RECHTZAKEN De Mijdrechtsche Millioenenzaak FAILLISSEMENTEN VEENENDAAL's DONDERDAG 20 JANUARI 1938 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 13 FINANCIËN EN ECONOMIE. KON. NED. FABRIEK VAN WOLLEN DEKENS v.h. J. C. ZAALBERG ZN. Inlevering der 6 pet. Ie hyp. obligaties. Aan houders van boligatiën in de 6 pet. Eerste Hypothecaire^ Obligatieleening ten laste van de N.V. Koninklijke Nederland- sche Fabriek van wollen dekens vli. J. C. Zaalberg Zoon, te Leiden, wordt in een circulaire door de trustee het volgende ge meld: Wij hebben van de N.V. Koninklijke Ne- derlandsche Fabriek van wollen dekens v.h. J. C. Zaalberg Zoon ontvangen de aan u uit te reiken contanten en verdere waar den, in het besluit genomen op de ver gadering van 18 Augustus j.l. genoemd, tot welke uitreiking dus thans kan worden overgegaan. Ter verkrijging van het him toekomende moeten de obligatiehouders hunne obliga- tiën, met de coupon per 1 Augustus 1935, 1 Februari 1936 en 1 Augustus 1937 en vol gende, inleveren ten kantore van de trustee te Amsterdam. Voor zooverre de coupons per 1 Augus tus 1937 reeds afzonderlijk geïncasseerd zijn, kunnen de stukken ook zonder deze worden ingeleverd. In dit geval zal, wat de betaling in geld betreft, in plaats van 15 pet. in contanten worden betaald per obligatie van ƒ1000.120.60 en per obli gatie van 500.60.30. (De bedragen van 60 cent en 30 cent komen uit restitutie van geheven couponbelasting). De afgifte der nieuwe waarden zal aan- stand tegen inlevering der obligatiën ge schieden. Voor zooverre obligatiehouders gebruik wenschen te maken van de keus, aan het slot van sub 2, van het bovengenoemd be sluit genoemd, gelieven zij dit bij de inle vering duidelijk schriftelijk te kennen te geven. Op verzoek van de N.V. Koninklijke Ne- derlandsche Fabriek van wollen dekens v.h. J. C. Zaalberg Zoon wordt naar aanlei ding van het door de directie dezer ven nootschap ter vergadering van obligatie houders alsnog toegezegde medegedeeld, dat de obligatiehouders, die hunne nieuwe aandeelen of een gedeelte daarvan tegen contanten zouden willen aanbieden, over leg dienaangaande met deze directie kun nen plegen tot en met 15 Maart 1938. Leest met aandacht de advertenties in Uw Dagblad! Nieuwe onthullingen Herziening van het vonnis aangevraagd Naar wij vernemen, is bij den Hoogen Raad van de Mijdrechtsche millioenenzaak (nalatenschap van mevr. van Wieringen), waarin J. B. voor de tweede maal veroor deeld is, door de verdedigers namens J. B. revisie aangevraagd. (In October is J. B. door den minister voorwaardelijk in vrij heid gesteld, na ongeveer 41/2 jaar van zijn vrijheid te zijn beroofd). De revisie is aangevraagd in verband met het feit, dat de schrijver van de anonieme brieven aan de verdedigers zich aan dezen heeft bekend gemaakt en o.m. heeft medegedeeld, dat hij uit den mond van mevr. van Wieringen heeft gehoord, dat al de op hun echtheid betwiste acten echt waren, onder opgave van redenen. De bekentenis van een „zware jongen". De anonymus is, naar wij verder verne men, een ex-zware jongen uit Amsterdam. Zuiver op berichten van derden is hij me vrouw v. Wieringen in 1931 gaan opzoe ken met halve kennis omtrent de betrek kingen tusschen mevr. v. W. en J. B. Hij heeft het gesprek zoo kunnen leiden, dat hij uit den mond van mevrouw v. W. zelf vernam, wat hij noodig had. Hij heeft haar enkel met het oogmerk op eigen belang ge zegd en later „overtuigd", dat J. B. zeer onbetrouwbaar was. Hij heeft haar voor gesteld hem te nemen als vertrouwensman. Dat heeft hij niet bereikt, wèl dat mevrouw hem aanstelde als toezichthouder op J. B. Uit den mond van mevrouw v. W. heeft hij toen gehoord, dat al de litigieuze acten echt waren. Hijzelf heeft op verzoek van me vrouw de acte van afkoop van 1 millioen geredigeerd en geschreven met verdraaid Handschrift. Dit schrift deed hij na voor de verdediging. Van deze acte, die sinds 1932 berust in de dossiers, is geen foto-copie aan wezig. Mevrouw heeft twee leden van haar personeel binnengeroepen tijdens een der gesprekken en hun gezegd, dat zij dien man na haar dood moesten herkennen. Allestukken, betrekking hebbende op haar relatie met J. B., zoo is nu verder aan de verdedigers medegedeeld, zou mevrouw in een pak doen en dat ter hand stellen aan den super-vertrouwensman, den anonymus, met geld om de eerste moeilijkheden te overkomen. Na het vierde bezoek in Sep tember/October 1931 gaf mevrouw het pak nog niet over. De anonymus moet het toen samen mei een vriend „gehaald" hebben. In het pak bleken zich te bevinden 30.000 <lie verbruikt zijn, en o.m. de stukken, die de verdedigers anoniem toegestuurd kregen. Uit augst zich schuil gehouden. De anonymus heeft zich schuil gehouden uit angst en omdat hij hoopte, dat J. B. ook zonder hem vrij zou komen. Hij verklaart r.u, dat de zaak hem geen rust laat, Geld, vraagt hij ten minste niet. Aanvankelijk deed hij zijn verklaring aan de verdedigers op hun ambtsgeheim en vroeg hun voor hem een vrijgeleide te vra gen bij den procureur-generaal van den Hoogen Raad. Toen deze weigerde, heeft hij drie weken gewacht en de verdedigers daarna gemachtigd zijn naam te noemen, wat er ook van kwam. Met zijn handlanger hebben de verdedigers ook gesproken. Deze wenscht echter nog onbekend 'te blijven. Waarom Mevrouw van Wieringen bang was. Uit dit verhaal zou nu blijken, waar om mevrouw van Wieringen in het laatst van haar leven zeer bang was voor J. B. (de verpleegsters vertelden, dat zij iedereen verdacht met J. B. te heulen). Zij heeft den diefstal natuur lijk ontdekt èn van den super-ver trouwensman gehoord wat een „schurk" naar zeggen van den anonymus J. B. was. Aangifte kon zij niet doen, daar de contracten geheim moesten blijven voor den notaris. Haar woede op J. B. was duidelijk in haar laatste levens maanden, enz. enz. J. B. moet de knoeierijen al in 1933 in het Huis van Bewaring te Amsterdam ge signaleerd hebben. Hij kreeg f 50 van een bewaarder en alle lekkernijen, die hij ver koos. De super-vertrouwensman, de anony mus, bood hem toen voor 500.000 aan 'te zullen praten, wat hij dan ook nu eerst heeft gedaan zonder daarvoor geld te vra gen. J. B. en de nieuwe getuigen kenden el kaar in het geheel niet, d.w.z. de anonymus heeft later een zitting bijgewoond van het Hof en heeft J, B. daar in het vorige jaar voor het eerst gezien. Hierop komen in het kort de mededee- lingen, die aanleiding hebben gegeven tot de revisie-aanvraag, neer. Nog een nieuwe getuige en een aanvullend revisie-request. Wij vernemen, dat zich een nieuw feit heeft voorgedaan, dat den rechtsgeleerden raadslieden van den beklaagde en veroor deelde J. B. aanleiding heeft gegeven, gis termiddag nog een aanvullend revisie- request tot den Hoogen Raad te richten. J. B., die zooals men weet in October, na 41/2 jaar van zijn vrijheid beroofd te zijn geweest, voorwaardelijk in vrijheid is ge steld, ontmoette j.l. Maandag te Amsterdam een man, die hem vertelde, op 31 December 1922 getuige te zijn geweest van een feit, dat den grondslag vormde van een der op hun echtheid betwiste acten, de zgn. acte van décharge van denzelfden datum, waar van J. B. de echtheid beweerde en die vol gens hem door mevr. mevr. van Wieringen en door hemzelf geteekend was in het huisje van een landarbeider te Mijdrecht. Men herinnert zich wellicht uit de behan deling van de zaak, dat J. B. daaromtrent nog eenige bijzonderheden vertelde, o.m. dat er geen pen en inkt was en dat hij die teno moest gaan halen. Mevrouw van Wie ringen en de landarbeider, aan wien het huis toebehoorde, waren echter, toen de zaak voor het gerecht aanhangig was, reeds overleden en zoo kon J. B. die getuigen niet laten hooren. Nu heeft de man, dien J. B. Maandag te Amsterdam is tegengekomen, hem medege deeld, dat hij in het huisje binnengekomen, behalve J. B., ook mevr. van Wieringen heeft gezien, te midden van een hoop pa pieren en schrijvende. Het is mogelijk, dat hij dat van een zijkamer uit heeft gadege slagen. J. B. herinnerde zich in elk geval de aanwezigheid van dien man niet. Met betrekking tot de authenticiteit der van valscbheid betwiste acte van décharge is hierdoor een nieuw feit gerezen, waar van J. B. zijn rechtsgeleerde raadslieden gisteren in kennis heeft gesteld. Surséance van betaling: Voorloopig verleend aan Albertus Eduard Maria van der Loo, wonende te Rotter dam, Mecklenburglaan 55. Tot bewind voerder is benoemd Mr. P. A. N. Houwing te Rotterdam. Verhoor Dinsdag, 15 Febr. 1938 des nam. 2 uur ter raadkamer der arr. rechtbank te Rotterdam. (Br is geen cntwerp-accoord tèr griffie nedergelegd). Uitgesproken V/ de Vries, handelsagent, Den Haag, Regentesseplein 29a. cur. Mr. P. J. M. Aalberse, Den Haag. J. Linschoten, caféhouder te Leiden, en J. W. Boerma, caféhouder te Leiden, te zamen handelende onder den naam de firma Libotaria te Leiden, Haarlemmerstr. 70.; cur. mr. G. H. Wissenburg, Leiden. J. J. M. Hendriks, houder eener wassche tij. Den Haag, Obrechtstraat 481; cur. mr. C. W de Visser, Den Haag. N.V. Parapluiefabriek „Pluvius", ge vestigd en kantoorhoudende te Leiden, Kraaijerstraat 11; cur. mr. F. H. van der Tas, Leiden. J. Eijl, koopman, Den Haag, Weimar- straat 26, cur. mr. C. Roeper Bosch, Den Haag. J. Schouten te Leiden, Nieuwsteeg 25; cur. mr. E. J. M. H. Bolsius, Leiden. H. Jager, Scheveningen, Harstenhoek- straat 54; cur. mr. P. W. Steen, Den Haag. P. Finke, kruidenier; Koog aan de Zaan, Leliestraat 41; cur. mr. L. S. Römelingh, Haarlem. Johan Joseph Hoogewerf, veehouder, te Heemskerk, Hoflanderweg 1; cur. mr. J. E. Gcuasmit, Hoofddorp Haarlemmermeer. J. L. M. van der Wijst, bloemist, Wijk aan Zee, +hans Beverwijk, Kleine Hout weg C 236; cur. mr. J. E. Goudsmit, Hoofd dorp, Haarlemmermeer. Nalatenschap van wijlen H. A. van Em merik, <aféhouder en aannemer, Haarlem, Spaarne 37; cur. mr. P. J. Prinsen Geer- ligs, Haarlem. W. H. Kemper, beddenmaker, Zand- voort, Vondelstraat 10; cur. mr. D. de Haan, Haartem. Opgeheven: W. F. Kruyver, Bentveld, Zandvoort. D. van der Jagt, Hillegom. Mej. C. van Hage wed. L. Bakker, Hil legom. BORDUUR-ATELIER HAARLEMMERSTR. 27 Ajouren 8 et. p. M. Klaar terwijl U wacht Pii3seeren, Festonneeren, Cordeneeren, Aplicatie, Stotknoopen in elke vorm La grande illusion .EN ERICH VON STROHEIM. Erich von Stroheim is Oostenrijker van geboorte en was aanvankelijk officier, voordat hij zich met de film ging bezig houden. Een verblijf van bijna 30 jaar in de Vereenigde Staten heeft hem niet ver amerikaniseerd en zijn werk bij de Ame- rikaansche film-industrie heeft hem geen slachtoffer gemaakt van den waan van Hollywood. Scherp en critisch ziet hij het moderne Amerika en ook de moderne we reld, en aan de machten van Hollywood heeft hij zich in al die jaren nooit onder worpen. Het gevolg was dan ook, dat hij het er niet gemakkelijk heeft'gehad en er jaren van teleurstelling heeft gekend, waarin hij veel levenswijsheid moest ver garen om niet verbitterd te worden. Hij kwam in Hollywood met hooge ar tistieke aspiraties en hoog gestemde ide alen om die te verwezenlijken en er de filmkunst mee te verrijken. Zijn film „Wedding March' maakte hem in één dag beroemd, en dus vertrouwde men hem in .fl-ollywood verder belangrijk werk toe, maar weldra bleken zijn artistieke iedalen in botsing te komen met de nuchtere za kelijkheid van Hollywood, dat vooral in die dagen in de eerste plaats geld en. dan pas schoonheid wilde produceeren. Een ingrijpende gebeurtenis in zijn pri- véleven, een ongeluk, waarbij zijn vrouw na een langdurig lijden het leven verloor, zette hem aan het schrijven van een scena rio, waar hij acht maanden aan werkte en dat hij eenigszins als zijn levenswerk be schouwde, getiteld „General Hospital". Met moeite vond hij ten slotte een man, die althans bereid was het te lezen, het hoofd van den scenariostaf van Metro, die het scenario zeer belangrijk vond doch niet de geschikte stof, die men op dat oogenblik zocht, aldus vertelde hij dezer dagen op een persconferentie. Het valt te begrijpen, dat Erich von Stroheim dankbaar gebruik maakte van de gelegenheid om uit Hollywood weg te komen toen hij uit Parijs het aanbod kreeg, in Fransche films te komen spelen. Zijn optreden in Frankrijk had succes, met het gevolg, dat men kort geleden bij Metro Goldwyn het voor 4 jaar nauwelijks doorgelezen scenario opdiepte en het door den regisseur Seitz liet verfilmen onder den titel „Between two women", en von Stroheim voegt er aan 'toe: „Wat het merk waardigst is, men heeft mijn naam er in laten staan." Van de films, die hij in Frankrijk ge- craaid heeft, vindt von Stroheim „La gran de Illusion", die onder regie van Jean Re noir tot stand is gekomen, "verreweg de beste, die ooit over het onderwerp oorlog is gemaakt. Hij schrijft dat mede hieraan toe, dat Jean Renoir zelf aan het front is geweest en er gewond werd. Franschen en Duitschers worden er met dezelfde deugden en fouten voorgesteld en niet, zooals tijdens den wereldoorlog, toen von Stroheim in Amerika herhaaldelijk in oor logsfilms als Duitsch officier moest optre den, de vijand zwarteT gemaakt om de eigen partij er des te lichter bij te doen afsteken. Elke scène, zegt v. Stroheim, ademt authenticiteit en de film gaat re gelrecht van hart tot 'hart. Von Stroheim schijnt veel over de vraagstukken, die in de film behandeld worden, te hebben na gedacht. De barbaarschheid, die men vroe ger den tegenstander in de schoenen schoof is algemeen. Den sergeant Himmelstosz, dien Remarque zoo meesterlijk beschreef, vindt men niet alleen in het Duitsche maar rn alle legers en zonder Himmelstosz krijgt men geen goede soldaten. Een film als „La grande Illusion" is meer waard dan alle vredesconferenties, aldus von Stroheim. Het heeft von Stroheim in Amerika zeer gedrukt, dat hij daar bijna altijd de rol van schurk heeft moeten spelen, temeer waar het publiek daardoor langzaam aan de overtuiging kreeg, dat hij ook in zijn privéleven wel een schurk zou zijn. „Toch leefde ik als een gewoon mensch, was ge trouwd, had kinderen, betaalde op tijd mijn belasting en ging naar de kerk, maar de gemiddelde mensch kan moeilijk onder scheiden". Voor de naaste toekomst hoopt von Stro heim nog verschillende films in Frankrijk te maken, alsmede de Engelsche versie van eenige Fransche films, waaronder van „La grande Illusion." Renoir werkt thans hard aan de groote Fransche film „La Marseillaise", die hem door de regeering is opgedragen en die met staatssubsidie tot stand komt. Ten slotte zal von Stro heim binnenkort nog medewerken aan een Llm onder regie van Pierre Chenal, den regisseur van „Crime et chatiment" naar Dostojewski's roman. Café Metropole IN HET LAND VAN DEN SCHOONEN SCHIJN.... Het land van den schijn.... dat is in de eerste plaats de film, het spel van de flitsende schaduwen op het blanke doek, dat is 'ten tweede het tooneel, het huis met ae drie wanden, het tragische en komische theatermaar daarmee houdt de schoo- ne sohijn niet op! Hij maakt een belang rijk, deel uit van ons leven, dat nu een maal een samenstelling is van schijn en werkelijkheid. Er zijn plaatsen, waar de werkelijkheid overheerscht, maar er zijn ook tal van plaatsen, waar juist de schoo nt schijn veel werkelijker is, dan iets an ders. Alles om eens een voorbeeld te geven wat bij uitstek te doen heeft met luxe, is bijna steeds vo] schoonen schijn, waarachter een sluwe en inhalige werke lijkheid, vol koude berekening loert. Een strijd tusschen Adolphe Menjou en Tyrone Power in het blijspel der 20th Century-Foxfilm CAFE METROPOLE Neem nu eens zoo'n ultra-chic restau rant, waar in het plechtigst denkbare zwart de kellners in gelederen staan te wachten op de hooggeëerde cliëntèle. v/aar zij buigen, met deemoed op het uit gestreken gelaat, waar zij die zelf wel prinsen en prelaten lijken zich te bui ten gaap aan betuigingen van hevigen eerbied.... De maitre d'hótel verschijnt hoogst persoonlijk wendt het aangezicht cevoot naar den klant en lispelt reeds bij voorbaat: „ExcellentieWaarlijk, alles is even mooi en schitterend.... in sohijn. Maar in werkelijkheid denkt diezelf de maitre d'hótel niets anders dan bijv.: Zou die meneer Champagne drinken en zou hij hét merken, als ik er drie pop te veel voor vroeg?", of: „Gelukkig, einde lijk een klant, maar mijn geldzorgen wor den er niet door gestild!" In dit land van den schijn is de ruwe werkelijkheid een heel gewone geldkwes tie, ook al vermomt zij zich in het bonte kleed der huldebetuigingen. Laten wij eens even zien naar een bijzonder voorname en modieuze gelegenheid te Parijs, gelegen aan het Rond-Point des Champs Elysées, het Café Metropole.Dit Café Metro pole bestaat niet, het is slechts'n denk beeld, een hersenschim, een fantasie, ont sproten aan het brein van Gregory Ratoff, de bekende 20th Century-Foxfilm-acteur, die tevens uitmuntende en boeiende ver halen kan schrijven. En hij vertelt ons van dit zoo uiterst voorname Café Metro pole. De ziel van deze onderneming is Monsieur Victor, zeer geliefd bij de cliën tèle om zijn schitterende manier van op treden maar hij laa* ons óók een kijk je nemen achter de schermen, hij laat ons de keerzijde van de médaille zien, hij toont ons hoe deze zelfde monsieur Victor tot over zijn ooren in de zorgen zit, om dat hij er een geheime ondeugd op na houdt: een onibluschbare liefde voor de rou lette. En hij toont ons, hoe de Russische Grootvorst, bij wiens verschijning het or kest telkens weer vol grondeloozen eer bied het Keizerlijk-Russische Volkslied speelt, óók al niet is wat hij schijnt en zoo maar voort. Wij willen hier die 20th Century-Fox film niet op den voet volgen. Zij komt Vrijdag a.s. hier ter stede op het doek en dan zal onze recensent haar wel bespre ken. Thans gaat het er om, te wijzen op het voor den buitenstaander zoo amusante verstoppertje-spelen van schijn en werke lijkheid in zulk een exquis milieu. Het is een zoete taal der vleierij en wij allen zijn nog wel zóó kinderlijk, dat wij ons ver heugd en verheerlijkt gevoelen, wanneer i^oa'n smettelooze Monsieur Viictor (tot over zijn ooren in de speelschulden, maar dat vertelt hij ei* niet bij!) eerbiedig door midden buigt en ons „Excellentie" noemt. Schijn en werkelijkheidzijn het eigenlijk geen tweelingen, op een zelfden dag geborenGaan zij bijna niet al toos hand in hand? Toonen wij niet on veranderlijk een aangenaam gezicht en zeggen wij geen zoete complimentjes tot hen van wie wij voordeel verwachten? Zoo is het nu eenmaal, maar wij zien dat niet altijd in. Daarom moeten er films zijn, als de onderhavige, die het ons duidelijk maakt. Zóó duidelijk, dat wij ons ermee amuseeren en met een lach bekennen, dat wij kinderen zijn. Dat was de bedoeling van Gregory Ratoff en daarin is hij ge slaagd. JOE E. BROWN SELF MADE MAN! Amper negen jaar oud, wilde Joe E. Brown met kinderlijke vastbeslotenheid tooneëlspèler worden. Hij hield dit doel steeds voor oogen en als toonbeeld van vol harding en doorzetting staat Joe E. Brown bekend als de self-made man. Als resultaat van zijn eerste bezoek aan een circus kwam hij al heel jong bij een troep reizende acrobaten. Hij had een harde leerschool en soms was de jonge Brown tongerig, maar hij was standvastig en maakte gedurende een vijftal jaren deel uit van de z.g. Five Marvellous Ashtons, een troep acrobaten. Zijn ouders, die het niet breed hadden, zouden hem met liefde weer in huis terug gezien hebben, maar Joe's trots stond niet toe, dat hij van zijn een maal gekozen loopbaan afweek. Zijn vroegere schoolmakkers in Toledo zijn nu nog jaloersch op zijn succes en be schouwen hem als een held, omdat hij lie ver ontbering leed dan door zijn school vrienden te worden uitgelachen. Jarenlang werkte hij in verschillende cir cussen en variété's. Zijn naam werd hoe langer hoe bekender. Gedurende een tijd, was hij zelfs beroepsrugbyspeler en ook in dien tijd lachte het publiek hartelijk om zijn clownachtige gelaatsuitdrukkingen. Zijn succesweg leidde onvermijdelijk naar de film, waar hij, zijn vrouw en vier kleine Brown's een gélukkig gezin vormen en de welvarende bewoners zijn van een schitte rende villa in Beverley Hills, heel ver schillend van het huis, waarin vader Joe vroeger woonde. Spijt heeft hij echter in het geheel niet van het harde leven, dat hij geleid heeft gedurende zijn opkomst. „Ik heb altijd gezegd", verklaarde Joe, „dat men man zonder hard werken nooit succes kan hebben". David Loew is de productieleider van zijn nieuwste RKO Radio Film: „Wh en's Your Birthday?" (Wanneer bent U jarig?), terwijl Marian Marsh, Fred Keating, Su zanne Kaaren, Minor Watson, Maude El- burne, Edgar Kennedyen Bull Montana de andere rollen in deze film spelen, die door Harry Beaumont geregisseerd werd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 14