OMGEVING
De voorzitter van de R.K. Werkgevers
vereniging over de economische en
sociale vraagstukken
DONDERDAG 16 DECEMBER 1937
DE LEIDSCHE COURANT
TWEEDE BLAD - PAG. 6
Het Federatiebestuur der Algemeene Ka
tholieke Werkgevers Vereeniging en de
besturen der organisaties, aangesloten bij
het R.-K. Verbond van Werkgeversvak-
vereenigingen zijn heden in gecombineer
de vergadering te 's-Gravenhage bijeenge
komen.
De voorzitter van beide vereenigingen, ir.
F. H E. Guljé, heeft in deze vergadering
een openingsrede gehouden, waarin de
groote actueele ecnomische en sociale
vraagstukken van den dag helder werden
belicht. Wij ontleenen aan deze rede hier
gaarne enkele passages.
In de omstandigheden, die onze samen
leving beheerschen, is niet veel veranderd,
aldus spr. Wat wèl veranderd is in het af-
geloopen jaar, dat is de houding van onze
Nederlandsche samenleving tegenover die
omstandigheden, voor zoover die tot uiting
komt in de gezindheid der regeering.
Een regeering op positief
Christelijken grondslag. y
Als de winst van dit jaar mogen wij ver
melden, dat de verkiezingen het mogelijk
gemaakt hebben de „breede basis" te ver
vangen door een meerderheidsregeering op
positief christelijken grondslag. Wij ver
wachten thans met reden een definitief
breken met de overblijfselen der liberale
dogmatiek, die nog in het jongste verle
den op de departementen rondspookten.
Die liberale mentaliteit aanvaardt in be
ginsel de omstandigheden, die ons sociaal-
economisch leven zoo onzeker en zoo onbe
rekenbaar maken, alsmede de treurige ge
volgen, die daaruit voor de economisch-
zwakkeren voortvloeien. De christelijke
maatschappij-opvatting echter beschouwt
diezelfde omstandigheden als een kwaad,
dat bestreden moet worden. Zij put uit
haar zedenleer beginselen, waaraan zij al
les, óók het openbaar leven, óók de pro
ductie en de distributie toetst en zij legt
aan alle menschen den plicht op het eco
nomisch leven in overeenstemming te
brengen met die beginselen, welke zijn:
liefde en rechtvaardigheid.
Het is deze gedachte, die dit jaar over
het liberale „laisser faire" gezegevierd heeft
en van de mannen, die uit hoofde van die
overwinning thans met het beheer van
's lands zaken belast zijn, mogen wij ver
wachten, dat zij niets zullen nalaten om die
Christelijke maatschappij gedachten in de
practijk te verwezenlijken.
Zullen zij er in slagen, nu de instel
ling van ons volk ten aanzien van de so
ciaal-economische omstandigheden een
maal veranderd is, óók die omstandighe
den zelf te veranderen en de onzekerheid,
die veelal plastisch wordt aangeduid als de
golfbeweging der conjunctuur, plaats te
doen maken voor een meer geleidelijke,
-stabiele ontwikkeling?
Dit is, aldus spr., m. i. de allesbeheer-
schende vraag voor ons volk en speciaal
voor degenen, die hun steun aan dit kabi
net gegeven hebben. Daarom wil ik van
daag aan deze vraag eenige beschouwin
gen wijden.
Hoe kan een zichzelf gelijk
blijvende vraag naar goederen
worden geschapen?
Mocht het gelukken in ons land een per
manente en zich zelf-gelijk blijvende vraag
naar goederen te creëeren, dan zou er reeds
veel gewonnen zijn. Er zijn er en laat
stelijk heeft prof. Goudriaan in zijn be
kende praeadvies voor de Vereeniging voor
de Staathuishoudkunde zich onder hen ge
schaard die in dit verband vol verwach
ting opzien naar Vadertpe Staat. Zij rede
neeren, dat, wanneer de orders van parti
culieren uitblijven, de Staat, die immers
onbeperkt crediet geeft, die leemte moet
aanvullen door het uitvoeren van groote
werken.
Twee bezwaren tegen het uit
voeren van groote werken.
Hiertegen zijn m.i. twee bezwaren in te
brengen. In de eerste plaats schrikken wij
terug voor de schuldenlast, die de Staat
zoodoende in enkele jaren op zich zou la
den: een schuld, waarbij aan geen aflossing
meer te denken zou zijn, maar waarvan de
rentelast voor altijd op het arbeidend en
ondernemend deel van ons volk zou blijven
rusten. Wat dit voor het economisch leven
beteekent, ondervinden wij thans reeds in
voldoende mate. En nu mag het al waar
zijn, dat tegenover die schulden de tot
stand gebrachte werken zullen staan en
dat het geld dus niet is weggegooid: het is
aan gerechten twijfel onderhevig of die
werken, die voornamelijk op water
staatsgebied zouden liggen de „earning
power" van het bedrijfsleven zóó zouden
verhoogen, dat het de zwaardere schatting,
die de staatsschuld zou vergen, blijmoedig
zou kunnen dragen. In de tweede plaats
zou men zich ernstig moeten afvragen, wat
er gebeuren zou, wanneer het groote-wer-
ken-program eens na drie of vier jaren aan
zijn eind kwam. Zou een groot deel van
het bedrijfsleven niet ineenzinken als een
auto-band, waaruit men de lucht laat weg-
loopen? Men kan toch aan overheids-or-
ders niet die magische kracht toekennen,
dat zij welvaart blijven verspreiden tot in
lengte van dagen, lang nadat zij zijn uit
gevoerd.
Het „plan van den arbeid".
Ik geloof, dat men in Nederland in 't
algemeen wel inziet, dat het conjunctuur-
IR. F. H. E. GULJé.
en werkloosheidsvraagstuk niet zóó een
voudig is op te lossen. Ik meen dit te mo
gen besluiten uit den geringen opgang, die
het „plan van den arbeid" ondanks de
groote réclame, die daarvoor gemaakt is
bij ons nuchtere volk heeft gemaakt
Een doelmatig middel in de
monetaire politiek.
Ik geloof, aldus spr., dat de regeering
een doelmatig middel, om de vraag voor
goederen te stabiliseeren, heeft gekregen in
de MONETAIRE POLITIEK. Daardoor is
het mogelijk, invloed op de vraag naar
goederen te oefenen op de meest natuur
lijke wijze, die denkbaar is: door middel
van het prijspeil. Nadat wij rechtstreeks
de gunstige werking hebben ondervonden
van het verlaten van den gouden stan
daard, wordt het thans tijd meer algemeene
leering daaruit te trekken.
Door verlaging van de muntwaarde
vindt een verschuiving plaats in de wissel
koersen: onze uitvoer wordt voor buiten
landers goedkooper en onze invoer wordt
voor de eigen bevolking duurder: een dub
bel voordeel voor de eigen industrie. Maar
is daarmee alles gezegd? Een blik op de
statistiek leert ons, dat deze beschermen
de werking niet alleen onze uitvoer, maar
ook onze invoer krachtig is toegenomen.
De groote beteekenis van de muntcor-
rectie ligt m.i., aldus spr., dan ook elders:
in de automatische vermindering van den
druk der vaste lasten, die op het bedrijfs
leven drukten. Waar het geheele prijzen
stelsel de loonen inbegrepen lang
zaam maar zeker omhoog gingen en alleen
de oude schuden hun nominale waarde be
hielden, werd het deel van ondernemer en
arbeider aan de productie grooter, het
deel, dat aan het kapitaal toevalt, kleiner.
Vooral de vergrooting van de onderne
merspremie bevordert de bedrijvigheid en
ik geloof, dat daarin de grootste beteekenis
ligt van de muntcorrectie.
Tegenover deze voordeelen mogen wij
ons echter niet ontveinzen het feit, dat de
preciatie licht tot onrecht kan leiden, in
dien zij zoo ver gaat, dat de crediteuren de
verstrekkers van kapitaal voor een aanzien
lijk deel onteigend worden.
Spr. meent, dat, indien de wisselkoer
sen zóó worden gemanipuleerd, dat het
binnenlandsch prijspeil op een constant ni
veau wordt gehouden, de voornaamste fac
tor voor de onstabiliteit geëlimineerd is.
Het bedrijfsleven heeft groot belang bij
een constant prijsniveau, waarbij de mar
ge tusschen kosten en prijzen niet telkens
door ineenstortingen bedreigd wordt.
Het is van het hoogste belang, aldus
vervolgde spr., dat binnen afzienbaren
tijd regeering en parlement: ten eerste
het eens worden over de richtlijnen
volgens welke de monetaire politiek
gevoerd moet worden en ten tweede
een doelmatig systeem in het leven roe
pen, waardoor het toezicht der volks
vertegenwoordiging ook op dit gebied
geldend gemaakt kan worden.
Dit klemt nog te meer, omdat op het
gebied der handelspolitiek, dat ik wat be
langrijkheid betreft op één lijn plaats met
de monetaire politiek, het parlement
wellicht van zijn standpunt terecht zoo
sterk staat op zijn rechten en prerogatie
ven. Ik verheug mij er op, dat Minister
Steenberghe het overgroote deel van de
Tweede Kamer heeft kunnen winnen voor
de wijziging van de Crisisinvoerwet, wel
ke een belangrijke uitbreiding inhoudt van
het handelspolitieke arsenaal. Ik spreek de
stellige verwachting uit, dat het nader
overleg tusschen Regeering en Volksver
tegenwoordiging tot resultaat zal hebben,
dat ook de Tariefsmachtigingswet zal wor
den aanvaard.
Spr. stapte vervolgens uit het economi
sche in het sociale gebied, om een oogen-
blik na te gaan, wat van de regeering ver
wacht kan worden ter bestrijding van de
gevolgen der conjunctuurschommelingen,
waarbij hij vooral op het oog had de ge
volgen der werkloosheid. Midden Septem
ber bedroeg het aantal bij de arbeidsbeur
zen ingeschreven werkloozen nog ruim
324.000 tegen 390.00 in September van het
vorig jaar.
Het geheele probleem, aldus spr., draait
echter om de vraag, wat er in de bestaan
de omstandigheden en met de beschikbare
middelen te bereiken valt. Er zijn er he
laas velen, die dit probleem niet eens wil
len zien en het gemakkelijker vinden hoo-
ge eischen te stellen en luide af te geven
over hetgeen thans reeds van regeerings-
wege geschiedt.
Drie middelen.
Zooals spr. het ziet, zal de sociale poll-
iek in de toekomst vooral op drie gebie
den actief moeten zijn ter bestrijding van
de werkloosheid.
Ondanks de verbetering is de nood dus
nog zeer groot.
In de eerste plaats door uitbreiding van
de werkverschaffing, zoo mogelijk tot
100.000 man. Vervolgens door georgani
seerde en van overheidswege geleide emi
gratie. En in de derde plaats moet het
overleg tusschen regeering en industrie er
toe leiden, dat in het bedrijfsleven méér
menschen worden te werk gesteld. Dit kan
in de eerste plaats geschieden door het
vermijden van overwerk.
Maar daarnaast zal getracht moeten wor
den, in bedrijven waar zulks mogelijk is,
ook den normalen arbeidstijd te verkorten,
zoodat de beschikbare arbeid over méér
krachten verdeeld kan worden. Doch deze
verkorting kan voorloopig alleen in over
weging genomen worden in die bedrijven,
wier positie door bescherming of om an
dere redenen zoo stevig is, dat zij zich ex
perimenten kunnen veroorlooven en dat
zijn er niet vele. Ook zullen de werkende
arbeiders zich een offer moeten getroosten
door bij den korteren arbeidstijd ook met
minder loon genoegen te nemen.
Maar de hoofdmoeilijkheid ligt m.i., al
dus spr., toch in het gebrek aan interna
tionale samenwerking.
Zal door dezen aanval op drie fronten
het geheele contingent werkloozen worden
geabsorbeerd? vraagt spr.
Is het werkloosheidsprobleem voor ons
land dan onoplosbaar en gaan wij een toe
komst tegemoet, waarin een aanzienlijk
deel der bevolking ondanks de economi-
Rorenbond St. Willibrordus»
De Korenbond St. Willibrordus, geves
tigd te Wassenaar, gaf gisterenavond een
Zangers^vond te Katwijk aan den Rijn.
Deze avond werd ingezet met een plech
tig Lof in de de Parochiekerk, gecelebreerd
door den Zeereerw. heer Pastoor C. Tho-
lenaar te Wassenaar met assistentie van
Pastoor Hesp te Katwijk a. d. Rijn, vice-
pres. van den Korenbond, en Pastoor Meij-
sing van De Goede Herder te Wassenaar.
De Lofgezangen werden verdienstelijk uit
gevoerd door het koor van Katwijk a. d.
Rijn. Na dit Lof had de zangersavond plaats
in he parochiehuis. Pastoor Tholenaar sprak
als voorzitter een hartelijk openingswoord
om hierna het woord te geven aan den
Weleerw. heer E. Paap, Kapelaan te Lei
den, die een lezing zou houden met als
onderwerp „Gregoriaansche Adventgezan-
gen, met muzikale toelichting door alle aan
wezige zangers. Vooraleer echter hiertoe
over te gaan, zouden verschillende koren
een uitvoering geven van meerdere Grego
riaansche Adventsgezangen. Katwijk zette
b.v. in met „Gaudete', Introitus van den
3den Zondag van den Advent, Noord wijk
zong „Rorate", Introitus van den 4den Zon
dag, Wassenaar St. Willibrordus, Wassenaar
G. Herder en Oegstgeest zongen „Rorate",
evenzoo Wassenaar St. Joseph. Voorschoten
was afwezig. De beoordeeling van het ge
zang zal door Kap. Paap schriftelijk plaats
hebben.
Nadat de koffie geserveerd was, volgde
dan de genoemde lezing met demonstra
tie, te geven door Kap. Paap, met "de aan
wezige zangers. Van iedere Advents-Zon-
dag werd een Greg, gezang, Introitus, Of
fertorium, Graduale, of Communio geno
men. Na de lezing was er gelegenheid om
•vragen te stellen, waarvan door verschil
lende aanwezigen werd gebruik gemaakt.
Na een kort woord door den voorzitter,
kreeg, zooals gebruikelijk is op deze avon
den, de vice-president gelegenheid om het
slotwoord te spreken. Pastoor Hesp deed
dat op de hem eigen geestige wijze. Hier
na sluiting van dezen leerzamen avond.
VEURLEID SCHEND AM.
Kruisvaart-film. Gisterenavond werd
in het Patronaatsgebouw door de Kruis
vaart en propaganda- en oudersavond ge
organiseerd, welke in alle opzichten ge
slaagd mag heeten en daarom was het zoo
jammer, dat niet meer ouders en genoodig-
den van hun belangstelling en medeleven
blijk gaven, daar dit toch zoo mooie werk
aller steun verdient.
Onder de aanwezigen merkten wij o.m.
op den Zeereerw. heer Pastoor, burgemees
ter Keijzer, de wethouders van Veur en
talrijke ouders, welke door den directeur
der K.J.C., Kapelaan Wentholt, hartelijk
werden welkom geheeten. In zijn openings
woord schildert Zijneerw. het werk van
de Kruisvaart, wat zeer zeker toch aller
aandacht verdient. Het doel van dezen
avond is allen te doen zien het werk van
de Kruisvaart en daardoor meer belang
stelling en medeleven te wekken voor dit
zoo mooie werk en Zijneerw. hoopt dan
ook, dat deze avond het zijne er toe zal bij
dragen de Kruisvaart tot nog grooter bloei
te brengen en hierdoor vooral ook de me
dewerking der ouders te verkrijgen, opdat
door aller samenwerking de Kruisvaart
moge komen tot het groote ideaal.
Na enkele mooie en komische films, werd
sche en sociale bemoeiingen der regeering
blyvend zonder werk is? Zoo somber be
hoeft men de zaak niet in te zien. Wel
meen ik, dat de regeering alleen de op
lossing niet kan brengen. Uiteindelijk zal
de oplossing moeten komen van...0 de in
genieurs!
De ingenieurs zullen de oplos
sing moeten brengen!
Wannéér in Europa na 1800 de bevol
king zich normaal zou hebben vermenig
vuldigd, doch de wetenschap en de tech
niek zich niet ontwikkeld hadden, zou het
leven in ons werelddeel thans een onmo
gelijkheid zijn. Zien we alleen maar eens
naar het verkeer: trekschuiten en diligen
ces zouden zoo volkomen tekort schieten,
dat het vervoer daarin fabelachtig duur
zou zijn. De zeilschepen zouden geen kans
zien om het benoodigde graan naar Euro
pa te voeren, om van andere voedingsmid
delen maar niet te spreken. Het leven zou
zoo duur zijn, dat de meeste menschen in
het geheel geen geld voor luxe zouden over
houden. Alleen de grondbezitters zouden
goede tijden doormaken. De goederen de
zer aarde zouden vermoedelijk nog on
rechtvaardiger verdeeld zijn dan thans.
Nu wil ik niet zeggen, dat het leven in
het Europa van onze dagen een idylle ge
lijk is, maar wel geloof ik, dat het zelfs
voor den laatsten werklooze nog meer
comfort biedt dan voor menigen arbeider
in de vorige eeuw en dat de arbeiders het
voor het meerendeel thans beter hebben
dan de burgers van vroeger. Toch hadden
degenen, die zich in het jaar 1800 van de
te verwachten bevolkingstoename reken
schap gaven alle reden om de toekomst
duister in te zien. Alleen de wetenschap
en de techniek hebben het leven in Europa
nog mogelijk gemaakt.
Ik geloof, aldus spr., dat door deze bel
den de Goddelijke Voorzienigheid óók in
de toekomst ons voor onmogelijke ver
houdingen zal behoeden.
Met een korte beschouwing over de
noodzakelijkheid van „ordening" en de be
langrijke taak van het vereen igingsleven
in dezen tijd besloot spr. zijn rede.
VEREENIGING VAN STOMPWIJK
EN VEUR.
Het wetsontwerp tot vereeniging van
de gemeenten Stompwijk en Veur zal
morgenmiddag te 1 uur door de Tweede
Kamer worden behandeld.
de Kruisvaartfilm vertoond, die aller be
langstelling had en een goeden kijk gaf op
het mooie werk van de Kruisvaart.
Door enkele leden werden eenige liede
ren gezongen en voordrachten ten beste ge
geven, welke ons deden zien, dat ook de
Kruisvaart van Leidschendam niet stil zit
en wel iets presteert.
Op het einde dankt Kapelaan Wentholt
allen voor de belangstelling en de mede
werking en vroeg nogmaals aller aandacht
voor de Kruisvaart, daarbij de hoop uit
sprekend steeds op aller steun te mogen re
kenen tot grooter groei en bloei van de af-
deeling.
K.J.M.V. (Ata L.T.). Vrijdag 17 De
cember a.s. zal de afdeeling L. T. wederom
een ontwikkelingsavond houden, waarop de
Weleerw. Pater G. van Bohemen zal spre
ken over „Standsplichten". Alle jonge boe
ren en tuinders en L.T.B.'ers worden de
zen avond verwacht.
STOMPWIJK.
K. J. M. V. Maandag vergaderde de
K. J. M. V. „St. Laurentius" in de zaal van
den heer v. Geijlswijk. De voorzitter ver
welkomde de aanwezigen, w.o. prof. dr. v.
Rooyen en Moderator Klaver. Na een kor
te inleidinge gaf hij het woord aan prof. v.
Rooyen voor de lezing „Gezinstichters".
Het verheugde spr. dit onderwerp te
mogen behandelen hier.
Gij moet weten, aldus spr., wat gij met
het aangaan van het huwelijk gaat begin
nen. Het is een stap niet alleen voor het
tijdelijk maar ook voor het geestelijk le
ven. In dezen tijd met zijn moderne mid
delen is er geen plaats voor het bovenna
tuurlijke. Het huwelijk, gaat spr. voort,
is een vrijwillige daad van man en
vrouw, waarbij zij een blijvende verbinte
nis aangaan. Het huwelijk moet be
schouwd worden als iets heiligs. De jonge
man die gaat trouwen moet eerbied heb
ben voor het meisje. Hij moet een groot
verantwoordelijkheidsgevoel hebben. Van
al zijn doen en laten is hij God verant
woording schuldig. Ook is hij verantwoor
delijk voor zijn kinderen. Wanneer iemand
va nzijn kinderen iets maken wil, moet
hij eerst zorgen zelf iets te zyn. In het
huwelijk moet men veel zelfverloochening
bezitten. Men moet deugdzaam zijn en ar
beidzaam. De deugd niet als iets kwezel
achtigs maar als iets zuivers beschouwen.
Wanneer een gezinstichter geen arbeid
zaamheid bezit zal hij zijn gezin plaatsen
voor een catastrophe. De kinderen moeten
aan hun vader een voorbeeld kunnen ne
men. Spreker vindt het jammer, dat de
wereld die zooveel vreugde tracht te bren
gen de ware vreugde niet brengt. Want de
echte vreugde moet ernst als grondslag
hebben.
Spr eindigde zijn leerrijke en boeiende
rede waaruit wij slechts enkele gedach
ten aanstippen met den wensch, dat
zyn woorden, zaad mogen zijn waaruit een
rijke oogst voortspruit.
Na een daverend applaus sloot de voor
zitter met den K. J. M. V.-groet.
NOORDWIJK.
DE HANZE.
Een protest tegen de openstelling van
zaken op Eersten Kerstdag.
Woensdagavond hield de Hanze een goed
bezochte ledenvergadering in Hotel „Royal"
onder voorzitterschap van den heer V. Ph,
Braun. Na een kort openingswoord, waarbij
ae voorzitter in hét bijzonder welkom
heette den spreker op dezen avond, den
heer W. A. Deutekom, leeraar aan de B.N.S.
te Voorhout, moest hij tot zijn spijt mede-
deelen, dat het besluit van de vorige ver
gadering, om voor leden en huisgenooten
zes ontwikkelingsavonden te houden onder
leiding van den heer v. Doorn, geen door
gang kon vinden, daar de heer v. Doorn
voor het geheele winterseizoen bezet is. Er
is echter wel gelegenheid deze zes avonden
tij te wonen in Leiden tegen vergoeding
van 1.voor de zes avonden. De eerste
avond zal plaats hebben 28 Dec. a.s. en
vervolgens iederen Dinsdag. Tevens werd
medegedeeld, dat dit jaar weer een z.g.n.
Hanzedag zal worden georganiseerd, waar
voor reeds enkele sprekers zijn uitgenoo-
digd o.a. Vlootaalmoezenier Ronke, terwijl
des avonds een feestelijke bijeenkomst zal
plaats hebben. De Federatie zal spoedig
met meer uitgewerkte plannen komen, ook
waar deze Hanzedag zal worden gehouden.
De voorzitter spreekt nu reeds den wensch
uit, dat vele leden dezen Hanzedag zullen
bij wonen.
Hierna verkreeg de heer Deutekom het
woord over het onderwerp „Belasting en
Boekhoud probleem". Spr. leidde zijn onder
werp in met de mededeeling, dat hij op
dezen avond geen lezing, doch slechts een
gemoedelijk praatje kwam houden over
boekhouding in Middenstandszaken als een
onontbeerlijke factor om een zaak in stand
te houden. Spr. bedoelde hiermede niet het
bijhouden van het z.g.n. „klantenboekje",
maar een goed geordende boekhouding,
waaruit men zal kunnen vaststellen den
kostprijs van de artikelen, welke men om
zet, om hierdoor ook vast te kunnen stellen
de winst-marge. Heel begrijpelijk illustreer
de spr. het kostprij zenprobleem. Hierna
ontspon zich nog een aangename discussie
over het door den heer Deutekom behan
delde.
Door den voorzitter werd dank gebracht
aan spr., waarna hij met klem wees op de
verbodsbepaling, dat Hanzeleden geen lid
van neutrale organisaties mogen zijn, ter
wijl ook in 1938 het wederzijdsch verplicht
lidmaatschap zal worden doorgevoerd.
In de rondvraag kwam nog de vraag ter
sprake of het bestuur kon bevestigen, dat
het plaatselijk comité voor aanvulling van
Baby-uitzetjes haar inkoopen doet bij fa
brikanten en zoodoende de plaatselijke Mid
denstand uitschakelt. Dit is het bestuur niet
bekend, doch het zal deze kwestie nog na
der bezien.
Vervolgens kwam ter sprake de regeling
voor het winkelbedrijf in de periode van
18 t/m 31 Dec., waarbij o.m. bepaald wordt,
dat op Eersten Kerstdag alle winkels open
mogen zijn tot 10 uur n.m.
Eenparig was men van gevoelens dat
deze bepaling tegen aller gevoel indruischte
en dat men intensief moet werken opdat in
Noordwijk op eersten Kerstdag geen zaak
zal opengesteld zijn. Tevens werd besloten
de volgende motie naar Den Haag te zen
den:
De Katholieke Middenstanders te
Noordwijk in vergadering bijeen,
wenschen met kracht te protesteeren
tegen de openstelling van alle winkels
op Eersten Kerstdag. Verzoeken dit
tevens in de Pers te publiceeren en
gaan over tot de orde van den dag. 1),
De voorzitter hoopte, dat de pers in bree
den kring hieraan bekendheid zal geven en
dat het uitgesproken protest in den lande
bijval zal ondervinden.
Nog werd gevraagd of het bestuur tijdig
stappen wil doen om bij B. en W. van
Noordwijk erop aan te dringen, dat alle
winkels ter plaatse in het badseizoen te
9 uur 's avonds zullen moeten sluiten. Daar
meerderen met deze gedachte sympathiseer
den, zal het bestuur deze kwestie op de
agenda der eerstvolgende vergadering
plaatsen. Nadat de voorzitter nog enkele
huishoudelijke mededeelingen had gedaan,
sloot hij onder dank de vergadering mét
den Chr. groet.
1) De bedoelde bepaling is niet nieuw.
Nooit behalve als 1ste Kerstdag op Zon
dag valt is het op lsten Kerstdag verbo
den, de winkels open te houden. Art. 2 der
Winkelsluitingswet (1930) zegt, dat het
verboden is, een winkel voor het publiek
open te houden: a. gedurende den Zondag,
b. tusschen 8 uur des namiddags en 5 uur
des voormiddags.
Aan de 1ste Kerstdag is hoogswaarschijn-
lijk niet gedacht. Maar pratisch zijn, mee-
nen we, lsten Kerstdag de winkels gesloten
als op Zondag.
Red. L.Crt.
Bouwen. B. en W. hebben aan den
heer G. H. Krau, aannemer, alhier, ver
gunning vergleend voor het bouwen van
vier woningen aan de Quarles van Uf-
fordstraat te Noordwijk aan Zee; idem aan
de N.V. Hotelmaatschappij „Rembrandtho-
tel" voor den bouw van dat hotel aan den
Beethovenweg te Noordwijk aan Zee; id.
aan den heer J. H. van der Werf, alhier
voor den verbouw van het woonhuis Voor
straat 66 te Noordwijk-Binnen tot winkel
huis.
RIJNSBURG.
Bloembollencultuur. De afd. Rijnsburg
van „Bloembollencultuur" heeft met alg.
st. besloten, dat de afdeeling zich zal ver
zetten tegen alle reorganisatie-voorstellen.