DE STRIJD IN HET VERRE OOSTEN. De avontuurlijke opdracht 2)c Ccicbdve 0ou4omt De Pluimvee- en Konijnen ver eeniging te Oss neen een tentoonstelling gehouden, waarop tahijke Drachtige exemplaren te bewonderen waren .Haantje de voorste" op de arm van den voorzitter *e- ve eenio'no d» Sto'z De strijd in en om Sjanghai Japansche soldaten in stelling in het plaatsje Putung nabij Sjanghai, waar zij van de Chmeesche verdedigers grooten tegenstand ondervonden r'nns Har aid van Noorwegen, de negen maanden oude zoon van het kroon OMnselijk echtpaar, tijdens een «rijtoer» ■n het park van het buitenverblijf te Skaugum W Bij het afscheid van dr. A ten Sande als adjunct-directeur van den veeartsenijkundigen dienst werd hem door den directeur van dezen dienst, piot dr H C L E Berger (links), namens collega's een schilderij aangeboden De Fiansche minister van Buitenland- >che Zaken Yvon Deibos, tiidens zijn oezoek aan Warschau in gespiek met zijn Poolschen collega, minister Beek (rechts) «Vol ve-wacnung klopi ons hart» - it Nicoiaas - bracht Zaterdag met zijn ;en speimoment voor het Haarlem doei tijdens den voetbalwedstrijd knecht een bezoek aan de Nieuwe School vei eeniging in de Jan Luyken* HaarlemStormvogels, welke in een overwinning voor Stormvogels straat te Amsterdam eindigde FEUILLETON Kaai het Engelsch bewerkt v door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden). 49) Ze keek Jimmy heelemaal niet aan. Eerst keek ze naar Lindsay, toen sloeg ze de oogen neer. Hij is een duivel, begon ze. Dit is wel het beste bewijs acht jaar lang woon ik niet meer bü hem en ik ben nog zoo bang voor hem, dat ik van angst zou flauw vallen, als ik hem van aangezicht tot gezicht ontmoette. Ze zweeg, bracht* mei een ruk het hoofd omhoog en zei: Hij heeft mjjn moeder's dood op zijn geweten. Een kreet kwam over Jimmy's lippen Hij kwam naderbij, legde een arm om haa heen ei keek Lindsay uitdagend aan. Elsie nam geen notitie van hem. Zoolang ik mij herinneren kan. zijn we bang voor hem geweest. Ze was niet sterk. Ze kon niet meer verdragen. Acht jaar geleden stierf ze. In 1922 vroeg Lindsay. Elsie knikte. Je vroeg me over Trevor Fothering. Hij was bü ons in pension zóó ken ik hem. Ik was toen dertien. Toen mijn moe der «uarf kwam hij. die man ^ray- ton w«*r terug Hij kwam en ging, Soms zagen we hem izi geen maanden en dan kwam hij plotseling weer opdagen. Ze keek Lindsay met een troebelen, haast boozen blik in haar oogen aan. Je laat me aan dingen denken, die ik liefst vergelen wil. Lindsay had een scnok gekregen. Hij was met zijn gedachten nog bij haar verklaring dat Trevor Fothering - Froth bij de Manning.' gewoond had. Als dat zoo was, had hij Manning gekend. Manning was Drayton. Drayton nad Froth acht jaar ge leden gekend! Dat siond als een paal boven water. Het zou kunnen beteenenen dat Froth acht jaar geleden betrokken was ge weest in Drayton's onaernemingen. In ieder geval beteekende het dal wanneei hij, Lindsay, voor Froth moest doorgaan, hij een heel wat moeilijker taak op /ich nad genomen dan hij gedacht had. Had hij Drayton ooit misleid? Hij meende van wel. Ja, nu hij het overdaent, was hij er van overtuigd. Als Drayton achterdocht ge koesterd had. zou hij hem niet in de Gia- disloegeschiedenis gebruikt hebben. Maar daarna was, door het een o 1 ander zijn arg waan gewekt. Marian's aanwezigheid in Parijs, was geen toeval geweest. Iemand had de bedoeling gehad, ze daar te con- fronteeren. Drayton? En wat dacht Dray ton nu? Een hevige angst voor Marian greep hem plotseling aan. Hij fronste de wenkbrauwen Elsie staarde iem aan. Het spijt me, zei hij. Ik moet je dit alles vragen. Nu over Fothering ken de Drayton hem? Hij moest zekerheid heb ben. Ja, natuurlijk dat net ik je immers al verteld? Hü woonde bij ons. Luisterde je dan niet? Geloof je, dat Froth hem hielp bjj zijn ondernemingen? Elsie werd purper. Ik weet het niet soms dacht ik van wel o, ik weet het niet Dus een jaar of acht had Froth getracht beide partijen te vriend te houden. Een ge vaarlijk spel. Geen wonder, dat zijn zenu wen op waren. Lindsay vroeg: Wil j° verder gaan? Wat wil je nog meer weten? Mijn moeder stierf en Tievo-- hielp me om weg te komen. Hij stuurde me naar kostschool. Trevor? ja hij hield veel van me. Hij liet me tot mijn achttiende jat op school. Toen wilde hij met mij trouwe... Ik kar het je gerust vertellen omdat hij het zeil tegen iedereen zei. Hij zei, dat hij mij had opge voed om later met mij te trouwen. Jimmy s arm viel van haar schouders. Ze had er tegen aan geleund. Ze keek rond en zei met een trillende st» m: Wees geen idioot, Jimmy. Ga je met hem trouwen? vroeg Jim my met een bleek gezicht. Geen van twee ën scheen te beseffen, dat Lindsay er bij was. Elsie sprak niet. Ze hiel haar oogen op en keek hem strak aan. Toen wendde ze haar blik af. Lindsay wachtte even en zei toen: Hij noemde zich Manning. Hoe was zijn voornaam? Robert. Geloof je, dat Manning zijn echte naam was? Ik weet het niet. Heeft je moeder wel eens verteld hoe ze hem ontmoet heeft of iets anders van hem? Had hij een beroep? Ze heeft me noit jets verteld. Ze was aldoor bang. We praatten nooit over hem. Als hij er was bleef ik uit de buurt en als hy er niet was, probeerde ik niet aan hem te denken. Was hij veel weg? Haast altijd. Soms zagen we hem in geen maanden en dan kwam hij voor een nacht twee nachten een week en dan verdween hij wear. Maar je hebt hem sedert 1922 niet meer gezien? Neen tot onlangs. Ze leunde op nieuw achteruit Jimmy's arm was er weer. Zijn hand rustte een moment op haar schouder. Heeft je moeder je nooit verteld dal je een zuster had? vroeg Lindsay na een pauze. Hij zag haar een kleur krijgen. Ze zei: O! met een verschrikte stem; en toen: Een zuster? Ja? Ik geloof van wel. Je gelooft het? Ja. toen ze ziek was, praatte ze veel. Meestal kon ik er niet veel uit wijs worden. Ze praatte over een zekeren Lee, maar soms zei ze steeds maar „Marian Ma rian" telkens weer. Een keer hoorde ik haar zeggen: ..Marian is veilig" en: „die kleine schat is er ten minste voor goed uit". En dan pakte ze myn pols en zei: „Ik heb er nooit spijt van gehad, maar hart gebroken. Marian is veilig ze had er niet tegen gekund jij bent sterker ze had het niet kunnen dragen. Wat denk jij, dat ze bedoelde? vroeg Lindsay. Elsie keek hem vragend aan. Ik dacht, dat ze praatte over een zus je, dat gestorven was. Tc. vertel me, wat ze bedoelde, toe. Ze bedoelde, dat je een zuster hebt, die leeft, zei hij vriendelijk. Ze sprong op van de tafel en kwam naar hem toe. Wet je het zeker? Ja, meisje. Ze keerde zich ha.lf om. O, Jimmy! Wil je me als zwager accepteeren? vroeg Lindsay lachend. Elsie pakte Jimmy bij den arm. Als zwager? Lindsay zag, dat Jimmy Thurloe opvroo- 1 ijk te. Marian en ik zijn verloofd. Hij vertelde Marian's geschiedenis zoo beknopt mogelijk. En gelijk besefte hü, hoe groot het gevaar was, waarin Marian verkeerde. Weet hy dat ze in leven is? Elsie's stem klonk angstig. Ja. Je moet geen pogingen doen om haar te zien, te spreken of te schrijven. Het zou voor jullie beiden gevaarly'k zün. Waar is ze? Op het oogenblik in Parijs, maar daar blüft ze. denk ik, niet lang. Ik geloof, dat ze daar gekomen is, om haar met mij sa men te brengen, om te zien of ze mü her kennen zou. Weten ze dus. wie je bent? Ze zün nog niet overtuigd ten minste dat geloof ik. Dan is het ook gevaarlijk voor jou heel gevaarlük. Lindsay liet een ;ort lachje hooren. Tamelyk. Toen kortaf: Wie is Lee? Lee? Je zei, dat je moeder over Lee sprak, toen ze ziek was. Weet jü wie ze bedoelde? (Wordt vervolgd).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsche Courant | 1937 | | pagina 12