DINSDAG 14 DECEMBER 1937 DE LEIDSCHE COURANT VIERDE BLAD - PAG. 12 meer en meer dienst gaat doen als sluit post van de begrooting. Eventueele winsten moeten veeleer worden aangewend tot ver betering van en afschrijving op hefc bedrijf. Bij hooge tarieven wordt feitelijk een in directe belasting geheven, welke onbillijk verdeeld is. De heer v. Wel zen (Comm.) bekijkt deze kwestie van politiek standpunt. De gemeente gebruikt de winst als een van de sluitposten van de begrooting en plaatst zich daarmee in tegenstelling met de po litiek van hun naaste politieke vrienden in de landsregeering. Spr. sluit zich aan bij het betoog van de heeren de Reede en Tooé. Spr. dient een motie in, waarin B. en W. ge vraagd wordt, een regeling te ontwerpen, welke meer rekening houdt met de ver schillen in de financieele draagkracht der bevolking en waarbij inkomens beneden 1200 's jaars worden vrijgesteld van elke verhooging van de lichttarieven. De heer Hess in g (S.D.A.P.) erkent, dat de winsten uit de bedrijven een onder deel vormen van de inkomsten der ge meente. Men kan erover twisten of dat een juiste politiek is, maar het feit is nu een maal zoo gegroeid. De vraag is nu maar: kan de gemeente thans een deel van de ge raamde winst missen? Wordt de winst ge reduceerd. hoe moet de gemeente dan aan die inkomsten komen. De heer de Reede heeft daar niet over willen spreken. Maar drukt belastingverhooging met minstens even zoo zwaar op de minst draagkrachti- gen? Dat de winst de laatste jaren zoo op liep. is mede te wijten aan het achterwege laten van sommige reserveeringen. Alle ar gumenten van den heer de Reede hebben dit feit niet omver geworpen, dat er ruim een ton noodig is om de stijging van de kolenprijzen te dekken. Met den heer v. Weizen is spr. het eens, wanneer er een regeling kon worden getroffen, waarbij de minst draagkrachtigen werden gespaard. Spr. zou dan ook gaarne zien, dat ook het woonhuistarief werd verhoogd. Of dat ech ter technisch mogelijk is, kan spr. niet na gaan en daarom acht ook spr. een nadere overweging wel gewenscht. In ieder geval wenscht spr. het alternatief, belastingver hooging, te vermijden. De heer Goslinga (A.R.) heeft zich indertijd (in 1935) verzet tegen tariefsver laging en het resultaat van deze verlaging is geweest, dat de rekening van 1936 inder daad voor het eerst sloot met een tekort. De heer v. d. Tas heeft de tariefsverhooging een indirecte belasting genoemd, maar daar valt nog op te bezuinigen. Op belastingver hooging valt echter heelemaal niet te be zuinigen. Spr. zal vóór het voorstel stem men. De motie-v. Weizen echter heeft spr.'s Instemming niet. De heer Coster (R.K.) zal eveneens voorstemmen, omdat hij den wethouder van financiën de noodige gelden niet onthouden wil. De heer Eikerbout (A.R.) vindt het jammer, dat de heer v. Eek niet aan het woord is gekomen. De heer v. Eek heeft al tijd aangedrongen op verlaging en nu zou het hem moeilijk gevallen zijn om de voor gestelde verhooging te verdedigen. Hij heeft dit overgelaten aan den heer Hessing. In het gedrang komt thans die groep, voor wie het geen voordeel oplevert om vast recht te nemen. Dat zijn gewoonlijk de menschen, die het niet kunnen missen en daarom be treurt spr. dit voorstel. Hij geeft de voor keur aan een opcentenverhooging van 25 op de personeele belasting, waardoor de druk over de geheele bevolking wordt ver deeld. De heer v. Eek (S.D.A.P.) heeft bekende klanken gehoord. Hij is het principieel eens met degenen, die spreken van indirecte be lasting. Daarom betreurt spr. het, dat dit voorstel niet behandeld wordt in het groote verband van de gemeente-begrooting. Dit voorstel moeten wij bezien als een poging om de begrooting sluitend te maken. Wijzen wij dit voorstel af, dan staan wij straks voor de dekking van een tekort. Belasting verhooging treft zwaarder dan deze tariefs verhooging. Wel is spr. voorstander van het rekening houden met de draagkracht der minder gesitueerden. Spr. heeft zich altijd op het standpunt gesteld, dat de Lichtfa brieken een sociale tariefspolitiek moeten volgen. De motie-v. V/elzen is spr. daarom sympathiek, maar hij betwijfelt of zij prac- tisch uitvoerbaar is. De beslissing heeft geen haast en daarom dringt spr. aan op een onderzoek naar de mogelijkheid. Uit tactisch oogpunt vindt spr. het gewenscht, dat een beslissing in deze genomen wordt met een zoo groot mogelijk aantal stem men. De heer Key (V.D.) verklaart zich tegen het voorstel, omdat hij het beschouwt als een indirecte belasting. De heer Bergers (R.K.) vraagt bij een eventueel praeadvies over de motie- V--Weizen tevens praeadvies over het adres van den R.K. Bond voor Groote Gezinnen. Een amusante discussie. De v o o r z. verdedigt het voorstel van B. en W. Het debat heeft spr. sterk geamu seerd. Hij heeft oude bekende geluiden ge hoord, maar thans komende van zijden, van waar vroeger andere geluiden gehoord wer den. Op het betoog van den heer de Reede zal spr. niet diep ingaan, omdat het heel wat tijd zou kosten om dit betoog te weer leggen. Het is juist, dat wij deze kwestie moeten bezien in verband met de begroo ting. Er moet een tekort gedekt worden en de vraag is, hoe dat op de beste wijze ge dekt kan worden. De positie der lichtfabrie ken wordt aangetast door de verhooging der kolenprijzen. Het is van gewicht, dat men de Lichtfabrieken zoo spoedig moge lijk in staat stelt om de achtergelaten re serveering weer aan te vullen. Daar de ko lenprijzen tegenvallen komen we voor een tekort van ongeveer een ton te staan. De grief tegen de compenseerende tariefsver hooging. is dat de minst draagkrachtigen het gelag betalen. Dat is tot op zekere hoogte juist, maar spr. ontkent, dat dit zóó erg zou zijn, als wordt voorgesteld. Men moet niet vergeten, dat de kleine verbruikers lang niet de kostprijs betalen en voor de kleineren bdraagt de verhooging slechts een paar centen per week. De grootere klein verbruikers kunnen nu gemakkelijker over gaan tot woonhuistarief. Aangaande de motie-v. Weizen zegt spr., dat deze zaak al meermalen in den raad is geweest. Het is technisch onmogelijk om bij de vaststelling der tarieven rekening te houden met de draagkracht der verbrui kers. Aanneming der motie acht spr. on juist, doch spr. is wel bereid om de kwes tie nog eens voor te leggen aan de directie der Lichtfabrieken. De raad kan dan deze zaak met betere voorlichting bespreken. Verschillende sprekers hebben het betreurd, dat deze zaak niet bij de begrooting aan de orde is gesteld. Doch spr. meent, dat er nu beter over gesproken kan worden, om dat het bij de begrooting in Januari te laat zou zijn geweest. De heer de Reede (C.H.) constateert, dat de voorz. hem handig bestreden heeft, n.l. door er niet op in te gaan. Tegen één zinswending moet spr. echter protesteeren; zijn gegevens behoeven n.l. niet recht gezet te worden, omdat het cijfers zyn uit de offi- cieele verslagen. De voorz.: De cijfers zijn wel juist, maar niet uw conclusie. De heer de Reede (C.H.) merkt ver der op. dat deze kwestie aan de orde is gesteld buiten de begrooting om en daarom behoefde spr. niet aan te geven, welke dek king hij wilde voor het begrootingstekort. Spr. is het met de wijze van samenstelling der begrooting niet eens. Belastingsverhoo- ging zou niet zóó op de minst draagkrach tigen drukken, omdat deze geen belasting betalen. Altijd hebben de socialisten gezegd: haal het geld waar het te halen is. En thans draaien zij hun rokje geheel om. De heer v. Eek heeft zijn soc.-dem. verleden volko men verloochend. De heer Goslinga heeft gewezen op het tekort van 1936, doch spr. wijst erop, dat dit tekort niet te wijten is geweest aan de Lichtfabrieken, wier winst gestegen was. Dat spr. thans de Lichtfabrie ken niet meer verdedigt, is een gevolg van het feit, dat de voorgestelde maatregelen niet uitgaan van de directie maar van B. en W. Zij zijn een verkapte belastingver hooging. Dat de sociaal-democraten daar mee instemmen, is spr. een raadsel. Spr. wijst tenslotte op de politiek der Posterijen; deze verlagen voortdurend hun tarieven en het gevolg is, dat de Posterijen uitgegroeid zijn tot een bloeiend bedrijf. Wij kunnen een bedrijf niet voeren op den kostprijs, maar de winstcapaciteit moet niet zóó hoog opgevoerd worden, dat een winst van 1 millioen wordt overschreden. Zelfs bij krap pe afschrijvingen blijft er nog genoeg winst over om tot tariefsverlaging over te gaan. De heer Goslinga (A.R.) blijft erbij, dat de tariefsverlaging in 1935 de positie van de gemeente heeft verzwakt. Tegen het in praeadvies nemen van de motie-v. Wei zen heeft spr. geen overwegend bezwaar, doch hij acht het wel van belang, dat in deze vergadering een beslissing wordt ge nomen. De heer v. d. Tas (A.R.) verduidelijkt zijn bedoelingen nader. De heer v. Wel zen (Comm.) kan niet inzien, dat zijn motie technisch onmoge lijk zou zijn. Met in praeadvies-nemen Jcan spr. accoord gaan. De heer Hessing (S.D.A.P.) ontkent, dat er een tegenstelling is tusschen de vroegere opvattingen van den heer v. Eek en spr.'s betoog. De heer v. E c k (S.D.A.P.) stelt voor, een beslissing over deze kwestie aan te hou den. De kwestie moet in het kader van de begrooting bezien worden en B. en W. heb ben dan de gelegenheid om zich te beraden, of zij tegemoet kunnen komen aan de wen- schen van den raad, of als dat niet mogelijk is, of belastingverhooging niet meer ge wenscht is. De voorz. ontraadt dit voorstel. De tijd is te kort om nog vóór Januari een nieu we regeling te ontwerpen. En uitstel tot tijd en wijle acht spr. ongewenscht. De heer v. Ec k (S.D.A.P.) handhaaft zijn voorstel. Een maand vroeger of later acht spr. voor dit geval van geen beteekenis. Wethouder Verweij (S.D.A.P.) heeft bezwaar tegen aanhouding. Het houdt ver band met het financieele beleid. De vraag of het sociale element in de tarieven der Lichtfabrieken moet worden gelegd, is on afhankelijk van de hoogte der tarieven. Deze kwestie kan men apart bezien, maar het is voor de financiën der gemeente in ieder geval noodzakelijk, dat deze thans voorgestelde maatregel tijdig doorgang vindt. Het voorstel-v. Eek wordt verworpen met 2210 stemmen. Voor: de S.D A.P. (behalve de heeren Dubbeldeman, Hessing en de beide wethou ders) en de heer Tobé. De motie-v. Weizen wordt in handen van B. en W. gesteld om praeadvies. Art. 1 van het voorstel van B. en W. (ta riefsverhooging) wordt vervolgens aange nomen met 20 tegen 12 stemmen. Tegen: de heeren v. Rosmalen, Tobé. v. d. Kwaak, Wilmer, Wilbrink, v. d. Tas, Bae- kenkamp, de Reede, Lombert, Key, Ber gers en Eikerbout. De geheele verordening werd daarna z. h. st. aanvaard. Wegens het vergevorderde uur werd nu besloten de vergadering te schorsen tot a.s. Maandag 20 December, nadat de heer W i 1- mer (R.K.) B. en W. nog in overweging had gegeven vóór de behandeling van agendapunt 42 (schoen-reparatie van werk- loozen aan werklooze schoenmakers) eerst nader advies bij Maatsch. Hulpbetoon in te winnen. GEMEENTERAAD VAN ALPHEN AAN DEN RIJN (Vervolg). Aan de orde is daarna de begrooting van het Electriciteitsbedrijf. De heer Bergshoeff verwijst naar het antwoord van B. en W. in het rapport van het afdeelingsonderzoek, waaruit blijkt, dat het college niet tevreden is over de starre houding van de Lichtfabrieken te Leiden. In dit verband merkt spr. op, dat Ged. Sta ten der provincie het plan hebben in te grijpen. De heer Den Ouden dringt er op aan, dat men de Lichtfabrieken te Leiden nog eens op haar onbillijke houding zal wij zen. De voorzitter merkt op, dat de toe stand op het oogenblik zóó is, dat elke groot-verbruiker een verlies voor de ge meente oplevert. Spr. vreest, dat dit opzet is van Leiden om het daarheen te leiden, dat Alphen de stroomvoorziening aan de groot industrie aan de Lichtfabrieken zal overlaten. Een onlangs aangeboden wijzi ging van het contract bood de gemeente geen enkel voordeel. Binnenkort zullen op nieuw besprekingen worden gevoerd, moch ten deze evenmin resultaat opleveren, dan zullen B. en W. zich tot Ged. Staten wen den. De zaak heeft ook de volle aandacht van de commissie voor de bedrijven. De begrooting van het Electriciteits bedrijf wordt daarna z.hjS. goedgekeurd evenals die van het Waterleidingbedrijf Arbeiderswoningbouw. Bij de behandeling der begrooting voor het Grondbedrijf vraagt de heer Groenen dijk of aan de Lage Zijde nog wel grond beschikbaar is voor arbeiderswoningbouw Wethouder Spreij antwoordt, dat juist Zaterdag door B. en W. het bestek is vast gesteld van een stratencomplex, dat in de duizenden loopt. Daar zal ruimte te over zyn voor den bouw van arbeiderswoningen. Het Grondbedrijf stelt zich overigens op het standpunt, dat den grondprijs niet be neden de 5 moet worden verlaagd, daar dit niet den minsten invloed heeft op den bouwprijs der woningen en slechts nadeel voor het Grondbedrijf oplevert De heer Den Ouden acht den grondprijs in het Visserpark te laag en dringt op her ziening aan. Wat den arbeiderswoningbouw betreft, ziet spr. het zoo, dat de industrie hier lang zamerhand zal verdwijnen en daarmee tevens de arbeiders. Spr. ziet dan ook geen enkele reden om den arbeiderswoning bouw van gemeentewege te bevorderen. Wethouder Spreij zegt, dat we hier niet in Wassenaar of Bloemendaal wonen. Men kan daarom voor de goede wijken den grondprijs niet te hoog stellen. De heer Groenendijk meent, naar aan leiding van het betoog van den heer Den Ouden, te moeten opmerken, dat de be volking toch nog steeds toeneemt. Daling van het bevolkingscijfer? De voorzitter zegt in verband hiermede, dat, wanneer de toestand op het laatste moment niet verandert, spr. voor het eerst in zijn Nieuwjaarsrede melding zal moe ten maken, van een daling van het bevol kingscijfer. Wethouder Spreij is het met den heer Groenendijk eens, dat thans spoedig aan arbeiderswoningen behoefte zal bestaan. Het stratencomplex is thans echter in be stek gesteld, de benoodigde grond is er dus en nu is het wachten nog slechts op de bouwondernemers. De begrooting van het Grondbedrijf wordt z.h.s. goedgekeurd. Belasting-verlaging is niet mogelijk. In de middag-vergadering kwam in be handeling de gemeentebegrooting. De heer Van Kleef besprak de wensch, door een lid geuit, de opcenten op de per soneele belasting met 10 a 15 pet. te ver lagen. Dit zou wel mogelijk zijn, voor één jaar, doch dan zou de belasting v/eer ver hoogd moeten worden —en dan was Hol land in last. Spr. wees er op, dat Alphen in dé rij van Nederlandsche gemeenten, geen ongunstig figuur slaat. De heer Ruting het lid, dat de wensch tot belasting-verlaging had te ken nen gegeven zette uiteen, waarom hij die wensch had geuit. Gehoord de bespre kingen van dezer morgen de surprise van het Burg. Armbestuur van 5500 wil spr. niet verder er op aandringen. De voorzitter zeide, dat belasting-verla ging indertijd in het verschiet is gesteld, doch bij het opmaken van de begrooting zijn B en W. tot de overtuiging gekomen, dat belastingverlaging niet mogelijk is. Uitbreidingsplan bijna gereed. Begonnen werd met de artikels ge wij ze behandeling. Bij de post Uitbreidingsplan deelde de voorzitter mede, dat in een der eerste ver gaderingen van het nieuwe jaar, het uit breidingsplan ter goedkeuring zal worden aangeboden. Bij de post politie werd het geheele po litiebeleid ter sprake gebracht. De heer Van Kleef merkte op, dat dezer dagen een ernstig ongeluk is geschied door baldadigheid (sneeuwballen). Spr. vroeg meer toezicht op de baldadigheid. De heer Ruyssenaars kon zich met voor- gaanden spreker vereenigen. De jeugd gaat op ergelijke wijze te keer, met name in de buurt van de Martha-stichting. In de nach telijke surveillance zag spr. gaarne eenige verbetering o.a. de openstelling van het politiebureau den geheelen nacht. De heer Geerlof wees op de gevaarlijke hoek BruggestraatJulianastraat. De heer Lam wees op onverantwoorde lijk hard rijden door autobussen in de Hoofdstraat, met een vaart van 60 K.M. De voorzitter ontkende niet, dat de jeugd baldadigheid pleegt; wel ontkende spr. dat het in Alphen erger is dan elders. Het jongenshuis in de Martha-stichting geeft inderdaad reden tot voortdurende zorg Het ongeval, door sommige heeren aange voerd als voorbeeld van baldadigheid, heeft niets met baldadigheid te maken. Het ver ongelukte meisje is afgestapt van haar fiets omdat haar lantaarn niet brandde. Aangaande de nacht-dienst van de poli tie zeide spr. dat de toestand in het nieu we raadhuis belangrijk zal verbeteren, omdat de functie van bureau-agent zal worden gecreëerd, terwijl er telefonische overschakeling komt naar de conciërge woning. Bovendien heeft de inspecteur thuis telefoon. Aan het kruispunt Bruggestraat is niet veel te veranderen. Ook aan de Hooge Zij de zal een electrisch stopsein worden aan gebracht. Het blijft een n oeilijk punt, ook wanneer in de toekomst de Bruggestraat zal worden verbreed. Wat' de groote snelheid van autobussen betreft, spr. persoonlijk is voor afschaf fing van de maximum-snelheid. In zulk een lange gemeente als deze is het moeilyk het verkeer aan banden te ïeggen. Ook spr. is van meening, dat het voorkomt, dat er veel te hard gereden wordt. De heer Koren wilde betere versprei ding van de politie over de geheele ge meente. De voorzitter zeide, dat hy zooveel mo gelijk dit tracht te bereiken. Een nieuwe agent zal zeker niet in de kom der gemeen te worden gehuisvest. Is het brandweer-materiaal voldoende? Bij de post brandweer informeerde de heer Van Kleef naar het materiaal. Is dit voldoende? De voorzitter zeide, dat als de brand weer onvoldoende was geoutilleerd, B. en W. niet zouden aarzelen voor te stellen het materiaal uit te breiden. Het materiaal worot echter ouder; het wordt tijd, dat een van de spuiten vernieuwd wordt en dan wordt tevens een grootere spuit aange schaft. Met de koop kan echter nog even worden gewacht. De heer Ruting bepleitte aanschaffing van een ..magirus-ladder". De heer Van Kleef wees er op, dat in de omliggende gemeenten spuiten zyn grooter en moderner dan van Alphen terwyl Al phen centrum-gemeente is. De voorzitter herhaalde, dat bij nieuwe aankoop het aller-modernste materiaal zal worden gekozen. Wat de magirus-ladder betreft wees spr. als een groot bezwaar aan, dat er geen geoefende mannen zijn om deze ladder te bedienen. Spr. zou het niet aandurven de vrijwillige brandweer op zulk een ladder te laten werken. Bij kerkbrand e.d. zou Leiden te hulp moeten worden geroepen. Bij de post straatverlichting wees de heer Van Kleef op verschillende slecht- verlichte straten. De prijzen voor gas en electriciteit voor straatverlichting zijn te hoog. Waarom kan de gemeente niet profi- teeren van het vastrecht-tarief? De onderhoudskosten werd het onder houd aanbesteed zouden volgens spr. ook aanzienlijk verlaagd kunnen worden. De heer Lam vond de hoevelheid licht over 't algemeen voldoende, doch de plaat sing der lantaarns is verkeerd en niet vak kundig. De heer. Verdonk meende ook, dat het onderhoud der lantaarns goedkooper kon. Weth. Sprey antwoordde, dat er ge zorgd zal worden, dat het onderhoud der lantaarns ondergebracht wordt bij het gas- en electriciteitsbedrijf. Spr. deed verschil lende toezeggingen voor een juiste plaat sing van lantaarns. De verlichting over het algemeen acht spr. niet onvoldoende. Spr. deelde mede, dat vrijwel overeen stemming is bereikt ovei de verbreeding van de Rijksweg naar Gouwsluis; dan zal ook de verlichting in de Prins Hendrik straat wel beter worden. Arbeiders goedkooper dan klokken De heer Den Ouden wees op de groote duurte van de reguleerings-klokken voor de nachtbranders. Het zou beter en goed kooper zijn twee of drie lantaarn-opste kers aan te stellen. De voorzitter beaamde dit; deze aange legenheid is in onderzoek. Bij de post luchtbescherming deelde de voorzitter, op een informatie van den heer Groenendijk mede, dat voor de organisa tie daarvan ongeveer 140 mannen noodig zijn. Op de eerste plaats zullen daarvoor worden aangewezen tie Burgerwacht en de E H B. O., welker medewerking bereids is verkregen. De post subsidie Centraal Genootschap voor Kinder-herstellingsoorden lokte eeni ge bespreking uit. Er is ook een Christe lijke vereeniging, welke om principieele redenen geen overheids-subsidie vraagt, en uitsluitend steunt op het particulier initia tief. De voorzitter achtte subsidie aan het Centraal Genootschap gerechtvaardigd, als aanvulling op de particuliere bijdragen. Spr. wees er op, dat het niet-vragen van subsidie door de Chr. vereeniging slechts tot gevolg heeft, dat de helft minder kin deren kunnen worden uitgezonden. (Naar verluidt heeft ook de Chr. ver eeniging thans een verzoek om subsidie in gediend, dat B. en W. echter nog niet had den ontvangen). Bij de post onderhoud wegen en voetpa den besprak de heer Van 't Riet de toe stand van de Ziendeweg* in afwachting van een beslissing door de provincie dient de weg toch eenigszins onderhouden te wor den. Een veel besproken stukje straat. De heer Bergshoeff vraagt nogmaals ver betering van den Raadhuisstraat bij Gebr. van Dyk. Waarom hebben B. en W. be zwaar tegen demping van de sloot aan de ^olderzijde. Ook de heer Lam stelde deze vraag. De voorzitter zeide, dat, als de nieuwe provinciale weg achterom in gereedheid komt, het stukje Raadhuisstraat als ver keersweg van geen beteekenis meer is. Spr. gaf nogmaals een overzicht van de be sprekingen met de firma Van Dijk. Bij slootdemping moet er een rioleering ko men en een afrastering; om daar eenige duizenden guldens aan ten koste te leggen, achten B. en W niet verantwoord. Mis schien, dat B. en W. er toe over gaan het stukje weg te asphalteeren op de bestaan de breedte. Weth. Herngreen antwoordde met be trekking tot den Ziendeweg, dat er nog geen besluit is genomen. De voorzitter zeide, dat er eenige kans bestaat, dat als de Ziendeweg op het ter tiaire wegenplan wordt gebracht. Binnen kort zal een bespreking worden gehouden van alle belanghebbenden. Bij de post onderhoud wandelplaatsen achtte de heer Groenendijk het beter, dat een of twee arbeiders vast worden aange steld, dan dat een voorman of baas wordt benoemd, die alleen maar toezicht houdt. Weth. Sprey antwoordde, dat de voor man niet alleen toezicht zal houden, maar ook plantsoen-werk zal verrichten. De voorzitter merkte op, dat de perso- neels-formatie nader zal worden overwo gen. Het rioleeringsplan. De Hooge Zijde maakt een goede kans. De heer Groenendijk dringt aan op spoe dige uitvoering van het rioleerings-plan. Spr. acht dit echter geen werk, dat in werkverschaffing behoort te worden uitge voerd. Daar de kaptiaals-dienst van de be grooting een zeer gunstig beeld vertoont, acht spr. het verantwoord, dat de riolee ring n i e t in werkverschaffing wordt uit gevoerd. De heer Den Ouden meende, dat het rio leeringsplan meer zou worden opgevat als werkverruiming dan als werkverschaffing. Alvorens tot de uitvoering van de riolee ring wordt overgegaan, acht spr. het ge wenscht met het oog op het uitbrei dingsplan dat vastgesteld wordt of er een of twee zuiverings-installaties (aan de Hooge én Lage Zijde) moeten worden in gericht. De voorzitter zeide, dat van het riolee rings-plan, ter gelegenheid van de wegver- breedingen aan de Hooge Zijde reeds een gedeelte is uitgevoerd. Dat is geschied in werkverschaffing.' Voor de Hooge Zijde zou een oplossing zijn te vinden, indien de zuiverings-instal- latie achter de Ijsbaan kon worden inge richt. Dan is nog slechts de schakel noodig met de Stationsstraat en de zuiverings-in- stallatie. De kosten van dit onderdeel wor den geraamd op ongeveer 100.000. Dan zou de Hooge Zijde gerioleerd zijn. B. en W. zullen ook de Lage Zijde riolee- ren, doch geleidelijk, rekening houdend met de financiën. Aan het Rijksbureau voor Duinwaterzui vering zal advies worden gevraagd, of een of twee zuiverings-installaties gewenscht zijn. Spr. ziet echter geen mogelijkheid voor de uitvoering van de rioleering aan de Hooge Zijde, tenzij in werkverschaffing. B. en W. zullen probeeren, of het Werk fonds de bijkomende kosten zou willen fi nancieren. Wat de werkverschaffingsloonen betreft, is spr. er van overtuigd, dat de arbeiders in werkverschaffing, met alle de daaraan verbonden emolumenten, het beter hebben gehad dan de meeste arbeiders in het vrije bedrijf (de vaklieden uitgezonderd). Zonder steun van de Regeering is uit voering van zulk een groot werk als dit rioleeringswerk, voor de gemeente onmo gelijk. De spaarregeling voor werkloozen. Bij de post steun verleening werkloozen betreurt de heer Geerlof, dat nog 30 pet. der steuntrekkenden geen gebruik maakt van de spaarregeling. De heer Van Kleef informeerde, waar om 30 pet. der steuntrekkenden zich niet heeft aangesloten; is dat onmacht of on wil? De voorzitter deelde mede, dat getracht wordt, dat de verstrekking van de nieuwe B-steun geschiedt door de winkeliers. Er is daarbij echter controle noodig. Spr. meent, dat van de winkeliers een verklaring zal worden gevraagd, dat zij de goederen zul len leveren, die op de bonnen worden aan geduid. De modern-georganiseerden staan het meest afzijdig tegenover de spaarregeling; het spijt spr. voor de menschen. Het is in het belang van eiken werklooze aan de spaarregeling deel te nemen. De heer Groenendijk merkt op, dat in de plaatselijke organisatie van de S. D. A. P. geadviseerd is tot deelname aan de spaarregeling. Niet alleen de socialistische pers, maar vrijwel de geheele pers heeft de regeling becritiseerd. De kuilen in de Kerkstraat. De heer Veltman bracht ter sprake de slechte toestand van de Kerkstraat. De voorzitter antwoordde, dat de weg zal worden verbeterd. De gemeentebegrooting werd z.h.s. vast gesteld. Tot toelating van het nieuwe Raadslid mevr. HoutmanVan der Schee werd be sloten. Aan het einde der vergadering sprak de heer Ruting een woord van waardeering voor de leiding van den burgemeester. Hierna sluiting te 6 uur.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 12