DE TINBAGGERMOLEN «KARIMATA»
Valsch spel
De tinbaggermolen „Karimata". welke voor rekening van de N V. Gemeenschappelijke Mijnbouw Mij Billiton bij Op Westerveld had Donderdag de teraardebestelling plaats van het stoffelijk overschot van wijlen
Smit's Scheepwerf te Kinderdijk in aanbouw is. ral in Juli as. gereed komen en naar Indië worden gesleept mr. G Vissering, oud president van de Nederlandsche Bank
Het kolenschip .Gateshead', aikomstig mt Engeland strandde Donderdag tengevolge van den mist benoorden Egmond aan Zee.
RecMs de reddingsloep van de „Nee'tje Jacoba". Geheel op den achtergrond de reddingboot self
Pn
Van het strijdgebied in het Verre Oosten. - japansche troepen atdeelmgen pas
seer en tijdens hun opmarsch in de p-ovincie Shansr den Groote Muur, eertijds het
onneembaar bouwwerk
De opbouw oer oeco<s voor de op
voer mg van Vondels «Gijsbrecht van
Aems'el» ie Amsierdam onder auspicën
van het Amste-damsche en Nationale
Dooir de Specialisten Compagnie van het Regiment Grenadiers is in de omgeving wan Leid»
schendam een 36 uurs oe'emng gehouden, waarvan hierboven een snapshot
FEUILLETON
Naar het Engelsch van
ANNIE S. SWAN.
2)
Morgen komt een oude kennis van mij
hier, Letitia, en blijft lunchen. Waarschijn
lijk zal er in den loop van den voormiddag
een telegram komen.
Moet hij afgehaald worden? vroeg zij.
Het is d&maal een „zij", Letitia, ant
woordde hij met een droeg lachje, toen' hij
de verwondering op haar gezicht las; een
kennis uit mijn jeugd, Mrs. Hamlyn, en
zij brengt haar dochter mee. Zij zullen
niet lang blijven en alleen hier lunchen.
Mrs. Safford keek haar broer vragend
aan. Er moest een of ^ndere bijzondere
reden voor zijn voor het bezoek van Mrs.
Hamlyn. Wat kan het zijn? Zij durfde het
niet te vragen en toch was zij brandend
nieuwsgierig.
Wie is Mrs. Hamlyn? waagde zij ein
delijk te vragen.
Een dame, die ik lang geleden reeds
kende. Je moet haar met de meeste voor
komendheid ontvangen. Ik geloof niet. dat
bijzonderheden omtrent haar je zullen in
teresseeren.
't Kan zijn. Kit. Maar ik vind het
nogal vreemd, dat je me plotseling vraagt
bezoekers te ontvangen, waarvan ik den
naam en zelfs het bestaan tot op dit
oogenblik niet eens wist.
Zoo! Toch zal ik verder niets over
hen zeggen, Letitia, antwoordde hij vrien
delijk, maar op een toon, welke geen ver
dere tegenspraak duldde.
Op dat oogenblik kwam Tremlett bin
nen om de thee gereed te zetten.
Zij dronk een kop thee met haar broer
en verliet hem dan, om een brief aan Jack
te schrijven.
Toen Mrs. Safford de trap afliep zag zij
Hugo aankomen. Na ee nkorte aarzeling
ging zy hem tegemoet.
Hij wuifde tegen zijn moeder, toen zij
het terras afkwam en over het breede kie
zelpad hem tegemoet ging.
Er bestond een buitengewoon goede ber-
standhouding tusschen Hugo Safford en
zijn moeder Zelfzuchtig als hij was, had
Hugo aankomen. Na een korte aarzeling
dat hij blij zou zijn als de dag aanbrak,
waarop zijn oom het beheer over het land
goed zou neerleggen In het afgeloopen jaar
had hij zich dikwijls geërgerd; hij vond,
dat zijn oom hoe langer hoe lastiger werd.
Meer dan eens had er zelfs een woorden
wisseling tusschen hen plaats gehad, als
sir Kit zijn neef een standje maakte over
zijn aanmatigende houding.
Mrs. Safford was 't liefst bij haar jong-
sten zoon. Haar oogen schiterden, toen zij
zijn knappe verschijning bewonderde in
het flatteerende jachtcostuum en er kwam
een levendige uitdrukking op haar gelaat,
toen zij bij hem kwam.
Ik hoop. dat je een prettigen middag
hebt gehad, Hugo! Is Tony naar huis ge
gaan? Ik ben blij, dat ik je nu ontmoet,
ik ben juist bij je oom geweest. Hij heeft
zoo'n dwaze bui! Hij heeft me naar bene
den gestuurd om aan Jack te schrijven,
dat hij onmiddellijk moet komen.
=*- Zoo! zei Hugo, terwijl hij op het gras
bleef stilstaan. Wat is er aan de hand?
Nietshij verlangt alleen maar
hem eens te zien.
O. is het anders niet! We weten hoe
Jack is! Hij zal w?l weer een dozijn excu
ses klaar hebben!
Ja. maar oom is in de vaste overtui
ging, dat hij ditmaal zal komen. En. wat
nog gekker is. hij heeft zélf aan een dame
in Londen geschreven, een zekere Mrs.
Hamlyn, om hem morgen te komen bezoe
ken. Het lijkt er op of hij zijn zaken in
orde wil brengen.
Best mogelijk. Kan u niets over die
dame te weten komen?
Ik probeerde iets te vragen, maar
kreeg een ontwijkend antwoord. Wij moe
ten morgen op onze hoede zijn. Het is een
bekend feit, Hugo, dat oude menschen. die
reeds met den eenen voet in het graf staan,
soms verkeerde, noodlottige dingen doen,
ik bedoel noodlottig voor hun erfgena
men! Je bent morgen toch den heelen dag
thuis, niet waar?
Ja; als de zaken zóó staan, zal ik een
oogje in het zeil houden. Als Mrs. Hamlyn
een avonturierster is, moeten wij trachten
haar de baas te zijn, moeder.
Hij lachte vroolijk als verheugde hij zich
bij de gedachte, en zijn moeder voelde haar
angst en wantrouwen verdwijnen door zijn
stralenden lach.
Er waren maar weinig dingen, waarover
Hugo niet kon lachen. Zijn vroolijkheid
werkte aanstekelijk en ieder hield van hem.
Door zijn joviale manieren had hij .al van
vrienden. Zijn populariteit was evenwel
niet gegrond op goede hoedanigheden van
geest en hart en hij was niet bijzonder
geschikt om de zorgen en lasten des levens
te dragen.
Een stem uit het verleden.
Het was omstreeks kwart over acht des
morgens, toen Patience Sprule, de dienst
bode van Mrs. Hamlyn, 18 Pembridge Gar
dens, Bayswater, terwijl zij de stoep
schrobde, den postbode fiuitend de straat
zag oversteken.
Het gebeurde maar zelden, dat er een
brief bij de Hamlyn's bezorgd werd, daar
moeder en dochter zeer kalm en beschei
den leefden. Zij waren financieel achter
uit gegaan in hun leven. Mrs. Hamlyn was
de weduwe van een gepensioneerd Indisch
ambtenaar; zij moest van haar pensioen
leven, terwijl haar dochter Jessie als mu-
ziekleerares dit inkomen een weinig kon
vergrooten.
Jessie legde den brief naast het bord van
haar moeder en dacht er niet verder aan.
totdat zij aan tafel kwam en de kleur op
haar moeder's wangen zag frisch en blo
zend als van een jong meisje, en haar
oogen vol tranen.
Ik heb een brief gekregen, lieve, die
veel lijkt op een stem uit het verleden. Hij
komt van een vroegeren kennis, die op een
buiten woont ergens in Somerset. Hij
schrijft, dat hij stervende is en 'dat hij er
naar verlangt mij nog eens te zien. Wij
hebben elkaar in geen dertig jaar meer ge
sproken.
O. moeder, wat een tijd! zei het meis
je ontroerd. Dus jaren voordat ik geboren
werd!
Ja. zes jaar. Hij wil mij zien en vraagt
jou mee te brengen. Het iijkt alles wel erg
vreemd. Jessie.
Maar zij zei niet waarom zij het zoo
vreemd vond.
Je had je wel mogen verkleeden, Jes
sie, zei Mrs. Hamlyn een poos later in den
trein, toen zij zag hoe sober Jessie er uit
zag in haar blauwe serge rokje en de
blouse, die zij al bijna twee jaar op school
gedragen had. Het zag er overigens wel
netjes uit en kleedde haar goed. De zijden
blouse was frisch en de groene das keurig
gestrikt. Ook de sierlijke tweed hoed, waar
van de rand aan de eene zijde werd op
gehouden door een paar lange fazantvee-
ren en waaronder haar mooi, bruin haar te
voorschijn kwam, maakte het lieve ge
zichtje nog aantrekkelijker. Jessie zag er
frisch en gezond uit. Zij had, naast ande
re goede hoedanigheden, steeds een goed
humeur, dat haar over veel moeilijkheden
had heen geholpen.
Het was niet druk in den trein en zij
hadden een coupé voor zich alleen. Toen
zij goed en wel buiten het station waren,
boog Mrs. Hamlyn zich plotseling voor
over.
Jessie, ik zou je graag een en ander
vertellen, vóór wij te Slains aankomen.
Misschien zou het een beetje vervelend zijn
als je nerp^ns van wist. De brief, dien ik
vanmorgen kreeg, was van sir Christopher
Lathom, die op kasteel Hardamres in
Slains woont. Jaren geleden, voordat jij
geboren werd ja, zelfs voordat ik je
vader ontmoette, kenden wij elkander zeer
goed.
Ja, zei Jessie zacht.
(Wordt vervolgd)