen dezer dieren vastgelegd.
Een verplichting tot het behulpzaam zijn
bij het verdelgen dezer ratten bestond
echter nog niet. Wel was in 1930 een wet
tot stand gebracht, die het houden, kwee
ken, invoeren of uitvoeren, gevangen hou
den van ratten van deze soort verbood,
doch hiermede hield de regeling op.
Het in het leven roepen van deze wet
was in hoofdzaak een reactie op het voor
nemen om hier te lande fokkerijen van
bisamratten te willen oprichten.
Eén artikel dezer wet gaf de regeernig
de bevoegdheid maatregelen te treffen,
tot wering en bestrijding van de bisam-
rat in streken, welke in verband met de
aanwezigehid of gevaar van de aanwe
zigheid van bisamratten daarvoor werden
aangewezen.
De hier bedoelde algemeene maatregel
van bestuur is op 22 Maart j.L in werking
getreden.
Een grondgebruiker, die vermoedt
of vaststelt, dat op zijn land een bisam-
rat wordt aangetroffen, moet hiervan
terstond mededeeling doen aan den
burgemeester der gemeente, waarbin
nen het perceel is gelegen. De burge
meester behoort van deze aangifte
mededeeling te doen aan den planten-
ziektenkundigen dienst te Wagenin
gen.
Het onderzoek naar de aanwezigheid
van bisamratten komt ook toe aan den
Iburgemeester en evesngenoemden dienst,
die van het aantreffen van ratten kennis
geven aan den gebruiker.
Heeft de dienst te Wageningen de aan
wezigheid van ratten vastgesteld, dan
ontvangt de gebruiker der gronden, via
den burgemeester, hiervan bericht en heeft
hij binnen enkele dagen zorg te dragen,
dat de ratten zijn opgeruimd.
Bij deze opruiming kan gebruik worden
gemaakt van middelen, in de jachtwet
(zie boven) genoemd, namelijk middels
een jachtacte of een buitengewone jacht-
acte. Wordt niet tot omiddellijke verwij
dering overgegaan, dan kan de minister
aan bepaalde personen (te goeder naam
en faam bekend) opdracht geven het
schadelijk gedierte op te ruimen of te be
perken.
Ten slotte kan de Minister bepalen, dat
voor ingeleverde doode of levende bisam
ratten een vergoeding wordt toegekend.
Deze regeling zal wel geschoeid zyn op
.een buitenlandsche leest, met name in
Duitschland en Oostenrijk, waar een soort
gelijke vergoedingsregeling is getroffen.
De maatregel spreekt van „kunnen", zoo
dat hieraan geen bevoegdheid (impera
tieve bevoegdheid) ontleend kan worden, j
Als de regeering bepaalt, dat bestrijding
moet geschieden, dan hebben de grond
gebruikers hieraan te voldoen. Met opzet
is het noemen van den eigenaar der
perceelen achterwege gelaten, omdat bij
de uitvoering der maatregelen in eerste
instantie verbinding gezocht moet worden
met den bewerker, c.q. gebruiker van den
grond. In hoeverre men bij niet-nako-
ming der opgelegde verplichtingen civiel
rechtelijk strafbaar kan worden gesteld,
leert ons het arrest van den Hoogen Raad
van 31 Jan. 1919. Dit College overwoog
o.m., dat aan den grondeigenaar of ge
bruiker, die, het jachtrecht hebbende, wild
of schadelijk gedierte op zijn ter
reinen aankweekt, in zoodanige mate, dat
daardoor schade aan de gewassen op de
naburige gronden wordt toegebracht of
die niet het noodige verricht om een ver
menigvuldiging der dieren tegen te gaan,
welke zoodanige schade voor anderen ten
gevolge heeft, een nalatigheid te wijten is,
welke indruischt tegen de zorgvuldig
heid, welke in het maatschappelijk ver
keer bestaat ten aanzien van eens anders
goed en welke hem, door wiens schuld ten
gevolge van die daad aan een ander scha
de wordt toegebracht, tot vergoeding daar
van verplicht.
Alhoewel het gevaar voor den land
bouw direct niet groot is, bij de aanwezig
heid van de bisamrat, behoort elke land
bouwer en veehouder bedacht te zijn op
het groote gevaar, dat dreigen kan,
bij het in groote getale voorkomen dezer
dieren in deze sgtreek. Niet de landbouw
en veeteelt ondervindt direct het be
zwaar van de aanwezigheid dezer dieren,
doch de dijken, liggende om hun lande
rijen loopen gevaar. Hierop dient een
ieder bedacht te zijn.
Voorloopig zijn door de regeering enkel
de provincies Limburg, Noord-Brabant en
Zeelan daangewezen, doch het valt niet te
VLIEGTUIG IN ZEE GESTORT.
De piloot verdronken.
Een Italiaansch watervliegtuig van de
luchthaven Muggiano is in zee gevallen na
bij de haven La Spezia. De oorzaak van
het ongeluk is ong niet bekend. De piloot
kwam om het leven.
EEN OCEAANVLIEGER IN K. L. M.-
DIENST.
Hij vloog 13 maal om de aarde.
Bij de K. L. M. is als verkeersvlieger aan
gesteld de heer Georg Klein, die in de
vliegwereld o.a. naam heeft gemaakt door
een reeks vluchten over het Zuidelijk ge
deelte van den Atlantischen Oceaan.
De heer Klein kwam in 1928 bij de Deut
sche Verkehrsflieger Schule, waar hij ver
schillende typen land- en watervliegtuigen
leerde besturen. Voorts haalde hij nog zijn
certificaten als radiotelegrafist en als na
vigator. In 1932 kwam hij bij de Deut
sche Lufthansa in dienst, bij welke maat
schappij hij ongeveer een half jaar gevlo
gen heeft alvorens zich naar Zuid-Ameri-
ka in te schepen, waar hij bij de Colum-
biaansche luchtvaart kwam. In Columbia
werkt de Scadta, een luchtverkeersonder-
neming, welke op Duitsche leest is ge
schoeid. In dienst van deze maatschappij
maakte de heer Klein verschillende vluch
ten over de Andes, terwijl hij een werk
zaam deel had in het geregelde luchtver
keer aan de Noordkust van Zuid-Afrika
en boven de Caribische Zee.
Van de Scadta is hij weer naar de Deut
sche Lufthansa teruggekeerd om als ge
zagvoerder op den vermaarden postdienst
naar Zuid-Amerika te worden aangesteld.
Vijftien vluchten maakte gezagvoerder
Klein met de Dornier watervliegtuigen van
Bathurst aan de Westkust van Afrika naar
Natal in Brazilië; een afstand van 3090 K.
M., welke éénmaal per week door den
Duitschen „Katapultdienst" wordt afge
legd.
Verder heeft Georg Klein zich in het
nachtvliegen bekwaamd in het Euro-
peesche luchtverkeer, waarin hij, voordat
hij by de K. L. M. in dienst trad,, geregeld
voor de Lufthansa nachtpostvluchten uit
voerde. Hij heeft ongeveer 5000 werkelijke
vlieguren op zijn naam staan, terwijl hij
in het Europeesche verkeer en in dat over
den Zuid-Atlantischen Oceaan rond een
half millioen Kilometers heeft afgelegd, of
bijna 13 keer den omtrek van de aarde.
350 ZUIGELINGEN IN DE LUCHT-
De KX.M. meldt een record.
Wij leven in een tijd van records. En
een luchtverkeersmaatschappij heeft niet
alleen snelheidsrecords te boek te stellen.
Er bestaan ook nog wel andere records
voor het verkeersvliegtuig. Zooals het
laatste record van de K.L.M. onze natio
nale maatschappij bracht het record voor
zuigelingenvervoer op haar naam met het
aantal van 350 in het afgeloopen seizoen.
De grens tusschen babies en kleuters, die
nog nauwelijks 2 stappen in het ongewis
se kunnen wagen, is moeilijk te onder
scheiden, dit 350-tal heeft den luchtweg
dan ook niet uitsluitend in een wieg afge
legd, maar uit het aanzienlijke aantal
moge toch blijken, dat het vervoer van
kinderen door de lucht een steeds groote
ren omvang aanneemt.
's WERELDS OUDSTE SMELTOVEN.
Onlangs heeft men in Zweden een docu
ment gevonden, dat op de ijzerindustrie
in de Zweedsche Middeleeuwen betrek
king heeft. Dit document, dat van 25 Maart
1360 dateert, noemt een zekeren Olof Tö-
rildsson als den eigenaar van den smelt
oven Vikmanshyttan in Dalekarlië. Door
genealogische onderzoekingen heeft men
den gelukkigen bezitter met groote stel
ligheid kunnen aanwijzen. En wat den
smeltover zelf betreft, deze is heden ten
dage nog in werking. Dat de mijnindustrie
reeds in oeroude tijden in Zweden werd
gevonden, was algemeen bekend.
Het document stelt echter vast, dat reeds
voor 600 jaar ook het smeltproces in de
Zweedsche ijzerindustrie werd toegepast.
zeggen hoe lang het nog zal duren voor
aleer andere provincies moeten volgen.
De voorzichtigheid gebiedt dat ieder ge
bruiker voortaan toeziet op eventueele
verschijnselen van bisamratten. Zijn deze
er, dan doet hy goed den plantenziekten -
kundigen dienst te Wageningen hiervan in
kennis te stellen, welke dienst zeer zeker
een uitgebreid onderzoek zal doen instel
len.
SCHAMINéE.
Woubrugge.