HET NIEUWE RAADHUIS TE ALPHEN WOENSDAG 19 JANUARI 1938 DE LEIDSCHE COURANT DERDE BLAD - PAG. 10 EERSTE STEEN GELEGD DOOR BURGEMEESTER COLIJN Hedenmorgen te half 11 heeft de eerste steenlegging plaats gehad van het nieuwe Raadhuis te Alphen aan den Rijn. De eenvoudige plechtigheid had plaats in de hal, waarvan echter alleen nog de vloer aanwezig was, overwelfd door het blauwe hemel-gewelf. Behalve het voltallige college van Bur gemeester en wethouders waren aanwe zig verscheidene raadsleden, de architect, de heer Blaauw, de aannemer de heer Van der Bijl, de directeur van Gemeentewer ken, ir. Waardenburg, de oud-gemeente secretaris, de heer K. Salverda, de ge meente-archivaris, de heer W. M. C. Regt en eenige anderen. De burgemeester, de heer P. A. Colijn hield ten aanhoore van deze uitgelezen schare de volgende toespraak. TOESPRAAK VAN BURGEMEESTER COLIJN. De stichting van een nieuw gebouw blijft voor een elk die daarbij nauw betrokken is, zelfs in onzen tijd, nog een feit van be teeken is. In bijzondere mate is zulks het geval in dien de voorgenomen bouw belooft te voorzien in wat men noemt „een lang ge voelde behoefte". Sterker spreekt dit alles nog tot ons wanneer het betreft de stichting van een openbaar gebouw en misschien wel het allermeest, wanneer zulk een gebouw be doelt te zijn en metterdaad ook wezen zal: Huis der Gemeente, zetel der plaat selijke Overheid, waar tevens ook zijn ge centraliseerd alle taken van gemeente dienst. Of dan in werkelijkheid hier van geble ken behoefte kan worden gesproken? Bij die met den gemeentelijken dienst bekend zijn, zullen deze vraag zonder twij fel toestemmend beantwoorden, bij ande ren achen wij eenigen twijfel daaromtrent niet onmogelijk, welke echter naar onze stellige overtuiging geheel zal wegvallen wanneer bij het nieuwe gebouw gereed en gebruik zien. Een ietwat wonderlijke geschiedenis. Het was met al die gemeentehuizen te dezer plaatse een ietwat wonderlijke ge schiedenis. Indien een vreemdeling b.v. komt met de vraag: Wijs mij de plaats waar de Raad uwer gemeente pleegt te vergaderen, of een ander belangstellend informeert waar de ambtenaar van den burgerlijken stand bruid- en bruidegom in den echt ver bindt, dan wel een derde verlangt te we ten waar de gemeentesecretaris- gehuis vest is of de burgemeester zijn kamer heeft, dan moet men zich bij het formuleeren van zijn antwoord altijd van eenige adjec tieven bedienen, waarbij het bekende „hoog en laag" op zijn minst moet wor den aangevuld met „voormalig". Immers het antwoord op bedoelde vra gen zou ongeveer als volgt luiden: „Aan de lage zijde, in het raadhuis der voormalige gemeente Aarlanderveen" of: „Aan de hooge zijde in het huis der ge meente van voormalig Alphen, ófin voor malig Overpost". Alles was en bleef ingesteld op het ver leden, op wat eens was, vóór de vereeni- ging der drie gemeenten en nu liet ik nog onvermeld het raadhuis der voormalige ge meente Oudshoorn, dat er zij het ook onttrokken aan eiken dienst toch óók nog is. Het beleid der vroegere vroede vaderen. Wij bedoelen hiermee allerminst tekort te doen aan het beleid de vroede vaderen van voorheen. Integendeel. Als in 1858 de Raad van Oudshoorn een pand aankoopt voor de kapitale som van 1980, en dit pand voor raadhuis bestemt, dan mag vrijelijk worden aangenomen, dat daarmee ruimschoots in de behoeften van het oogenblik werd voorzien en in elk ge val zal niemand aan de gegeven oplossing de verdienste kunnen ontzeggen van wei nig kostbaar te zijn geweest. Als de Raad van Aarlanderveen in 1885 besluit tot den bouw van een nieuw raad huis en aan dat besluit ook ten spoedigste uitvoering geeft, zit bij dit college blijk baar de bedoeling voor een gebouw te stichten dat aan alle eischen van den toen- maligen tijd zou behooren te voldoen en als in 1886 na een plechtige opening van het nieuwe gebouw de Raad met zijn da mes zich aan een feestmaaltijd vereenigt, dan blijkt daarbij op het allerduidelijkst, dat alle bekrompenheid den Raad verre is, immers men volgde daarbij slechts na, wat de Amsterdamsche vroedschap ruim twee eeuwen vroeger deed, toen de groot- sche schepping van Jacob van Campen werd in gebruik genomen. Zeer begrijpelijk is het overigens, dat deze veelheid van gebouwen langen tijd een letsel bleef om te komen tot den bouw van een raadhuis voor de gemeente A1- p h e n aan den R ij n. Dit staat nu te veranderen, een veran dering welke wij beslist noodzakelijk dur ven noemen. Ieder die met den omvang der gemeente lijke bemoeienis van thans ook maar eeni- germate op de hoogte is, zal moeten toege ven, dat op het punt der huisvesting van de gemeentelijke diensten, een vergelijking tusschen vroeger en nu ten eenemale on mogelijk is. Ik behoef u slechts te wijzen op de taak die de gemeentebesturen in den tegen- woordigen tijd te vervullen hebben ten aanzien van de verzorging der werkloozen, een zorg die zich mogelijk wel eens wijzi gen zal wat den vorm betreft, maar waar van helaas toch zal moeten worden ver wacht dat een deel er van b 1 ij v e n d zal zijn. Alleen vor deze onder-afdeeling is een personeel noodig, waarmee voor en kele jaren de secretarieën van een twee tal te kleine gemeenten, redelijk goed zou den zijn bezet. Denk voorts aan de afdee- ling publieke werken, aan die der bevol king; alles stond en staat in het teeken der uitbreiding en er is veel beleid voor noodig geweest om aan de steeds maar toe nemende vraag naar werkruimte te vol doen. Met recht kon het gemeentebestuur zeg gen: „Wij groeien vast in tal en last". Twintig jaren na de samenvoeging. Twintig jaren zijn er na de samenvoeging der drie gemeenten verloopen eer met den bouw van dit nieuwe gemeentehuis kon worden begonnen. Dit oogenblik is nu aangebroken, of be ter gezegd: reeds in vervulling gegaan. Waartoe wij hier bijeen zijn is niet meer dan een symbolische handeling, waarbij ik geen enkele poging wagen zal u te sug- gereeren dat, wat hier nu gaat gebeuren, werkelijk is het leggen van den eersten steen, hoogstens kunnen wij, maar laat ons het dan zóó doen, zeggen dat het is een gedenksteen. Daarvoor is alle reden. Wij leven in ongunstige tijdsomstandig heden en dat wij desniettemin hier staan mogen bij den aanvang van een zeer be langrijk bouwwerk, waarvan de tot stand- koming in betere jaren zelfs zeer belang rijk scheen, een bouwwerk voor onze ge meente van zoo groote beteekenis omdat het zal worden „Huis der Gemeente", is in wezen een feit dat bijzondere aandacht verdient en waaraan het wijden van een gedenksteen niet misplaatst is. Dat deze bouw mogelijk werd danken wij voor een deel aan den vroegeren burge meester Visser, wiens naam mede verbon den is aan de omgeving waarin het raad huis verrijst. Hij, die meende door zijn zeer gewaar deerd legaat, den bouw van dit gemeente huis te stimuleeren, zou, door het verbin den van een vruchtgebruik aan deze schen king, den door hem zoo gewenschten bouw hebben belemmerd, ware het niet dat door de medewerking van het Werkfonds een voor de gemeente zeer aanvaardbare op lossing werd verkregen. Het lag dan ook voor de hand dat Uwe De Burgemeester van Alphen aan den Rijn legt den eersten steen, daarbij geassis teerd door het raadslid Groenewegen. BOSKOOP. Kon. Ned. Mij. van Tuinb. en Plantkunde. Op Maandagavond 17 Jan. werd in Hotel „Neuf" een causerie gehouden door den Weled. heer Moerlands, directeur der Rijles- tuinbouwschool te Boskoop, met als onder werp: „De uitspraak van wetenschappelij ke plantennamen. Nadat door den waarne- menden voorzitter deze eerste bijeenkomst in 1938 geopend was, verkreeg de heer Moerlands het woord. Spreker begon met de verklaring, dat hij deze uitnoodiging om een causerie te houden over bovengenoemd onderwerp, met buitengewoon veel genoegen aangeno men heeft, omdat de Maatschappij zoo veel doet voor de vakontwikkeling voor haar leden en hij zich onder kweekers bevondt, die alles in het werk stelden om hun ken nis zoo hoog mogelijk op te voeren, ook wat betreft de wetenschappelijke planten namen (nomencltuur). Hiervoor bestond reeds voor 80 jaren gróote belangstelling, waarvan de namen K. J. W. Ottolander, C. de Vos, A. Koster Mz. e.a. getuigen, bovendien zijn er nog de blijvende getuigen als het Hulstboekje (ca. 1875), het Pioenenboekje, Clematis boekje, Rhododendron- en Azaleaboekje en Rozennaamlijst, waarvan verschillende een aanvulling en herdruk beleefde. Dat de traditie zich tot op den huidigen dag voortzet, bewijst de uitgave van een naamlijst van Coniferen, een schitterend werk van den heer P. den Ouden, waarvoor spreker den heer den Ouden, welke ter vergadering aanwezig was, hulde bracht en de wensch uitsprak, dat het boek je in vele handen komen zou. Een alround Boskooper wil niet alleen de best mogelijke kwaliteit van planten kweeken, maar wil bovendien de namen der planten zoo zuiver mogelijk in zijn prijscourant en op de naamhouten heb ben. Bovendien geeft het een zekere standing en cachet aan de zaak wanneer de na men zoo zuiver mogelijk geschreven zijn en uitgesproken worden, ook bij vergade ringen en congressen. Na deze inleiding begon de heer Moer lands aan zijn onderwerp. De meeste plantennamen zijn van Latijn- sche en Grieksche oorsprong en bestonden uit een voornaam en een achternaam, deze namen werden door verschillende plant kundigen naar willekeur uitgebreid, zoodat een chaos ontstond, welke later door Len- neus in goede banen geleid is. Als voorbeeld van tweenamige planten stelde spreker, Rhododendron ponticum en Azalea pontica, waarvan de eerste de ge slachtsnaam en de tweede de soortnaam is, dit wordt genoemd de binaire nomencla tuur. Daar de Latijnsche en de Grieksche talen zustertalen zijn, worden zooveel mogelijk de Latijnsche uitspraakregels gevolgd, wel ke het eenvoudigst zijn. Ieder volk spreekt deze namen uit vol gens eigen gebruiksregel, als typisch voor beeld stelde spreker het woord Coculus (koekoek), de C wordt als K uitgesproken en de U als oe. De Romeinen gebruikte een phoenetisch schrift. De meeste letters van het Lat. alphabet worden bijna precies uitgesproken als het Ned. alphabet en veel voor- of doopnamen zijn aan de Lat. taal ontleend. De meeste plantennamen hebben twee of meer lettergrepen, als Pirus (peer), Pinus (pijnboom), Prunus (pruim), Morus (Moer bei), Beta (Biet), Ruta (wijnrui), Linum (vlas), en als nadere aanduiding van het geslacht de toevoeging Niger (zwart), Major (grooter), Minor (kleiner), Lutea (geel), Bicolor (tweekleurig) enz. enz. Wanneer in het Latijn een S tusschen twee klinkers staat wordt deze uitgespro ken als Z ,b.v. Rosa wordt Roza (Roos), Obtusa wordt Obtuza (donker), Pisiiim (erwt) wordt Pizium. De C wordt bijna altijd uitgesproken als Raad gezien de zeer gunstige voorwaar den met nagenoeg algemeene stemmen tot den bouw besloot. Een bekend spreekwoord zegt: Men moet den dag niet prijzen vóór het avond is. Ik wensch mij ook bij deze steenlegging naar dien regel te gedragen, maar dit ver hindert mij niet om toch met dankbaar heid te gewagen van het feit, dat, dank zij de goede zorgen van architect Blaauw, van aannemer Van der Bijl en van allen, die tot dezen bouw medewerken, tot op den dag van heden alles behoudens de weersgesteldheid naar wensch verloopt. Wij mogen ongetwijfeld de hoop koestte ren, dat, indien eenmaal dit gebouw zal zijn voltooid, Alphen aan den Rijn daar mee zal hebben verkregen een Huis der Gemeente, dat in elk opzicht aan zijn be stemming zal beantwoorden, zoowel wat betreft da huisvesting der verschillende diensten,als van te zijn: Zetel der plaatse lijke Overheid. Na deze toespraak metselde de burge meester een ordinaire baksteen tusschen de vele andere baksteenen. Eigenlijk heeft de burgemeester niet een maar twee eer ste steenen gelegd, want op verzoek van de pers-fotografen bisseerde Z. E. de ver heven handeling. Later zal, in de hal van het raadhuis, een gedenksteen worden aangebracht, welke de plechtigheid van hedenmorgen memoreert. De burgemeester gebruikte bij deze plechtigheid een witte, met verguldsel ge- orneerde metselbak en een in dito kleu ren uitgevoerde troffel, waarop de ster van Alphen prijkte een attentie van den aannemer. Na de plechtigheid begaven de genoo- digden zich naar het Huis der Gemeente, waar een kopje koffie werd gebruikt om te bekomen van het eerste bezoek aan het nieuwe raadhuis. K wanneer deze staat voor de letter U en O, b.v. Ficus en Crocus, wanneer de C voor een E staat is het meestal Z b.v. Acer (eschdoorn). Wanneer twee zelfde medeklinkers naast elkaar staan worden beide uitgesproken b.v. Bellis (madeliefje) en Calla (Arons kelk). De X welke een medeklinker is, wordt bij de tweede lettergreep uitgesproken b.v. Buxus, Taxus, Larix, Ilex, Laxus en Salix. Wanneer twee medeklinkers tusschen twee klinkers staan behooren zij bij de 2de lettergreep, b.v. Cedrus, Citrus en Juglans, hierop zijn weer uitzonderingen b.v. Ulmus, A In us, Firmus, Cornus, Curtus en Firmus. De woorden waar de letters Th. Ch, Rh, Ph en Q in voorkomen zijn meest van Grieksche oorsprong, b.v. Thuya, Rhus, Phagnum, Querqus enz. De Grieksche Y, welke veel voorkomt by plantennamen, wordt meestal uitgesproken als ie, en in besloten lettergrepen als i, b.v. Cycas (ciecas), Thymus (Thiemus) en Lygnus (Lignus), Stagys (Stagis) en bij 't begin van een woord of tusschen twee klin kers wordt de Y uitgesproken als J b.v. Yuca (Jact), Thuya (Thuja) en Hoya (Hoja). Bij een tweeklank wordt de au uitge sproken als ou b.v. Laurus (Lourus), de ae als ee b.v. Cataegus (Cateegus), Paeonia (Peeonia), de oe als eu, b.v. Phoenix (Pheunix), de eu als ui, b.v. Bupleuris (Bu- pluirus) en wanneer ze aan het eind van een woord staan worden ze beide uitge sproken b.v. Reum en Geum. Wanneer een woord twee of meer letter grepen heeft, wordt de klemtoon bij een woord van twee lettergrepen op de eerste gelegd b.v. Laurus, Cycas, Salcia, Lilium, en Picea, en bij een woord van drie of meer lettergrepen op de derde lettergreep van achter, b.v. Clematis, Helleboris, Armenia, Colutea, Delphinium, behoudens enkele uit zonderingen als Aquilegia, Eupatorium, Caprifolium, Lunaria, en Sorbaria, hierbij moet de kweeker meestal op zijn gevoel af gaan. De plantennamen welke op ia eindigen zijn meestal van persoonsnamen afkomstig, b.v. Magnolia van Magnol, Wellingtonia van Wellington, Calisburria van Salisburry en Kniphovia van Kniphoven. Als de voorlaatste lettergreep een twee klank is, valt de klemtoon op deze twee klank b.v. Nymphaea. Lennaea, hierop zijn weer uitzonderingen hoofdzakelijk Griek sche woorden, hierbij wordt de tweeklank gescheiden b.v. Achillea, Centaurea, en He- racleum. Daar inmiddels de tijd verstreek en het ongeveer half elf egworden was eindigde de heer Moerlands deze interessante en leerrijke causerie, hoewel hij nog lang niet uitgesproken was. De heer den Ouden dankte den heer Moerlands voor zijn waardeerende woorden j betreffende de door hem uitgegeven Coni- feerennaamlijst. I Ongeveer 11 uur sloot de waarnemende voorzitter, de heer K. Verboom, met een i hartelijk woord van dank aan den spre- j ker van dezen avond deze zeer leerrijke avond. Polöerbelang. De jaarvergadering van de vereeniging „Polderbelang" werd door I ruim 60 personen bezocht. Uit het finan- cieele verslag van den penningmeester bleek het jaar 1937 te sluiten met een na- deelig saldo van 13.91, terwijl het bezit der vereeniging momenteel 583,70 be draagt. De begroeting voor 1938 werd goed gekeurd. Een voorstel tot contributieverhooging werd niet ondersteund, zoodat deze ge handhaafd bleef op 10 ct. per 100 R.R. De bestuursverkiezing waarbij de heeren Brand en v. Tol aftredend waren, leverde de herkiezing van beide heeren op. Tenslotte kwam ter sprake de vermoe delijke verbetering van den Rijneveldsche weg. Het bestuur deelde mede, hierin ac tief te zijn, waarna de vergadering werd gesloten. De Trio-busdienst. Onderhandelin gen met het college van B. en W. hebben er toe geleid, dat, behoudens toestemming van Ged. Staten, met ingang van de nieu we zomerdienstregeling op 15 Mei, de Trio bussen zullen vertrekken vanaf den Goud- schen Rijweg. Personalia. 24 Januari as. hoopt de heer G. H. Spie, de dag te herdenken waarop hij voor 40 jaren in dienst trad bij de fa. Adr. v. Nes, als boomkweekersleer- ling. HOOGMADE Brandweercorps. Sedert de wijziging van de verordening op de brandweer in het begin van 1937 is in de plaats van een verplicht hulpverleeningscorps een vrij willig corps mogelijk geworden. Te Wou- brugge heeft kort na het inwerkingtreden dezer verordening de oprichting van een vrijwillig corps plaats gehad. Te Hoog- j made werden echter moeilijkheden onder- vonden. Het corps, dat zich gevormd had, j voldeed niet aan de gestelde verwachtin- j gen, zoodat enkele personen, die lijdelijk verzet pleegden ontslagen moesten wor- j den. De burgemeester dezer gemeente tracht thans voor de laatste maal een behoorlijk en verantwoordelijk corps samen te stel- len. In een aan de daartoe uitgenoodigden gezonden schrijven deelt de burgemeester mede het in het belang van Hoogmade te achten indien aldaar een eigen corps ge formeerd wordt, dat zich aan de hoogere leiding weet te onderwerpen. Indien tot deze vorming geen mogelijk- I heid bestaat, zal het gemeentebestuur ge noodzaakt zijn het brandweermateriaal naar Woubrugge te doen overbrengen, om- I dat er dan geen behoorlijke verzorging is. Door de ter plaatse wonende raadsleden is herhaaldelijk getracht personen te am- bieeren voor zulk een corps, doch de door dezen gestelde eischen konden niet Inge willigd worden. Aangezien te Woubrugge een zeer goed werkend corps bestaat, twij felt de burgemeester niet of ook in Hoog made zal het tot oprichting van een corps, binnen het kader van de verordening, kunnen komen. Een 13-tal personen zijn voor een be spreking bij den burgemeester uitgenoo- digd. Van deze personen zal het afhangen of Hoogmade in het bezit blijft van een brandspuit. Het *is bekend, dat men op behoud van het materiaal prijs stelt, zoodat gunstige verwachtingen worden gekoesterd over den afloop der besprekingen. LEIMUIDEN Sluitingsavond winkelweek-comité. In café Sneeboer had de sluiting van de win kelweek-actie plaats. De voorzitter, de heer Muys deelde mede, dat, in afwijking van vorige sluitingsavonden, deze avond geen feestelijk karakter zou dragen. Dit gebeurt thans niet, uit piëteit tegenover de familie Beuk, die door een zwaar verlies getrof fen is. De voorz. heet de aanwezigen har telijk welkom. Hij deelt mede, dat de vijf de winkelweek, het eerste lustrum, tot een succes is geworden. In totaal zijn 18900 winkelweekbonnen uitgegeven. De secretaris, de heer C. Buiks, leest daarna het verslag van de winkelweek actie voor. Het verslag wordt door de ver gadering met groote instemming vastge steld. Daarna is het woord aan den penning meester, den heer A. Horrée. De inkomsten van het comité hebben bedragen 678.92 en de uitgaven 633.68, batig slot f 45.24. Het is de eerste maal dat de winkelweek sluit met een batig slot. De heeren J. v. Veen, P. de Rijk en v. d. Poll worden be noemd tot leden van de commissie belast met het nazien van kas en boeken. De boeken worden geheel in orde bevonden en de rekening wordt door de vergadering onveranderd vastgesteld. Besloten wordt om in het najaar weder een winkelweek te houden. De heer Muys wil over eenige maanden toch nog een gezelligen avond organiseeren. De heer Roos zou deze ge zellige avond samen willen laten vallen met de eerste vergadering van het comité in het najaar. Men bereikt daarmede, dat de eerste vergadering goed bezocht zal I worden. Dit voorstel heeft aller instem- j ming en wordt aangenomen, i Het bestuur van het winkelweekcomité j bestaande uit de heeren Ph. Muys, voorz., I C. Buiks, secr., A Horree, penningm., C. A. Beuk, C. de Bruyn en K. Stigter wordt met algemeene stemmen herbenoemd. De voorz. dankt allen nog voor het vele werk in de afgeloopen weken gepresteerd en brengt ook nog dank aan B. en W. voor de medewerking, die ook dit jaar weder verleend is om de winkelweek te doen slagen. Personalia. Met ingang van 1 Febr. a.s. zal alhier wederom een commies der directe belastingen geplaatst worden. Voor deze dienst is aangewezen de heer Luur- sema. De heer Luursema zal de woning betrekken, gebouwd door den heer van Andel, gelegen aan den iNeuwen weg. Door het bestuur van den Kalslager polder is aan den heer W. Braam, met in gang van 1 April a.s. op diens verzoek eervol ontslag verleend als machinist van dien polder. Tot machinist is. met ingang van 1 April a.s. benoemd de heer T. Braam. Uitbreiding fabriek. Door B. en W. dezer gemeente is aan de N.V. flesschen- melkfabriek Holland, vergunning verleend tot uitbreiding der fabriek alhier. De heer G. C. Charlet, aannemer alhier, zal het werk uitvoeren. Geboren: Alphred en Leopold, zoons van Chr. H. M. van der Tol en G. W. Diekmann Antonia Julia Clazina d. van J L. van den Broek en M. C. Zwetsloot. Overleden: M. W. van Ewijk 59 j. echtgen. van A. van Ewijk G. van Doorn 82 j. wed. van Q. Vlasman. Vertrokken: naar Alphen a. d. Rijn: H. C. de Rijk en echtgenoote. Gevestigd: van Alkemadt: A. C. Bouwmeester gehuwd met C. A. Th. Heu- zen. «RIJNZATERWOUDE Verbouwing gemeentehuis. —Hetbesluit van den Raad tot verbouwing van het ge meentehuis en tot verbetering der O.L. school heeft de goedkeuring van Ged. Sta ten verkregen. Bouwen. B. en W. dezer gemeente hebben aan den heer Th. v. Iperen ver gunning verleend tot het bouwen van een woonhuis. TER AAR R.K. Ontwikkelingsclub. In het pa rochiehuis werd een feestavond gegeven voor de leden van de R.K. Ontwikkelings club met hun dames, waarbij de heer Ver kerk als humorist optrad. Na opening door den voorz., den heer N. Hoogervorst, werd den aanwezigen van harte een welkom toegeroepen, bijzonder den zeereerw. heer pastoor en kapelaan, en werd direct de verdere leiding van den avond opgedragen aan den alombekenden conferencier Verkerk. Het duo wist met zijn leuke voordrachten als aardige anec- doten, de feestvierende leden op een al leraangenaamste wijze bezig te houden en doorloopend een gullen lach te tooveren op de vele gezichten. Met het zingen van populaire liedjes kon dit gezelschap spoe dig de geheele zaal op zijn hand krijgen. Net was een aanvang gemaakt met de polonaise, toen de klok half twaalf wees en onverbiddelijk volgde sluiting. Voldaan ging men huiswaarts. Aanbesteding. Het bouwen van een woonhuis annex winkel voor rekening van den heer B. Zwirs, is opgedragen aan den laagsten inschrijver, de firma Ant. van Rijn, alhier.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1938 | | pagina 10